Schultz en waterschappen akkoord over financiering nieuw waterbeleid
Minister Schultz van Haegen (Infrastructuur en Milieu) en Peter Glas (Unie van Waterschappen) hebben vanmiddag een akkoord gesloten over de financiering van het nieuwe waterveiligheidsbeleid. Als het parlement akkoord gaat, worden de waterkeringen in Nederland vanaf 2017 getoetst aan nieuwe normen, waarbij niet alleen de kans op een overstroming meeweegt maar ook de gevolgen (slachtoffers en schade). Bij de versterkingsprojecten die daaruit volgen zal het Rijk 50 procent van de uitvoeringskosten betalen, de waterschappen als collectief 40 procent en het uitvoerende waterschap 10 procent.
“Ik ben blij dat we goede afspraken hebben kunnen maken”, stelt Schultz. “Deze verdeling doet recht aan de gezamenlijke verantwoordelijkheid van het Rijk en de waterschappen voor de hoogwaterbescherming.” Peter Glas: “Als we een dijk aanpakken, doen we het graag in één keer goed. Met deze afspraken is er helderheid over de financiering.” Het nieuwe waterveiligheidsbeleid biedt in de toekomst niet alleen meer veiligheid, het is ook efficiënter. Nieuwe technische inzichten maken het mogelijk maatwerk te leveren en precies daar te investeren waar in de toekomst zwakke plekken of risico’s kunnen ontstaan.
Het uitgangspunt van de afspraken is dat in 2050 alle primaire waterkeringen aan de nieuwe normen voldoen. Tot 2028 worden eventuele meevallers uit het lopende Hoogwaterbeschermingsprogramma toegevoegd aan het budget voor het nieuwe Hoogwaterbeschermingsprogramma om de investeringen stapsgewijs uit te breiden.
Rijk en de waterschappen investeren jaarlijks gezamenlijk 500 miljoen in versterkingsprojecten. De bijdragen aan het Hoogwaterbeschermingsprogramma worden tot 2028 niet verhoogd. Wel reserveert minister Schultz tot 2028 circa 200 miljoen euro uit het Deltafonds voor rivierverruimingen. Daaraan zijn voorwaarden verbonden: de projecten moeten een grote bijdrage leveren aan de veiligheid en er moet sprake zijn van cofinanciering. In de meeste gevallen zullen ook natuur, recreatie en/of economie meeprofiteren.
“Ik ben blij dat we goede afspraken hebben kunnen maken”, stelt Schultz. “Deze verdeling doet recht aan de gezamenlijke verantwoordelijkheid van het Rijk en de waterschappen voor de hoogwaterbescherming.” Peter Glas: “Als we een dijk aanpakken, doen we het graag in één keer goed. Met deze afspraken is er helderheid over de financiering.” Het nieuwe waterveiligheidsbeleid biedt in de toekomst niet alleen meer veiligheid, het is ook efficiënter. Nieuwe technische inzichten maken het mogelijk maatwerk te leveren en precies daar te investeren waar in de toekomst zwakke plekken of risico’s kunnen ontstaan.
Het uitgangspunt van de afspraken is dat in 2050 alle primaire waterkeringen aan de nieuwe normen voldoen. Tot 2028 worden eventuele meevallers uit het lopende Hoogwaterbeschermingsprogramma toegevoegd aan het budget voor het nieuwe Hoogwaterbeschermingsprogramma om de investeringen stapsgewijs uit te breiden.
Rijk en de waterschappen investeren jaarlijks gezamenlijk 500 miljoen in versterkingsprojecten. De bijdragen aan het Hoogwaterbeschermingsprogramma worden tot 2028 niet verhoogd. Wel reserveert minister Schultz tot 2028 circa 200 miljoen euro uit het Deltafonds voor rivierverruimingen. Daaraan zijn voorwaarden verbonden: de projecten moeten een grote bijdrage leveren aan de veiligheid en er moet sprake zijn van cofinanciering. In de meeste gevallen zullen ook natuur, recreatie en/of economie meeprofiteren.
Geen opmerkingen: