Provincie West-Vlaanderen en Waterwegen en Zeekanaal NV (W&Z) bereiken overeenkomst rond beheer van Damse Vaart
In haar zitting van donderdag 26 juni 2014 beslist de provincieraad van West-Vlaanderen over de overeenkomst met Waterwegen en Zeekanaal NV (W&Z) die het beheer van de Damse Vaart regelt. Deze overeenkomst werd op woensdag 14 mei reeds goedgekeurd door de raad van bestuur van W&Z. Na goedkeuring door de provincieraad en ondertekening door beide partners, kunnen beide organisaties aan de slag binnen de nieuwe afspraken rond het beheer van de Vaart.
Het uitgangspunt van de overeenkomst is dat beide instanties inzetten op de beheerstaken die het best aansluiten bij hun expertise en doelstellingen. Er wordt hierbij maximaal gestreefd naar complementariteit en samenwerking.
Dankzij de overeenkomst kan het provinciebestuur zich blijven inzetten voor het behoud en de ontwikkeling van de recreatieve, toeristische, landschappelijke en ecologische waarde van de Damse Vaart. Een groot deel van het recreatieve gebruik gebeurt op/langs de linkeroever (gezien vanuit Brugge naar Sluis). De Provincie behoudt dan ook het beheer van de volledige linkeroever: het jaagpad, de bermen, de bomen, de vissteigers, de langsgrachten enz.
De dijken van de Damse Vaart hebben een belangrijke waterkerende functie. Het water van de Vaart is ook van cruciaal belang voor de bevloeiing van de omliggende landbouwgronden.
Deze thema’s sluiten in sterke mate aan bij de doelstellingen en expertise van W&Z. Ze bevinden zich voornamelijk op het wateroppervlak en de rechterzijde van de Damse Vaart, die dan ook beiden in beheer worden genomen door W&Z.
Ondanks het feit dat de linkeroever door de Provincie beheerd zal worden en de rechteroever door W&Z, streven beide partners, gezien de grote landschappelijke en historische waarde, naar een uniform landschapsbeeld van de beide oevers. In de overeenkomst werd dan ook uitdrukkelijk opgenomen dat het beheer van de lijnbeplanting en de grazige bermen onderling afgestemd wordt. Dit gebeurt onder andere door het opstellen en uitvoeren van gezamenlijke beheerplannen voor de Vaart.
Tot voor de nieuwe overeenkomst werd het feitelijk beheer van de Damse Vaart tussen de Noorweegse kaai (Koolkerke) en de Nederlandse grens volledig door de Provincie West-Vlaanderen uitgevoerd.
Nochtans had de Provincie geen beheersbevoegdheid en was het beheer van de Damse Vaart via het Besluit van de Vlaamse Regering van 4 juni 2004 aan de territoriale bevoegdheid van Waterwegen en Zeekanaal toegewezen.
In de periode voor juni 2004 was het beheer van het deel van het Kanaal Brugge-Sluis op Belgisch grondgebied (kortweg de Damse Vaart) wel in handen van de Provincie West-Vlaanderen (sinds 17 december 1819 – opgedragen door Koning Willem).
De aangelanden langs de Damse Vaart worden door W&Z per brief op de hoogte gesteld van de relevante bepalingen uit de overeenkomst. Heel wat bewoners van de Vaart krijgen immers een nieuwe beheerder als buur, zij worden dan ook rechtstreeks geïnformeerd.
Het uitgangspunt van de overeenkomst is dat beide instanties inzetten op de beheerstaken die het best aansluiten bij hun expertise en doelstellingen. Er wordt hierbij maximaal gestreefd naar complementariteit en samenwerking.
Dankzij de overeenkomst kan het provinciebestuur zich blijven inzetten voor het behoud en de ontwikkeling van de recreatieve, toeristische, landschappelijke en ecologische waarde van de Damse Vaart. Een groot deel van het recreatieve gebruik gebeurt op/langs de linkeroever (gezien vanuit Brugge naar Sluis). De Provincie behoudt dan ook het beheer van de volledige linkeroever: het jaagpad, de bermen, de bomen, de vissteigers, de langsgrachten enz.
De dijken van de Damse Vaart hebben een belangrijke waterkerende functie. Het water van de Vaart is ook van cruciaal belang voor de bevloeiing van de omliggende landbouwgronden.
Deze thema’s sluiten in sterke mate aan bij de doelstellingen en expertise van W&Z. Ze bevinden zich voornamelijk op het wateroppervlak en de rechterzijde van de Damse Vaart, die dan ook beiden in beheer worden genomen door W&Z.
Ondanks het feit dat de linkeroever door de Provincie beheerd zal worden en de rechteroever door W&Z, streven beide partners, gezien de grote landschappelijke en historische waarde, naar een uniform landschapsbeeld van de beide oevers. In de overeenkomst werd dan ook uitdrukkelijk opgenomen dat het beheer van de lijnbeplanting en de grazige bermen onderling afgestemd wordt. Dit gebeurt onder andere door het opstellen en uitvoeren van gezamenlijke beheerplannen voor de Vaart.
Tot voor de nieuwe overeenkomst werd het feitelijk beheer van de Damse Vaart tussen de Noorweegse kaai (Koolkerke) en de Nederlandse grens volledig door de Provincie West-Vlaanderen uitgevoerd.
Nochtans had de Provincie geen beheersbevoegdheid en was het beheer van de Damse Vaart via het Besluit van de Vlaamse Regering van 4 juni 2004 aan de territoriale bevoegdheid van Waterwegen en Zeekanaal toegewezen.
In de periode voor juni 2004 was het beheer van het deel van het Kanaal Brugge-Sluis op Belgisch grondgebied (kortweg de Damse Vaart) wel in handen van de Provincie West-Vlaanderen (sinds 17 december 1819 – opgedragen door Koning Willem).
De aangelanden langs de Damse Vaart worden door W&Z per brief op de hoogte gesteld van de relevante bepalingen uit de overeenkomst. Heel wat bewoners van de Vaart krijgen immers een nieuwe beheerder als buur, zij worden dan ook rechtstreeks geïnformeerd.
Geen opmerkingen: