'Porthos-uitspraak biedt hoop voor projecten waterschappen'
De Raad van State heeft groen licht gegeven voor het Porthos-project, waarbij CO2 via pijpleidingen onder de Rotterdamse haven wordt opgeslagen in de Noordzee. De hoogste bestuursrechter erkent dat sprake is van belastende stikstofuitstoot, maar die is tijdelijk en beperkt en heeft geen waarneembare gevolgen voor de natuurgebieden. Deze uitspraak biedt perspectief voor de projecten van de waterschappen.
Door het eerder terugdraaien van de bouwvrijstelling in de stikstofwet, vanwege te weinig vooruitgang, werd de vergunningverlening voor bouwprojecten moeilijk. Dit gold ook voor nieuwe projecten die in uitvoering moesten gaan van de waterschappen.
De Unie van Waterschappen is dan ook blij met deze uitspraak die perspectief biedt voor de projecten van de waterschappen die ook te maken hebben met een tijdelijke en beperkte uitstoot op overbelaste natuurgebieden. Verschillende waterschappen gaven eerder aan grote vertraging op te lopen bij de uitvoering van dijkversterkingsprojecten en projecten die bijdragen aan het behalen van de doelstellingen van de Kaderrichtlijn Water.
Waterveiligheid en schoon water zijn essentiële randvoorwaarden voor de leefbaarheid in Nederland. De waterschappen werken hier aan door bijvoorbeeld dijken te versterken en rioolwaterzuiveringsinstallaties te verbeteren. Wanneer de projecten van de waterschappen niet kunnen doorgaan, wordt een nieuwe waterkwaliteitscrisis gecreëerd en komt het behoud van droge voeten in gevaar.
De waterschappen doen er naar eigen zeggen alles aan om zo schoon mogelijk te werken, met zoveel mogelijk elektrisch materieel. Zij hebben de ambitie om in 2035 volledig klimaatneutraal te werken. Voor nu is er echter voor de projecten met een kleine, tijdelijke stikstofuitstoot nog bewegingsruimte nodig. Daarbij dragen de waterschappen bij aan het verminderen van de stikstofproblematiek door natuurherstelmaatregelen uit te voeren.
Door het eerder terugdraaien van de bouwvrijstelling in de stikstofwet, vanwege te weinig vooruitgang, werd de vergunningverlening voor bouwprojecten moeilijk. Dit gold ook voor nieuwe projecten die in uitvoering moesten gaan van de waterschappen.
De Unie van Waterschappen is dan ook blij met deze uitspraak die perspectief biedt voor de projecten van de waterschappen die ook te maken hebben met een tijdelijke en beperkte uitstoot op overbelaste natuurgebieden. Verschillende waterschappen gaven eerder aan grote vertraging op te lopen bij de uitvoering van dijkversterkingsprojecten en projecten die bijdragen aan het behalen van de doelstellingen van de Kaderrichtlijn Water.
Waterveiligheid en schoon water zijn essentiële randvoorwaarden voor de leefbaarheid in Nederland. De waterschappen werken hier aan door bijvoorbeeld dijken te versterken en rioolwaterzuiveringsinstallaties te verbeteren. Wanneer de projecten van de waterschappen niet kunnen doorgaan, wordt een nieuwe waterkwaliteitscrisis gecreëerd en komt het behoud van droge voeten in gevaar.
De waterschappen doen er naar eigen zeggen alles aan om zo schoon mogelijk te werken, met zoveel mogelijk elektrisch materieel. Zij hebben de ambitie om in 2035 volledig klimaatneutraal te werken. Voor nu is er echter voor de projecten met een kleine, tijdelijke stikstofuitstoot nog bewegingsruimte nodig. Daarbij dragen de waterschappen bij aan het verminderen van de stikstofproblematiek door natuurherstelmaatregelen uit te voeren.
Geen opmerkingen: