Herstel van zeegras bedreigd door schimmel
Al decennia lang proberen biologen zeegras terug te krijgen in de Waddenzee en de Grevelingen. Nederlandse onderzoekers - onder wie Laura Govers van de Radboud Universiteit - hebben nu ontdekt waarom dat steeds niet lukt: het zeegraszaad sterft door een waterschimmel die nooit eerder in zeewater is gevonden en die verwant is aan de bekende aardappelziekte.
De schuldige zeewaterschimmels (Phytophthora gemini en Halophytophthora sp. Zostera) belemmeren de zaadkieming en daarmee ook het zeegrasherstel. Ze zijn lid van de grote Phytophthora-familie, waar ook de bekende aardappelziekte toe behoort. De schimmels richten grote schade aan in de land- en tuinbouw: naast aardappels hebben ook druivenranken en eiken in California en eucalyptusbomen in Australië er last van.
De huidige resultaten kwamen aan het licht tijdens zeegrasherstelproeven in de Waddenzee en de Grevelingen, maar de schimmel blijkt op veel meer locaties in Europa en Amerika voor te komen. De internationale aanwezigheid van de ziekteverwekker bedreigt dus wereldwijd het herstel van zeegrasvelden. Een probleem dat aandacht verdient, want deze kustecosystemen zijn net zo belangrijk als koraalriffen: ze vormen kraamkamers voor verschillende vissoorten, verhogen de biodiversiteit, en dragen bij aan kustbescherming door de golfslag te dempen.
Tegenvallende kieming van zeegraszaad dat op het Waddeneiland Sylt was verzameld voor het herstelproject, was aanleiding voor dit onderzoek. Bijna 100 procent van dit zaad bleek besmet met Phytophthora. Hoofdonderzoeker Laura Govers, werkzaam bij de Radboud Universiteit en de Rijksuniversiteit Groningen, testte de kiemkracht van de besmette zaden. ‘Deze bleken zes keer minder vaak te kiemen dan niet-besmet zaad. Slechts 3 tot 4 procent van alle besmette zaden kiemde.
De afgelopen decennia zijn er wereldwijd veel zeegrasvelden hard achteruitgegaan. In Nederland zijn de uitgestrekte zeegrasvelden die oorspronkelijk in de Waddenzee stonden na 1930 verdwenen en nooit meer teruggekomen. Deze velden vormden een belangrijke kraamkamer voor vissoorten zoals haring en droegen bij aan de hoge biodiversiteit van het gebied. Ook maakten ze het water helderder en droegen ze bij aan kustbescherming door de golfslag te dempen. Daarom onderzoeken biologen of zeegrasherstel in de Nederlandse Waddenzee mogelijk is. Een manier om de kansen voor dat herstel te vergroten is door de zaden tijdens opslag te behandelen met koperoplossing. Die methode wordt al sinds de 19e eeuw in de landbouw ingezet tegen Phytophthora-besmetting en lijkt ook veelbelovend voor zeegraszaad.
De schuldige zeewaterschimmels (Phytophthora gemini en Halophytophthora sp. Zostera) belemmeren de zaadkieming en daarmee ook het zeegrasherstel. Ze zijn lid van de grote Phytophthora-familie, waar ook de bekende aardappelziekte toe behoort. De schimmels richten grote schade aan in de land- en tuinbouw: naast aardappels hebben ook druivenranken en eiken in California en eucalyptusbomen in Australië er last van.
De huidige resultaten kwamen aan het licht tijdens zeegrasherstelproeven in de Waddenzee en de Grevelingen, maar de schimmel blijkt op veel meer locaties in Europa en Amerika voor te komen. De internationale aanwezigheid van de ziekteverwekker bedreigt dus wereldwijd het herstel van zeegrasvelden. Een probleem dat aandacht verdient, want deze kustecosystemen zijn net zo belangrijk als koraalriffen: ze vormen kraamkamers voor verschillende vissoorten, verhogen de biodiversiteit, en dragen bij aan kustbescherming door de golfslag te dempen.
Tegenvallende kieming van zeegraszaad dat op het Waddeneiland Sylt was verzameld voor het herstelproject, was aanleiding voor dit onderzoek. Bijna 100 procent van dit zaad bleek besmet met Phytophthora. Hoofdonderzoeker Laura Govers, werkzaam bij de Radboud Universiteit en de Rijksuniversiteit Groningen, testte de kiemkracht van de besmette zaden. ‘Deze bleken zes keer minder vaak te kiemen dan niet-besmet zaad. Slechts 3 tot 4 procent van alle besmette zaden kiemde.
De afgelopen decennia zijn er wereldwijd veel zeegrasvelden hard achteruitgegaan. In Nederland zijn de uitgestrekte zeegrasvelden die oorspronkelijk in de Waddenzee stonden na 1930 verdwenen en nooit meer teruggekomen. Deze velden vormden een belangrijke kraamkamer voor vissoorten zoals haring en droegen bij aan de hoge biodiversiteit van het gebied. Ook maakten ze het water helderder en droegen ze bij aan kustbescherming door de golfslag te dempen. Daarom onderzoeken biologen of zeegrasherstel in de Nederlandse Waddenzee mogelijk is. Een manier om de kansen voor dat herstel te vergroten is door de zaden tijdens opslag te behandelen met koperoplossing. Die methode wordt al sinds de 19e eeuw in de landbouw ingezet tegen Phytophthora-besmetting en lijkt ook veelbelovend voor zeegraszaad.
Geen opmerkingen: