Verbetering waterkwaliteit door biologische behandeling in zuiveringsmoeras
Biologische behandeling van afvalwater in zuiveringsmoerassen verbetert de waterkwaliteit. Dit blijkt uit promotieonderzoek van Bram Mulling naar het gedrag van zwevende stofdeeltjes tijdens biologische nazuivering van afvalwater. Mulling promoveert woensdag 3 juli aan de Universiteit van Amsterdam (UvA).
Zuiveringsmoerassen worden gebruikt om natuurlijk oppervlaktewater te beschermen tegen schadelijke effecten van toenemende concentraties van zwevende stofdeeltjes, zoals zand, klei en algen, in het oppervlaktewater. In samenwerking met waterschappen Stichting Waternet en Wetterskip Frylân, Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer (STOWA) en ingenieursbureau Witteveen+Bos deed Mulling onderzoek naar de dynamiek van zwevende stofdeeltjes in zuiveringsmoerassen.
Zuiveringsmoerassen blijken een grote invloed uit te kunnen oefenen op de waterkwaliteit van gezuiverd afvalwater. Door de biologische processen in het moeras worden antropogene deeltjes (door de mens geproduceerd) verwijderd uit afvalwater en vervangen door natuurlijke deeltjes waardoor oppervlaktewater minder belast wordt door afvalwater.
Er zijn veel verschillende processen betrokken bij de verwijdering van zwevende stofdeeltjes, zowel van fysische, chemische als biologische aard. Door de gezamenlijke werking van processen in een moerassysteem lijkt het water dat het moeras uitstroomt al veel meer op natuurlijk oppervlaktewater dan op afvalwater. Bram Mulling: ‘We weten nu beter hoe de verwijdering van zwevende stofdeeltjes werkt, daardoor is het beter mogelijk om kunstmatige moerassystemen te ontwerpen om zo de problemen met afvalwater aan te pakken’.
Water is vaak troebel door de aanwezigheid van zwevende stofdeeltjes als zand, klei, algen en ziektekiemen. Lozingen van afvalwater zorgen voor grote hoeveelheden zwevende stof in het oppervlaktewater, die daar van nature niet thuishoren. Natuurlijke buffers, zoals moerassen, verdwijnen steeds vaker terwijl de hoeveelheid afvalwater toeneemt. Een goedkope en efficiënte manier om schadelijke effecten van lozingen te voorkomen wordt dan ook steeds belangrijker.
Zuiveringsmoerassen worden gebruikt om natuurlijk oppervlaktewater te beschermen tegen schadelijke effecten van toenemende concentraties van zwevende stofdeeltjes, zoals zand, klei en algen, in het oppervlaktewater. In samenwerking met waterschappen Stichting Waternet en Wetterskip Frylân, Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer (STOWA) en ingenieursbureau Witteveen+Bos deed Mulling onderzoek naar de dynamiek van zwevende stofdeeltjes in zuiveringsmoerassen.
Zuiveringsmoerassen blijken een grote invloed uit te kunnen oefenen op de waterkwaliteit van gezuiverd afvalwater. Door de biologische processen in het moeras worden antropogene deeltjes (door de mens geproduceerd) verwijderd uit afvalwater en vervangen door natuurlijke deeltjes waardoor oppervlaktewater minder belast wordt door afvalwater.
Er zijn veel verschillende processen betrokken bij de verwijdering van zwevende stofdeeltjes, zowel van fysische, chemische als biologische aard. Door de gezamenlijke werking van processen in een moerassysteem lijkt het water dat het moeras uitstroomt al veel meer op natuurlijk oppervlaktewater dan op afvalwater. Bram Mulling: ‘We weten nu beter hoe de verwijdering van zwevende stofdeeltjes werkt, daardoor is het beter mogelijk om kunstmatige moerassystemen te ontwerpen om zo de problemen met afvalwater aan te pakken’.
Water is vaak troebel door de aanwezigheid van zwevende stofdeeltjes als zand, klei, algen en ziektekiemen. Lozingen van afvalwater zorgen voor grote hoeveelheden zwevende stof in het oppervlaktewater, die daar van nature niet thuishoren. Natuurlijke buffers, zoals moerassen, verdwijnen steeds vaker terwijl de hoeveelheid afvalwater toeneemt. Een goedkope en efficiënte manier om schadelijke effecten van lozingen te voorkomen wordt dan ook steeds belangrijker.
Geen opmerkingen: