Hoe beschermt Rijkswaterstaat zoet water in het Noordzeekanaal?
Bij IJmuiden komt een grote zeesluis van 70 m breed, 500 m lang en 18 m diep. Dit heeft nogal wat gevolgen, onder andere voor de zoetwaterhuishouding in het Noordzeekanaal dat achter de sluis ligt. Daarom komt Rijkswaterstaat met een maatregel om het zoete water in dit kanaal te beschermen: selectieve onttrekking. Dit zijn de belangrijkste zaken die je hierover moet weten.
De nieuw te bouwen zeesluis is zo groot, dat er bij het schutten in de sluis meer zout in het Noordzeekanaal komt dan nu het geval is. Per schutting komt er straks 10.000 ton zout extra het kanaal binnen in vergelijking met het schutten in de huidige sluis. Dit komt overeen met ongeveer 40 vrachtwagens strooizout. Het is niet alleen de nieuwe sluis die de zoetwaterhuishouding in gevaar brengt, ook klimaatverandering zorgt voor verzilting. Deze verzilting van het kanaal is nadelig voor de natuur, land- en tuinbouw en de drinkwatervoorziening in de omgeving van het Noordzeekanaal.
De spuisluis en het gemaal zorgen voor de waterhuishouding in het Noordzeekanaal. In een speciaal toeleidingskanaal komt tot op de bodem een betonnen dam van 100 m breed te liggen. Daarin maken we een gleuf van 4 m hoog en 70 m breed, een soort brievenbus. We creëren een soort “loop”, waarbij het zoute water, dat zwaarder is dan zoet water, door de gleuf weer naar buiten wordt getrokken. De spuisluis en het gemaal zorgen ervoor dat we met deze constructie zo veel mogelijk zout water terugpompen of -spuien naar zee. De dam houdt het zoete water tegen; daarom noemen we deze maatregel ook wel selectieve onttrekking.
De nieuw te bouwen zeesluis is zo groot, dat er bij het schutten in de sluis meer zout in het Noordzeekanaal komt dan nu het geval is. Per schutting komt er straks 10.000 ton zout extra het kanaal binnen in vergelijking met het schutten in de huidige sluis. Dit komt overeen met ongeveer 40 vrachtwagens strooizout. Het is niet alleen de nieuwe sluis die de zoetwaterhuishouding in gevaar brengt, ook klimaatverandering zorgt voor verzilting. Deze verzilting van het kanaal is nadelig voor de natuur, land- en tuinbouw en de drinkwatervoorziening in de omgeving van het Noordzeekanaal.
De spuisluis en het gemaal zorgen voor de waterhuishouding in het Noordzeekanaal. In een speciaal toeleidingskanaal komt tot op de bodem een betonnen dam van 100 m breed te liggen. Daarin maken we een gleuf van 4 m hoog en 70 m breed, een soort brievenbus. We creëren een soort “loop”, waarbij het zoute water, dat zwaarder is dan zoet water, door de gleuf weer naar buiten wordt getrokken. De spuisluis en het gemaal zorgen ervoor dat we met deze constructie zo veel mogelijk zout water terugpompen of -spuien naar zee. De dam houdt het zoete water tegen; daarom noemen we deze maatregel ook wel selectieve onttrekking.
Geen opmerkingen: