'Laatste kans voor CAO waterschappen'
De maat is vol voor het bestuur van de Unie van Waterschappen. Deze week zijn de cao-besprekingen opnieuw vastgelopen. De vakbonden achten het niet zinvol verder te spreken. Het bestuur van de Unie van Waterschappen begrijpt dit niet, is hierover zeer teleurgesteld en stelt als allerlaatste optie een verkenner voor om de partijen op een lijn te krijgen.
“Doordat de werknemersdelegatie het gesprek heeft beëindigd, zien wij op dit moment geen mogelijkheden meer om uit de ontstane impasse te komen. Wij stellen de vakbonden voor om op zeer korte termijn een onafhankelijke verkenner te laten onderzoeken of er toch een uitweg te vinden is en of er een basis kan ontstaan voor verder overleg”, aldus Hans Oosters, voorzitter van de Unie van Waterschappen.
“Vanzelfsprekend moet de verkenner nog worden gezocht en zal deze persoon het vertrouwen van beide onderhandelingsdelegaties moeten hebben”, vervolgt Oosters. Gegeven de grote urgentie om alle medewerkers van de waterschappen deze zomer duidelijkheid te bieden, vraagt het bestuur van de Unie van Waterschappen aan de vakbonden om uiterlijk woensdag 13 juni te laten weten of ze kunnen instemmen met het voorstel om een verkenner aan te stellen.
Na een moeilijk onderhandelingsjaar waren de onderhandelingsdelegaties het in december 2017 juist eens geworden over belangrijke onderwerpen, zoals vereenvoudiging van het IKB. Alleen over het onderwerp salaris werden de onderhandelingsdelegaties het niet eens. Om de impasse over salaris te doorbreken stelde de werkgeversdelegatie begin maart voor om gezamenlijk een onafhankelijk bureau opdracht te geven de salarissen bij de waterschappen, het Rijk, de provincies en de gemeenten te vergelijken. Op basis daarvan is de Unie met een bod van 4% salarisverhoging, €500 eenmalig en verbetering in het individueel keuzebudget gekomen. Het bod heeft een inkomenswaarde van 5,75 procent. Met dit bod van de werkgevers lopen de salarissen bij de waterschappen meer dan in de pas met die van de andere overheden.
“Wij hebben ons ten doel gesteld dat onze medewerkers uiterlijk deze zomer meer salaris tegemoet kunnen zien. Ook zij zijn het wachten meer dan zat”, besluit Oosters.
“Doordat de werknemersdelegatie het gesprek heeft beëindigd, zien wij op dit moment geen mogelijkheden meer om uit de ontstane impasse te komen. Wij stellen de vakbonden voor om op zeer korte termijn een onafhankelijke verkenner te laten onderzoeken of er toch een uitweg te vinden is en of er een basis kan ontstaan voor verder overleg”, aldus Hans Oosters, voorzitter van de Unie van Waterschappen.
“Vanzelfsprekend moet de verkenner nog worden gezocht en zal deze persoon het vertrouwen van beide onderhandelingsdelegaties moeten hebben”, vervolgt Oosters. Gegeven de grote urgentie om alle medewerkers van de waterschappen deze zomer duidelijkheid te bieden, vraagt het bestuur van de Unie van Waterschappen aan de vakbonden om uiterlijk woensdag 13 juni te laten weten of ze kunnen instemmen met het voorstel om een verkenner aan te stellen.
Na een moeilijk onderhandelingsjaar waren de onderhandelingsdelegaties het in december 2017 juist eens geworden over belangrijke onderwerpen, zoals vereenvoudiging van het IKB. Alleen over het onderwerp salaris werden de onderhandelingsdelegaties het niet eens. Om de impasse over salaris te doorbreken stelde de werkgeversdelegatie begin maart voor om gezamenlijk een onafhankelijk bureau opdracht te geven de salarissen bij de waterschappen, het Rijk, de provincies en de gemeenten te vergelijken. Op basis daarvan is de Unie met een bod van 4% salarisverhoging, €500 eenmalig en verbetering in het individueel keuzebudget gekomen. Het bod heeft een inkomenswaarde van 5,75 procent. Met dit bod van de werkgevers lopen de salarissen bij de waterschappen meer dan in de pas met die van de andere overheden.
“Wij hebben ons ten doel gesteld dat onze medewerkers uiterlijk deze zomer meer salaris tegemoet kunnen zien. Ook zij zijn het wachten meer dan zat”, besluit Oosters.
Geen opmerkingen: