Warmte uit de sloot: Soest geeft het goede voorbeeld
Soest heeft een primeur in de warmtetransitie. Daar is het eerste mini-warmtenet van Nederland gestart met warmte uit de sloot. Drie huishoudens worden nu verwarmd met als bron het water uit de sloot die langs hun achtertuin stroomt. Dit is mede mogelijk gemaakt met subsidie van de provincie Utrecht.
De bewoners laten, samen met de energiecoöperatie Soester Energie, zien hoe je op een slimme en duurzame manier kunt verwarmen. Het project is een voorbeeld voor andere buurten en dorpen die ook aan de slag willen met duurzame warmte.
Om in 2050 helemaal te stoppen met aardgas, moeten we onze huizen anders gaan verwarmen. Dat gebeurt al op verschillende manieren. Nieuwe huizen worden sinds 2018 zonder gasaansluiting gebouwd. En in veel bestaande huizen is inmiddels een warmtepomp geplaatst. Daarnaast willen wij als provincie dat er meer warmtenetten komen. Een warmtenet is een systeem waarbij meerdere huizen via buizen warmte krijgen van één centrale bron.
Er zijn verschillende soorten bronnen. Bijvoorbeeld restwarmte van een fabriek in de buurt of datacenter. Maar ook duurzame warmte uit de bodem of uit water. Soms is er een warmtepomp die voor de hele buurt het water warm genoeg maakt om een huis direct te verwarmen. In andere gevallen, heeft elk aangesloten huis een eigen warmtepomp om het water op de gewenste temperatuur te krijgen. Het voordeel is dat deze water-water warmtepompen beter werken dan de gebruikelijke lucht-water warmtepompen. Die halen warmte uit de buitenlucht en geven deze door aan het water in huis. Hierdoor verbruiken ze minder stroom en maken ze ook minder geluid.
Eén voorwaarde om warmte te winnen uit water: je moet dat water wel dichtbij je huis hebben. En dat is het geval in de Soester wijk Overhees. “We zijn gestart met een test bij de kinderboerderij de Veenweide”, vertelt Jessica Doorn, vicevoorzitter van de energiecoöperatie Soester Energie. “Deze ligt aan een vijver, waarin we een kleine warmtewisselaar hebben geplaatst die verbonden is aan de warmtepomp in het gebouw er vlakbij.”
De bewoners laten, samen met de energiecoöperatie Soester Energie, zien hoe je op een slimme en duurzame manier kunt verwarmen. Het project is een voorbeeld voor andere buurten en dorpen die ook aan de slag willen met duurzame warmte.
Om in 2050 helemaal te stoppen met aardgas, moeten we onze huizen anders gaan verwarmen. Dat gebeurt al op verschillende manieren. Nieuwe huizen worden sinds 2018 zonder gasaansluiting gebouwd. En in veel bestaande huizen is inmiddels een warmtepomp geplaatst. Daarnaast willen wij als provincie dat er meer warmtenetten komen. Een warmtenet is een systeem waarbij meerdere huizen via buizen warmte krijgen van één centrale bron.
Er zijn verschillende soorten bronnen. Bijvoorbeeld restwarmte van een fabriek in de buurt of datacenter. Maar ook duurzame warmte uit de bodem of uit water. Soms is er een warmtepomp die voor de hele buurt het water warm genoeg maakt om een huis direct te verwarmen. In andere gevallen, heeft elk aangesloten huis een eigen warmtepomp om het water op de gewenste temperatuur te krijgen. Het voordeel is dat deze water-water warmtepompen beter werken dan de gebruikelijke lucht-water warmtepompen. Die halen warmte uit de buitenlucht en geven deze door aan het water in huis. Hierdoor verbruiken ze minder stroom en maken ze ook minder geluid.
Eén voorwaarde om warmte te winnen uit water: je moet dat water wel dichtbij je huis hebben. En dat is het geval in de Soester wijk Overhees. “We zijn gestart met een test bij de kinderboerderij de Veenweide”, vertelt Jessica Doorn, vicevoorzitter van de energiecoöperatie Soester Energie. “Deze ligt aan een vijver, waarin we een kleine warmtewisselaar hebben geplaatst die verbonden is aan de warmtepomp in het gebouw er vlakbij.”
Geen opmerkingen: