Ads Top

Erfgoed van de maand: Droogmakerij de Beemster

Droogmakerij de Beemster is 1 van de 3 UNESCO werelderfgoederen die de provincie Noord-Holland rijk is. Deze droogmakerij was een van de eerste droogmakerijen in Nederland en is het summum van het door de mens geschapen en geordende landschap. Op verschillende manieren kun je dit werelderfgoed zelf beleven.

Het landschap van Noord-Holland wordt al eeuwenlang gekenmerkt door de aanwezigheid van water en veen. Toen inwoners van de Zaanstreek en Waterland het veen ontgonnen ontstonden waterpartijen, waaronder het Beemstermeer, die een prooi vormden voor het wassende water, bijvoorbeeld tijdens stormvloeden. Molenbouwer Jan Adriaanszoon overtuigde in 1609 enkele kooplieden uit Amsterdam van de mogelijkheden die het zou bieden om het Beemstermeer met een nieuwe innovatieve techniek in te polderen. Zo ontstond nieuwe landbouwgrond waarop voedsel verbouwd kon worden voorde groeiende bevolking van Amsterdam. Daarnaast betekende inpoldering bescherming tegen het oprukkende water en bood het veel werkgelegenheid.

De innovatieve aanpak slaagde. In 1612 viel de polder definitief droog, de molenbouwer kreeg daardoor zelfs de bijnaam Leeghwater. De investering van de kooplieden bleek een schot in de roos. De Beemster werd enorm welvarend en een geliefde plaats voor buitenverblijven van kooplui. Dat kwam onder meer door de inrichting van het Beemster landschap. Er was een perfect patroon bedacht met regelmatige vierkanten van wegen en waterwegen, gebaseerd op de klassieke oudheid. Dit maakbare landschap was voor UNESCO in 1999 de reden om Droogmakerij de Beemster uit te roepen tot werelderfgoed.

Recente archeologische vondsten schijnen een nieuw licht op het verleden van Droogmakerij de Beemster. De provincie liet archeologisch onderzoek uitvoeren toen de provinciale weg N244 in Middenbeemster moest worden verbreed. Daar stuitten archeologen op fundamenten en het erf van 1 van de ruim 43 poldermolens die de Beemster hielpen droogmalen. Omdat alle poldermolens in de Beemster eerder verloren gingen, vond de provincie het belangrijk deze plek goed te onderzoeken. De opgegraven molen stond in een rij van 4 poldermolens. Deze molens werkten trapsgewijs het water uit het Beemstermeer, eerst met scheprad en later met vijzel. De introductie van stoomgemalen bleek het einde van de poldermolens in de Beemster.

Geen opmerkingen:

Mogelijk gemaakt door Blogger.