Drinkwatergebieden niet uitsluiten schaliegaswinning link
Waterbedrijf Vitens vindt het uitgangspunt van Minister Kamp van Economische Zaken om in de concept Nota Diepgang en Reikwijdte (cNDR) niet op voorhand alle relevante drinkwatergebieden uit te sluiten van schaliegaswinning zeer risicovol. Dat schrijft ’s lands grootste waterbedrijf in haar reactie op het onlangs gepresenteerde onderzoeksopzet van de minister. Tot deze week konden belangenpartijen reageren op het voorstel.
Vitens is blij dat van de minister de grondwaterbeschermingsgebieden uitsluit, maar tegelijkertijd plaatst Vitens vraagtekens bij het voorstel om wel boortorens te kunnen plaatsen in boringvrije zones, toekomstige strategische reserveringen en de intrekgebieden. In deze gebieden geldt nu al een beperking voor risicovolle activiteiten. Als het aan de minister ligt geldt dit in de toekomst echter niet voor schaliegaswinning, waardoor boortorens straks letterlijk in deze uiterst kwetsbare grondwatergebieden van Nederland kunnen staan.
De grote hoeveelhedenchemicaliën die bij schaliegaswinning boven en onder de grond gebruikt worden, moeten volgens het waterbedrijf op grote afstand gehouden worden van deze kwetsbare Nederlandse drinkwaterbronnen. Eén liter weggelekte olie maakt maar liefst een miljoen liter grondwater ongeschikt voor de waterzuivering, voor decennia. Dat geldt mogelijk ook voorde chemische stoffen die gebruikt worden bij schaliegaswinning. Het waterbedrijf heeft de minister gewezen op de omvangrijke onderzoeken die gaande zijn bij zowel de Europese Commissie als de Federale overheid van de Verenigde Staten naar de impact van schaliegaswinning op het grondwater. Er is te weinig bekend over de effecten en een literatuurstudie uit Nederland kan die kennis niet aanvullen. Door schaliegaswinning desondanks ook toe te staan in de meest kwetsbare gebieden van het land, neemt de minister volgens Vitens een onaanvaardbaar risico.
Bovendien, zo betoogt het waterbedrijf, zou het economisch voordeel van boren in deze drinkwatergebieden aanzienlijk kunnen worden beperkt door economische schade als gevolg van een calamiteit in gebieden die voor de drinkwaterproductie van belang zijn. Vitens wijst er in haar reactie op dat maar liefst 20% van het Nederlandse bruto binnenlandse product wordt opgebracht door waterafhankelijke bedrijven. Door de zeer goede kwaliteit van het kraanwater en de relatief scherpe prijs zijn veel industrieën in Nederland afhankelijk van de productie van drinkwater. Het bedrijf heeft gevraagd in het kosten en baten onderzoek specifiek de economische impact van de Nederlandse drinkwatervoorziening een plek te geven.
Vitens vindt het vreemd dat de minister niet op voorhand alle drinkwatergebieden uitsluit. De overlap van drinkwatervoorzieningen met schalielagen is slechts 10 procent. Als de laatste worden uitgesloten, blijft nog een groot gebied over waar winning van schaliegas zou kunnen plaatsvinden zonder gevaar voor de huidige en toekomstige drinkwatervoorzieningen. Onnodig risico lopen door de drinkwatervoorzieningen niet uit te sluiten staat haaks op het nationale belang van de drinkwatervoorziening.
In haar reactie op het plan van de minister laat het waterbedrijf verder weten dat ook de 1000-meter dieptegrens van tafel moet. Deze grens zou er feitelijk op neerkomen dat er schaliegaswinning overal kan plaatsvinden in Nederland, aangezien de boortorens dan buiten de drinkwatergebieden kunnen staan en onderlangs onder de winputten kunnen fracken. Dat kan onaanvaardbare risico’s opleveren.
De keuze voor 1000 meter is niet onderbouwd en aangezien de bodemomstandigheden te veel van elkaar verschillen om risico’s op voorhand te kunnen beoordelen, is deze begrenzing van 1000 meter ontoereikend om risico’s voor het grondwater bij voorbaat uit te sluiten. “Daarmee is het uitsluiten van de grondwaterbeschermingsgebieden eigenlijk een sigaar uit eigen doos” zegt Lieve Declercq, directievoorzitter van Vitens. “Zoals het nu geformuleerd staat in de notitie kun je feitelijk overal schaliegas winnen.”
Vitens is blij dat van de minister de grondwaterbeschermingsgebieden uitsluit, maar tegelijkertijd plaatst Vitens vraagtekens bij het voorstel om wel boortorens te kunnen plaatsen in boringvrije zones, toekomstige strategische reserveringen en de intrekgebieden. In deze gebieden geldt nu al een beperking voor risicovolle activiteiten. Als het aan de minister ligt geldt dit in de toekomst echter niet voor schaliegaswinning, waardoor boortorens straks letterlijk in deze uiterst kwetsbare grondwatergebieden van Nederland kunnen staan.
De grote hoeveelhedenchemicaliën die bij schaliegaswinning boven en onder de grond gebruikt worden, moeten volgens het waterbedrijf op grote afstand gehouden worden van deze kwetsbare Nederlandse drinkwaterbronnen. Eén liter weggelekte olie maakt maar liefst een miljoen liter grondwater ongeschikt voor de waterzuivering, voor decennia. Dat geldt mogelijk ook voorde chemische stoffen die gebruikt worden bij schaliegaswinning. Het waterbedrijf heeft de minister gewezen op de omvangrijke onderzoeken die gaande zijn bij zowel de Europese Commissie als de Federale overheid van de Verenigde Staten naar de impact van schaliegaswinning op het grondwater. Er is te weinig bekend over de effecten en een literatuurstudie uit Nederland kan die kennis niet aanvullen. Door schaliegaswinning desondanks ook toe te staan in de meest kwetsbare gebieden van het land, neemt de minister volgens Vitens een onaanvaardbaar risico.
Bovendien, zo betoogt het waterbedrijf, zou het economisch voordeel van boren in deze drinkwatergebieden aanzienlijk kunnen worden beperkt door economische schade als gevolg van een calamiteit in gebieden die voor de drinkwaterproductie van belang zijn. Vitens wijst er in haar reactie op dat maar liefst 20% van het Nederlandse bruto binnenlandse product wordt opgebracht door waterafhankelijke bedrijven. Door de zeer goede kwaliteit van het kraanwater en de relatief scherpe prijs zijn veel industrieën in Nederland afhankelijk van de productie van drinkwater. Het bedrijf heeft gevraagd in het kosten en baten onderzoek specifiek de economische impact van de Nederlandse drinkwatervoorziening een plek te geven.
Vitens vindt het vreemd dat de minister niet op voorhand alle drinkwatergebieden uitsluit. De overlap van drinkwatervoorzieningen met schalielagen is slechts 10 procent. Als de laatste worden uitgesloten, blijft nog een groot gebied over waar winning van schaliegas zou kunnen plaatsvinden zonder gevaar voor de huidige en toekomstige drinkwatervoorzieningen. Onnodig risico lopen door de drinkwatervoorzieningen niet uit te sluiten staat haaks op het nationale belang van de drinkwatervoorziening.
In haar reactie op het plan van de minister laat het waterbedrijf verder weten dat ook de 1000-meter dieptegrens van tafel moet. Deze grens zou er feitelijk op neerkomen dat er schaliegaswinning overal kan plaatsvinden in Nederland, aangezien de boortorens dan buiten de drinkwatergebieden kunnen staan en onderlangs onder de winputten kunnen fracken. Dat kan onaanvaardbare risico’s opleveren.
De keuze voor 1000 meter is niet onderbouwd en aangezien de bodemomstandigheden te veel van elkaar verschillen om risico’s op voorhand te kunnen beoordelen, is deze begrenzing van 1000 meter ontoereikend om risico’s voor het grondwater bij voorbaat uit te sluiten. “Daarmee is het uitsluiten van de grondwaterbeschermingsgebieden eigenlijk een sigaar uit eigen doos” zegt Lieve Declercq, directievoorzitter van Vitens. “Zoals het nu geformuleerd staat in de notitie kun je feitelijk overal schaliegas winnen.”
Geen opmerkingen: