Adviescommissie Water: Nederland beter voorbereiden op overstromingen
Nederland is goed beveiligd tegen overstromingen en dat moet zo blijven. Het voorkómen van overstromingen door dijken, duinen en voldoende ruimte voor de rivieren is de meest kosteneffectieve maatregel. Toch is een overstroming nooit helemaal uit te sluiten. Daarom vindt de Adviescommissie Water (AcW) het noodzakelijk om ook goed voorbereid te zijn wanneer het toch een keer mis gaat. Dat kan door het beperken van de gevolgen van een eventuele overstroming via ruimtelijke inrichting en met een goede rampenbeheersing. In een advies aan de minister van Infrastructuur en Milieu doet de AcW daarvoor een aantal aanbevelingen.
De commissie vindt allereerst dat gemeenten samen met waterschappen en veiligheidsregio's meer kennis moeten ontwikkelen over de gevolgen van overstromingen. Vooral over de fase van herstel na een overstroming weten we nog te weinig. De duur van een overstroming en de maatschappelijke gevolgen zijn per gebied verschillend. Zo zal in de IJsselvallei het water na een overstroming vrij snel weer verdwijnen, terwijl in diepliggende polders zoals Flevoland het water vele maanden in het gebied zal blijven staan. Dat heeft enorme consequenties voor heel Nederland. Die gevolgen moeten bepalend zijn voor maatregelen om bestaande bebouwing meer waterrobuust te maken en voor de afweging waar wel en niet wordt gebouwd.
Voor het daadwerkelijk waterrobuuster maken van Nederland is een minder vrijblijvende aanpak noodzakelijk. Daarom pleit de commissie voor het blijvend wettelijk verankeren van de watertoets en voor het opstellen van specifieke bouwregelgeving in kwetsbare gebieden. Ook burgers en bedrijven kunnen zelf bijdragen aan het beperken van gevolgen door bijvoorbeeld ICT voorzieningen niet in kelders te plaatsen. De AcW vindt dat er daarnaast resultaatseisen aan de rampenbeheersing gesteld moeten worden. Zij stelt voor om een vorm van visitatie bij de veiligheidsregio's te introduceren om ze te helpen bij het maken van rampenplannen voor overstromingen.
De commissie vindt allereerst dat gemeenten samen met waterschappen en veiligheidsregio's meer kennis moeten ontwikkelen over de gevolgen van overstromingen. Vooral over de fase van herstel na een overstroming weten we nog te weinig. De duur van een overstroming en de maatschappelijke gevolgen zijn per gebied verschillend. Zo zal in de IJsselvallei het water na een overstroming vrij snel weer verdwijnen, terwijl in diepliggende polders zoals Flevoland het water vele maanden in het gebied zal blijven staan. Dat heeft enorme consequenties voor heel Nederland. Die gevolgen moeten bepalend zijn voor maatregelen om bestaande bebouwing meer waterrobuust te maken en voor de afweging waar wel en niet wordt gebouwd.
Voor het daadwerkelijk waterrobuuster maken van Nederland is een minder vrijblijvende aanpak noodzakelijk. Daarom pleit de commissie voor het blijvend wettelijk verankeren van de watertoets en voor het opstellen van specifieke bouwregelgeving in kwetsbare gebieden. Ook burgers en bedrijven kunnen zelf bijdragen aan het beperken van gevolgen door bijvoorbeeld ICT voorzieningen niet in kelders te plaatsen. De AcW vindt dat er daarnaast resultaatseisen aan de rampenbeheersing gesteld moeten worden. Zij stelt voor om een vorm van visitatie bij de veiligheidsregio's te introduceren om ze te helpen bij het maken van rampenplannen voor overstromingen.
Geen opmerkingen: