‘Een breed, compleet verbod voor PFAS en andere ZZS-stoffen is nu snel nodig’
Nederland beschikt over een beperkt aantal bronnen voor de productie van drinkwater; grondwater (goed voor ruwweg 60% van ons drinkwater), oppervlaktewater (39%) en duinwater (1%). De waterkwaliteit van deze bronnen is belangrijk voor ons drinkwater en bepaalt welke zuiveringsinspanning een drinkwaterbedrijf moet leveren. Waar lopen de drinkwaterbedrijven tegenaan op het gebied van bronkwaliteit en hoe gaan zij hiermee om?
Zo’n 15% van het drinkwater dat Waterbedrijf Groningen produceert, wordt gemaakt van oppervlaktewater uit de Drentsche Aa; de overige 85% is afkomstig van grondwater. ‘Van onze vijf grondwaterwinningen zijn er twee goed beschermd door een niet-doorlatende kleilaag in de bodem’, aldus manager Technologie Mark Schaap. ‘Bij drie winningen ontbreekt zo’n natuurlijke barrière en kan oppervlaktewater – met de daarin voorkomende verontreinigingen – het grondwater bereiken. In de putten van deze winningen komen wij steeds meer bestrijdingsmiddelen uit de landbouw, chemicaliën, medicijnresten, PFAS en zoetstoffen tegen.’
De waterkwaliteit is de afgelopen jaren flink achteruitgegaan, zegt Schaap: ‘We monitoren onze bronnen intensief en we zien het aantal en de concentratie van ongewenste stoffen in het gronden oppervlaktewater gestaag toenemen. Deels zijn wij in staat om de verontreinigingen in onze zuivering te verwijderen, waardoor de niveaus van deze stoffen nu nog binnen de normen van de Drinkwaterwet blijven. Wel zijn wij steeds meer geld kwijt aan het frequenter regenereren van onze actiefkoolfilters en aan monitoring. Naast een brede screening controleren wij inmiddels specifiek op zo’n 800 verschillende organische microverontreinigingen.’
‘Het stroomgebied van de Drentsche Aa is een nationaal park met natuur, bewoning en landbouw. Wij besteden veel tijd aan gebiedsmanagement met stakeholders. Het gaat daarbij om overleg met landbouwers over bijvoorbeeld spuitvrije zones langs de oevers, het tegengaan van erfafspoeling, het juiste gebruik van bestrijdingsmiddelen of alternatieven daarvoor. Soms weten boeren niet eens dat hun land naast een waterwingebied ligt, of dat er PFAS in hun bestrijdingsmiddelen zit.’
Schaap: ‘Het belangrijkste is een snel en breed verbod op de productie en het gebruik van PFAS. Daarnaast moet er landelijk bij de toelating en het gebruik van chemische stoffen strenger worden gekeken naar de invloed ervan op de waterkwaliteit en de gevolgen voor de drinkwatervoorziening. Met name voor Zeer Zorgwekkende Stoffen pleiten wij voor een strenge bronaanpak, met strikte normen en toelatingseisen. Uitgangspunt moet zijn het voorzorgsprincipe: wat er niet in komt, hoef je er ook niet uit te halen. De verschillende overheden moeten hun wettelijke zorgplicht voor de drinkwatervoorziening echt serieus gaan invullen. We zien in de provinciale omgevingsverordeningen wel regels over het wel of niet toestaan van bepaalde bestrijdingsmiddelen. Maar als er dan vervolgens nauwelijks of geen sprake is van toezicht en handhaving is, blijft dat een dode letter.’
Een relatief nieuw probleem is de verontreiniging van het grondwater door gebiedsvreemd oppervlaktewater dat infiltreert in noodbergingsgebieden, bij natuurvernatting of om veenoxidatie tegen te gaan. Schaap: ‘Wij merken dat bijvoorbeeld bij de rivier de Hunze en rondom het Zuidlaardermeer, waar het waterschap en de provincie natte natuurgebieden creëren. Omdat er op dat oppervlaktewater ook effluent van rioolwaterzuiveringen (rwzi’s) wordt geloosd, komen stoffen zoals PFAS, medicijnresten en zoetstoffen alsnog bij het grondwater. De normen van de nieuwe Europese Richtlijn Stedelijk Afvalwater gelden niet voor de kleinere rwzi’s’. Wij pleiten dus voor een Nederlandse kop op de regelgeving: een verplichte aanvullende zuiveringstrap voor rwzi’s die impact hebben op bronnen voor de drinkwaterproductie. Dit betekent ook directe winst voor het milieu als geheel.’
Waternet is een echt oppervlaktewaterbedrijf, aldus senior adviseur Drinkwater Job Rook: ‘Ongeveer twee derde van ons drinkwater produceren wij uit oppervlaktewater uit het Lekkanaal bij Nieuwegein, dat na een voorzuivering wordt geïnfiltreerd in de duinen. Daarnaast gebruiken wij kwelwater uit de Bethunepolder bij Maarssen, en een klein beetje natuurlijk duinwater uit de Amsterdamse Waterleidingduinen. Het relatief schone water uit deze laatste twee bronnen gebruiken we om via opmenging met het minder schone Lekwater toch goed drinkwater te kunnen maken.’
‘Over het algemeen zien wij de afgelopen jaren dat de kwaliteit van onze bronnen terugloopt. Het meest evident is dat in het Lekkanaal, dat Rijnwater aanvoert. We zien daar een toename van bestrijdingsmiddelen, medicijnresten en veel Zeer Zorgwekkende Stoffen, waaronder PFAS. In droge perioden worden de concentraties van deze stoffen in de Rijn door de lagere waterafvoer onaanvaardbaar hoog. PFAS komen wij inmiddels overal tegen, zelfs in de duinen, als gevolg van sea spray en atmosferische depositie. Ons mooie, schone duinwater wordt in de ondergrond opeens bedreigd vanuit de lucht. Dat baart ons grote zorgen, want de duinen spelen al ruim 150 jaar een belangrijke rol in ons zuiveringssysteem en dat komt hierdoor nu onder druk te staan.’
‘Deze ontwikkelingen hebben tot gevolg dat we ons in een situatie bevinden die diametraal staat tegenover wat wij eigenlijk willen en wat wordt beschreven in de Kaderrichtlijn Water. In plaats van schoner worden de bronnen vuiler en in plaats van een eenvoudige zuivering moeten wij steeds geavanceerdere en duurdere zuiveringstechnieken inzetten om drinkwater te maken. Vanwege de toename van PFAS vervangen we sinds 2022 onze actiefkoolfilters met een hogere frequentie dan voorheen. De gebruikte kool wordt afgevoerd naar een verwerkingsbedrijf, daar gereinigd door verhitting en teruggebracht voor hergebruik. Behalve een grotere CO2-footprint leidt dit jaarlijks nu al tot ruim 1 miljoen euro extra kosten. Dat is niet wat we willen: drinkwater moet betaalbaar en bereikbaar blijven voor iedereen.’
‘Op de langere termijn is dit geen duurzame oplossing. Daarom willen we Zeer Zorgwekkende Stoffen zoals PFAS voor 100% uit het water halen. Je komt dan vanzelf terecht bij een zuiveringsmethode met RO of membraanfiltratie, waarmee alle stoffen uit het water worden verwijderd. Dat levert wel een sterk vervuilde reststroom op, waar je iets mee moet. Eigenlijk wil je stoffen zoals PFAS volledig uit de kringloop verwijderen, dus echt vernietigen. We moeten opeenstapeling in de natuur voorkomen, anders is het dweilen met de kraan open. In dat kader nemen wij ook deel aan een initiatief van de waterschappen, het project Winnovatie. Hierin wordt onderzoek gedaan naar technologie voor het compleet en definitief verwijderen van PFAS. Daarnaast onderzoeken wij alternatieve bronnen voor de productie van drinkwater in ons gebied, zoals brak kwelwater.’
Zo’n 15% van het drinkwater dat Waterbedrijf Groningen produceert, wordt gemaakt van oppervlaktewater uit de Drentsche Aa; de overige 85% is afkomstig van grondwater. ‘Van onze vijf grondwaterwinningen zijn er twee goed beschermd door een niet-doorlatende kleilaag in de bodem’, aldus manager Technologie Mark Schaap. ‘Bij drie winningen ontbreekt zo’n natuurlijke barrière en kan oppervlaktewater – met de daarin voorkomende verontreinigingen – het grondwater bereiken. In de putten van deze winningen komen wij steeds meer bestrijdingsmiddelen uit de landbouw, chemicaliën, medicijnresten, PFAS en zoetstoffen tegen.’
De waterkwaliteit is de afgelopen jaren flink achteruitgegaan, zegt Schaap: ‘We monitoren onze bronnen intensief en we zien het aantal en de concentratie van ongewenste stoffen in het gronden oppervlaktewater gestaag toenemen. Deels zijn wij in staat om de verontreinigingen in onze zuivering te verwijderen, waardoor de niveaus van deze stoffen nu nog binnen de normen van de Drinkwaterwet blijven. Wel zijn wij steeds meer geld kwijt aan het frequenter regenereren van onze actiefkoolfilters en aan monitoring. Naast een brede screening controleren wij inmiddels specifiek op zo’n 800 verschillende organische microverontreinigingen.’
‘Het stroomgebied van de Drentsche Aa is een nationaal park met natuur, bewoning en landbouw. Wij besteden veel tijd aan gebiedsmanagement met stakeholders. Het gaat daarbij om overleg met landbouwers over bijvoorbeeld spuitvrije zones langs de oevers, het tegengaan van erfafspoeling, het juiste gebruik van bestrijdingsmiddelen of alternatieven daarvoor. Soms weten boeren niet eens dat hun land naast een waterwingebied ligt, of dat er PFAS in hun bestrijdingsmiddelen zit.’
Schaap: ‘Het belangrijkste is een snel en breed verbod op de productie en het gebruik van PFAS. Daarnaast moet er landelijk bij de toelating en het gebruik van chemische stoffen strenger worden gekeken naar de invloed ervan op de waterkwaliteit en de gevolgen voor de drinkwatervoorziening. Met name voor Zeer Zorgwekkende Stoffen pleiten wij voor een strenge bronaanpak, met strikte normen en toelatingseisen. Uitgangspunt moet zijn het voorzorgsprincipe: wat er niet in komt, hoef je er ook niet uit te halen. De verschillende overheden moeten hun wettelijke zorgplicht voor de drinkwatervoorziening echt serieus gaan invullen. We zien in de provinciale omgevingsverordeningen wel regels over het wel of niet toestaan van bepaalde bestrijdingsmiddelen. Maar als er dan vervolgens nauwelijks of geen sprake is van toezicht en handhaving is, blijft dat een dode letter.’
Een relatief nieuw probleem is de verontreiniging van het grondwater door gebiedsvreemd oppervlaktewater dat infiltreert in noodbergingsgebieden, bij natuurvernatting of om veenoxidatie tegen te gaan. Schaap: ‘Wij merken dat bijvoorbeeld bij de rivier de Hunze en rondom het Zuidlaardermeer, waar het waterschap en de provincie natte natuurgebieden creëren. Omdat er op dat oppervlaktewater ook effluent van rioolwaterzuiveringen (rwzi’s) wordt geloosd, komen stoffen zoals PFAS, medicijnresten en zoetstoffen alsnog bij het grondwater. De normen van de nieuwe Europese Richtlijn Stedelijk Afvalwater gelden niet voor de kleinere rwzi’s’. Wij pleiten dus voor een Nederlandse kop op de regelgeving: een verplichte aanvullende zuiveringstrap voor rwzi’s die impact hebben op bronnen voor de drinkwaterproductie. Dit betekent ook directe winst voor het milieu als geheel.’
Waternet is een echt oppervlaktewaterbedrijf, aldus senior adviseur Drinkwater Job Rook: ‘Ongeveer twee derde van ons drinkwater produceren wij uit oppervlaktewater uit het Lekkanaal bij Nieuwegein, dat na een voorzuivering wordt geïnfiltreerd in de duinen. Daarnaast gebruiken wij kwelwater uit de Bethunepolder bij Maarssen, en een klein beetje natuurlijk duinwater uit de Amsterdamse Waterleidingduinen. Het relatief schone water uit deze laatste twee bronnen gebruiken we om via opmenging met het minder schone Lekwater toch goed drinkwater te kunnen maken.’
‘Over het algemeen zien wij de afgelopen jaren dat de kwaliteit van onze bronnen terugloopt. Het meest evident is dat in het Lekkanaal, dat Rijnwater aanvoert. We zien daar een toename van bestrijdingsmiddelen, medicijnresten en veel Zeer Zorgwekkende Stoffen, waaronder PFAS. In droge perioden worden de concentraties van deze stoffen in de Rijn door de lagere waterafvoer onaanvaardbaar hoog. PFAS komen wij inmiddels overal tegen, zelfs in de duinen, als gevolg van sea spray en atmosferische depositie. Ons mooie, schone duinwater wordt in de ondergrond opeens bedreigd vanuit de lucht. Dat baart ons grote zorgen, want de duinen spelen al ruim 150 jaar een belangrijke rol in ons zuiveringssysteem en dat komt hierdoor nu onder druk te staan.’
‘Deze ontwikkelingen hebben tot gevolg dat we ons in een situatie bevinden die diametraal staat tegenover wat wij eigenlijk willen en wat wordt beschreven in de Kaderrichtlijn Water. In plaats van schoner worden de bronnen vuiler en in plaats van een eenvoudige zuivering moeten wij steeds geavanceerdere en duurdere zuiveringstechnieken inzetten om drinkwater te maken. Vanwege de toename van PFAS vervangen we sinds 2022 onze actiefkoolfilters met een hogere frequentie dan voorheen. De gebruikte kool wordt afgevoerd naar een verwerkingsbedrijf, daar gereinigd door verhitting en teruggebracht voor hergebruik. Behalve een grotere CO2-footprint leidt dit jaarlijks nu al tot ruim 1 miljoen euro extra kosten. Dat is niet wat we willen: drinkwater moet betaalbaar en bereikbaar blijven voor iedereen.’
‘Op de langere termijn is dit geen duurzame oplossing. Daarom willen we Zeer Zorgwekkende Stoffen zoals PFAS voor 100% uit het water halen. Je komt dan vanzelf terecht bij een zuiveringsmethode met RO of membraanfiltratie, waarmee alle stoffen uit het water worden verwijderd. Dat levert wel een sterk vervuilde reststroom op, waar je iets mee moet. Eigenlijk wil je stoffen zoals PFAS volledig uit de kringloop verwijderen, dus echt vernietigen. We moeten opeenstapeling in de natuur voorkomen, anders is het dweilen met de kraan open. In dat kader nemen wij ook deel aan een initiatief van de waterschappen, het project Winnovatie. Hierin wordt onderzoek gedaan naar technologie voor het compleet en definitief verwijderen van PFAS. Daarnaast onderzoeken wij alternatieve bronnen voor de productie van drinkwater in ons gebied, zoals brak kwelwater.’
Geen opmerkingen: