Waterschap roept op tot gezamenlijke aanpak ter bescherming waterkwaliteit
Waterschap Roer en Overmaas roept het Rijk, Provincies, waterschappen, drinkwaterbedrijven en industrie op om gezamenlijk werk te maken van de bescherming van waterkwaliteit in de toekomst. Aanleiding voor deze oproep is de aanhoudende discussie rondom de lozing van pyrazool vanuit Sitech op het Chemelotterrein in Geleen. “Momenteel ligt pyrazool onder het vergrootglas en leggen we een dwangsom op om de lozing te stoppen. Maar we weten dat er meer stoffen in het water zitten, waarvoor nog geen normen bestaan. Hoe gaan we als waterbeheerders en andere overheden, drinkwaterbedrijven en industrie daarmee om, nu en in de toekomst?”, aldus waterschapsvoorzitter Jan Schrijen.
Het waterschap signaleert rondom het probleem van de lozing van pyrazool een ander, breder probleem op grotere schaal. Waterschapsvoorzitter Jan Schrijen: “We moeten voorkomen dat we incidentgestuurd gaan werken. Gezien de klimaatverandering en de verwachte lagere afvoeren van de Maas is het goed denkbaar dat hoge concentraties van allerlei stoffen jaarlijks terugkeren. Dit vraagt om een gezamenlijke aanpak: van Rijk, provincies, waterschappen, drinkwaterbedrijven en industrie. De vraag is of Maas- en Rijnwater geschikt moeten zijn voor drinkwaterbereiding, rekening houdend met de industrie in binnen- en buitenland die loost op deze wateren. Als het antwoord ja is, dan vraagt dat iets van de zuiveringstechnieken: bij bedrijven, bij waterschappen en bij drinkwaterbedrijven. Hoe regelen we dit voor de toekomst op een manier, die recht doet aan alle belangen? Dit is een probleem dat Waterschap Roer en Overmaas overstijgt. Het vraagt een brede, gezamenlijke aanpak met afweging van alle belangen tegen de laagste maatschappelijke kosten.”
Het waterschap signaleert rondom het probleem van de lozing van pyrazool een ander, breder probleem op grotere schaal. Waterschapsvoorzitter Jan Schrijen: “We moeten voorkomen dat we incidentgestuurd gaan werken. Gezien de klimaatverandering en de verwachte lagere afvoeren van de Maas is het goed denkbaar dat hoge concentraties van allerlei stoffen jaarlijks terugkeren. Dit vraagt om een gezamenlijke aanpak: van Rijk, provincies, waterschappen, drinkwaterbedrijven en industrie. De vraag is of Maas- en Rijnwater geschikt moeten zijn voor drinkwaterbereiding, rekening houdend met de industrie in binnen- en buitenland die loost op deze wateren. Als het antwoord ja is, dan vraagt dat iets van de zuiveringstechnieken: bij bedrijven, bij waterschappen en bij drinkwaterbedrijven. Hoe regelen we dit voor de toekomst op een manier, die recht doet aan alle belangen? Dit is een probleem dat Waterschap Roer en Overmaas overstijgt. Het vraagt een brede, gezamenlijke aanpak met afweging van alle belangen tegen de laagste maatschappelijke kosten.”
Geen opmerkingen: