West Vlaanderen stopt met schapenbegrazing langs de Damse Vaart
De deputatie van de provincie besliste in haar zitting van donderdag 8 januari om de begrazing van de Damse Vaart door middel van schapen stop te zetten. Onder andere de gewijzigde afspraken over het beheer van de Damse Vaart tussen de Provincie West-Vlaanderen en de nv Waterwegen en Zeekanalen (W&Z) spelen hierbij een grote rol.
Sinds juni 2014 is de Provincie niet langer belast met het beheer van de rechteroever. Zo komt het aantal te begrazen ha voor de Provincie neer op slechts 8 ha, ten opzichte van de oorspronkelijke 15 ha. In de overeenkomst die in juni 2014 met W&Z gesloten werd, werd ook uitdrukkelijk opgenomen dat het beheer van de lijnbeplanting en de grazige bermen onderling zou afgestemd worden, onder andere via een gezamenlijk beheerplan.
Daarnaast werd bij de beslissing ook rekening gehouden met een aantal organisatorische en ecologische aspecten van een dergelijke begrazing, namelijk de moeilijke verzoenbaarheid met recreatie, het budgettaire aspect en de noodzaak van het aanvullend maaien en het diversiteitsaspect.
Aan de linkeroever van de Damse Vaart, de oever in beheer van de Provincie, gebeurt de meeste recreatie. Het drukbezocht fiets- en wandelpad doorsnijdt de bermen. Tijdens periodes van begrazing, leidde dit tot onveilige situaties waarbij de schapen zich plots op het fiets- en wandelpad begaven. Om hieraan tegemoet te komen werd tijdens de zomerperiode, van 1 juli tot 15 augustus, niet aan schapenbegrazing gedaan. Een periode waarin dus op een andere manier bijkomend gemaaid moest worden.
Sinds juni 2014 is de Provincie niet langer belast met het beheer van de rechteroever. Zo komt het aantal te begrazen ha voor de Provincie neer op slechts 8 ha, ten opzichte van de oorspronkelijke 15 ha. In de overeenkomst die in juni 2014 met W&Z gesloten werd, werd ook uitdrukkelijk opgenomen dat het beheer van de lijnbeplanting en de grazige bermen onderling zou afgestemd worden, onder andere via een gezamenlijk beheerplan.
Daarnaast werd bij de beslissing ook rekening gehouden met een aantal organisatorische en ecologische aspecten van een dergelijke begrazing, namelijk de moeilijke verzoenbaarheid met recreatie, het budgettaire aspect en de noodzaak van het aanvullend maaien en het diversiteitsaspect.
Aan de linkeroever van de Damse Vaart, de oever in beheer van de Provincie, gebeurt de meeste recreatie. Het drukbezocht fiets- en wandelpad doorsnijdt de bermen. Tijdens periodes van begrazing, leidde dit tot onveilige situaties waarbij de schapen zich plots op het fiets- en wandelpad begaven. Om hieraan tegemoet te komen werd tijdens de zomerperiode, van 1 juli tot 15 augustus, niet aan schapenbegrazing gedaan. Een periode waarin dus op een andere manier bijkomend gemaaid moest worden.
Geen opmerkingen: