Tauw voert pilot risicogestuurd rioolbeheer uit met Friese gemeenten
Tauw voert samen met de gemeenten Leeuwarden, Tytsjerksteradiel en Heerenveen een pilot uit naar ‘Risicogestuurd rioolbeheer en maatschappelijke effecten’. Deze gemeenten willen onderzoeken of binnen hun eigen rioolbeheertaken een meer doelmatige wijze van beheer mogelijk is. De Stichting RIONED participeert in dit project.
Dit initiatief behelst een aanpak om het rioolbeheer vanuit risicomanagement én een maatschappelijke kosten- en batenanalyse (MKBA) vorm te geven in plaats van de huidige programmatische, normgestuurde aanpak. Van oudsher is deze methode vooral gestoeld op het optimaal functioneren van het stelsel. Met de nieuwe aanpak wordt niet alleen naar het (dis)functioneren van de riolering en het eigen potje geld als afwegingskader gekeken maar ook naar de (negatieve) effecten van mogelijke
calamiteiten of disfunctioneren van de riolering. wat kan leiden tot indirecte effecten c.q. schade voor derden.
Elke rioolbeheerder maakt nu een eigen afweging tussen uit te voeren preventief en curatief onderhoud op basis van eigen beleid, (NEN)normen en geconstateerde schadebeelden uit rioolinspecties. Bij risicogestuurd rioolbeheer wordt de risicoanalyse vooraf gemaakt en worden rioolinspecties, onderzoek en preventief onderhoud ingezet op basis van risicocategorieën. Nut en noodzaak zijn daarmee van te voren al bepaald. Hiermee is het denkbaar dat in lage risicogebieden preventief onderhoud niet of nauwelijks meer plaatsvindt en het ’piep’-systeem wordt gehanteerd, terwijl in hoge risicogebieden de rioleringstoestand intensiever in de gaten wordt gehouden. Per saldo is het streven om de kosten voor het rioolbeheer naar beneden te brengen zónder onaanvaardbare risico’s te lopen.
Het eindresultaat bestaat uit GIS kaarten waarop verschillende risicoprofielen zijn aangegeven waarvoor voor elke risicoprofiel een beheerprogramma worden opgesteld.
Dit initiatief behelst een aanpak om het rioolbeheer vanuit risicomanagement én een maatschappelijke kosten- en batenanalyse (MKBA) vorm te geven in plaats van de huidige programmatische, normgestuurde aanpak. Van oudsher is deze methode vooral gestoeld op het optimaal functioneren van het stelsel. Met de nieuwe aanpak wordt niet alleen naar het (dis)functioneren van de riolering en het eigen potje geld als afwegingskader gekeken maar ook naar de (negatieve) effecten van mogelijke
calamiteiten of disfunctioneren van de riolering. wat kan leiden tot indirecte effecten c.q. schade voor derden.
Elke rioolbeheerder maakt nu een eigen afweging tussen uit te voeren preventief en curatief onderhoud op basis van eigen beleid, (NEN)normen en geconstateerde schadebeelden uit rioolinspecties. Bij risicogestuurd rioolbeheer wordt de risicoanalyse vooraf gemaakt en worden rioolinspecties, onderzoek en preventief onderhoud ingezet op basis van risicocategorieën. Nut en noodzaak zijn daarmee van te voren al bepaald. Hiermee is het denkbaar dat in lage risicogebieden preventief onderhoud niet of nauwelijks meer plaatsvindt en het ’piep’-systeem wordt gehanteerd, terwijl in hoge risicogebieden de rioleringstoestand intensiever in de gaten wordt gehouden. Per saldo is het streven om de kosten voor het rioolbeheer naar beneden te brengen zónder onaanvaardbare risico’s te lopen.
Het eindresultaat bestaat uit GIS kaarten waarop verschillende risicoprofielen zijn aangegeven waarvoor voor elke risicoprofiel een beheerprogramma worden opgesteld.
Geen opmerkingen: