Rijkswaterstaat werkt al geruime tijd aan het verbeteren van de ecologie van de Maas. Denk aan herstel van natuurvriendelijke oevers, beekmondingen en aanleg van nieuwe geulen. Maar de klus is nog niet klaar.
Tot eind 2027 staat er nog een en ander op de planning. Momenteel liggen de definitieve plannen voor 14 nieuwe locaties tussen Rijkel en Oeffelt langs de Zandmaas ter inzage.
De maatregelen zijn onderdeel van de Europese Kaderrichtlijn Water. Het doel: de kwaliteit van ons oppervlaktewater verbeteren, zodat de biodiversiteit toeneemt. Veel oorspronkelijke waterplanten, vissen en kleine diertjes zijn namelijk verdwenen langs de Maas of komen nog maar weinig voor. Dit komt deels doordat de mens het rivierenlandschap door de jaren heen flink heeft veranderd.
Op de 14 locaties worden met name geulen aangelegd, die meestal geïsoleerd in de uiterwaard liggen, los van de Maas. Ook de Oude Maasarm bij Heijen krijgt een ecologische impuls. Verder worden de mondingen van de Stepkensbeek en de Looise Graaf heringericht. Deze dienen van nature als kruispunten voor de waternatuur. Ze zijn belangrijk voor vissen als opgroei- en voortplantingsgebied.
De afgelopen jaren is al zo’n 100 km Maasoever ontdaan van de stenen versteviging. In de Zandmaas komt daar nu nog zo’n 2 km bij. De nieuwe natuurvriendelijke oevers zullen geleidelijk veranderen in rivierstrandjes met ondiep water, zoals die vroeger langs de Maas te vinden waren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten