dinsdag 2 december 2025

Sluis Schijndel twee weken gestremd vanwege aanvaring

In de nacht van woensdag 26 november op donderdag 27 november 2025 is een binnenvaartschip tegen de sluis aangevaren. Hierbij is schade ontstaan aan verschillende onderdelen. De schepen die bij de sluis liggen te wachten, helpen we verder door handmatig te schutten. Op deze manier kunnen de schippers toch hun weg vervolgen.

De komende twee weken onderzoeken we hoe groot de schade is en wat er nodig is aan reparatiemaatregelen.

Door de aanvaring is de Zuid-Willemsvaart ter hoogte van Schijndel gestremd. Er is een alternatieve route beschikbaar via Panheel. Niet alle schepen kunnen daar gebruik van maken omdat er beperkingen gelden voor diepgang en breedte. Op de website Vaarweginformatie  staat meer informatie over de vaarroute.

maandag 1 december 2025

Water besparen bij staalgigant Van Merksteijn in Almelo

Overijsselse bedrijven moeten minder water verbruiken. Hoe pak je dat aan? En wat levert het op? Grote bedrijven delen hun kennis binnen de Waterkoplopers Industrie Overijssel. Van Merksteijn wil 80.000 kubieke meter waterverbruik terugbrengen met de helft. Frank Swartjes vertelt over hun uitdagingen en ambities.

Op het uitgestrekte terrein van Van Merksteijn in Almelo is alles groot. Meer dan vijftig voetbalvelden staal, hallen van bijna twintig hectare, een eigen haven waar binnenvaartschepen dagelijks tonnen walsdraad aanvoeren, en zelfs een spoorlijn die rechtstreeks het terrein oploopt. Elke dag rijden 150 volle vrachtwagens de poorten uit. Hier worden jaarlijks honderdduizenden tonnen staal verwerkt tot betonmatten, wapeningsstaal en hekwerken die in heel Europa te vinden zijn. Het is een wereld waar machines continu draaien, honderden mensen aan het werk zijn en waar overal koelwater stroomt.

“Water is bij ons letterlijk van levensbelang”, zegt ingenieur Frank Swartjes, HSE-manager en senior projectmanager bij Van Merksteijn. “Zonder water staan onze installaties stil. Dan kunnen we geen hekwerk maken en geen betonstaal produceren. Voor ons de leveringszekerheid van water een showstopper.”

Merksteijn (na een fusie sinds mei onderdeel van Reinforcing Steel Europe (RSE)) verbruikt jaarlijks zo’n 80.000 kubieke meter water. Een derde gaat naar de koeling van lasinstallaties en aggregaten, een derde naar de draadverzinklijnen en een derde naar de coatlijnen waar hekwerken hun beschermende laag krijgen. “Water was jarenlang goedkoop en vanzelfsprekend. We focusten vooral op energie- en gasbesparing, dat woog veel zwaarder in de kostprijs van ons product”, vertelt Frank.

Dat veranderde toen drinkwaterbedrijf Vitens aangaf dat grootzakelijke drinkwaterleveringen in de toekomst niet meer vanzelfsprekend zijn. Huishoudens krijgen in geval van schaarste ook altijd voorrang boven industrie. Frank: “Toen viel het kwartje: als we meer drinkwater vragen komt dat niet zomaar uit de kraan en ligt ons hele bedrijf plat. Dat risico konden we niet langer negeren. Sindsdien is watermanagement een van onze topprioriteiten.” Vitens toetst ook nieuwe Verwijst naar een andere websitedrinkwateraanvraag op het passend en duurzaam gebruik en op beschikbaarheid van het water.

vrijdag 28 november 2025

Waterverhalen door The Dutch Historian

Het hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier bezit vanuit zijn eeuwenoude verleden veel watererfgoed. In het landschap springen de poldermolens, oude gemalen en dijken natuurlijk direct in het oog. HHNK vindt het belangrijk dat verhalen uit het verleden levendig blijven. Daarom zijn de heren van The Dutch Historian uitgenodigd voor het geven van een historische lezing. Zij vertellen over de drooglegging van de Wieringermeer en de invasie van 1799. De lezing vindt plaats op 11 december aanstaande op het hoofdkantoor van HHNK.   

The Dutch Historian is het initiatief van Axel Stam en Lars Boon. Met dit platform maken zij geschiedenis boeiend en begrijpelijk. Dit doen zij met een populair Instagramaccount en een podcast. Via sociale media en andere kanalen weet The Dutch Historian een breed publiek te bereiken en te enthousiasmeren voor het verleden. 

Britten en Russen landden aan de Noord-Hollandse kust met als doel de Bataafse Republiek omver te werpen. Vele bewoners in het gebied kregen hierdoor te maken met Engelse, Russische of Bataafse soldaten in hun huizen. En ook 17de-eeuwse droogmakerijen liepen vol met water. Tegenwoordig is er maar weinig over bekend, terwijl er nog allerlei verwijzingen zijn te vinden. Denk bijvoorbeeld aan het Russische monument in Bergen. Water speelde een cruciale rol in de strijd. 

Drooggelegd in 1930, maar tijdens de Tweede Wereldoorlog opnieuw onder water gezet. Hoe kwam het zover, en welke persoonlijke verhalen schuilen hierachter? Waar vluchtten de mensen uit de Wieringermeer heen, hoe kreeg men het water weer weg en wat is er vandaag de dag nog te zien van deze ramp?

Daarnaast delen Axel en Lars historische weetjes over de regio en het waterschap, die eerder verschenen op hun Instagram-account The Dutch Historian. Verwacht een avond vol verrassende inzichten, bijzondere objecten, humor en historische diepgang.   

De verhalen op deze avond brengen de kracht en de kwetsbaarheid van onze dijken in beeld. Want de vraag blijft actueel: hoe houden we onze dijken in stand in een gebied dat voor een groot deel onder zeeniveau ligt? Juist in het najaar zijn we extra alert op hoogwater, zware regenval en stormen die voor overlast of risico's kunnen zorgen. Medewerkers en materieel staan dag en nacht paraat. Deze interactieve lezing past daarom perfect in de publiekscampagne: Klaar voor water! 

Praktische informatie 
Datum: 11 december 

Locatie: Stationsplein 136, 1703 WC Heerhugowaard 

Tijd 19:00 uur tot 21:15 uur  

donderdag 27 november 2025

Hilversum onderzoekt duurzaam warmtenet met warmte uit afvalwater

Gemeente Hilversum, Waterschap Amstel, Gooi en Vecht, woningcorporaties en warmtebedrijf Firan werken samen. Ze onderzoeken of de warmte van het afvalwater van de rioolwaterzuivering huizen kan verwarmen in Hilversum-Oost.

Aquathermie is een techniek waarmee warmte uit water wordt gehaald. Met deze techniek kunnen woningen worden verwarmd. In Hilversum zit veel warmte in het afvalwater van de rioolwaterzuivering. Dit water is ongeveer 20 graden warm en komt uit de douche, vaatwassers en wasmachines. Nu gaat die warmte verloren als het water is schoongemaakt. Het waterschap wil dit veranderen en vaker de warmte van rioolwaterzuiveringen gebruiken om huizen te verwarmen.

Sander Mager, dagelijks bestuurder van het waterschap: ‘We zien grote kansen voor aquathermie op veel plekken in ons gebied. We zijn blij dat we hiermee bezig kunnen in Hilversum. Hoe mooi is het zijn als woningen in Hilversum verwarmd kunnen worden met warmte uit hun eigen afvalwater!’

In Hilversum-Oost onderzoekt men of met de warmte uit de rioolwaterzuivering 2.500 huizen kunnen verwarmen. Er zijn nog wel vragen. Bijvoorbeeld: hoe wordt dit betaald en hoe past het in de omgeving? In 2026 komt er een nieuwe wet: de Wet collectieve warmte. Deze wet zegt dat grote warmtenetten van de overheid moeten zijn. De gemeente krijgt de leiding en heeft warmtebedrijf Firan gevraagd te helpen. Firan is een dochterbedrijf van Alliander en bouwt en beheert duurzame warmtenetten.

woensdag 26 november 2025

Test met natte landbouw in Ankeveen werkt goed

De afgelopen 6 jaar testte Waterschap Amstel, Gooi en Vecht samen met een boer en de provincie Noord-Holland natte landbouw. We doen dit om te zien of het helpt om bodemdaling te remmen en minder CO2 uit te stoten. De resultaten zijn positief.

Landbouw is het makkelijkst op grond met een laag waterpeil. Maar bij een laag waterpeil bij veengrond daalt de bodem en komt CO2 vrij. Om dit te voorkomen, verhogen we vaker het waterpeil. Daarom moeten we nieuwe manieren van landbouw bedenken. Eén van die manieren is natte landbouw. In Ankeveen hebben we natte landbouw getest met 3 soorten planten: veenmos, riet en lisdodde.

We leerden hoe we lisdodde en riet kunnen zaaien en oogsten. Een gezonde bodem is hierbij heel belangrijk. Zaaien werkt hier goed, maar er zijn speciale machines nodig om te oogsten.

De lisdodde groeide goed en leverde tot 26 ton per hectare op. Deze plant kan worden gebruikt als duurzaam isolatiemateriaal.

Voor natte landbouw is op deze plek veel water nodig. Maar water was later steeds minder nodig. Door het hoge waterpeil was er geen bodemdaling.

Natte landbouw is goed voor biodiversiteit en het klimaat. Per hectare wordt hier elk jaar ongeveer 14 ton CO2 minder uitgestoten dan op het gewone land naast de test.

Natte landbouw kan goed werken, maar alleen met de oogst verdient de boer niet voldoende geld. Daarom moeten we andere manieren vinden, zoals geld geven voor het opslaan van CO2 in de grond.

In Nederland hebben we honderden jaren lang de waterstand in onze veengebieden verlaagd door water weg te pompen. Zo werden de polders geschikt om er te wonen en te boeren. Maar de grond droogde hierdoor ook uit. Droge veengrond breekt sneller af dan natte veengrond. Daardoor daalt de bodem. Soms met wel 1 centimeter per jaar. Het dalen van de bodem heet bodemdaling. 

Bodemdaling zorgt voor problemen voor bewoners, gebruikers en overheden. Het zorgt voor schade aan gebouwen, wegen en landbouwgrond. Ook wordt het steeds duurder om water in dieperliggende polders op peil te houden. De waterkwaliteit gaat achteruit door aangetast veengrond dat in het water komt. En als veengrond daalt, komen er ook grote hoeveelheden CO2 vrij.

dinsdag 25 november 2025

Geen afsluitingen Spijkenisserbrug meer in 2025

In het weekend van 8 november 2025 is de westelijke hef van de Spijkenisserbrug, aan de kant van Spijkenisse, weer in gebruik genomen. De werkzaamheden die daarvoor nodig waren, zijn gunstiger verlopen dan gepland. Daardoor komen de laatste weekendafsluitingen in december te vervallen.

Eind augustus 2025 is de oostelijke hef, aan de kant van Hoogvliet, met de nieuwe systemen weer in gebruik genomen. Sinds het tweede weekend van november draait de westelijke hef ook op de nieuwe systemen.

Eind 2024 begon de renovatie van de Spijkenisserbrug: alle systemen en installaties voor bediening, besturing en bewaking werden het afgelopen jaar vernieuwd. De brug is daarvoor vaak dichtgegaan.

De renovatie van de Spijkenisserbrug duurt nog tot mei 2026.

maandag 24 november 2025

Geslaagde sluisdeurwissel in Amerongen

De deuren van de sluis bij stuwcomplex Amerongen kunnen na revisie weer zeker vijftien jaar mee. Ze werden in september 2025 op hun plek gehesen met een enorme kraan op een ponton. Omgevingsmanager Gert-Jan Borst van Rijkswaterstaat en werkvoorbereider Jordi de Groot van aannemerscombinatie Vitaal vertellen wat er allemaal kwam kijken bij deze bijzondere operatie.

Dat het vervangen van sluisdeuren geen eenvoudig klusje is, blijkt wel uit het feit dat de vaarweg vanaf 15 september 2025 twaalf dagen gestremd was. ‘We gingen eerst uit van tien dagen,’ vertelt Borst, ‘maar door de harde wind was het de eerste dagen niet mogelijk om te hijsen.’

Borst legt uit dat het wisselen van de deuren een vorm van preventief onderhoud is. We maken daarbij gebruik van het feit dat de sluisdeuren van Amerongen hetzelfde zijn als die van de sluizen in Driel en Hagestein. ‘Ze zijn dus uitwisselbaar en kunnen daardoor om beurten en preventief onderhouden worden,’ legt Borst uit.

Elke sluis telt drie sets deuren. Daarnaast beschikken we over twee reservesets in hun opslag; een depot van steunpunt Rosandepolder bij Oosterbeek. De nieuwe deuren van Amerongen komen uit die opslag. ‘Eerder deden ze dienst in de sluis van Driel.’ In de tussentijd werden ze grondig schoongemaakt en voorzien van een nieuwe laag verf. Vervolgens werden de deuren geïnspecteerd op lichte beschadigingen en hersteld.’

Voor het terugplaatsen van de sluisdeuren in Amerongen werd een grote telekraan – met een uitschuifbare arm – op een ponton gebruikt. ‘Ik vond dat een indrukwekkend gezicht,’ zegt Borst. En al heeft Vitaal veel ervaring met onderhoud van bruggen, sluizen en stuwen, volgens De Groot was het ook voor hen een bijzondere klus. ‘Het blijft spectaculair om te zien, deuren van 60 ton die in de lucht worden gehesen.’ 

vrijdag 21 november 2025

'Creëer meer ruimte voor onze nationale drinkwatervoorziening’

De tien Nederlandse drinkwaterbedrijven, verenigd in Vewin, voorzien ruim 8 miljoen huishoudens en bedrijven 24/7 van gezond, lekker en betaalbaar kraanwater. Zij vervullen daarmee een vitale functie in de samenleving voor volksgezondheid, welzijn én welvaart. 

De grootste uitdagingen waar de drinkwaterbedrijven mee kampen, zijn: de kwaliteit van de bronnen, waterbeschikbaarheid en de financiering van essentiële investeringen. Drie waterprofessionals pleiten voor snelle actie van de politiek.

In de Drinkwaterwet staat dat de openbare drinkwatervoorziening volksgezondheid, welzijn én welvaart dient. Dat betekent in de praktijk dat de drinkwaterbedrijven ervoor moeten zorgen dat op 8 miljoen adressen in Nederland 24/7 schoon en betaalbaar drinkwater uit de kraan komt. 

Joyce Nelissen, directeurbestuurder WML: ‘Dat gaat niet vanzelf: in het hele land werken duizenden waterprofessionals dag en nacht om de drinkwatervoorziening in goede banen te leiden. Het bestaande productie- en distributienetwerk moet onderhouden en vervangen worden. Tegelijkertijd is er intensievere zuivering nodig door de toenemende verontreiniging van onze bronnen én is een forse uitbreiding van het netwerk nodig in verband met de groei van het aantal woningen en de toenemende vraag door o.a. klimaatontwikkelingen. Om dit alles te kunnen realiseren is veel geld nodig. 

De investeringsruimte van de drinkwaterbedrijven wordt grotendeels bepaald door de WACC, die aangeeft hoeveel vermogenskosten (rentekosten en resultaat) mogen worden doorberekend in het tarief aan de klant. ’Met een te lage WACC kunnen drinkwaterbedrijven onvoldoende cashflow (inkomsten of geleend geld) realiseren om de investeringen te financieren.’ 

‘De WACC is al lange tijd te laag voor de benodigde investeringen. De minister van IenW heeft deze rekenfactor na jarenlange dringende verzoeken van de sector voor de periode tot en met 2027 iets verhoogd. Dit is echter veel te weinig om de benodigde essentiële structurele en extra investeringen te financieren. Daarom pleiten de drinkwaterbedrijven voor oplossingen voor de lange termijn en dus voor een WACC-systematiek die beter aansluit op de context van de drinkwaterbedrijven om aan alle drinkwaterbehoeften van consumenten en bedrijven te voldoen.’

De drinkwaterbedrijven hebben vanuit de Drinkwaterwet een wettelijke leveringsplicht. Maar inmiddels is de situatie rondom waterbeschikbaarheid in sommige regio’s zó nijpend dat de drinkwatervoorziening aan bedrijven soms in de knel komt. Nieuwe bedrijven kunnen niet worden aangesloten en bestaande zakelijke klanten kunnen geen uitbreiding van hun aansluiting krijgen. Nelissen: ‘We zien het risico dat zakelijke klanten in zulke gevallen waar mogelijk eigen voorzieningen gaan treffen. Dit schaadt het doelmatig zoetwaterbeheer, leidt tot onderbenutting van de publieke infrastructuur (met kostenafwenteling naar huishoudens) en levert risico’s op voor de waterkwaliteit. De drinkwatersector pleit ervoor om in de wet te verduidelijken dat drinkwaterbedrijven een brede leveringsplicht hebben, dus ook voor bedrijven die water van drinkwaterkwaliteit nodig hebben, en dat overheden een zorgplicht hebben die daarmee in verhouding is.’ 

Tegelijkertijd zetten de drinkwaterbedrijven in op het verantwoord gebruik van drinkwater door bewustzijn te stimuleren en door het toepassen van het adagium: ‘Het juiste water, op de juiste plek, voor het juiste gebruik’. Nelissen: ‘Primair willen we waarborgen dat er voldoende drinkwater is voor alle functies in de samenleving. Daarom steunen wij een watertransitie die leidt tot een klimaatrobuust watersysteem. Maar het is goed om ook te kijken naar mogelijke besparingen bij consumenten en bedrijven. Daarom doen verschillende drinkwaterbedrijven bij hun zakelijke klanten waterscans, waarbij wordt gekeken naar potentiële besparingen. Bijvoorbeeld door voor bepaalde toepassingen alternatieve waterkwaliteit te gebruiken in plaats van drinkwater, of door de processen te optimaliseren waardoor minder water nodig is.’

De kwaliteit van drinkwaterbronnen staat in toenemende mate onder druk en is de afgelopen jaren niet significant verbeterd. Verontreinigingen afkomstig uit de landbouw, industrie en huishoudens zorgen ervoor dat de kwaliteit van drinkwaterbronnen juist slechter wordt. 

Wat moet er volgens Arjan Driesprong, algemeen directeur van Oasen, gebeuren om dit tij te keren? Driesprong: ‘Begin bij de bron! De kwaliteit van ons grond- en vooral ons oppervlaktewater is zorgelijk, dat is algemeen bekend. Deze beide bronnen voor de productie van drinkwater zijn te veel verontreinigd door verschillende stoffen. We praten hier al decennia over, maar er moet nu echt doorgepakt worden. De oorsprong van de verontreiniging wisselt: de industrie, de landbouw, het buitenland en de inwoners van Nederland zelf. Er is dus niet één oplossing voor alle problemen: per bron moet er op maat gehandeld worden. Dat betekent soms het actualiseren van een lozingsvergunning, beter handhaven, afspraken maken in de landbouw, de toelating van bestrijdingsmiddelen toetsen aan het drinkwaterbelang, overleggen met overheden in buurlanden en ga zo maar door. Er is nog heel wat nodig om in 2027 de kwaliteitsdoelen van de Kaderrichtlijn Water te behalen.’ ‘Helaas is waterkwaliteit een breed probleem, waarvoor een integrale aanpak en de inspanning van heel veel partijen nodig is. De minister van IenW is stelselverantwoordelijk: hier komt de regelgeving vandaan, hier worden partijen aangespoord en gecontroleerd, en wordt het internationale overleg gevoerd. Maar uiteindelijk moeten alle partijen – decentrale overheden, bedrijfsleven, landbouw en consumenten – hun verantwoordelijkheid pakken. De drinkwaterbedrijven kunnen dit niet alleen oplossen. Wij zitten eigenlijk aan het einde van allerlei ketens die verontreiniging van gronden oppervlaktewater veroorzaken. Drinkwaterbedrijven zorgen niet voor toelating van chemische stoffen, verlenen geen vergunningen voor lozingen en bepalen niet het landbouwbeleid, maar moeten wel ‘end of pipe’ alle troep uit het water zuiveren.’ 

Wat moet er specifiek op het gebied van chemische stoffen en nutriënten en bestrijdingsmiddelen uit de landbouw worden gedaan? Driesprong: ‘Het is belangrijk dat we eindelijk allemaal gaan doen wat we zeggen. Nederland steunt een Europees PFAS-verbod, maar tegelijkertijd zijn er in onze landbouw 128 bestrijdingsmiddelen met PFAS erin toegestaan. Dat komt via de gewassen dus zó ons voedsel in. Het moet dus anders: integraler en strenger. Concreet moet de toelating van chemische stoffen en bestrijdingsmiddelen beter getoetst worden aan de effecten voor het grond- en oppervlaktewater. Ook moet er nu eindelijk een sluitende aanpak voor nitraat uit de landbouw komen. De drinkwaterbedrijven zien dit soort ongewenste stoffen toenemen in hun bronnen en moeten steeds meer inspanning leveren om dit uit het water te zuiveren. Dit staat haaks op de KRW, die spreekt van een ‘zo eenvoudig mogelijke zuivering’.’

Drinkwater lijkt vanzelfsprekend, maar de beschikbaarheid voor nu en morgen staat fors onder druk. Daarom hebben de provincies, het ministerie van IenW en Vewin begin 2025 het Actieprogramma beschikbaarheid drinkwaterbronnen gelanceerd. Naast landelijke afspraken om procedures te versnellen kent dit programma veertien regionale actieplannen die de knelpunten in de beschikbaarheid van drinkwaterbronnen concreet in beeld brengen, inclusief oplossingsrichtingen. 

Pieter Litjens, voorzitter Vewin: ‘Dit moet ervoor zorgen dat iedereen ook in de toekomst schoon en betrouwbaar drinkwater heeft: huishoudens én bedrijven. Zo kunnen we samen zorgen voor voldoende schoon drinkwater in 2030. Dat wil zeggen, áls we allemaal doen wat is afgesproken! Inmiddels zijn de eerste resultaten zichtbaar, zoals een tijdelijke verruiming van de WACC door de minister. Dit is een mooie eerste stap, maar nu moet er een structurele oplossing komen voor de investeringsruimte van de drinkwaterbedrijven. Een ander resultaat is de Regietafel Drinkwater, waar driemaandelijks bestuurlijk overleg plaatsvindt tussen de provincies en de drinkwaterbedrijven. De Regietafel houdt de vinger aan de pols bij de uitvoering van de regionale plannen en helpt waar mogelijk. Door de verbeterde dialoog is er meer aandacht voor de vergunningverlening en worden knelpunten sneller onderkend en aangepakt. Indien nodig stappen IPO en Vewin samen naar de minister. Op deze wijze houden we de noodzaak van voldoende ruimte voor de drinkwatervoorziening onder de aandacht bij de relevante partijen. De situatie is zo nijpend dat bij ons de vlag uitgaat bij elke vergunning die een drinkwaterbedrijf verkrijgt om meer water te winnen of een productielocatie uit te breiden.’ 

donderdag 20 november 2025

Nieuw peilbesluit voor Kamerik en polders eromheen

Het algemeen bestuur van het waterschap heeft het peilbesluit Kamerik-Teylingens vastgesteld. In dat peilbesluit zijn de waterpeilen vastgelegd voor de sloten en weteringen voor het dorp Kamerik en de polders eromheen in de gemeente Woerden. Op vrijdag 24 oktober 2025 is het peilbesluit ingegaan. Nu kunnen de peilen worden ingesteld. In de meeste sloten verandert er niets, omdat het nieuwe officiële waterpeil daar al jarenlang van toepassing is.

In een peilbesluit staat hoeveel water er in een sloot mag staan: het waterpeil. Het peilbesluit voor dit gebied was 18 jaar oud en achterhaald. De vastgelegde peilen pasten niet bij het huidige beleid om bodemdaling in het gebied te remmen. Verder waren in het peilbesluit plannen ingetekend die nooit zijn uitgevoerd, zoals het afdammen en isoleren van visplas De Eend. Daardoor klopte het peilbesluit niet met de werkelijke situatie buiten. Met het nieuwe peilbesluit is dit aangepast.

Het ontwerp-peilbesluit heeft in het voorjaar van 2025 zes weken ter inzage gelegen. Tijdens de inspraakperiode zijn vier zienswijzen binnengekomen. Vanwege een zienswijze is de toelichting op het peilbesluit aangepast en is de tekst over sturingsmarges wat duidelijker gemaakt.

Belanghebbenden kunnen tot en met 27 november 2025, beroep instellen bij de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, postbus 16005, 3500 DA te Utrecht. Voor het indienen van beroep wordt griffierecht geheven. Het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste bevatten: naam en adres van de indiener, datum, een omschrijving van het besluit waartegen het beroep is gericht en de gronden van het beroep. U kunt ook digitaal beroep instellen bij de rechtbank via www.rechtspraak.nl(opent in nieuw venster). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden.

Het instellen van beroep heeft geen schorsende werking op het besluit. Door het indienen van een verzoek om een voorlopige voorziening kunt u verzoeken het besluit te schorsen. Het verzoek kunt u indienen bij de Voorzieningenrechter bij voornoemde rechtbank. Ook hiervoor is griffierecht verschuldigd.

woensdag 19 november 2025

Hoe klimaatverandering werken met de zee beïnvloedt

Windenergie, voedselvoorziening en ons verweren tegen het hoge water: we werken veel met de oceaan. We beschermen ons en profiteren er ook maar wat graag van; nu en in de toekomst. Maar klimaatverandering heeft invloed op de oceaan. Wat zijn de gevolgen voor onze samenwerking met de zee? 

In een nieuw Horizon-Europe project, geleid vanuit de TU Delft, werken vele partners aan het inzichtelijk maken daarvan. Ze werken aan een digital twin van de oceaan met een resolutie van wel 2 kilometer. Dankzij geïntegreerde oceaanmodellen kunnen zij belangrijke informatie bieden over de invloed van het klimaat op bijvoorbeeld de kracht van de golven of het zoutgehalte van het water op heel lokale schaal.
 
George Lavidas, projectleider van het EU-INTERCHANGE project en universitair docent Marine Renewable Energies aan de TU Delft: “We krijgen zo inzicht in hoe de biochemie en de golfcondities zich zullen ontwikkelen bij verschillende scenario’s van klimaatverandering. Dit is van groot belang voor een goede balans in de water-food-energy nexus. Zo zijn de temperatuur en het zoutgehalte essentiële informatie voor het starten van aquacultuur, het kweken van voedsel op zee. En is het voor de aanbouw van windmolenparken goed om te weten of de golven veranderen zodat de windmolens hiertegen bestand zijn.”

Het project werkt met een hoge mate van automatisering. Zo wordt het niet alleen mogelijk om de informatie op te halen, machine learning zal direct oplossingen geven. Stel de waterkering of de windmolen is niet bestand tegen de golven in jouw scenario, dan krijgt de gebruiker direct te zien waar dat aan ligt en waar de technische oplossing ligt.

Het is niet de heilige graal, maar Lavidas hoopt dat dit een goede basis vormt voor het nemen van besluiten op basis van de feiten. En stimuleert het hernieuwbare energie, kustveiligheid en voedselproductie.

Binnen het project zullen ook een aantal use cases worden uitgewerkt, waaronder de gevolgen van klimaatverandering voor de Oosterscheldekering, de havens van Brest en Limassol. Ook worden mariene hernieuwbare energiebronnen, zoals wind- en golfenergie, onder de loep genomen, in Alexandroupouli (Griekenland), Hollandse Kust Noor (Nederland), Shabla-Kaliakra (Bulgarije) en wordt de food nexus geëvalueerd met cases in Habranden (Noorwegen), Fellesholmen (Barentszzee) en Kefalonia (Griekeland). De eerste resultaten worden halverwege 2026 verwacht. Het gehele project duurt vier jaar. 

dinsdag 18 november 2025

Vewin bepleit handhaving functiescheiding mijnbouw en grondwaterbronnen voor drinkwater

Vewin heeft namens de drinkwaterbedrijven een reactie ingediend op de Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD) voor het programma Bodem, Ondergrond en Grondwater (BOG). De Structuurvisie Ondergrond (STRONG) wordt in 2026 geëvalueerd. Het programma BOG zal, samen met het programma Duurzaam Gebruik Diepe Ondergrond (DGDO), de beleidsmatige opvolger vormen.

Het programma Bodem, Ondergrond en Grondwater heeft als doel ‘het duurzaam, veilig en efficiënt gebruik van bodem, ondergrond en grondwater’. Vewin onderstreept dat naast het benutten van de ondergrond, ook de bescherming hiervan centraal moet staan. Bescherming van bodem, ondergrond en grondwater moet een expliciet onderdeel zijn van de doelstelling van het programma BOG. Het benutten van de ondergrond mag niet leiden tot verzwakking van de noodzakelijke bescherming, ook niet via het programma DGDO.

Functiescheiding moet dan ook de standaard blijven. Mijnbouwactiviteiten moeten uitgesloten blijven worden in waterwingebieden, grondwaterbeschermingsgebieden, boringvrije zones en Aanvullende Strategische Voorraden. Ook moet het beschermingsbeleid van de Nationale Grondwaterbeschermingsgebieden (NGR’s) vastgelegd worden. Het is nog steeds niet bekend hoe dit beleid eruit zal komen te zien en hoe na aanwijzing voorkomen gaat worden dat bij ontwikkelingen stukjes ontstaan die niet of juist dubbel beschermd zijn.

De deskundigheid van drinkwaterbedrijven kan goed worden ingezet bij de verdere uitwerking van het programma. Dat geldt onder meer voor de ontwikkeling van een handreiking voor regievoering in de ondiepe ondergrond, het opstellen van het optimaal grondwaterregime en de kaders voor verantwoord infiltreren. Ook worden drinkwaterbedrijven graag betrokken bij het invoeren van uniforme registratie- en vergunningsplicht, het opstellen van grondwateronttrekkingsplafonds en de effectbeoordeling van de bouwstenen uit het programma BOG.

maandag 17 november 2025

Delft en Brazilië werken samen tegen stijgend water

Met alle wereldleiders samen in Brazilië voor COP30 staat klimaatadaptatie hoog op de mondiale agenda. Hoewel veel aandacht uitgaat naar het terugdringen van emissies, laat het werk van onderzoekers en studenten van de TU Delft, samen met hun Braziliaanse partners, zien dat ook het ontwerpen van klimaatbestendige oplossingen zeer urgent is. Dat doen we door te leren van en samen te werken met gemeenschappen die nu al te maken hebben met klimaatextremen.

“Het aanpassen aan een veranderend klimaat en extreme overstromingen is geen uitdaging voor morgen, maar voor vandaag,” zegt universitair hoofddocent Taneha Kuzniecow Bacchin. “Brazilië, maar ook Nederland en andere delta’s en kustgebieden wereldwijd moeten opnieuw nadenken over hoe we samenleven met water. Succesvolle klimaatadaptatie vraagt om samenwerking tussen overheden, bedrijven en burgers. Daarnaast moeten ontwerpers, ingenieurs en sociale wetenschappers de krachten bundelen om te werken aan overstromingsbestendigheid en het aanpassen van onze gebouwde omgeving aan nieuwe extremen.”

Taneha vervolgt: “COP30 in Belém biedt een kans om de inzet van mondiale actoren te versterken, samen te werken met lokale partners en ervoor te zorgen dat de gemeenschappen die het meest kwetsbaar zijn voor overstromingen de middelen en kennis krijgen om zich aan te passen aan het stijgende water.”

De klimaatuitdaging van Brazilië gaat veel verder dan ontbossing. De rivierdelta’s en kuststeden van het land worden geconfronteerd met toenemende overstromingsrisico’s doordat regenval grilliger wordt en extreme gebeurtenissen zoals overstromingen vaker voorkomen. In de Jacuí-delta, rond Porto Alegre, werken Nederlandse en Braziliaanse partners nauw samen met lokale gemeenschappen, overheden en kennisinstellingen om adaptatiestrategieën te ontwikkelen die passen bij de lokale context.

In mei 2024 veroorzaakten ongekende stormen en zware regenval catastrofale overstromingen in Rio Grande do Sul, waarbij wijken onder water kwamen te staan, levensonderhoud werd verstoord en de kwetsbaarheid van stedelijke systemen zichtbaar werd. De ramp toonde de dringende noodzaak van adaptatiestrategieën die verder gaan dan noodhulp en gericht zijn op langetermijn, gemeenschapsgerichte veerkracht. Via het door de VN gefinancierde Archipelago Project ontwikkelen TU Delft, experts in planning en ontwerp in Nederland en lokale instellingen strategieën voor overstromingsadaptatie en inclusief herstel na natuurrampen. Het project richt zich op klimaatbestendigheid op de eilanden van Porto Alegre in de Jacuí-delta, waarbij klimaatrisicoanalyse, ruimtelijke planning en ontwerp worden gecombineerd met lokale kennis en het versterken van instituties.

In oktober 2025 reisden 21 masterstudenten van TU Delft van de EXTREME Architecture Studio, onder leiding van Job Schroën, naar Porto Alegre om samen te werken met 21 studenten van de Federale Universiteit van Rio Grande do Sul (UFRGS) tijdens een weeklange, intensieve workshop. Samen onderzochten ze de uitdagingen van overstromingsbestendige architectuur, leerden ze hoe ze diepgaande interviews konden afnemen met bewoners en verkenden ze hoe technische maatregelen kunnen aansluiten bij de behoeften en mogelijkheden van de gemeenschap.

vrijdag 14 november 2025

Werk aan de dijk bij de Kudelstaartseweg in Aalsmeer

Het waterschap Amstel Gooi en de gemeente Aalsmeer beginnen met werk aan de Kudelstaartseweg in Kudelstaart. Het project is waarschijnlijk klaar in 2027.

Het waterschap plaatst golfbrekers in de Westeinderplassen. Golfbrekers zorgen ervoor dat de oever beter beschermd is tegen golven.

De dijk langs de Kudelstaartseweg is op sommige plekken niet hoog genoeg. Daarom voldoet de dijk niet meer aan de landelijke veiligheidsregels. Er is geen direct gevaar. Om in de toekomst veilig te blijven, maakt het waterschap de dijk hoger en sterker. De dijk beschermt de Zuiderlegmeerpolder en de mensen die daar wonen tegen hoogwater. De polder ligt ongeveer 6 meter onder zeeniveau. Door de grote hoeveelheid water in de Westeinderplassen is het extra belangrijk dat de dijk sterk is.

donderdag 13 november 2025

Amstelveen en waterschap werken samen aan klimaat en water

Waterschap Amstel, Gooi en Vecht en gemeente Amstelveen gaan samenwerken aan uitdagingen voor waterveiligheid, het veranderende klimaat, biodiversiteit en schoon water. Ze tekenden hiervoor de Strategische Samenwerkingsagenda 2025-2033.

Floor Gordon van gemeente Amstelveen en Bea de Buisonje van het waterschap.jpgFloor Gordon, wethouder Gemeente Amstelveen en Bea de Buisonjé, dagelijks bestuurder van het waterschap tekenen de samenwerkingsagenda.

Bea de Buisonjé, dagelijks bestuurder van het waterschap: ‘We kunnen de uitdagingen door klimaatverandering alleen samen aan. Door onze kennis en krachten te combineren met gemeenten, zorgen we samen voor schoon water en een fijne leefomgeving voor mens en natuur.’  

Floor Gordon, wethouder Gemeente Amstelveen: ‘De gevolgen van klimaatverandering zijn ook in Amstelveen goed te merken. Door samen te werken met het waterschap kunnen we onze stad beter voorbereiden op extreem weer, zoals veel regen, droogte en hitte. Deze samenwerking helpt de gemeente om water en bodem mee te nemen bij het inrichten van de stad.’

woensdag 12 november 2025

Succesvol wadwachtersseizoen op Richel afgerond

Het wadwachtersseizoen op Richel is dit jaar weer succesvol verlopen. Van eind april tot eind augustus 2025 hielden 36 wadwachters toezicht op de zandplaat ten oosten van Vlieland. Richel is een gesloten gebied, waar het wordt gedoogd dat schepen aan de rand droogvallen.

Om de rust voor de natuur te waarborgen werd er in totaal 125 dagen gemonitord. Daarmee leverden de wadwachters een belangrijke bijdrage aan het beschermen van dit kwetsbare natuurgebied.

Tijdens het seizoen 2025 bezochten 3086 recreanten Richel. Dit is het hoogste aantal sinds de start van de monitoring in 2021, toen Rijkswaterstaat het beheer overnam van Natuurmonumenten. De drukste dag was op 23 juli, toen maar liefst 250 mensen tegelijk op de plaat aanwezig waren, afkomstig van 21 drooggevallen schepen. In totaal vielen dit seizoen 683 schepen droog.

Ondanks het grote aantal bezoekers, blijven de wadwachters verstoringen zoveel mogelijk voorkomen. De wadwachters spraken veel bezoekers aan op hun gedrag en het belang van rust voor vogels en zeehonden. Van de recreanten die zij spraken, kwam bijna 30% voor het eerst in aanraking met de Erecode voor het Wad. In deze gedragscode staan regels die helpen om het wad zo min mogelijk te verstoren.

Er zijn 23 mensen aangesproken die gesloten gebied betraden. Dat is iets meer dan in voorgaande jaren, maar dit hangt samen met het grotere aantal bezoekers. Ook werden 60 honden geteld, waarvan er 6 losliepen. De eigenaren zijn daarop aangesproken en verzocht hun hond aan te lijnen. Dit is omdat zij vogels kunnen verstoren.

De verstoringen en overtredingen op Richel waren vergelijkbaar met 2024. Het ging onder meer om mensen die het gesloten gebied betraden, loslopende honden, kitesurfers in de nabijheid van de plaat en laag overvliegende helikopters.

Richel is een belangrijk broedgebied voor kustvogels. Op de zandplaat broeden soorten als de kleine mantelmeeuw, zilvermeeuw, eider, stormmeeuw, lepelaar, scholekster, aalscholver, dwergstern en bontbekplevier. Het gebied maakt onderdeel uit van het Natura 2000-netwerk. Rust en bescherming zijn hier erg belangrijk om de instandhoudingsdoelen voor deze soorten te behalen.

De monitoring door wadwachters vindt plaats in samenwerking met de Waddenunit van het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN) en het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ). De gezamenlijke inzet levert waardevolle informatie op over het gebruik van de zandplaat en helpt bij het beschermen van de natuurwaarden in het gebied.

 

dinsdag 11 november 2025

Heusden houdt het droog: Proefsluiting keersluis geslaagd

Op dinsdag 4 november voerden dijkbeheerders een geslaagde proefsluiting uit van de keersluis – ook wel coupure genoemd – in de Stadshaven van Heusden. Deze proefsluitingen zijn van groot belang, want ze zorgen ervoor dat we bij hoogwater vanuit de Maas snel en effectief kunnen handelen. De keersluis bestaat uit een stapeling van schotbalken en beschermt het achterliggende gebied tegen hoge waterstanden. Dankzij deze test weten we dat alles goed functioneert wanneer het erop aankomt. De voorbereidingen begonnen al enkele weken eerder, en het resultaat mag er zijn!

Om de haven ligt de Maasdijk. Die zorgt er voor dat Heusdenaren bij hoog Maaswater droge voeten houden. Deze sluiting van de keersluis, beschermt de stad tegen hoog Maaswater.

Deze proefsluiting is een hele klus. Want de coupure bestaat uit een stapeling van schotbalken die behoorlijk lang zijn en er één voor één in worden gezet. In de loods naast het voormalige havenwachtershuisje worden de schotbalken opgeslagen om de haven af te sluiten als dat nodig is. Bij hoog water wordt het dak eraf getild en worden de balken met een kraan in de sponningen geplaatst onder de ophaalbrug. In de zomer van 2021 bij hoogwater vanuit de Maas gebeurde dat bijvoorbeeld.

maandag 10 november 2025

Amstel krijgt stem: dijkgedicht van Willem de Bruin waarschuwt voor stijgend water

 
De Amstel spreekt en waarschuwt. Rapper en dichter Willem de Bruin schreef een indringend dijkgedicht dat 5 eeuwen watergeschiedenis omarmt en waarschuwt voor de toekomst: ‘Zeeën stijgen harder dan woorden. Wie niet luistert hoort straks alleen het klotsen van spijt.’

Vanaf woensdag 5 november tot en met 11 november is elke avond het gedicht te zien boven de rivier de Amstel. Na zonsondergang wordt het gedicht geprojecteerd in een mistige nevel bij Amstelzijde 45 in Ouderkerk aan de Amstel. Een speciale projector laat de woorden van dichter Willem De Bruin verschijnen op een wand van waternevel. Het lijkt alsof het gedicht zweeft in de lucht, alsof de rivier zelf spreekt.

Arjan van Rijn, bestuurder bij het waterschap: ‘Sterke dijken zijn noodzakelijk voor onze veiligheid. En dat merken mensen in dit gebied. Hier werken we veel aan het versterken van die dijken. Met het gedicht van Willem de Bruin laten we de stem van het water horen. We laten zien dat zorg voor onze dijken van ons allemaal is. Toen, nu en in de toekomst.’

Op 27 september 1525 richtte keizer Karel V het Hoogheemraadschap Amstelland op. Dat was het begin van wat nu Waterschap Amstel, Gooi en Vecht is. Amstelland bestaat dit jaar 500 jaar. In dit jubileumjaar staat het waterschap stil bij het belang van sterke dijken en goed waterbeheer.

Het dijkgedicht vertelt over die lange geschiedenis en kijkt vooruit. Het water krijgt een stem: als beschermer, maar ook als waarschuwing. Het draagt stormen, maar waarschuwt oo kvoor de stijgende zeeën en hevige regen.

Willem de Bruin: ‘Al 5 eeuwen stroomt het water langs de dijken van Amstelland, zwijgend, maar vol verhalen. Met dit gedicht geef ik het water een stem. De Amstel heeft alles gezien: stormen, nieuwe steden, mensen die hier leven. Nu spreekt het water terug.’

vrijdag 7 november 2025

Start aanbesteding Zandsuppletie Galgeplaat en de Slikken van den Dortsman

Rijkswaterstaat is gestart met de aanbesteding van de zandsuppletie van de Galgeplaat en de Slikken van den Dortsman in de Oosterschelde in Zeeland. De Galgeplaat en de Slikken van den Dortsman dreigen door de ‘zandhonger’ te verdwijnen als belangrijke voedselplek voor trekvogels en rustplaats voor zeehonden.

Het project Zandsuppletie Galgeplaat en Slikken van den Dortsman is onderdeel van de Programmatische Aanpak Grote Wateren (PAGW). In dit programma werken Rijk, regio en maatschappelijke organisaties samen aan toekomstbestendige grote wateren (Waddenzee en Eems-Dollard, IJsselmeergebied, Zuidwestelijke Delta en de grote rivieren) waarin goede ecologische waterkwaliteit en hoogwaardige natuur samengaan met een krachtige economie.

In het bijzonder draagt de PAGW bij aan de doelrealisatie van de Vogel- en Habitatrichtlijnen (Natura2000) voor de grote wateren in 2050 en aan het bereiken en behouden van een goede waterkwaliteit voor de Kaderrichtlijn Water in de grote wateren.
Zandhonger

Door de aanleg van de Oosterscheldekering is de stroming in de Oosterschelde afgenomen. Hierdoor wordt bij eb en vloed minder zand teruggevoerd naar platen, slikken en schorren. Tijdens stormen spoelt bovendien veel zand weg naar de geulen, waardoor de platen steeds kleiner worden – een proces dat ‘zandhonger’ wordt genoemd. Op langere termijn versterkt de zeespiegelstijging dit probleem. Zonder ingrijpen verdwijnen de platen uiteindelijk onder water. 

De afname van de Galgeplaat en omliggende platen heeft gevolgen voor de natuur. Trekvogels kunnen er minder lang voedsel zoeken en zeehonden vinden minder plekken om te rusten. Dat leidt op termijn tot een afname van vogels, zeehonden en biodiversiteit in de Oosterschelde.
Extra zand

Het aanbrengen van extra zand heeft als doel dat vogels en zeehonden de komende 25 jaar hun leef- en rustgebied behouden. Ook voldoen we zo aan de richtlijnen van de Vogel- en Habitatrichtlijnen ( Natura2000 ) voor grotere wateren in 2050.
De aanbesteding

De aanbesteding omvat alle werkzaamheden die nodig zijn om op verschillende locaties de Galgeplaat en de Slikken van den Dortsman te verhogen. Er is vooraf intensief overleg geweest met de schelpdiersector en natuurorganisaties, waardoor er goede afspraken zijn gemaakt over natuurbehoud en het vissen naar schelpdieren. De uitvoering vindt plaats in de winter van 2026/2027. De aanbesteding is te vinden op Tendernet. 

Het project Zandsuppletie Galgeplaat en Slikken van den Dortsman is een samenwerking van Rijkswaterstaat, Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, Provincie Zeeland en Natuurmonumenten Rijkswaterstaat Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.

donderdag 6 november 2025

Waterschap Aa en Maas selecteert combinatie Dijkgenoten voor realisatie dijkverbetering Cuijk-Ravenstein

Een bouwteamovereenkomst van dijkverbetering Cuijk-Ravenstein is gegund aan de combinatie Dijkgenoten, bestaande uit BAM Infra Nederland, Van den Herik en FL BV. Het waterschap Aa en Maas en Dijkgenoten slaan de komende jaren de handen ineen voor de werkzaamheden aan de ruim 21 kilometer lange Maasdijk tussen Cuijk en Ravenstein. Samen zetten de partijen zich in voor een veilige en toekomstbestendige Maasdijk die goed past binnen het landschap en de omgeving.

Het project omvat de verbetering van circa 21 kilometer primaire waterkering aan de Brabantse zijde van de Maas, als onderdeel van het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP). De werkzaamheden bestaan onder meer uit het verbeteren van de dijk, en versterking en renovatie van monumentale objecten zoals de kademuur in Grave.

Binnen het project staan samenwerking, veiligheid en duurzaamheid centraal. Zo worden er zoveel mogelijk materialen uit het project hergebruikt en wordt de dijkverbetering grotendeels emissieloos gerealiseerd.

Momenteel bevindt het project zich nog in de planuitwerkingsfase. Onlangs heeft het waterschap samen met architecten- en ingenieursbureau Sweco Nederland BV het ontwerp afgerond dat nodig is voor de vergunningen. 

Dijkgenoten brengt hierbij uitvoeringskennis in: zij denken mee over hoe het werk straks het beste en veiligste kan worden uitgevoerd. Zodra het definitieve ontwerp gereed is, starten de voorbereidingen voor de uitvoering van de dijkverbetering. Naar verwachting gaat in het eerste kwartaal van 2027 de schop in de grond en is de dijk in 2030 gereed.

woensdag 5 november 2025

Crisisoefening Wolkbreuk: militairen en waterbeheerders trainen scenario met extreme regenval

Van 4 tot en met 8 november 2025 oefenen zo’n 700 medewerkers van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden, Defensie, Rijkswaterstaat en het Rode Kruis in de regio Utrecht en een klein deel van Zuid-Holland. Tijdens de crisisoefening 'Wolkbreuk' bereiden zij zich voor op een scenario met extreme neerslag: een ‘Limburgbui’ van 200 mm regen in 48 uur.

De oefening simuleert de gevolgen van een ‘waterbom’ zoals die in 2021 viel in Limburg. Weilanden, wegen, tunnels en kelders lopen onder, snelwegen worden afgesloten, en vitale infrastructuur zoals transformatorhuisjes raakt beschadigd.

Militairen en waterbeheerders komen tijdens de oefenweek in actie: ze inspecteren dijken, sluiten sluizen en weteringen af met speciale big bags, leggen zandzakken en plaatsen noodpompen. Ook testen ze waterbergingen. Vrijwilligers van Ready2Help van het Rode Kruis oefenen met zandzakken. De deelnemers zijn herkenbaar aan uniformen en felgekleurde bedrijfskleding en hesjes.

Dijkgraaf Jeroen Haan benadrukt het belang van oefenen: “Extreme buien worden door klimaatverandering steeds waarschijnlijker. Daarom moeten we ons voorbereiden. Want het kan nog jaren duren voor die ‘waterbom’ valt, maar het kan ook volgende week zover zijn. We kunnen wateroverlast en schade niet voorkomen, maar wel enigszins beperken. Dat vraagt samenwerking van waterbeheerders, Defensie, veiligheidsregio’s, gemeenten én inwoners. Deze week in het veld, door mogelijke maatregelen te oefenen, en daarna op kantoor in onze crisisteams. En op langere termijn door waterbergingen aan te leggen en steden en tuinen te vergroenen. Maar ook dan zal er bij extreme buien altijd wateroverlast en schade ontstaan.”

dinsdag 4 november 2025

Nieuw VTS-gebied 'Off Texel' actief

Op maandag 3 november is het nieuwe Vessel Traffic Service-gebied (VTS-gebied) 'Off Texel' op de Noordzee officieel actief geworden. Hiermee wordt actieve verkeersbegeleiding ingevoerd op de noordelijke en zuidelijke vaarroute boven de Waddeneilanden. Een belangrijke stap om de veiligheid van de scheepvaart te verbeteren en het kwetsbare Waddengebied beter te beschermen.

De invoering van het nieuwe VTS-gebied is een direct gevolg van de aanbevelingen van de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) na de containerramp met de MSC Zoe begin 2019. Bij die ramp belandden 342 containers in zee, waarvan een deel van de lading aanspoelde op de Waddeneilanden. De OVV stelde dat actieve verkeersbegeleiding nodig is om risico’s bij zware weersomstandigheden te verkleinen, met name wanneer golven loodrecht op de vaarroute staan. Ook vanuit de politiek kwam de wens om op deze drukke vaarroutes actieve verkeersbegeleiding in te voeren.
Actieve verkeersbegeleiding

Het nieuwe VTS-gebied stelt verkeersleiders 24/7 in staat om schepen bij ongunstige weersomstandigheden actief te adviseren om de noordelijke in plaats van de zuidelijke route te nemen – die dichter bij het kwetsbare waddengebied ligt. De zuidelijke route ligt 20 tot 30 km uit de kust, maar blijkt bij bepaalde golfslag extra risicovol voor ladingverlies.

De minister van Infrastructuur en Waterstaat besloot in juni 2022 tot de invoering van het nieuwe VTS-gebied Off Texel. De uitvoering daarvan ligt bij de Rijkshavenmeester van Den Helder. Bij de totstandkoming van dit nieuwe VTS-gebied werkten we samen met de Koninklijke Marine en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.
Ieder schip moet zich melden

Het instellen van een nieuw VTS-gebied is een zeldzaam besluit; het gebeurde in de afgelopen jaren slechts één keer eerder. Inmiddels is de wetgeving aangepast, is het personeel opgeleid en is apparatuur geplaatst om met schepen te kunnen communiceren. Vanaf 3 november 2025 om 14.00 uur geldt: elk schip dat het VTS-gebied Off Texel wil binnenvaren, moet zich melden via marifoonkanaal 63.

Een VTS-gebied is een geografisch afgebakend gebied op het water waar schepen verkeersbegeleiding krijgen van een centrale, vergelijkbaar met luchtverkeersleiding. Het heeft als doel om de veiligheid en efficiëntie van de scheepvaart te vergroten, door informatie te geven en de verkeersstromen te coördineren in drukke gebieden zoals havens, kanalen en toegangswegen. Zo is er bijvoorbeeld een VTS-gebied dichtbij de haven van Rotterdam en ook de Waddenzee is een VTS-gebied.

maandag 3 november 2025

Sluis Lith weer volledig toegankelijk

Goed nieuws voor de gebruikers van sluis Lith: sinds woensdagavond 29 oktober 2025 is de maatgevende kolk weer functioneel voor alle scheepvaartverkeer. Aannemerscombinatie Mourik-Swarco heeft de werkzaamheden een maand eerder afgerond dan voorzien.

Door een aanvaring in februari 2025 raakte onder meer de sluisdeur van de noordelijke kolk zwaar beschadigd. Na het uithijsen van de deur en een grondige inspectie, verwachtten we dat het totale herstel tot eind november zou duren. De werkzaamheden verliepen voorspoedig, waardoor deze een maand eerder klaar waren. De zuidkolk van sluis Lith is de gehele periode open gebleven.

Veel bruggen, tunnels, sluizen en viaducten zijn gebouwd in de vorige eeuw en moeten daarom onderhouden worden. Intensieve belasting en zwaar(der) verkeer kunnen soms voor storingen in systemen zorgen en vragen om renovatie en vervanging van een groot aantal van deze objecten.

zondag 2 november 2025

Kookadvies drinkwater voor delen van stad Utrecht en omliggende plaatsen

Drinkwaterbedrijf Vitens heeft vanwege een lichte bacteriële verontreiniging een kookadvies afgegeven voor 125.000 aansluitingen in delen van Utrecht, Bilthoven, Bosch en Duin, Bunnik, De Bilt, Groenekan, Maarssen, Oud Zuilen, Tienhoven, Westbroek en Zeist.

Klanten in dit gebied worden geadviseerd uit voorzorg 3 minuten het water koken voor ze het drinken, voor voedselbereiding gebruiken of om de tanden te poetsen.

Bij een controle van het drinkwater is er een lichte verontreiniging met de enterokokken bacterie gevonden. Daarom adviseert drinkwaterbedrijf Vitens om het water 3 minuten te koken. Zo sluiten we mogelijke risico's voor de gezondheid uit. We onderzoeken nog hoe de verontreiniging is ontstaan.

Als het water 3 minuten gekookt is, is het veilig om te drinken. Klanten kunnen wel gewoon douchen en handen wassen met kraanwater. Ook het water dat klanten in dit gebied gebruiken om eten in te koken, hoeven ze niet vooraf 3 minuten te koken.

vrijdag 31 oktober 2025

Samenwerking voor herstel van schelpdierbanken in de Waddenzee

Programma 'Oesterbanken een wereld te winnen' is een kennisproject gericht op de ontwikkeling van methoden van beheer en gebruik van schelpdierbanken, die leiden tot versterking van de ecologische functies van oesterbanken en gemengde mossel-oesterbanken in het Waddengebied. De Provincie Groningen heeft hiervoor aan Stichting Waddenzee Werelderfgoedcentrum een cofinanciering toegekend van 32.000 euro.

Het project heeft twee hoofddoelen:

Ecologische waarde van oesterriffen in kaart brengen. Er wordt onderzocht wat de ecologische rol is van oesterriffen en gemengde riffen in de Waddenzee. Dit moet leiden tot een herbeoordeling van hun beschermingsstatus. Hiervoor worden nieuwe monitoringsindicatoren ontwikkeld, de bestaande SWOT -schelpdiersurvey verbeterd en kennis ontsloten over het voorkomen en de stabiliteit van deze riffen. Ook wordt de samenwerking tussen onderzoekers en vissers versterkt.

Natuurwinst door integratief beheer en duurzame oogst.Het project verkent hoe herstel van mosselbanken gerealiseerd kan worden via natuurinclusieve oesteroogst. Daarbij wordt gewerkt aan een betere balans tussen mens en natuur. Een praktische toolbox voor beheer en oogst wordt ontwikkeld voor beheerders, beleidsmakers en andere betrokkenen.

Oestervissers verenigd in NetVISwerk, onderzoekers van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) en de Stichting Werelderfgoedcentrum Waddenzee (WEC) hebben hun krachten gebundeld. Gezamenlijk ontwikkelen zij kennis en strategieën om het beheer van schelpdierbanken te verbeteren, met oog voor zowel ecologische als menselijke belangen.

Droogvallende mosselbanken zijn kenmerkend voor de Waddenzee en vervullen een cruciale rol in het ecosysteem. In de jaren ’90 waren deze banken vrijwel verdwenen, maar sindsdien is het areaal hersteld tot circa 2000 hectare. Sinds 2002 neemt ook het aantal gemengde banken met Japanse oesters toe. Op deze oesters wordt in beperkte mate duurzaam gevist.

donderdag 30 oktober 2025

Vitens en ReGeNL gaan samenwerken aan toekomstbestendige landbouw en schoon grondwater

Drinkwaterbedrijf Vitens en het landelijk landbouwconsortium ReGeNL gaan samenwerken. Samen willen zij bijdragen aan een toekomstbestendig watersysteem én een vitale landbouwsector. De samenwerking stimuleert landbouwpraktijken die zorgen voor een gezonde bodem, voldoende water en schoon grondwater, zonder voor te schrijven hoe die doelen worden bereikt.

Vitens levert dagelijks drinkwater aan ruim 6 miljoen mensen in Friesland, Flevoland, Gelderland, Overijssel en Utrecht, en maakt voor de productie daarbij voornamelijk gebruik van grondwater. In de gebieden waar dit water wordt gewonnen, speelt landbouw een belangrijke rol in het lokale watersysteem. Vitens ziet daarom samenwerking met agrariërs als essentieel om ook in de toekomst voldoende, betrouwbaar en schoon drinkwater te kunnen blijven leveren.

ReGeNL werkt aan rendabele en breed gedragen regeneratieve landbouw. Boeren, maatschappelijke organisaties, kennisinstellingen, bedrijven en overheden bundelen hun krachten in het consortium. Samen ontwikkelen zij een toekomstbestendige landbouw die natuur, milieu en klimaat versterkt én boeren een gezond verdienvermogen biedt. ReGeNL pleit daarbij nadrukkelijk voor diversiteit in landbouwpraktijken zolang deze bijdragen aan gezamenlijke ambities zoals bodemgezondheid, waterkwaliteit en leefbaarheid.

woensdag 29 oktober 2025

Subsidie herdenking watersnoodramp Land van Maas en Waal


Het project ’leven met water’ verbindt de herdenking van de watersnoodramp van 1926 met erfgoed, regionale identiteit en innovatie in het Land van Maas en Waal. Omdat dit project bijdraagt aan een toekomstbestendig Gelderland ondersteunen wij dit initiatief met € 165.420.

Op 1 januari 1926 werd een gebied in de huidige gemeenten Beuningen, Druten, Heumen, West Maas en Waal en Wijchen getroffen door een grote watersnoodramp. 100 jaar later grijpen deze gemeenten het moment aan om samen stil te staan bij deze gebeurtenis en tegelijkertijd vooruit te kijken. Het project ’leven met water’ bestaat uit een reeks culturele en educatieve activiteiten die het verleden zichtbaar maken. Ook versterken zij de regionale identiteit en vergroten de bewustwording over klimaatverandering. 

Met deze subsidie is het mogelijk om binnen het project een aantal samenhangende activiteiten te realiseren. Zo leggen 3 fotografen het hedendaagse leven met water vast in het Land van Maas en Waal. Hun werk, dat thema’s als natuur, erfgoed en bedrijvigheid belicht, wordt tentoongesteld in musea in de regio. 

Daarnaast krijgen 11 historische dijkmagazijnen extra aandacht. Deze kleine gebouwen, ooit van groot belang voor de dijkbewaking, worden tijdens de Maand van de Geschiedenis op een opvallende manier verlicht. Bezoekers kunnen ze ontdekken via een speciaal ontwikkelde fiets- en wandelroute. 

In de vijf gemeenten verschijnen informatieborden die het verhaal vertellen van het leven met water, vroeger en nu. De borden krijgen een herkenbare vormgeving en worden onderdeel van een route Deze route komt in samenwerking met de historische vereniging Tweestromenland tot stand. 

Ook komt er een digitale kaart die laat zien hoe de loop van de Maas en Waal door de eeuwen heen is veranderd. De kaart is openbaar toegankelijk en geschikt voor gebruik in het onderwijs. Alle onderdelen van het programma worden gebundeld op een centrale website, die ook dient als platform voor communicatie en publieksinformatie. 

dinsdag 28 oktober 2025

De gezondheid van 's werelds langste bruggen gemeten vanuit de ruimte

Dankzij satellietdata kan de veiligheid van cruciale infrastructuur veel beter geanalyseerd worden. Een nieuwe methode, gepubliceerd in Nature Communications, laat zien dat wanneer we monitoring vanuit de ruimte meenemen in de beoordeling, één derde minder bruggen als hoog risico wordt aangemerkt. Dit helpt beheerders om slimme keuzes te maken voor onderhoud en prioriteit te geven aan de meeste onveilige situaties. Vooral bij bruggen in afgelegen regio’s waar nauwelijks sensoren op locatie aanwezig zijn, biedt dit grote voordelen.

Meer dan 700 bruggen met een grote overspanning van over de hele wereld werden door de onderzoekers onder de loep genomen met een nieuwe aanpak om geologische risico’s, zoals een aardverschuiving, in kaart te brengen. De methode combineert gegevens van bestaande sensoren op locatie met informatie van satellietmonitoring. Zo ontstaat een duidelijker beeld van de structurele staat van de bruggen. Het onderzoek, onder leiding van Dominika Malinowska – promovendus en onderzoeker aan de TU Delft en de University of Bath – toont aan dat radarsatellieten een waardevolle aanvulling kunnen zijn op de traditionele inspecties. Het helpt om risico’s beter in te schatten en onderhoud slimmer te plannen.
 
Bruggen behoren tot de kwetsbaarste onderdelen van ons vervoersnetwerk, maar traditionele inspectiemethoden hebben beperkingen. Visuele inspecties zijn kostbaar, subjectief, en hebben vaak een interval van twee jaar. Daardoor kunnen tekenen van slijtage gemist worden. Structurele monitoring met sensoren (SHM) is een efficiëntere oplossing, maar wordt vooral toegepast bij nieuwe bruggen of bij specifieke kritieke punten. Uit het onderzoek blijkt dat minder dan 20% van de lange bruggen wereldwijd is uitgerust met zulke sensoren. Dit betekent dat voor een groot deel van de bruggen kennis ontbreekt over de staat van deze constructies.

Daar komt ruimtegebaseerde radar om de hoek kijken. Het internationale onderzoeksteam, met onder andere Pietro Milillo (University of Houston en German Aerospace Center), Cormac Reale, Chris Blenkinsopp (University of Bath) en Giorgia Giardina (TU Delft), gebruikte Multi-Temporal Interferometric Synthetic Aperture Radar (MT-InSAR). Hiermee kunnen ze millimeterverplaatsingen opsporen die ontstaan door langzame processen zoals verzakkingen of aardverschuivingen, en afwijkingen detecteren over grote gebieden. 

maandag 27 oktober 2025

Van zomerpeil naar winterpeil: water in sloten en vaarten verlaagd

De afgelopen week is het waterniveau in Delfland in sommige sloten en vaarten verlaagd. Dat komt door de overgang van het zomerpeil naar winterpeil.

Peilbeheerders hebben het waterpeil in bepaalde gebieden geleidelijk laten zakken. Dat betekent dat er minder water in de sloot staat. Zo is er meer ruimte voor het opvangen van regenwater, en kan het grasland uitzakken zodat het beter toegankelijk wordt voor de boer.

De juiste waterhoogte per peilgebied is vastgelegd in een peilbesluit en kan worden afgelezen op een zogenaamde peilschaal. Het nulpunt van de peilschaal komt overeen met het vastgestelde winterpeil.

Doordat men het waterpeil lager instelt, kan men de winterse neerslag goed opvangen en eventuele wateroverlast beperken. In het voorjaar stelt het waterschap de waterpeilen weer in volgens het zomerpeil. Daarmee zorgt Delfland voor voldoende water in de droge periodes.

Het verschil tussen zomer- en winterpeil komt voornamelijk voor in landelijk gebied. In steden en dorpen geldt over het algemeen gedurende het hele jaar een vast waterpeil.

vrijdag 24 oktober 2025

Onderzoek toont groeiende aandacht voor waterveiligheid

Steeds meer Nederlanders houden rekening met waterveiligheid bij grote beslissingen. Zo geeft één op de vier aan bij de aankoop van een woning te letten op het risico van overstromingen. Tegelijkertijd verwacht een meerderheid dat hun kinderen (72 procent) én de daaropvolgende generatie (62 procent) in hun woongebied kunnen blijven wonen. Dit blijkt uit onderzoek van Motivaction in september onder 1.537 Nederlanders in opdracht van het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP).

Het onderzoek, dat ook in 2020 en 2023 is uitgevoerd, laat zien dat de zorgen over waterveiligheid blijven toenemen. De uitkomsten van het onderzoek zijn relevant nu in oktober 2025 het traditionele storm- en hoogwaterseizoen is gestart, de periode waarin in dijken en waterwerken ons land veilig houden. De meerderheid van de Nederlanders ziet dat klimaatverandering gevolgen heeft voor de waterveiligheid. Ook merkt ruim een derde van de respondenten de effecten van klimaatverandering in het dagelijks leven.

Veel mensen onderschatten de kwetsbaarheid van Nederland voor overstromingen: gemiddeld denkt men dat 48 procent van Nederland kan overstromen, terwijl in werkelijkheid 59 procent van Nederland zonder onze dijken en keringen regelmatig zou overstromen. Ook het aandeel inwoners dat in overstromingsrisicogebied woont, wordt te laag ingeschat: 51 procent tegenover de werkelijke 70 procent De zorgen over overstromingen nemen geleidelijk toe: in 2020 gaven Nederlanders hun zorgen gemiddeld een 2,9, in 2023 steeg dit naar 3,6 en in 2025 naar 4,3 op een schaal van 1 tot 10.

donderdag 23 oktober 2025

Zesde waterschap neemt groengasinstallatie in gebruik

Op 9 oktober opende Waterschap Drents Overijsselse Delta een nieuwe slibgistings- en groengasinstallatie op de rioolwaterzuivering Echten. Met gemiddeld 2 miljoen kuub groen gas per jaar zorgt dit voor een mooie bijdrage aan de gezamenlijke doelstelling van de waterschappen van 80 miljoen kuub groen gas in 2030.

Bij het zuiveren van rioolwater blijft slib als restproduct over. Dit slib vergist het waterschap tot biogas. Door dit biogas extra goed te filteren, wordt het opgewaardeerd tot groengas. Dit gas is van aardgaskwaliteit en is aangesloten op het gasnet.

De bouw van dit complexe en technische project was een ware uitdaging voor het waterschap. Nieuwe technieken zijn aangesloten op bestaande technieken. Na anderhalf jaar bouwen staat de kraan open voor het leveren van groengas op de rioolwaterzuivering in Echten. Waterschap Drents Overijsselse Delta is het zesde waterschap in Nederland dat een groengasinstallatie in bedrijf neemt. Het waterschap verwacht ongeveer 2000 huishoudens van duurzaam gas te voorzien.

Een extra duurzaam element is dat de vergistingsinstallatie verwarmd wordt met warmte uit het gezuiverd rioolwater. Het waterschap haalt warmte uit het gezuiverde afvalwater, het effluent dat wordt afgevoerd op de Hoogeveensche Vaart. Dubbel duurzaam dus.

woensdag 22 oktober 2025

Aandacht voor schoon water in Nationaal Park Drentsche Aa

Het belang van schoon water in het stroomgebied van de Drentsche Aa stond vrijdagmiddag 17 oktober 2025 in de belangstelling van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) en de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT). Zij brachten een veldbezoek aan Nationaal Park Drentsche Aa, met ook deelname vanuit de Unie van Waterschappen, Rijkswaterstaat en Omgevingsdienst NL.

De provincie Drenthe, Omgevingsdienst Drenthe, Waterbedrijf Groningen en waterschap Hunze en Aa’s hebben gezamenlijk invulling gegeven aan het veldbezoek. Daarbij is ingegaan op het unieke karakter van het gebied en het belang van een goede waterkwaliteit in het stroomgebied van de Drentsche Aa. Specifieke aandacht was er voor de samenwerking in de regio via het Uitvoeringsprogramma Oppervlaktewaterwinning Drentsche Aa. Met een glasheldere boodschap: alleen door samenwerking kunnen we de kwetsbare Drentsche Aa beschermen.

Een bezoek aan het Huis van de Drentsche Aa in Deurze, een rondrit door het gebied en een bezoek aan het innamepunt voor drinkwater bij pompstation De Punt in Glimmen, waren onderdeel van het programma.

Het Drentsche Aa-gebied is van grote waarde. Het landschap is uniek, de natuur bijzonder én het oppervlaktewater is een bron voor drinkwaterproductie. Hiervoor wordt oppervlaktewater uit de Drentsche Aa gewonnen en gezuiverd tot betrouwbaar kraanwater voor honderdduizenden mensen. Het is belangrijk dat de kwaliteit van het water hoog blijft.

dinsdag 21 oktober 2025

Testsluiting Asperense Lingesluis op 21 oktober

Op dinsdag 21 oktober test Waterschap Rivierenland tussen 08.00 en 14.00 uur het sluiten en openen van de Asperense Lingesluis (Noord). 

Deze sluis ligt aan de rivier de Linge en is onderdeel van de Diefdijklinie. Bij extreem hoogwater beschermt de sluis het achterliggende gebied tegen overstroming.  

De test bestaat uit het sluiten van twee waaierdeuren en twee puntdeuren. Tijdens de test is de vaarweg gedeeltelijk gestremd. Kleinere vaartuigen kunnen wel passeren via de Zuider Lingesluis. Op de dijk bij de sluis kan er verkeershinder zijn door de werkzaamheden, maar doorgang blijft mogelijk. 

maandag 20 oktober 2025

Kamerbrief STOER: advies Unie van Waterschappen opgevolgd

Minister Mona Keijzer van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO) heeft op 10 oktober een Kamerbrief gestuurd met de kabinetsreactie op het eindrapport van de onafhankelijke adviesgroep STOER (Schrappen Tegenstrijdige en Overbodige Eisen en Regelgeving). Om de woningbouw te versnellen wil de minister op nationaal niveau een aantal normen vaststellen voor het omgaan met extreem weer. Dit geeft bouwers vooraf duidelijkheid en scheelt doorlooptijd. Dit is in lijn met het pleidooi van de waterschappen voor borging van regels voor klimaatadaptatie.

De Unie van Waterschappen heeft het proces rond STOER kritisch gevolgd en ziet veel belangrijke input van de waterschappen terug in de Kamerbrief. Het pleidooi van de minister om met minder of beter afgestemde regelgeving de woningbouw te versnellen, spreekt ook de waterschappen aan. Daarom werken de waterschappen al aan het harmoniseren van hun verordeningen op het gebied van het omgaan met piekbuien en neerslagtekort bij nieuwe ontwikkelingen.

Het kabinet noemt ook het convenant tussen waterschappen en gemeenten over water en bodem. Hierin worden afspraken gemaakt over de vertaalslag van het landelijke kader naar de betekenis voor een specifiek gebied. De waterschappen hebben hier eerder ook voor gepleit met de indringende oproep om naast nationale regelgeving ook de regionale kennis van het water- en bodemsysteem te blijven benutten. Het advies van het waterschap moet doorwerken in de plannen. Dat is de enige manier om regionaal waterrobuust te bouwen en te voorkomen dat woningzoekenden worden opgezadeld met een huis dat over enkele jaren onbewoonbaar blijkt.

Het voorstel van de adviescommissie om de categorieën ‘ja, mits’ en ‘nee, tenzij’ samen te voegen in het afwegingskader voor de beoordeling van locaties op hun geschiktheid voor woningbouw, neemt de minister niet over. Ook daarmee volgt zij het advies van de waterschappen. De waterschappen vinden deze vereenvoudiging onterecht, omdat die geen recht doet aan regionale omstandigheden en aan de rol van de decentrale overheden daarbij. Waterschappen blijven immers het bevoegd gezag voor ontwikkelingen die impact hebben op het regionale watersysteem.

De Unie van Waterschappen blijft het proces rond de uitvoering van de Kamerbrief volgen en blijft bijdragen aan een constructieve dialoog over betere bouwregelgeving in Nederland.

vrijdag 17 oktober 2025

DAW Impuls voor onderzoek naar infiltratiesleuven en satellietbeelden

Hunze en Aa’s kan gebruik maken van de Rijkssubsidieregeling DAW Impuls. Deze regeling richt zich onder andere op onderzoek voor het verbeteren van de waterkwaliteit en waterbeschikbaarheid in het landelijk gebied. Alleen waterschappen kunnen DAW Impuls subsidie aanvragen, met als voorwaarde dat de agrarische sector betrokken is. We doen mee met twee subsidieaanvragen.

Op de proefboerderijen Kooijenburg in Marwijsoord en ’t Kompas in Valthermond, beide van Wageningen Universiteit (WUR), willen we innovatieve proeven uitvoeren met infiltratiesleuven. Dit onderzoek richt zich op de werking van deze sleuven en de rol die ze kunnen spelen bij het verminderen van afspoeling van nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen naar het oppervlaktewater. Door deze aanpak wordt de kwaliteit van het water bewaakt en wordt gewerkt aan een duurzamere landbouw.

Naast de infiltratiesleuven willen we onderzoek doen naar het gebruik van satellietbeelden. Deze beelden bieden nieuwe mogelijkheden om veranderingen in bodem en gewassen goed te volgen. Het project wil aantonen of satellietbeelden bruikbaar zijn om de effecten van bodemmaatregelen in de praktijk zichtbaar te maken. Op die manier kunnen telers en overheden betere, data-gedreven keuzes maken voor water- en bodembeheer.