Onlangs is de eerste brug in het pilotproject 'aanpak bruggen Bodegraven Noord' opgeleverd. De oplevering is feestelijk gevierd met de brugeigenaar en het projectteam.
Het pilotproject richt zich op vijf deelgebieden in het veenweidegebied, waar honderden bruggen over sloten en weteringen liggen. Deze liggen vaak over watergangen die belangrijk zijn voor het watersysteem. Een groot deel van de bruggen zorgt daar voor problemen met de afvoer van overtollig water tijdens hevige regenbuien. Daarom onderzoekt het waterschap nu als proef, samen met de brugeigenaren, in vijf gebieden hoe de problemen die de bruggen veroorzaken aangepakt kunnen worden.
Het gaat om de Middelwetering en de Kleine Wetering in Bodegraven-Noord, de Slimmenwetering in Zegveld, de Dwarswetering (ten zuiden van de Meije) en de Middelwetering in Kamerik. Het doel is om zoveel mogelijk bruggen te verbeteren of te verwijderen. Bij deze proef gaat het om de aanpak van circa 220 bruggen. De pilot loopt tot het derde kwartaal van 2024.
vrijdag 29 september 2023
Strandonderhoud op Ameland klaar, nu Vlieland
Het strand van Ameland bij Hollum ligt er weer tiptop bij. Rijkswaterstaat heeft de westkant van het eiland in de zomer van 2023 versterkt met maar liefst ruim 3 miljoen km3 zand uit de Noordzee.
Deze grote zandsuppletie was nodig om de kustlijn op zijn plaats te houden. Hiermee is Ameland voorlopig weer goed beschermd tegen de zee. Vanaf september 2023 is het strand van Vlieland aan de beurt voor onderhoud. Hier brengen we in totaal 1,5 miljoen km3 zand aan op het Noordzeestrand en op het havenstrand.
Rijkswaterstaat komt regelmatig naar de Waddeneilanden Ameland, Vlieland en Texel om extra zand aan te brengen. Dat is nodig omdat de kust hier sterk slijt. Door wind, stroming en golven schuurt er zand af van het strand en de duinen.
Dit zand wordt vervolgens meegenomen naar de Noordzee met de sterke getijdenstroming door de zeegaten tussen de Waddeneilanden.
Net als op Ameland is ook op Vlieland regelmatig extra zand nodig voor onderhoud van de kust. In 2021 is er ten noordoosten van Vlieland zand gestort op de zeebodem en in de herfst van 2023 is het strand van Vlieland aan de beurt.
Men begint op het havenstrand, op de oostpunt tussen strandpaal 53 en de jachthaven. Hier maken we ook een ‘zanddepot’ aan met extra zand, om het strand later op te schuiven waar nodig. Daarna volgt het Noordzeestrand tussen strandpaal 46 en 50 (tussen Pad van 20 en strandhotel Seeduyn /strandpaviljoen ‘t Badhuys).
Speciale baggerschepen – ‘sleephopperzuigers’ – zuigen zand op van de zeebodem en brengen dit naar de kust. Via een persleiding wordt het zand op het strand gespoten. Daar spreiden bulldozers en shovels het zand verder uit. Vanaf het strand kan het zand ook doorstuiven de duinen in. Zo versterken we de k
Deze grote zandsuppletie was nodig om de kustlijn op zijn plaats te houden. Hiermee is Ameland voorlopig weer goed beschermd tegen de zee. Vanaf september 2023 is het strand van Vlieland aan de beurt voor onderhoud. Hier brengen we in totaal 1,5 miljoen km3 zand aan op het Noordzeestrand en op het havenstrand.
Rijkswaterstaat komt regelmatig naar de Waddeneilanden Ameland, Vlieland en Texel om extra zand aan te brengen. Dat is nodig omdat de kust hier sterk slijt. Door wind, stroming en golven schuurt er zand af van het strand en de duinen.
Dit zand wordt vervolgens meegenomen naar de Noordzee met de sterke getijdenstroming door de zeegaten tussen de Waddeneilanden.
Net als op Ameland is ook op Vlieland regelmatig extra zand nodig voor onderhoud van de kust. In 2021 is er ten noordoosten van Vlieland zand gestort op de zeebodem en in de herfst van 2023 is het strand van Vlieland aan de beurt.
Men begint op het havenstrand, op de oostpunt tussen strandpaal 53 en de jachthaven. Hier maken we ook een ‘zanddepot’ aan met extra zand, om het strand later op te schuiven waar nodig. Daarna volgt het Noordzeestrand tussen strandpaal 46 en 50 (tussen Pad van 20 en strandhotel Seeduyn /strandpaviljoen ‘t Badhuys).
Speciale baggerschepen – ‘sleephopperzuigers’ – zuigen zand op van de zeebodem en brengen dit naar de kust. Via een persleiding wordt het zand op het strand gespoten. Daar spreiden bulldozers en shovels het zand verder uit. Vanaf het strand kan het zand ook doorstuiven de duinen in. Zo versterken we de k
donderdag 28 september 2023
'Waterschaarste moet zelfde prioriteit krijgen als klimaatverandering'
Waterschaarste wordt een steeds nijpender probleem: het jaarlijkse wereldwijde waterverbruik is gedurende de afgelopen eeuw met ongeveer 3.500 miljard m3 gestegen, met name door een combinatie van bevolkingsgroei, klimaatverandering en economische ontwikkeling. Naar verwachting zal dit verder toenemen.
Hoewel water overvloedig aanwezig is op aarde, is slechts 0,5 procent beschikbaar als zoet water. Uit onderzoek van BSI, de toonaangevende organisatie op het gebied bedrijfsverbetering en standaardisering, en Waterwise, de NGO gericht op water efficiëntie, blijkt dat tegen 2050 maar liefst 75 procent van de wereldbevolking door droogte getroffen kan worden.
Een andere belangrijke conclusie uit het onderzoek is dat watervoorziening en watergebruik bijdragen aan ongeveer 10 procent van de wereldwijde koolstofemissies. Als niet snel actie wordt ondernomen om watermanagement te verbeteren kan dat net zo schadelijk zijn voor de planeet als het niet aanpakken van de klimaatcrisis.
Het onderzoek genaamd "Thirst for Change: Securing a Water Positive Future" introduceert de ‘BSI Waterschaarste Indicator, een index die de waterschaarste op 40 locaties evalueert. Dit is een nieuwe indicator voor de mate waarin water verstandig wordt gebruikt. Nederland staat grofweg in het midden van de 40 onderzochte locaties, maar heeft de laagste score voor lekkage per hoofd van de bevolking van alle geanalyseerde landen. Lekkageniveaus variëren per land, maar liggen doorgaans tussen de 15 procent en 40 procent van wat aan voorziening wordt ingevoerd - Nederland valt op door een opmerkelijk laag percentage van 5 procent.
De indicator beoordeelt 40 landen op basis van zeven indicatoren. Zeven landen lopen het hoogste risico. Interessant genoeg lijken zelfs landen zoals Frankrijk, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Australië een gemiddeld risico te lopen. Met de verwachte stijging van de stedelijke bevolking tot 6,7 miljard in 2050 benadrukt het rapport dat verstandig watergebruik van cruciaal belang is om economische ontwikkeling en sociale behoeften te ondersteunen en om te voldoen aan de Sustainable Development Goals (SDG) van de VN.
Hoewel water overvloedig aanwezig is op aarde, is slechts 0,5 procent beschikbaar als zoet water. Uit onderzoek van BSI, de toonaangevende organisatie op het gebied bedrijfsverbetering en standaardisering, en Waterwise, de NGO gericht op water efficiëntie, blijkt dat tegen 2050 maar liefst 75 procent van de wereldbevolking door droogte getroffen kan worden.
Een andere belangrijke conclusie uit het onderzoek is dat watervoorziening en watergebruik bijdragen aan ongeveer 10 procent van de wereldwijde koolstofemissies. Als niet snel actie wordt ondernomen om watermanagement te verbeteren kan dat net zo schadelijk zijn voor de planeet als het niet aanpakken van de klimaatcrisis.
Het onderzoek genaamd "Thirst for Change: Securing a Water Positive Future" introduceert de ‘BSI Waterschaarste Indicator, een index die de waterschaarste op 40 locaties evalueert. Dit is een nieuwe indicator voor de mate waarin water verstandig wordt gebruikt. Nederland staat grofweg in het midden van de 40 onderzochte locaties, maar heeft de laagste score voor lekkage per hoofd van de bevolking van alle geanalyseerde landen. Lekkageniveaus variëren per land, maar liggen doorgaans tussen de 15 procent en 40 procent van wat aan voorziening wordt ingevoerd - Nederland valt op door een opmerkelijk laag percentage van 5 procent.
De indicator beoordeelt 40 landen op basis van zeven indicatoren. Zeven landen lopen het hoogste risico. Interessant genoeg lijken zelfs landen zoals Frankrijk, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Australië een gemiddeld risico te lopen. Met de verwachte stijging van de stedelijke bevolking tot 6,7 miljard in 2050 benadrukt het rapport dat verstandig watergebruik van cruciaal belang is om economische ontwikkeling en sociale behoeften te ondersteunen en om te voldoen aan de Sustainable Development Goals (SDG) van de VN.
woensdag 27 september 2023
Renovatie rioolgemaal aan de Sportlaan in Zeewolde van start
Een dezer dagen is begonnen met de renovatie van het rioolgemaal dat uw afvalwater naar de zuivering pompt. Het rioolgemaal aan de Sportlaan in Zeewolde staat aangegeven als rioolgemaal 175. De werkzaamheden duren ongeveer twaalf weken.
Het rioolgemaal aan de Sportlaan verpompt het afvalwater naar de afvalwaterzuivering (AWZI) in Zeewolde. Het afvalwater komt uit de woonwijken Horsterveld Zuid, De Akkers, Krachtenveld, Centrum, Haven- en strandgebied, Gildenveld en Zeewolde Zuid. Ook het afvalwater van vakantieparken, campings en de scouting uit het buitengebied van Zeewolde stroomt via dit rioolgemaal naar de AWZI in Zeewolde. Hier zuiveren we uw afvalwater.
De elektrische en mechanische pompinstallatie van het rioolgemaal is verouderd. Om ervoor te zorgen dat het rioolgemaal uw afvalwater ook in de toekomst blijft wegpompen, is renovatie van het rioolgemaal nodig. Aannemer Solvoy voert de werkzaamheden uit.
Voor de omleiding gebruikt de aannemer een tijdelijke pompinstallatie. Op die manier kunt u gewoon uw toilet doorspoelen. Deze installatie zorgt ervoor dat we het afvalwater naar de zuivering blijven afvoeren en dat de aannemer veilig in het rioolgemaal kan werken.
Het rioolgemaal bestaat uit de bovenbouw, droge kelder en een natte kelder. Daarnaast liggen er verschillende leidingen in de grond.
Het rioolgemaal aan de Sportlaan verpompt het afvalwater naar de afvalwaterzuivering (AWZI) in Zeewolde. Het afvalwater komt uit de woonwijken Horsterveld Zuid, De Akkers, Krachtenveld, Centrum, Haven- en strandgebied, Gildenveld en Zeewolde Zuid. Ook het afvalwater van vakantieparken, campings en de scouting uit het buitengebied van Zeewolde stroomt via dit rioolgemaal naar de AWZI in Zeewolde. Hier zuiveren we uw afvalwater.
De elektrische en mechanische pompinstallatie van het rioolgemaal is verouderd. Om ervoor te zorgen dat het rioolgemaal uw afvalwater ook in de toekomst blijft wegpompen, is renovatie van het rioolgemaal nodig. Aannemer Solvoy voert de werkzaamheden uit.
Voor de omleiding gebruikt de aannemer een tijdelijke pompinstallatie. Op die manier kunt u gewoon uw toilet doorspoelen. Deze installatie zorgt ervoor dat we het afvalwater naar de zuivering blijven afvoeren en dat de aannemer veilig in het rioolgemaal kan werken.
Het rioolgemaal bestaat uit de bovenbouw, droge kelder en een natte kelder. Daarnaast liggen er verschillende leidingen in de grond.
dinsdag 26 september 2023
Meebewegen en benutten van natuurkrachten in de Zeeuwse delta - Landschapsplan wint prijs
De regionale finale van de Eo Wijers Prijsvraag 2022-2023 voor midden Zeeland is gewonnen door een samenwerking van Bureau B+B urbanism and landscape architecture, RO&AD Architecten en het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ). In hun inzending ‘Een ontdekkingsreis naar Nieuw Zeeland’ schetsen ze hoe de Zeeuwen de uitdagingen van zeespiegelstijging en klimaatverandering aan kunnen gaan door de natuur te omarmen, en zo hun provincie als fijne plek om te wonen te behouden. Het team gaat door naar de landelijke finale op 12 oktober.
Wereldwijd wonen meer dan 500 miljoen mensen in delta’s. Hun leefbaarheid staat onder druk door onder andere zeespiegelstijging en aantasting van ecosystemen. Zeeland wordt de komende jaren een living lab voor toekomstbestendige delta’s met het Delta Climate Center (DCC). Het DCC heeft als missie het ontwikkelen en verbinden van kennis over de transities naar een duurzame, klimaatbestendige en welvarende delta. Het ontwerpteam hoopt dat hun plannen inspiratie kunnen zijn voor het werk van het DCC.
De Eo Wijers Prijsvraag is een prestigieuze prijs voor landschappelijke ontwikkeling in Nederland. Het meest bekend is het winnende Plan Ooievaar dat aan de basis stond van Ruimte voor de Rivieren en daarmee een belangrijke landschappelijke herinrichting tot het verbeteren van de landschappelijke kwaliteit en waterveiligheid in het rivierengebied tot stand bracht. Zeeland doet voor het eerst mee in deze 12de ronde van de prijsvraag, en de winnaars zetten een even gedurft als ambiteus plan neer voor de Zeeuwse delta.
Wereldwijd wonen meer dan 500 miljoen mensen in delta’s. Hun leefbaarheid staat onder druk door onder andere zeespiegelstijging en aantasting van ecosystemen. Zeeland wordt de komende jaren een living lab voor toekomstbestendige delta’s met het Delta Climate Center (DCC). Het DCC heeft als missie het ontwikkelen en verbinden van kennis over de transities naar een duurzame, klimaatbestendige en welvarende delta. Het ontwerpteam hoopt dat hun plannen inspiratie kunnen zijn voor het werk van het DCC.
De Eo Wijers Prijsvraag is een prestigieuze prijs voor landschappelijke ontwikkeling in Nederland. Het meest bekend is het winnende Plan Ooievaar dat aan de basis stond van Ruimte voor de Rivieren en daarmee een belangrijke landschappelijke herinrichting tot het verbeteren van de landschappelijke kwaliteit en waterveiligheid in het rivierengebied tot stand bracht. Zeeland doet voor het eerst mee in deze 12de ronde van de prijsvraag, en de winnaars zetten een even gedurft als ambiteus plan neer voor de Zeeuwse delta.
maandag 25 september 2023
Innovatieve oplossingen voor de bescherming van de trekvissen in de Maas
Het project Life4Fish, dat in 2017 werd opgestart door energiebedrijf Luminus en zijn partners met de steun van de Europese Commissie, is afgesloten.
Luminus is nummer 1 op het gebied van waterkrachtenergie in België. Zijn 7 centrales (6 op de Maas en 1 op de Samber) vertegenwoordigen een geïnstalleerd vermogen van 67 MW en produceren jaarlijks 227 GWh, goed voor de bevoorrading van 55.000 gezinnen met groene stroom.
In juni 2017 beslisten Luminus en zijn partners, met de steun van de Europese Commissie, om verschillende middelen te testen en te valideren om twee soorten trekvissen in de Maas - de Europese aal en de Atlantische zalm - te beschermen. Het Life4Fish-programma was geboren. Het programma heeft tot doel mee te werken aan de bescherming van deze twee vissoorten door middel van een duurzame exploitatie van de waterkrachtcentrales.
Met het project Life4Fish willen de partners een actieve bijdrage leveren aan het behoud van de biodiversiteit in het kader van de productie van hernieuwbare energie. Dat is immers een grote uitdaging, die samenhangt met de lokale aanwezigheid van Luminus als industriële gebruiker van de Maas.
Op basis van gedetailleerde gedragsgegevens die door de biologen waren verstrekt, hebben de waterbouwkundig ingenieurs verschillende oplossingen ontwikkeld en gevalideerd om alternatieve doorgangen voor de vissen voor te stellen. Een migratiekanaal, aangelegd voor jonge zalm op de site Grands-Malades, blijkt meer dan 50% van deze vissoort aan te trekken en biedt ze op die manier een veilige stroomafwaartse doorgang.
Luminus is nummer 1 op het gebied van waterkrachtenergie in België. Zijn 7 centrales (6 op de Maas en 1 op de Samber) vertegenwoordigen een geïnstalleerd vermogen van 67 MW en produceren jaarlijks 227 GWh, goed voor de bevoorrading van 55.000 gezinnen met groene stroom.
In juni 2017 beslisten Luminus en zijn partners, met de steun van de Europese Commissie, om verschillende middelen te testen en te valideren om twee soorten trekvissen in de Maas - de Europese aal en de Atlantische zalm - te beschermen. Het Life4Fish-programma was geboren. Het programma heeft tot doel mee te werken aan de bescherming van deze twee vissoorten door middel van een duurzame exploitatie van de waterkrachtcentrales.
Met het project Life4Fish willen de partners een actieve bijdrage leveren aan het behoud van de biodiversiteit in het kader van de productie van hernieuwbare energie. Dat is immers een grote uitdaging, die samenhangt met de lokale aanwezigheid van Luminus als industriële gebruiker van de Maas.
Op basis van gedetailleerde gedragsgegevens die door de biologen waren verstrekt, hebben de waterbouwkundig ingenieurs verschillende oplossingen ontwikkeld en gevalideerd om alternatieve doorgangen voor de vissen voor te stellen. Een migratiekanaal, aangelegd voor jonge zalm op de site Grands-Malades, blijkt meer dan 50% van deze vissoort aan te trekken en biedt ze op die manier een veilige stroomafwaartse doorgang.
vrijdag 22 september 2023
Storing op rangeerterrein Kijfhoek door waterschade
Het volledige automatische heuvelsysteem op Kijfhoek van ProRail is buiten gebruik door wateroverlast. Een bouwput - die gemaakt was voor het vernieuwen van het systeem - is vol water gelopen. Bij het wegpompen van het water is via het drainagesysteem het water in de kelders onder de sporen gekomen. In die kelders staan de elektromotoren van het ontruim- en bijdruksysteem. De 126 elektromotoren zijn beschadigd geraakt.
Vanwege de vernieuwing van het gehele heuvelsysteem was de helft van het systeem al buiten gebruik. Door de storing kan er nu uitsluitend handmatig gerangeerd op worden. Dit levert minder capaciteit voor de vervoerder en kost veel meer tijd en energie.
Het goederenvervoer heeft hierdoor flinke vertraging opgelopen. Vervoerder DB cargo heeft een deel van het sorteerwerk naar andere rangeerterreinen verplaatst. De exacte schade wordt momenteel geïnventariseerd en er wordt een herstelplan opgesteld. Het is echter nog onduidelijk of en wanneer de schade hersteld kan zijn.
Vanwege de vernieuwing van het gehele heuvelsysteem was de helft van het systeem al buiten gebruik. Door de storing kan er nu uitsluitend handmatig gerangeerd op worden. Dit levert minder capaciteit voor de vervoerder en kost veel meer tijd en energie.
Het goederenvervoer heeft hierdoor flinke vertraging opgelopen. Vervoerder DB cargo heeft een deel van het sorteerwerk naar andere rangeerterreinen verplaatst. De exacte schade wordt momenteel geïnventariseerd en er wordt een herstelplan opgesteld. Het is echter nog onduidelijk of en wanneer de schade hersteld kan zijn.
donderdag 21 september 2023
Waterschappen zien kansen voor versnelling natuurherstel
Het demissionaire kabinet heeft op de derde dinsdag van september de Miljoenennota gepresenteerd. Voor de transitie van het landelijk gebied en het oplossen van de stikstofproblematiek lijkt te weinig geld beschikbaar. De Unie van Waterschappen ziet desondanks mogelijkheden om op de korte termijn natuur te herstellen en de landbouw toekomstperspectief te geven met waterbeheermaatregelen.
Er liggen grote opgaven in het ruimtelijk domein. In het landelijk gebied moeten oplossingen gevonden worden voor het opvangen van de gevolgen van extreem weer, een toekomstbestendige landbouw, het herstellen van de natuur en het verbeteren van de waterkwaliteit.
Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen: “Het gaat om grote vraagstukken waar de afgelopen jaren veel over is vergaderd. Het rijk is met een goede integrale aanpak gekomen. Daar moeten we zeker mee door, maar het duurt te lang voordat we het praten omzetten in actie. Het is belangrijk dat we op deze dossiers niet stilstaan. Ondertussen verslechtert namelijk de natuur. En de enorme hoosbui zoals we die kennen van Limburg 2021 kan morgen weer vallen of een lange periode van droogte kan ook volgende zomer weer tot grote schade leiden. We moeten nu aan de slag.”
Van der Sande: “En we zijn en kunnen ook aan de slag! Overheden moeten voor sneller natuurherstel verder kijken dan stikstofreductie. Water verbindt landbouw en natuur. Draai daarom eerst aan de ‘waterknop’. Met relatief eenvoudige watermaatregelen kunnen we de veerkracht van de natuur vergroten, de waterkwaliteit verbeteren en klimaatrisico’s van de landbouw verkleinen. Denk aan flexibel omgaan met peilbeheer, beekherstel, het bevorderen van de biodiversiteit aan de sloot en extra stuwen om water langer vast te houden. We moeten met elkaar het gesprek aan over hoe alle partijen hieraan kunnen bijdragen en ervan kunnen profiteren.”
Van der Sande: “Door te redeneren vanuit de draagkracht van het water- en de bodemsysteem vinden we oplossingen die houdbaar zijn voor de lange termijn. We willen de problemen van nu niet afwentelen op toekomstige generaties. Wij vragen een nieuw kabinet daarom de ‘waterknop’ te benutten en te profiteren van de gebiedskennis en uitvoeringskracht van de waterschappen. Belangrijk is om hierbij ook de 811 miljoen die in het transitiefonds gelabeld is voor beekdalherstel te behouden en door te gaan met wettelijk verankering van het principe dat water en bodem sturend moeten zijn voor ruimtelijke plannen.”
Er liggen grote opgaven in het ruimtelijk domein. In het landelijk gebied moeten oplossingen gevonden worden voor het opvangen van de gevolgen van extreem weer, een toekomstbestendige landbouw, het herstellen van de natuur en het verbeteren van de waterkwaliteit.
Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen: “Het gaat om grote vraagstukken waar de afgelopen jaren veel over is vergaderd. Het rijk is met een goede integrale aanpak gekomen. Daar moeten we zeker mee door, maar het duurt te lang voordat we het praten omzetten in actie. Het is belangrijk dat we op deze dossiers niet stilstaan. Ondertussen verslechtert namelijk de natuur. En de enorme hoosbui zoals we die kennen van Limburg 2021 kan morgen weer vallen of een lange periode van droogte kan ook volgende zomer weer tot grote schade leiden. We moeten nu aan de slag.”
Van der Sande: “En we zijn en kunnen ook aan de slag! Overheden moeten voor sneller natuurherstel verder kijken dan stikstofreductie. Water verbindt landbouw en natuur. Draai daarom eerst aan de ‘waterknop’. Met relatief eenvoudige watermaatregelen kunnen we de veerkracht van de natuur vergroten, de waterkwaliteit verbeteren en klimaatrisico’s van de landbouw verkleinen. Denk aan flexibel omgaan met peilbeheer, beekherstel, het bevorderen van de biodiversiteit aan de sloot en extra stuwen om water langer vast te houden. We moeten met elkaar het gesprek aan over hoe alle partijen hieraan kunnen bijdragen en ervan kunnen profiteren.”
Van der Sande: “Door te redeneren vanuit de draagkracht van het water- en de bodemsysteem vinden we oplossingen die houdbaar zijn voor de lange termijn. We willen de problemen van nu niet afwentelen op toekomstige generaties. Wij vragen een nieuw kabinet daarom de ‘waterknop’ te benutten en te profiteren van de gebiedskennis en uitvoeringskracht van de waterschappen. Belangrijk is om hierbij ook de 811 miljoen die in het transitiefonds gelabeld is voor beekdalherstel te behouden en door te gaan met wettelijk verankering van het principe dat water en bodem sturend moeten zijn voor ruimtelijke plannen.”
woensdag 20 september 2023
Natuurvriendelijke oevers in Polderpark Cronesteyn
Sinds eind vorig jaar wordt gewerkt in Polderpark Cronesteyn. De gemeente gebruikt bij deze opknapbeurt het door het college van burgemeester en wethouders vastgestelde beheerplan. In dit plan staat aangegeven hoe we het park beheren en verbeteren en daarmee het park, het groen, de ecologische kwaliteit en de biodiversiteit versterken.
Onlangs is gestart met de aanleg van natuurvriendelijke oevers in de oostelijke graslanden. Natuurvriendelijke oevers zijn flauwe oevers in plaats van steile wanden, deze oevers verbeteren de waterkwaliteit en zijn aantrekkelijk voor amfibieën en insecten. Samen met het Hoogheemraadschap van Rijnland doet de gemeente daarna onderzoek naar het effect van natuurvriendelijke oevers op de bestrijding van de Amerikaanse rivierkreeft.
Ook wordt aan het eind van de zomer gewerkt in de Moerastuin, hier wordt een gedeelte flink gesnoeid en afgeplagd om het riet terug te dringen en de bloemrijke moerasplanten meer kans te geven
Onlangs is gestart met de aanleg van natuurvriendelijke oevers in de oostelijke graslanden. Natuurvriendelijke oevers zijn flauwe oevers in plaats van steile wanden, deze oevers verbeteren de waterkwaliteit en zijn aantrekkelijk voor amfibieën en insecten. Samen met het Hoogheemraadschap van Rijnland doet de gemeente daarna onderzoek naar het effect van natuurvriendelijke oevers op de bestrijding van de Amerikaanse rivierkreeft.
Ook wordt aan het eind van de zomer gewerkt in de Moerastuin, hier wordt een gedeelte flink gesnoeid en afgeplagd om het riet terug te dringen en de bloemrijke moerasplanten meer kans te geven
maandag 18 september 2023
Perenbomen barsten van het zeeleven
Kunstmatige riffen in de Waddenzee, gemaakt van afgedankte perenbomen, zitten na ruim een jaar onder water boordevol met zeeleven. Dat blijkt uit het promotieonderzoek van Jon Dickson. “Na vier maanden zagen we al veel vissen en andere dieren rond het rif.
Na zestien maanden is het nog veel rijker geworden. Paalwormen zijn al begonnen met de afbraak van het hout, maar we verwachten dat de ‘peren-riffen’ nog vele jaren mee kunnen”, zegt Dickson.
De experimentele, kunstmatige riffen zijn deels een vervanging voor het vele drijfhout dat in vroegere tijden in zee terechtkwam. Voordat mensen de rivieren met dammen en dijken in het gareel brachten, voerden ze veel bomen af naar zee. Na een half jaar tot meer dan een jaar, zonken veel van die bomen naar de bodem. Daar zorgden ze voor structuur op en in de bodem. Dat natuurlijke drijfhout zie je nauwelijks meer. De experimentele riffen zijn ook een vervanging voor de uitgestrekte mossel- en oesterriffen die vroeger op de bodem van de Waddenzee voorkwamen.
Het gebruik van perenbomen als alternatief rif, was een pragmatisch idee van NIOZ-onderzoeker Tjeerd Bouma, vertelt Dickson. “Bij een fietstocht langs de boomgaarden zag hij hoe veel van die bomen aan het eind van hun economische levensduur worden gerooid. Daarmee zijn ze een goedkope bron van hout, dat in grote hoeveelheden beschikbaar is. Jaarlijks wordt in Nederland ongeveer 400 ha laagstam fruitbomen gerooid.”
Met blokken beton aan de voet, verdwenen 192 bomen, omgebouwd tot 32 ‘kunstriffen’, in 2022 in de Waddenzee. Met behulp van camera’s op de betonnen voeten, met fuiken, en ook door enkele van die riffen op gezette tijden even naar boven te halen, controleren de wetenschappers hoeveel leven ze aantrekken.
Dit project is mede mogelijk gemaakt door het Waddenfonds, Provincies Groningen, Friesland en Noord-Holland.
Na zestien maanden is het nog veel rijker geworden. Paalwormen zijn al begonnen met de afbraak van het hout, maar we verwachten dat de ‘peren-riffen’ nog vele jaren mee kunnen”, zegt Dickson.
De experimentele, kunstmatige riffen zijn deels een vervanging voor het vele drijfhout dat in vroegere tijden in zee terechtkwam. Voordat mensen de rivieren met dammen en dijken in het gareel brachten, voerden ze veel bomen af naar zee. Na een half jaar tot meer dan een jaar, zonken veel van die bomen naar de bodem. Daar zorgden ze voor structuur op en in de bodem. Dat natuurlijke drijfhout zie je nauwelijks meer. De experimentele riffen zijn ook een vervanging voor de uitgestrekte mossel- en oesterriffen die vroeger op de bodem van de Waddenzee voorkwamen.
Het gebruik van perenbomen als alternatief rif, was een pragmatisch idee van NIOZ-onderzoeker Tjeerd Bouma, vertelt Dickson. “Bij een fietstocht langs de boomgaarden zag hij hoe veel van die bomen aan het eind van hun economische levensduur worden gerooid. Daarmee zijn ze een goedkope bron van hout, dat in grote hoeveelheden beschikbaar is. Jaarlijks wordt in Nederland ongeveer 400 ha laagstam fruitbomen gerooid.”
Met blokken beton aan de voet, verdwenen 192 bomen, omgebouwd tot 32 ‘kunstriffen’, in 2022 in de Waddenzee. Met behulp van camera’s op de betonnen voeten, met fuiken, en ook door enkele van die riffen op gezette tijden even naar boven te halen, controleren de wetenschappers hoeveel leven ze aantrekken.
Dit project is mede mogelijk gemaakt door het Waddenfonds, Provincies Groningen, Friesland en Noord-Holland.
Renovatie Vaartsluis Almere start 18 september
Maandag 18 september 2023 starten de renovatiewerkzaamheden aan de Vaartsluis in de Lage Vaart bij Almere. De werkzaamheden duren negen weken, volgens planning zijn deze op 16 november 2023 afgerond. Drie weken, van 23 september t/m 15 oktober, is de sluis volledig gestremd voor de scheepvaart. De overige zes weken is er op aanvraag en in overleg beperkte doorvaart mogelijk.
Tijdens de gehele renovatieperiode, van 18 september t/m 16 november, is de oversteek voor fietsers en voetgangers via de sluisdeuren niet mogelijk. Hierdoor is er deze periode geen doorgaande route mogelijk van het Wilgenpad naar de Vaartsluisweg en andersom.
Naast de drie weken volledige stremming van de sluis zijn er zes weken, waarin beperkte doorvaart op aanvraag en in overleg mogelijk is. De beperkte doorvaart op aanvraag is mogelijk van 18 september t/m 22 september en van 16 oktober t/m 16 november.
Tijdens de gehele renovatieperiode, van 18 september t/m 16 november, is de oversteek voor fietsers en voetgangers via de sluisdeuren niet mogelijk. Hierdoor is er deze periode geen doorgaande route mogelijk van het Wilgenpad naar de Vaartsluisweg en andersom.
Naast de drie weken volledige stremming van de sluis zijn er zes weken, waarin beperkte doorvaart op aanvraag en in overleg mogelijk is. De beperkte doorvaart op aanvraag is mogelijk van 18 september t/m 22 september en van 16 oktober t/m 16 november.
vrijdag 15 september 2023
Waterschappen en Lionsclubs Nederland slaan de handen ineen voor schoner water in Nederland
Op 16 september op World Cleaunup Day steken leden van Lionsclubs de handen uit de mouwen om water schoon te scheppen. Samen met de waterschappen gaat de grootste goededoelenorganisatie ter wereld (met circa 10.000 leden in Nederland) bij rivieren, beken en meren door heel Nederland aan de slag. Om vanaf de waterkant en soms vanaf het water afval uit het water te verwijderen.
Water zonder (zwerf)afval is beter voor zowel mensen als dieren. Vissen, vogels en andere waterdieren kunnen verstrikt raken in het afval of het inslikken. Zwerfafval kan ook giftige stoffen bevatten. Dat is slecht voor de waterkwaliteit en kan gezondheidsproblemen geven bij dieren, maar ook bij mensen. Plastic afval kan afbreken in kleine stukjes. Deze microplastics komen via de dieren in het water uiteindelijk in de voedselketen terecht.
Water zonder (zwerf)afval is beter voor zowel mensen als dieren. Vissen, vogels en andere waterdieren kunnen verstrikt raken in het afval of het inslikken. Zwerfafval kan ook giftige stoffen bevatten. Dat is slecht voor de waterkwaliteit en kan gezondheidsproblemen geven bij dieren, maar ook bij mensen. Plastic afval kan afbreken in kleine stukjes. Deze microplastics komen via de dieren in het water uiteindelijk in de voedselketen terecht.
donderdag 14 september 2023
Nieuwe datum voor afzinken tunneldeel Blankenburgverbinding
Zondag 8 oktober 2023 is de nieuwe datum waarop het tweede tunneldeel van de Maasdeltatunnel, onderdeel van de Blankenburgverbinding, wordt afgezonken. Voor de operatie wordt het Scheur ter hoogte van de Blankenburgverbinding voor alle scheepvaart ongeveer een etmaal afgesloten.
De afsluiting is van zondag 8 oktober 09.30 tot maandag 9 oktober 11.30 uur.
Tijdens de afzinkoperatie eind april 2023 brak een van de zes kabels waarmee het tunneldeel op zijn plek werd gehouden en kwam vervolgens tegen de tijdelijke kade. Het zogenoemde tijdelijke kopschot (de tijdelijke afsluiting van het tunneldeel aan de kopse kant) is hierdoor beschadigd.
Het kopschot wordt momenteel vervangen in het droogdok van Damen Verolme Rotterdam en is begin september 2023 gereed.
Het onderzoek naar de oorzaak van het breken van de kabel wordt op dit moment door gespecialiseerde onderzoeksbureaus uitgevoerd. Duidelijk is al wel dat de krachten die op de kabel kwamen te staan, groter waren dan vooraf is aangenomen.
De manier van afzinken wordt aangepast op deze en eventueel volgende uitkomsten van het onderzoek. Deze aanpassingen moeten ervoor zorgen dat de afzinkoperatie succesvol verloopt en de Blankenburgverbinding zoals gepland in 2024 kan worden opengesteld.
Wanneer het afzinken bijvoorbeeld als gevolg van harde wind of te veel stroming niet door kan gaan, kan het nodig zijn het afzinken uit te stellen. Daarom zijn twee reservemomenten vastgelegd: zaterdag 21 oktober 06.30 tot zondag 22 oktober 08.30 uur en maandag 6 november 07.30 tot dinsdag 7 november 09.30 uur.
De Maasdeltatunnel is een onderdeel van de A15/A20: Blankenburgverbinding, de nieuwe snelweg die de A20 bij Vlaardingen verbindt met de A15 bij Rozenburg. De tunnel van 945 me gaat onder het Scheur, een onderdeel van de Nieuwe Waterweg door.
De afsluiting is van zondag 8 oktober 09.30 tot maandag 9 oktober 11.30 uur.
Tijdens de afzinkoperatie eind april 2023 brak een van de zes kabels waarmee het tunneldeel op zijn plek werd gehouden en kwam vervolgens tegen de tijdelijke kade. Het zogenoemde tijdelijke kopschot (de tijdelijke afsluiting van het tunneldeel aan de kopse kant) is hierdoor beschadigd.
Het kopschot wordt momenteel vervangen in het droogdok van Damen Verolme Rotterdam en is begin september 2023 gereed.
Het onderzoek naar de oorzaak van het breken van de kabel wordt op dit moment door gespecialiseerde onderzoeksbureaus uitgevoerd. Duidelijk is al wel dat de krachten die op de kabel kwamen te staan, groter waren dan vooraf is aangenomen.
De manier van afzinken wordt aangepast op deze en eventueel volgende uitkomsten van het onderzoek. Deze aanpassingen moeten ervoor zorgen dat de afzinkoperatie succesvol verloopt en de Blankenburgverbinding zoals gepland in 2024 kan worden opengesteld.
Wanneer het afzinken bijvoorbeeld als gevolg van harde wind of te veel stroming niet door kan gaan, kan het nodig zijn het afzinken uit te stellen. Daarom zijn twee reservemomenten vastgelegd: zaterdag 21 oktober 06.30 tot zondag 22 oktober 08.30 uur en maandag 6 november 07.30 tot dinsdag 7 november 09.30 uur.
De Maasdeltatunnel is een onderdeel van de A15/A20: Blankenburgverbinding, de nieuwe snelweg die de A20 bij Vlaardingen verbindt met de A15 bij Rozenburg. De tunnel van 945 me gaat onder het Scheur, een onderdeel van de Nieuwe Waterweg door.
woensdag 13 september 2023
'Stop met baggeren Nieuwe Waterweg, laat de natuur het werk doen'
De Eo Wijersprijs regio Rijn-Maasmonding is dit jaar gewonnen door het ontwerp Tweestromenland. Gedeputeerde Anne Koning van de provincie Zuid-Holland, wethouder Chantal Zeegers van de gemeente Rotterdam en dijkgraaf Hollandse Delta Jan Bonjer hebben de prijs vrijdag uitgereikt.
De jury prijst het idee om natuur het werk laten doen in dit ontwerp. Het samenwerkingsverband samenwerkingsverband H+N+S Landschapsarchitecten, Palmbout Urban Landscapes, Deltastad / TU-Delft, Erasmus Universiteit, ARK Natuurontwikkeling en stelt voor te stoppen met het uitbaggeren van de Nieuwe Waterweg. Op die manier ontstaat een natuurlijke riviermonding waar zand en slib alle ruimte krijgen. Stormvloeden en zout water kunnen dan minder ver de rivier en het land binnendringen. Tegelijkertijd blijven de Rotterdamse havens bereikbaar voor grote zeeschepen omdat het Calandkanaal via een oude waterloop wordt verbonden met de Botlek.
De afzetting van zand en slib maken natuurlijke oevers en een afwisselend rivierlandschap. Zo wordt de regio Rotterdam een nog aantrekkelijker plek maakt om te wonen, werken en recreëren. Met een natuurlijke riviermonding het mogelijk voor de Rotterdamse Havens zich opnieuw uit te vinden en duurzamer te worden.
Het voorstel Rotterdam Waterstad 2100 van De Urbanisten, Deltares ontving een eervolle vermelding. In dit plan staat de aanleg van een enorme deltadijk centraal die van de Nieuwe Maas een binnenwater maakt. Langs en op de dijk ontstaan mogelijkheden voor natuur, recreatie en wonen. De keuze voor deze beschermde stad maakt in het zuidelijk deel van de regio de weg vrij voor een dynamisch getijdenlandschap. De jury noemt deze radicale gedachtegang verfrissend en nodig.
De jury prijst het idee om natuur het werk laten doen in dit ontwerp. Het samenwerkingsverband samenwerkingsverband H+N+S Landschapsarchitecten, Palmbout Urban Landscapes, Deltastad / TU-Delft, Erasmus Universiteit, ARK Natuurontwikkeling en stelt voor te stoppen met het uitbaggeren van de Nieuwe Waterweg. Op die manier ontstaat een natuurlijke riviermonding waar zand en slib alle ruimte krijgen. Stormvloeden en zout water kunnen dan minder ver de rivier en het land binnendringen. Tegelijkertijd blijven de Rotterdamse havens bereikbaar voor grote zeeschepen omdat het Calandkanaal via een oude waterloop wordt verbonden met de Botlek.
De afzetting van zand en slib maken natuurlijke oevers en een afwisselend rivierlandschap. Zo wordt de regio Rotterdam een nog aantrekkelijker plek maakt om te wonen, werken en recreëren. Met een natuurlijke riviermonding het mogelijk voor de Rotterdamse Havens zich opnieuw uit te vinden en duurzamer te worden.
Het voorstel Rotterdam Waterstad 2100 van De Urbanisten, Deltares ontving een eervolle vermelding. In dit plan staat de aanleg van een enorme deltadijk centraal die van de Nieuwe Maas een binnenwater maakt. Langs en op de dijk ontstaan mogelijkheden voor natuur, recreatie en wonen. De keuze voor deze beschermde stad maakt in het zuidelijk deel van de regio de weg vrij voor een dynamisch getijdenlandschap. De jury noemt deze radicale gedachtegang verfrissend en nodig.
dinsdag 12 september 2023
Grote hoeveelheid Belgisch breuksteen komt aan bij Julianakanaal
Begin september kwam bij het Julianakanaal ter hoogte van de bouwkuip bij Berg Obbicht 70.000 ton breuksteen aan uit België. Het materiaal is nodig voor bodemversteviging tijdens het verruimen van dit stuk van het kanaal.
Rijkswaterstaat wil de Maasroute geschikt maken voor langere en diepere scheepvaart (tot maximaal 3,5 m diep). Hiertoe zijn verschillende maatregelen op verschillende trajecten van de Maasroute uitgevoerd de afgelopen jaren. Het laatste stuk kanaal tussen Berg en Obbicht en bij Berghaven, moet nog worden verdiept en verbreed.
Tot 2016 werd dit in een ‘vol’ kanaal gedaan, de zogeheten ‘natte’ uitvoering. Enkele jaren geleden ging dit bij Nattenhoven mis, waarbij kanaalwater via de bodem vernatting van de omgeving veroorzaakte.
Vanaf dat moment is met bouwkuipen gewerkt die slechts een deel van het kanaal afzetten, waardoor scheepvaart door kon gaan. Helaas is tijdens het werk aan het kanaal bij Haven Stein in september 2020 de bouwkuip onder water gelopen. In februari 2023 ontstonden ook problemen, toen de bouwkuip bij Berg bezweek. Het werk is op dat moment stilgelegd.
Voortgang
Voor het hervatten van de verruimingswerkzaamheden worden momenteel verschillende zaken onderzocht. Het doel is de verruiming zorgvuldig en zo snel mogelijk uit te voeren. Verschillende scenario’s worden hiervoor uitgewerkt.
Eén ding is zeker: het Julianakanaal zal op de plek van de werkzaamheden volledig drooggezet worden om veilig en verantwoord te kunnen werken. Dit betekent dat een deel van het Julianakanaal tussen brug Berg en sluis Born gestremd zal worden voor scheepvaart.
Hinder vanwege het omvaren zal helaas onvermijdelijk zijn. Alle bedrijven op dit traject blijven bereikbaar, maar tijdelijk slechts vanuit 1 kant. Wanneer dit zal zijn en hoe lang dit zal duren staat nu nog niet vast. Omdat dit hoe dan ook grote impact heeft, zullen vertegenwoordigers van de scheepvaart en omliggende bedrijven tijdig geïnformeerd worden bij de uitwerking en planning. Naar verwachting is na de zomer 2023 meer duidelijkheid over de voortgang.
Bij verruiming van het kanaal is voor de bodembescherming breuksteen nodig. Vanwege de huidige marktomstandigheden hebben we besloten om vooruitlopend op de definitieve plannen en uitvoering, de breuksteen te bestellen en alvast op locatie beschikbaar te hebben. Zo proberen ze onnodige vertraging en kosten te voorkomen.
De breuksteen komt nu eerst langs het kanaal te liggen en wordt uiteindelijk geplaatst op de bodem van het kanaal, op een traject van 3 kilometer lang en 100 m breed. Het gaat om een flinke hoeveelheid. In eerste instantie komt op en naast de werklocatie 70.000 ton breukstenen aan. In totaal is ongeveer 260.000 ton nodig.
Rijkswaterstaat wil de Maasroute geschikt maken voor langere en diepere scheepvaart (tot maximaal 3,5 m diep). Hiertoe zijn verschillende maatregelen op verschillende trajecten van de Maasroute uitgevoerd de afgelopen jaren. Het laatste stuk kanaal tussen Berg en Obbicht en bij Berghaven, moet nog worden verdiept en verbreed.
Tot 2016 werd dit in een ‘vol’ kanaal gedaan, de zogeheten ‘natte’ uitvoering. Enkele jaren geleden ging dit bij Nattenhoven mis, waarbij kanaalwater via de bodem vernatting van de omgeving veroorzaakte.
Vanaf dat moment is met bouwkuipen gewerkt die slechts een deel van het kanaal afzetten, waardoor scheepvaart door kon gaan. Helaas is tijdens het werk aan het kanaal bij Haven Stein in september 2020 de bouwkuip onder water gelopen. In februari 2023 ontstonden ook problemen, toen de bouwkuip bij Berg bezweek. Het werk is op dat moment stilgelegd.
Voortgang
Voor het hervatten van de verruimingswerkzaamheden worden momenteel verschillende zaken onderzocht. Het doel is de verruiming zorgvuldig en zo snel mogelijk uit te voeren. Verschillende scenario’s worden hiervoor uitgewerkt.
Eén ding is zeker: het Julianakanaal zal op de plek van de werkzaamheden volledig drooggezet worden om veilig en verantwoord te kunnen werken. Dit betekent dat een deel van het Julianakanaal tussen brug Berg en sluis Born gestremd zal worden voor scheepvaart.
Hinder vanwege het omvaren zal helaas onvermijdelijk zijn. Alle bedrijven op dit traject blijven bereikbaar, maar tijdelijk slechts vanuit 1 kant. Wanneer dit zal zijn en hoe lang dit zal duren staat nu nog niet vast. Omdat dit hoe dan ook grote impact heeft, zullen vertegenwoordigers van de scheepvaart en omliggende bedrijven tijdig geïnformeerd worden bij de uitwerking en planning. Naar verwachting is na de zomer 2023 meer duidelijkheid over de voortgang.
Bij verruiming van het kanaal is voor de bodembescherming breuksteen nodig. Vanwege de huidige marktomstandigheden hebben we besloten om vooruitlopend op de definitieve plannen en uitvoering, de breuksteen te bestellen en alvast op locatie beschikbaar te hebben. Zo proberen ze onnodige vertraging en kosten te voorkomen.
De breuksteen komt nu eerst langs het kanaal te liggen en wordt uiteindelijk geplaatst op de bodem van het kanaal, op een traject van 3 kilometer lang en 100 m breed. Het gaat om een flinke hoeveelheid. In eerste instantie komt op en naast de werklocatie 70.000 ton breukstenen aan. In totaal is ongeveer 260.000 ton nodig.
maandag 11 september 2023
Wilhelminakanaal: damwanden kanaaloevers bij Beek en Donk vervangen
Vanaf begin september 2023 verricht aannemerscombinatie Hakkers-Beens onderhoud aan de oevers van het Wilhelminakanaal ter hoogte Beek en Donk. Tijdens deze werkzaamheden worden met name de damwanden vervangen. Naar verwachting zijn de werkzaamheden in het najaar van 2023 klaar.
amwanden houden oevers van kanalen stabiel en het water op haar plek. Om die functie te waarborgen vervangen we oude, voornamelijk betonnen damwanden door nieuwe stalen damwanden. Dat voorkomt onveilige situaties rond de oever én het dichtslibben van de vaarweg.
De werkzaamheden vinden plaats op werkdagen tussen 07.00 en 19.00 uur en worden voornamelijk vanaf het water uitgevoerd middels pontons. Wegen en fietspaden blijven dan ook gewoon toegankelijk. Er is geen hinder voor het wegverkeer.
Maatregelen voor de scheepvaart worden via de gebruikelijk kanalen gecommuniceerd. De nieuwe damwanden worden al trillend de grond ingebracht. Dat is te horen en soms ook te voelen. Doordat bebouwing in de omgeving ver genoeg van de werkzaamheden vandaan ligt, zal die trilling niet voor schade zorgen.
amwanden houden oevers van kanalen stabiel en het water op haar plek. Om die functie te waarborgen vervangen we oude, voornamelijk betonnen damwanden door nieuwe stalen damwanden. Dat voorkomt onveilige situaties rond de oever én het dichtslibben van de vaarweg.
De werkzaamheden vinden plaats op werkdagen tussen 07.00 en 19.00 uur en worden voornamelijk vanaf het water uitgevoerd middels pontons. Wegen en fietspaden blijven dan ook gewoon toegankelijk. Er is geen hinder voor het wegverkeer.
Maatregelen voor de scheepvaart worden via de gebruikelijk kanalen gecommuniceerd. De nieuwe damwanden worden al trillend de grond ingebracht. Dat is te horen en soms ook te voelen. Doordat bebouwing in de omgeving ver genoeg van de werkzaamheden vandaan ligt, zal die trilling niet voor schade zorgen.
vrijdag 8 september 2023
Strijd tussen land en zee volgt wiskundige wetten
Het verdwijnen van buitendijkse stukken natuur in de beukende golven, maar zeker ook het terugkeren van veerkrachtige natuur op de grens van land en water, houdt zich aan veel meer regels dan je op het eerste gezicht zou denken. Natuurbeheerders die deze wetmatigheden kennen, kunnen daar hun voordeel mee doen. Dat blijkt uit het proefschrift met de titel ‘Worstelen & Bovenkomen’, van NIOZ-onderzoeker Jim van Belzen, waar hij 8 september op zal promoveren aan de Universiteit Utrecht. “Ook wanneer je de natuur wilt inzetten bij nieuwe vormen van kustverdediging, komt deze kennis goed van pas.”
Van Belzen deed de afgelopen jaren onder andere onderzoek op de schorren langs de oevers van de Westerschelde. Daar keek hij naar de zogeheten kantelpunten die bestaan in het krachtenspel tussen golven, planten en slib.
Een schor, zoals een kustmoeras in de Delta wordt genoemd, of een kwelder in het noorden van het land, remt de energie van de aanstormende golven en het getij. Daardoor beschermen die stukken buitendijks land met planten de dijken tegen de kracht van het water. Maar die golven kunnen de schorren en kwelders ook langzaam afbreken. Als de kracht van de golven te groot wordt of de stevigheid van de wortelmat van planten te gering, dan kantelen de verhoudingen en kan het land in zee verdwijnen.”
Van Belzen ontdekte dat je zo’n kantelpunt tot op zekere hoogte kan zien aankomen. 'De herstelkracht van de plantjes op de schorren is een belangrijke aanwijzing” schreef de onderzoeker al in 2017 in Nature Communications, het feitelijke startpunt van zijn promotieonderzoek. “Door in een experiment plantjes op een stuk schor weg te knippen en te kijken hoe snel ze weer terugkomen, kun je zien hoe groot de kans is dat zo’n stuk land tegen een kantelpunt aan zit. Hoe sneller de planten terugkomen, hoe veerkrachtiger het systeem.'
Van Belzen zag dat het lang niet altijd de schorren met de grootste hoeveelheid planten zijn, die de meeste veerkracht vertonen. Het draait eerder om de kwaliteit dan om de kwantiteit.
Van Belzen ziet goede mogelijkheden om met kunstmatige structuren de groei van planten een steuntje in de rug geven. 'Daarmee helpen we niet alleen natuurherstel, maar kunnen we de natuur ook inzetten om onze dijken beter te beschermen tegen de krachten van het water. Het best doe je dat met natuurlijke materialen en ook in natuurlijke patronen. Zomaar een rechte dijk maken van bijvoorbeeld zakken van vlas vol schelpenmateriaal is misschien wel heel Hollands, maar vaak niet zo duurzaam. Het is beter om bij het plaatsen van die zakken de natuurlijke patronen van een oester- of mosselrif te volgen, want ook oester- en mosselbanken blijken zich volgens statistische regels te organiseren. Dan is de kans het grootst dat de waterkracht wordt gedempt, slib wordt ingevangen en planten weer beginnen te groeien en mee kunnen bewegen met de stijgende zeespiegel.'
Van Belzen deed de afgelopen jaren onder andere onderzoek op de schorren langs de oevers van de Westerschelde. Daar keek hij naar de zogeheten kantelpunten die bestaan in het krachtenspel tussen golven, planten en slib.
Een schor, zoals een kustmoeras in de Delta wordt genoemd, of een kwelder in het noorden van het land, remt de energie van de aanstormende golven en het getij. Daardoor beschermen die stukken buitendijks land met planten de dijken tegen de kracht van het water. Maar die golven kunnen de schorren en kwelders ook langzaam afbreken. Als de kracht van de golven te groot wordt of de stevigheid van de wortelmat van planten te gering, dan kantelen de verhoudingen en kan het land in zee verdwijnen.”
Van Belzen ontdekte dat je zo’n kantelpunt tot op zekere hoogte kan zien aankomen. 'De herstelkracht van de plantjes op de schorren is een belangrijke aanwijzing” schreef de onderzoeker al in 2017 in Nature Communications, het feitelijke startpunt van zijn promotieonderzoek. “Door in een experiment plantjes op een stuk schor weg te knippen en te kijken hoe snel ze weer terugkomen, kun je zien hoe groot de kans is dat zo’n stuk land tegen een kantelpunt aan zit. Hoe sneller de planten terugkomen, hoe veerkrachtiger het systeem.'
Van Belzen zag dat het lang niet altijd de schorren met de grootste hoeveelheid planten zijn, die de meeste veerkracht vertonen. Het draait eerder om de kwaliteit dan om de kwantiteit.
Van Belzen ziet goede mogelijkheden om met kunstmatige structuren de groei van planten een steuntje in de rug geven. 'Daarmee helpen we niet alleen natuurherstel, maar kunnen we de natuur ook inzetten om onze dijken beter te beschermen tegen de krachten van het water. Het best doe je dat met natuurlijke materialen en ook in natuurlijke patronen. Zomaar een rechte dijk maken van bijvoorbeeld zakken van vlas vol schelpenmateriaal is misschien wel heel Hollands, maar vaak niet zo duurzaam. Het is beter om bij het plaatsen van die zakken de natuurlijke patronen van een oester- of mosselrif te volgen, want ook oester- en mosselbanken blijken zich volgens statistische regels te organiseren. Dan is de kans het grootst dat de waterkracht wordt gedempt, slib wordt ingevangen en planten weer beginnen te groeien en mee kunnen bewegen met de stijgende zeespiegel.'
donderdag 7 september 2023
Oxfam Novib waarschuwt voor meer honger, ziekten en migratie door waterschaarste
Een op de vijf waterputten die door Oxfam-ingenieurs worden geboord is droog of het water is ondrinkbaar. De toenemende wateronzekerheid, veroorzaakt door klimaatveranderingen, vormt een bedreiging voor het voortbestaan van mensen. Waterschaarste leidt tot honger, ziekten en klimaatvluchtelingen. Dit blijkt uit het nieuwe Oxfam-rapport dat deze week gepubliceerd is.
“Het wordt steeds moeilijker en kostbaarder om water te vinden in gebieden die ernstig door de klimaatcrisis zijn getroffen”, concludeert Marina van Dixhoorn, programmaleider van Oxfam Novib.
In het nieuwe rapport van Oxfam, Water Dilemma’s, over de groeiende watercrisis, grotendeels veroorzaakt door de uitstoot van broeikasgassen, beschrijven onderzoekers hoe klimaatveranderingen de waterveiligheid in de verschillende delen van de wereld in gevaar hebben gebracht en dat waterschaarste leidt tot meer honger, ziekten en migratie.
In de Hoorn van Afrika, waar Somalië onder valt, worden ruim 32 miljoen mensen momenteel bedreigd met hongersnood als gevolg van vijf seizoenen droogte. De voedselschaarste wordt nog eens verergerd door conflicten en armoede.
Door de opwarming van de aarde neemt de frequentie en de ernst van rampen toe. We zullen de komende jaren vaker worden getroffen door droogte maar ook door overstromingen. Oxfam waarschuwt dat door het enorme gebrek aan investeringen in watersystemen grote delen van de wereld worden blootgesteld aan catastrofes.
De Hoorn van Afrika kampt ook met grillige weerpatronen. Er zijn periodes van langdurige droogte die worden afgewisseld met zware regenval. In Somalië stonden het afgelopen voorjaar waterputten en wc’s na overstromingen onder water. De waterputten waren niet langer bruikbaar. Het vervuilde water zorgde bovendien ook voor cholera en allerlei andere ziekten als malaria en dengue.
Het rapport schetst een somber beeld van de watercrisis niet alleen in Afrika, maar ook in het Midden-Oosten waar de regenval minder wordt. Hittegolven nemen toe waardoor de waterprijzen stijgen.
Landen in heel Azië, zoals in Pakistan in 2022, zullen vaker worden getroffen door rap smeltende gletsjers en een stijging van de zeespiegel tot mogelijk meer dan een halve meter in 2100. De levens van honderden miljoenen mensen in de kustgebieden staan op het spel.
“Het wordt steeds moeilijker en kostbaarder om water te vinden in gebieden die ernstig door de klimaatcrisis zijn getroffen”, concludeert Marina van Dixhoorn, programmaleider van Oxfam Novib.
In het nieuwe rapport van Oxfam, Water Dilemma’s, over de groeiende watercrisis, grotendeels veroorzaakt door de uitstoot van broeikasgassen, beschrijven onderzoekers hoe klimaatveranderingen de waterveiligheid in de verschillende delen van de wereld in gevaar hebben gebracht en dat waterschaarste leidt tot meer honger, ziekten en migratie.
In de Hoorn van Afrika, waar Somalië onder valt, worden ruim 32 miljoen mensen momenteel bedreigd met hongersnood als gevolg van vijf seizoenen droogte. De voedselschaarste wordt nog eens verergerd door conflicten en armoede.
Door de opwarming van de aarde neemt de frequentie en de ernst van rampen toe. We zullen de komende jaren vaker worden getroffen door droogte maar ook door overstromingen. Oxfam waarschuwt dat door het enorme gebrek aan investeringen in watersystemen grote delen van de wereld worden blootgesteld aan catastrofes.
De Hoorn van Afrika kampt ook met grillige weerpatronen. Er zijn periodes van langdurige droogte die worden afgewisseld met zware regenval. In Somalië stonden het afgelopen voorjaar waterputten en wc’s na overstromingen onder water. De waterputten waren niet langer bruikbaar. Het vervuilde water zorgde bovendien ook voor cholera en allerlei andere ziekten als malaria en dengue.
Het rapport schetst een somber beeld van de watercrisis niet alleen in Afrika, maar ook in het Midden-Oosten waar de regenval minder wordt. Hittegolven nemen toe waardoor de waterprijzen stijgen.
Landen in heel Azië, zoals in Pakistan in 2022, zullen vaker worden getroffen door rap smeltende gletsjers en een stijging van de zeespiegel tot mogelijk meer dan een halve meter in 2100. De levens van honderden miljoenen mensen in de kustgebieden staan op het spel.
woensdag 6 september 2023
PaludiPlants wint Agrifoodpluim met waterplanten
PaludiPlants is gespecialiseerd in de teelt en levering van (eetbare) waterplanten zoals lisdodden. De planten werken waterzuiverend, dienen als waterbuffer én zijn te gebruiken als alternatief voor traditionele bouwmaterialen. De provincie Noord-Brabant beloont de innovatieve jonge ondernemer Janke van Dijk daarom met een Agrifoodpluim.
PaludiPlants draagt bij aan de agrarische sector om met én voor de natuur te werken door specialisatie in natte teelten. Deze kunnen worden ingezet om water vast te houden en te filteren en tevens gebruikt kunnen worden als alternatief bouwmateriaal.
Een belangrijke onderzoeksvraag was: is natte teelt een goed alternatief voor landbouw als het waterschap de sloten meer wil laten meanderen? Door het meanderen, als de sloot niet meer rechttoe-rechtaan loopt, of als het grondwaterpeil verhoogd wordt, ontstaat meer nattere grond. In eerste instantie geen goed nieuws voor boeren die er aardappelen of bijvoorbeeld maïs telen. Is er voor die agrariërs een alternatieve vorm van landbouw mogelijk? Het antwoord is dus ja!
Lisdodden hebben naast hun vermogen om water vast te houden en te filteren, nog een hele mooie eigenschap. De vezels zijn zó sterk, dat ze gebruikt kunnen worden als alternatief bouwmateriaal. In gemalen en geperste vorm is het een goed en duurzaam alternatief voor materialen als spaanplaat en mdf. In fijne vorm is het in te blazen in bestaande huizen als isolatiemateriaal, in plaats van bijvoorbeeld tempex bolletjes.
PaludiPlants draagt bij aan de agrarische sector om met én voor de natuur te werken door specialisatie in natte teelten. Deze kunnen worden ingezet om water vast te houden en te filteren en tevens gebruikt kunnen worden als alternatief bouwmateriaal.
Een belangrijke onderzoeksvraag was: is natte teelt een goed alternatief voor landbouw als het waterschap de sloten meer wil laten meanderen? Door het meanderen, als de sloot niet meer rechttoe-rechtaan loopt, of als het grondwaterpeil verhoogd wordt, ontstaat meer nattere grond. In eerste instantie geen goed nieuws voor boeren die er aardappelen of bijvoorbeeld maïs telen. Is er voor die agrariërs een alternatieve vorm van landbouw mogelijk? Het antwoord is dus ja!
Lisdodden hebben naast hun vermogen om water vast te houden en te filteren, nog een hele mooie eigenschap. De vezels zijn zó sterk, dat ze gebruikt kunnen worden als alternatief bouwmateriaal. In gemalen en geperste vorm is het een goed en duurzaam alternatief voor materialen als spaanplaat en mdf. In fijne vorm is het in te blazen in bestaande huizen als isolatiemateriaal, in plaats van bijvoorbeeld tempex bolletjes.
dinsdag 5 september 2023
HVC gaat fosfaat terugwinnen uit verbrandingsassen
HVC is in Dordrecht een pilotinstallatie gestart om fosfaat terug te winnen uit de assen die overblijven na het verbranden van zuiveringsslib in de slibverbrandingsinstallatie.
Via de landbouw en voedselketen komt fosfaat in het oppervlakte- en afvalwater terecht. Waterzuiveringen verwijderen fosfaat voor een groot deel uit het water, waardoor het in het zuiveringsslib komt. Bij het verbranden van zuiveringsslib ontstaat een as. De as die overblijft bestaat nog voor zo’n 25 procent uit fosfaat.
Fosfaat is een van de belangrijkste grondstoffen voor de industrie en de landbouw. Door deze uit de verbrandingsas te halen, hoeven we deze schaarse grondstof niet via de mijnbouw uit de natuur te halen. HVC onderzoekt technologieën die deze fosfaten kunnen terugwinnen.
Een van die technologieën, de zogenaamde Rubiphos-technologie van het Belgische bedrijf TTBS, testen we nu in Dordrecht. De pilot is een samenwerking tussen TTBS, HVC en het onderzoeksinstituut van de Nederlandse waterschappen (STOWA). Doel van de pilot is om te testen of het proces stabiel en continu kan draaien, zodat het fosfaat (fosforzuur en fosfaatmeststof superfosfaat) dat we terugwinnen voldoet aan de kwaliteit die de markt vraagt. Als de proef slaagt, is dat een belangrijke stap om fosfaat terug te kunnen winnen en daarmee een bijdrage te leveren aan de circulaire economie.
Via de landbouw en voedselketen komt fosfaat in het oppervlakte- en afvalwater terecht. Waterzuiveringen verwijderen fosfaat voor een groot deel uit het water, waardoor het in het zuiveringsslib komt. Bij het verbranden van zuiveringsslib ontstaat een as. De as die overblijft bestaat nog voor zo’n 25 procent uit fosfaat.
Fosfaat is een van de belangrijkste grondstoffen voor de industrie en de landbouw. Door deze uit de verbrandingsas te halen, hoeven we deze schaarse grondstof niet via de mijnbouw uit de natuur te halen. HVC onderzoekt technologieën die deze fosfaten kunnen terugwinnen.
Een van die technologieën, de zogenaamde Rubiphos-technologie van het Belgische bedrijf TTBS, testen we nu in Dordrecht. De pilot is een samenwerking tussen TTBS, HVC en het onderzoeksinstituut van de Nederlandse waterschappen (STOWA). Doel van de pilot is om te testen of het proces stabiel en continu kan draaien, zodat het fosfaat (fosforzuur en fosfaatmeststof superfosfaat) dat we terugwinnen voldoet aan de kwaliteit die de markt vraagt. Als de proef slaagt, is dat een belangrijke stap om fosfaat terug te kunnen winnen en daarmee een bijdrage te leveren aan de circulaire economie.
Waterkwaliteit Rijn blijft achter bij doelstellingen
Er moet meer gedaan worden om de waterkwaliteit van de Rijn te verbeteren. Daarvoor pleit RIWA-Rijn, het samenwerkingsverband van drinkwaterbedrijven die oppervlaktewater uit de Rijn gebruiken voor de bereiding van drinkwater, in haar jaarrapport 2022. Ook in 2022 werden weer tientallen stoffen in de Rijn aangetroffen in hogere concentraties dan de streefwaarden uit het European River Memorandum (ERM), zo zitten er meer industriële chemicaliën en medicijnresten in het Rijnwater waardoor drinkwaterbedrijven meer moeten zuiveren.
RIWA-Rijn ziet een toenemende vraag naar drinkwater in Nederland. Daarvoor verkennen drinkwaterbedrijven nieuwe winningslocaties in het Rijnstroomgebied. De waterkwaliteit van de Rijn wordt daarmee nog belangrijker voor de Nederlandse drinkwatervoorziening dan hij altijd al was.
RIWA-Rijn toetst de waterkwaliteit van de Rijn aan drie doelstellingen; de streefwaarden van het European River Memorandum, artikel 7.3 van de kaderrichtlijn water en het 30% reductiedoel van de Rijnministersconferentie. Het European River Memorandum geeft streefwaarden voor een dusdanig waterkwaliteit dat drinkwaterbedrijven met eenvoudige natuurlijke zuiveringstechnieken schoon en gezond drinkwater kunnen produceren. Meer dan 60 stoffen overschreden deze streefwaarden in 2022.
RIWA-Rijn ziet een toenemende vraag naar drinkwater in Nederland. Daarvoor verkennen drinkwaterbedrijven nieuwe winningslocaties in het Rijnstroomgebied. De waterkwaliteit van de Rijn wordt daarmee nog belangrijker voor de Nederlandse drinkwatervoorziening dan hij altijd al was.
RIWA-Rijn toetst de waterkwaliteit van de Rijn aan drie doelstellingen; de streefwaarden van het European River Memorandum, artikel 7.3 van de kaderrichtlijn water en het 30% reductiedoel van de Rijnministersconferentie. Het European River Memorandum geeft streefwaarden voor een dusdanig waterkwaliteit dat drinkwaterbedrijven met eenvoudige natuurlijke zuiveringstechnieken schoon en gezond drinkwater kunnen produceren. Meer dan 60 stoffen overschreden deze streefwaarden in 2022.
maandag 4 september 2023
'Geen toekomst voor Dolfinarium in huidige vorm'
Driekwart van de Nederlanders ziet geen toekomst in het Dolfinarium in haar huidige vorm. Dat blijkt uit opinieonderzoek van World Animal Protection, uitgevoerd door Ipsos. World Animal Protection: ‘Nederlanders vragen het Dolfinarium om een drastische koerswijziging.’
Over welke vorm het Dolfinarium wél moet krijgen, heerst verdeeldheid. Zo vindt een derde (33%) van de ondervraagden dat het Dolfinarium een opvangplek voor zeedieren moet worden. Een kwart (24%) stemt voor een waterattractiepark zonder dieren. Een kleine groep (12%) ziet potentie in een show die niet wordt uitgevoerd door dieren maar mensen, en tot slot vindt een deel (6%) dat het Dolfinarium volledig moet sluiten.
Zes op de tien Nederlanders (61%) vindt het bovendien niet meer van deze tijd om dolfijnen te houden voor het vermaak van mensen, en slechts 1 op de 5 (19%) vindt dat de show met dolfijnen moet blijven. Overigens is vier op de vijf Nederlanders (78%) weleens in het Dolfinarium geweest, en heeft vrijwel iedereen (93%) daarbij ook een dolfijnenshow bezocht.
Ook Nederlandse bedrijven maken zich zorgen over het dierenwelzijn bij het Dolfinarium: onlangs kondigde NS aan per 1 oktober geen kaartjes meer voor het zeezoogdierenpark te verkopen. Eerder besloten ANWB, HEMA, en supermarkten Spar en Lidl al om de ticketverkoop te staken.
Over welke vorm het Dolfinarium wél moet krijgen, heerst verdeeldheid. Zo vindt een derde (33%) van de ondervraagden dat het Dolfinarium een opvangplek voor zeedieren moet worden. Een kwart (24%) stemt voor een waterattractiepark zonder dieren. Een kleine groep (12%) ziet potentie in een show die niet wordt uitgevoerd door dieren maar mensen, en tot slot vindt een deel (6%) dat het Dolfinarium volledig moet sluiten.
Zes op de tien Nederlanders (61%) vindt het bovendien niet meer van deze tijd om dolfijnen te houden voor het vermaak van mensen, en slechts 1 op de 5 (19%) vindt dat de show met dolfijnen moet blijven. Overigens is vier op de vijf Nederlanders (78%) weleens in het Dolfinarium geweest, en heeft vrijwel iedereen (93%) daarbij ook een dolfijnenshow bezocht.
Ook Nederlandse bedrijven maken zich zorgen over het dierenwelzijn bij het Dolfinarium: onlangs kondigde NS aan per 1 oktober geen kaartjes meer voor het zeezoogdierenpark te verkopen. Eerder besloten ANWB, HEMA, en supermarkten Spar en Lidl al om de ticketverkoop te staken.
vrijdag 1 september 2023
Wetenschappers ontdekken nieuw ecosysteem onder hydrothermale bronnen
Er is een nieuw ecosysteem ontdekt in vulkanische grotten onder hydrothermale bronnen bij een goed bestudeerde onderzeese vulkaan op 2.500 m diepte. Met behulp van een onderwaterrobot hebben wetenschappers stukken vulkanische korst losgemaakt en grottenstelsels ontdekt die krioelen van wormen, slakken en chemo-synthetische bacteriën die in water van 25 graden Celsius leven. De ontdekking is gedaan door een internationaal team waaronder marien bioloog Sabine Gollner van het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ).
De expeditie voerde de wetenschappers naar de onderzeese vulkaan op de East Pacific Rise ten westen van Midden-Amerika op 2.500 m diepte. Om vast te stellen of dieren zich door de warme bronnen verplaatsen, gebruikte het wetenschapsteam de onderwaterrobot van het Schmidt Ocean Institute, de ROV SuBastian en nieuwe apparatuur die door het NIOZ is ontwikkeld.
Daarnaast vonden de onderzoekers bewijs dat dieren uit de bronnen, zoals kokerwormen, onder de zeebodem door de vloeistof van de bronnen kunnen reizen om nieuwe leefgebieden te koloniseren. Kokerwormen zijn een van de bekendste dieren van hydrothermale bronnen, maar er zijn maar heel weinig jongen van deze dieren gevonden in het water boven hydrothermale bronnen. Dit deed wetenschappers vermoeden dat ze zich onder het aardoppervlak verplaatsen om nieuwe hydrothermale gemeenschappen te creëren.
Bij hydrothermale bronnen komt warm water naar boven door scheuren in de aardkorst die het gevolg zijn van tektonische activiteit. Als er een nieuwe hydrothermale opening verschijnt, volgt het ecosysteem snel. Dieren koloniseren een gebied binnen een paar jaar. Wetenschappers weten niet hoe dierenlarven nieuwe warmwaterbronnen vinden. Het internationale team is het eerste dat dit onderzocht. De onderzoekers bevestigen nu dat kokerwormlarven zich onder de zeebodem kunnen vestigen en er zelfs kunnen leven. Het vinden van een geheel nieuw ecosysteem onder het zeebodemoppervlak is daar het bewijs van.
De expeditie aan boord van het onderzoeksschip Falkor (too) van het Schmidt Ocean Institute werd geleid door Monika Bright van de Universiteit van Wenen. Zij onderzocht samen met een internationaal wetenschapsteam uit Nederland, de Verenigde Staten, Duitsland, Frankrijk, Costa Rica en Slovenië de onderzeese vulkaan op de East Pacific Rise ten westen van Midden-Amerika.
De expeditie voerde de wetenschappers naar de onderzeese vulkaan op de East Pacific Rise ten westen van Midden-Amerika op 2.500 m diepte. Om vast te stellen of dieren zich door de warme bronnen verplaatsen, gebruikte het wetenschapsteam de onderwaterrobot van het Schmidt Ocean Institute, de ROV SuBastian en nieuwe apparatuur die door het NIOZ is ontwikkeld.
Daarnaast vonden de onderzoekers bewijs dat dieren uit de bronnen, zoals kokerwormen, onder de zeebodem door de vloeistof van de bronnen kunnen reizen om nieuwe leefgebieden te koloniseren. Kokerwormen zijn een van de bekendste dieren van hydrothermale bronnen, maar er zijn maar heel weinig jongen van deze dieren gevonden in het water boven hydrothermale bronnen. Dit deed wetenschappers vermoeden dat ze zich onder het aardoppervlak verplaatsen om nieuwe hydrothermale gemeenschappen te creëren.
Bij hydrothermale bronnen komt warm water naar boven door scheuren in de aardkorst die het gevolg zijn van tektonische activiteit. Als er een nieuwe hydrothermale opening verschijnt, volgt het ecosysteem snel. Dieren koloniseren een gebied binnen een paar jaar. Wetenschappers weten niet hoe dierenlarven nieuwe warmwaterbronnen vinden. Het internationale team is het eerste dat dit onderzocht. De onderzoekers bevestigen nu dat kokerwormlarven zich onder de zeebodem kunnen vestigen en er zelfs kunnen leven. Het vinden van een geheel nieuw ecosysteem onder het zeebodemoppervlak is daar het bewijs van.
De expeditie aan boord van het onderzoeksschip Falkor (too) van het Schmidt Ocean Institute werd geleid door Monika Bright van de Universiteit van Wenen. Zij onderzocht samen met een internationaal wetenschapsteam uit Nederland, de Verenigde Staten, Duitsland, Frankrijk, Costa Rica en Slovenië de onderzeese vulkaan op de East Pacific Rise ten westen van Midden-Amerika.