vrijdag 29 september 2017

Terugtrekkende gletsjers zijn slechte zaak voor visvangst

De hoeveelheid smeltwater van de Groenlandse ijskap verdubbelde de afgelopen decennia door de klimaatopwarming. Nieuw onderzoek toont aan dat dit de productiviteit in de kustzone van Groenland grondig beïnvloedt. “Gletsjers trekken zich terug, wat tot minder visvangst kan leiden”, legt prof. Patrick Meire (UAntwerpen) uit.

De Groenlandse ijskap is 1,7 miljoen vierkante kilometer groot en bedekt zowat 80% van Groenland. Ze  smelt almaar sneller, waardoor meer en meer smeltwater in de fjorden en de kustzone stroomt. Lorenz Meire (Climate Research Centre, Greenland Institute of Natural Resources) onderzocht samen met Groenlandse, Deense en Belgische onderzoekers de potentiële impact van dat extra smeltwater op het mariene ecosysteem.

Patrick Meire en Filip Meysman (Global Change Ecology Centre, Onderzoeksgroep Ecosysteembeheer), betrokken bij het onderzoek: “Tijdens de zomermaanden stroomt zo’n 1000 km3 zoetwater in de kustzone. Zo’n hoeveelheid zoetwater heeft een grote invloed op de fysische en chemische eigenschappen van de fjorden en het kustgebied. Circulatiepatronen en de eigenschappen van het water op verschillende dieptes worden erdoor beïnvloed.”

Het onderzoek toont dat de impact van de zoetwaterstromen fundamenteel verschilt tussen de fjorden met gletsjers die reiken tot aan de zee, en fjorden die gevoed worden door gletsjers die eindigen op het land. Wanneer de gletsjers reiken tot aan de zee, stroomt het smeltwater niet enkel oppervlakkig in de fjord, maar raakt het ook op diepere niveaus. Eenmaal in de fjord, zorgt dit smeltwater dat dieper in de gletsjer is doorgedrongen, voor het opstuwen van grote hoeveelheden voedselrijk zout water naar de oppervlakte.

“Deze opwelling van diepe nutriënten nabij gletsjers die tot in de fjord reiken, zorgt voor een continue aanvoer van nutriënten gedurende de zomermaanden”, leggen Meire en Meysman uit. “Dit zorgt voor een zeer hoge productiviteit, die ontbreekt in fjorden die gevoed worden door gletsjers die eindigen op het land.”

De verschillen hebben ook een belangrijke invloed op de visserij. De commerciële heilbotvangst is veel hoger in de fjorden met gletsjers die reiken tot de zee. Meire en Meysman: “Door klimaatverandering trekken heel wat gletsjers zich terug op het land. Gemiddeld hebben de gletsjers op Groenland zich al 110 meter teruggetrokken.” Dit zorgt voor een verlaging van de visserijvangst, die goed is voor 88% van de Groenlandse export.

donderdag 28 september 2017

Provincie en waterschappen helpen landbouwsector bij waterbeheer

De provincie Groningen en de waterschappen Noorderzijlvest en Hunze en Aa’s hebben op 22 september de bestuursovereenkomst Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW) ondertekend. Daarmee spreken de partijen af hoe ze initiatieven uit de landbouwsector gaan ondersteunen. 

Het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer is een initiatief van de landbouwsector met als doel een bijdrage te leveren aan het verbeteren van de waterkwaliteit, het verminderen van het watergebruik en het realiseren van een economisch sterke en duurzame landbouw.

In de afgelopen jaren hebben provincie en waterschappen ongeveer 2 miljoen euro aan DAW-projecten bijgedragen. De ondertekening van de bestuursovereenkomst betekent dat provincie en waterschappen er naar streven hiernaast ruim zes miljoen euro beschikbaar te stellen om initiatieven uit de landbouwsector te ondersteunen.

woensdag 27 september 2017

Proefschrift over sturing in stedelijke afvalwatersystemen

Petra van Daal-Rombouts, werkzaam bij Witteveen+Bos, is op 22 september 2017 aan de TU Delft en binnen het Kennisprogramma Urban Drainage gepromoveerd op het proefschrift ‘Performance evaluation of real time control in urban wastewater systems’. Van het proefschrift is een Nederlandse samenvatting verschenen, uitgegeven door Stowa en RIONED en met als titel ‘Evaluatie van sturing in stedelijke afvalwatersystemen’. 

Petra van Daal heeft een methodiek ontwikkeld voor de beoordeling van het effect van sturing in stedelijke afvalwatersystemen. ‘Tijdens het onderzoek was ik in dienst bij Witteveen+Bos, maar ik heb vrijwel al mijn tijd aan het onderzoek kunnen besteden. Een bijzonder luxe positie. De belangrijkste vernieuwende elementen in de door mij ontwikkelde evaluatiemethodologie zijn het expliciet meenemen van onzekerheden en het toepassen van een geschikte evaluatieperiode. Een van de stellingen bij het proefschrift is dat het onomstotelijk vaststellen van het effect van real time control in afvalwatersystemen in de praktijk technisch en organisatorisch haalbaar is. Voor zover bij mij bekend is dit de eerste keer dat dit is bewezen.’, aldus Petra van Daal.

Het onderzoek werd uitgevoerd in nauwe samenwerking met waterschap De Dommel, waar de methodologie in de praktijk is toegepast op twee regelingen in het afvalwatersysteem van Eindhoven. Door de aanvoer naar de zuivering bij de overgang tussen droogweer en regenweer af te vlakken, wordt het zuiveringsproces ontlast. Zo werd het overstortende volume op rwzi Eindhoven met 33 procent en de ammoniumpieken in het effluent tijdens hevige buien met 20 procent beperkt. ‘De resultaten van het onderzoek zijn, door de sterke link tussen theorie en praktijk, te gebruiken als een springplank voor optimalisaties in andere systemen’, aldus Petra van Daal.

dinsdag 26 september 2017

Natuurlijke buffers reduceren overstromingsrisico's

Niet alleen dijken, ook natuurlijke buffers, zoals moerassen en kwelders reduceren overstromingsrisico's. Tenzij je die buffers volbouwt, zoals in Houston. UT-onderzoekers nemen deel aan het programma 'Be Safe'.

Inwoners van kustgebieden krijgen te maken met steeds grotere wateroverlast bij extreem weer. Natuurlijke manieren van kustbescherming, via begroeide gebieden zoals moerassen en kwelders, kunnen de golven dempen nog voordat ze bij de dijken en het achterland aankomen. De UT-onderzoekers Pim Willemsen, Bas Borsje en Suzanne Hulscher doen, samen met collega's van de TU Delft en marien onderzoeksinstituut NIOZ, onderzoek naar deze natuurlijke vormen van kustbescherming, in het onderzoeksproject BE SAFE. In het project willen de onderzoekers meer te weten komen over de dynamiek van de natuurlijk gevormde gebieden.

maandag 25 september 2017

Aanleg ottertunnels bij Nieuwkoopse Plassen gestart

De bouw van de 3 tunnels voor otters bij de Nieuwkoopse Plassen is begonnen. Door de tunnels kunnen de otters veilig oversteken naar de Nieuwkoopse plassen.

Gedeputeerde Han Weber: “Het heeft nogal wat voeten in de aarde gehad, maar ik ben heel blij dat we nu daadwerkelijk deze doorsteek kunnen gaan realiseren. We zijn er als provincie heel trots op dat we de otter weer terug hebben in onze provincie.”

De Uitweg is een grote barrière voor de otter om de oversteek richting de Nieuwkoopse Plassen te maken. Toen in 2014 duidelijk werd dat de otter zich na bijna 40 jaar weer gevestigd had in het in dit Natura2000-gebied, heeft boswachter John Pietersen alles op alles gezet om dit dier een veilig onderkomen en duurzame toekomst in de Nieuwkoopse Plassen te bieden.

Boswachter John Pietersen van Natuurmonumenten is dan ook verheugd en opgelucht: “Met de komst van de tunnels kunnen niet alleen otters maar ook tal van andere dieren veilig de weg oversteken.”

De opbrengsten van zijn crowdfundingsactie ‘Welkom otter’ diende als steuntje in de rug voor de wegbeheerder van de Uitweg: De provincie Zuid-Holland. Zij hebben na het succes van de actie toegezegd om in totaal 3 tunnels aan te leggen. “Dat gaat nu gebeuren en daar is Natuurmonumenten ontzettend blij mee! Het mooie aan de tunnels is dat ze niet alleen de otter een veilige oversteek bieden. Tal van zoogdieren en amfibieën maken gebruik van deze ecopassages”, vertelt boswachter John trots.

De otter is in 1988 uitgestorven in Nederland. De laatste otter van de Nieuwkoopse Plassen (en daarmee Zuid-Holland) werd in 1976 doodgereden op de toen pas aangelegde provinciale Uitweg. Nog steeds is het verkeer met afstand de grootste doodsoorzaak onder de otters. Liefst 80% van alle jonge mannetjes in Nederland wordt doodgereden. Zij overbruggen de grootste afstanden en lopen daarbij enorme risico’s.

Sinds de otter terug is in de Nieuwkoopse Plassen, zijn er 3 meldingen van dode otters in omgeving Nieuwkoop geweest. Eerder kwam een melding van een otter bij Gouda binnen en een dode otter in de Meije. De laatste melding betrof een jonge otter, waarbij de boswachters een sterk vermoeden hadden dat dit de eerste doodgereden otter was die daadwerkelijk in de Nieuwkoopse Plassen geboren was. “Dit liet pijnlijk zien waarom het zo belangrijk is om passages onder otterknelpunten te realiseren. Maar dankzij de inzet van de provincie Zuid-Holland én de donateurs gaat het nu toch lukken om een van de belangrijkste otterknelpunten aan te passen.”

zondag 24 september 2017

Nieuwe Eeuwselse Waterloop geopend

Bestuurders van waterschap Aa en Maas en waterschap Limburg hebben op vrijdagmiddag 22 september 2017 gezamenlijk de nieuwe Eeuwselse Loop geopend. Dagelijks Bestuurslid Ernest de Groot van waterschap Aa en Maas en bestuurder Har Frenken van waterschap Limburg stapten samen op de dumper om de eerste meters van de oude waterloop te dempen.

De Eeuwselse Loop is om het natuurgebied De Groote Peel heen gelegd, langs de provinciale weg Asten - Meijel (N279). De oude route liep deels door het natuurgebied. Hierdoor ontstond een barrière voor de kleinere diersoorten die in de Groote Peel voorkomen. Daarnaast ontwaterde de oude loop het natuurgebied, waar een stabiele waterstand noodzakelijk is. Door het verleggen van de waterloop kunnen kleinere diersoorten zich vrij bewegen door het natuurgebied en komt er minder water vanuit de landbouwgebieden het natuurgebied in.

Het verleggen van de Eeuwselse Loop is onderdeel van het project LIFE+ Groote Peel. Voor dit project werken provincie Noord Brabant, waterschap Aa en Maas en waterschap Limburg samen met Staatsbosbeheer aan het herstel van hoogveen in de Groote Peel. Waterschap Aa en Maas en waterschap Limburg hebben voor het onderhouden van de waterloop gezamenlijk een beheer- en onderhoudsplan op gesteld en zullen samen de waterstand in het gebied monitoren.

vrijdag 22 september 2017

Steden puffen vaker onder extreme hitte als gevolg van klimaatverandering

Vanaf 2040 verwachten onderzoekers dat steden als Brussel en Antwerpen meer dan 17 dagen per jaar te lijden zullen krijgen onder extreme temperaturen. De hittestress in de steden zal twee keer meer stijgen dan op het platteland. 

Onderzoekers Hendrik Wouters, Matthias Demuzere en professor Nicole van Lipzig van de afdeling Geografie en Toerisme van de KU Leuven gingen met computersimulaties aan de slag om de hitte in ons land in kaart te brengen. Waar steden aan het einde van de 20ste eeuw en het begin van de 21ste eeuw nog te maken kregen met gemiddeld 6 hittegolfdagen per jaar, loopt dat tegen het midden van deze eeuw waarschijnlijk op tot gemiddeld 17 dagen. Een hittegolf is een periode van minstens 3 aaneensluitende dagen met een maximumtemperatuur van meer dan 30 graden Celsius en een minimumtemperatuur van meer dan 18 graden Celsius. Ook de hittestress (de combinatie van het aantal hittedagen en de temperatuur tijdens deze dagen) loopt voor de steden sterk op.

Hendrik Wouters: “Door deze simulaties kunnen we voor het eerst zeer gedetailleerd naar het klimaat in ons land kijken. Om de temperatuur in een gebied in kaart te kunnen brengen legt de supercomputer een digitaal raster over het gebied. Dat raster is opgedeeld in vakken en voor elk vak wordt de temperatuur berekend. Zo’n vak beslaat gewoonlijk een gebied van 10 000 km². Bijzonder in onze simulatie is dat we met veel kleinere vakken van zo’n 8 km² werken.” Zo kunnen de onderzoekers bijvoorbeeld de steden van het platteland onderscheiden. Matthias Demuzere: “Uit onze analyse blijkt dat er  ’s nachts een gemiddeld temperatuurverschil van 1 tot 3 graden Celsius is tussen stad en platteland. Tijdens hittegolven loopt dat verschil, vooral in grootsteden, op naar 8 tot 12 graden Celsius. Zo ontstaan er stedelijke hitte-eilanden.” Doordat er meer hittegolven op ons af zullen komen en steden reeds meer hitte vasthouden, zal de hittestress in de steden dubbel zo hard stijgen als op het platteland.


De onderzoekers namen in hun simulaties voor het eerst ook prognoses op over de  expansie van onze stedelijke gebieden tegen de tweede helft van de eenentwintigste eeuw. Nicole van Lipzig: “Het is al langer geweten dat steden warmer worden omdat steen en beton meer zonne-energie omzetten in warmte en de warmte ook langer vasthouden.” Daarnaast genereren ook de grote aanwezigheid van menselijke en industriële activiteiten warmte. Bovendien zijn er veel minder planten of water-oppervlaktes om voor verkoeling te zorgen. “Deze informatie namen we als extra parameter op in ons model,” gaat professor van Lipzig verder, “zodat onze simulaties de situatie in de toekomst nog nauwkeuriger in kaart kunnen brengen.”

donderdag 21 september 2017

Ruim 20.000 huishoudens afgesloten van drinkwater

Drinkwaterbedrijven hebben de afgelopen drie jaar ruim 20.000 huishoudens afgesloten van drinkwater, voornamelijk wegens wanbetaling. Dat blijkt uit cijfers die EenVandaag heeft opgevraagd bij alle tien waterbedrijven. Uit de cijfers blijkt dat de waterbedrijven steeds minder vaak tot afsluiting overgaan. Koppelden ze in 2015 nog 10.193 adressen af, vorig jaar waren dat er 7.437. Wel zijn de verschillen in het aantal afsluitingen per regio enorm.

De waterbedrijven verklaren de grote daling doordat ze meer moeite doen hun klanten toch te laten betalen. Zo wordt, behalve het sturen van herinneringen en aanmaningen, ook persoonlijk contact gezocht met schuldenaren. Daarbij worden ze gewezen op schuldhulpverlening en de mogelijkheid een betalingsregeling af te sluiten. Ook dit jaar lijkt de dalende trend door te zetten: tot dusver zijn ruim 3.300 huishoudens afgesloten in 2017. Desondanks zijn de verschillen tussen waterbedrijven groot. Zo sloot Dunea, het waterbedrijf in Den Haag en omgeving, sinds 2015 in totaal bijna 11.000 adressen af. Evides in Rotterdam kwam in drie jaar tot bijna 3.000 afsluitingen, terwijl Waternet, het waterbedrijf in Amsterdam en het Gooi, in dezelfde periode slechts 48 huishoudens afkoppelde. Dunea kan het grote verschil niet verklaren. “We zien ook dat we afwijken”, aldus een woordvoerster. “We gaan onderzoeken hoe we het aantal afsluitingen kunnen verminderen.”

Inschrijving Waterinnovatieprijs verlengd tot en met 29 september

Vernieuwende en baanbrekende ideeën die de waterschappen helpen het waterbeheer in Nederland duurzamer en goedkoper te maken, maken kans op de Waterinnovatieprijs 2017. De uiterste mogelijkheid om innovaties in te zenden is verplaatst van 22 september naar 29 september. Bedrijven, overheden en particulieren hebben nu dus een week langer de tijd om hun idee in te dienen en zo kans te maken op de Waterinnovatieprijs 2017.

De Unie van Waterschappen en de NWB Bank reiken dit jaar voor de zesde keer de Waterinnovatieprijs uit in de categorieën Waterveiligheid, Schoon water en Voldoende water. Dit jaar is de extra categorie Energie en waterschappen daaraan toegevoegd. Voor deze categorie zijn wij op zoek naar innovatieve ideeën en initiatieven op het gebied van duurzame energieopwekking en energiebesparing bij de waterschappen.

Iedereen mag meedoen; overheidsinstanties, bedrijven en particulieren. Er kunnen één of meerdere projecten worden ingeschreven in één van de vier categorieën. Om kans te maken op de Waterinnovatieprijs moet de inzending uitblinken in innovatie, kwaliteit en duurzaamheid. Het project mag al zijn uitgevoerd, maar ook projecten die nog in de planfase zitten, zijn van harte welkom. Zelfs projecten die al eerder hebben meegedaan aan de Waterinnovatieprijs kunnen opnieuw deelnemen als er een duidelijke ontwikkeling in het project zichtbaar is. Kijk voor inspiratie en de criteria op Waterinnovatieprijs.nl.

De prijzen worden uitgereikt op 27 november tijdens de Markt- en Innovatiedag Waterschappen 2017 in de Rijtuigenloods te Amersfoort. De winnaars van iedere categorie ontvangen een glaskunstwerk van Gert Bullée en kunnen gebruikmaken van een versnellingstraject aangeboden door de STOWA, het Valorisatieprogramma Deltatechnologie en water, de Topsector Water en de Unie van Waterschappen om hun innovatie een stap verder te brengen.

Ruud van Wilgenburg benoemd tot hulpstrandvonder

Ruud van Wilgenburg is donderdag 14 september door commissaris van de Koning Johan Remkes benoemd tot hulpstrandvonder in de gemeenten Velsen, Beverwijk en Heemskerk. Zijn werkgebied bestaat uit de kust van deze gemeenten ten noorden van de pieren in IJmuiden.

Een strandvonder moet bij een schipbreuk voor de kust bijstand verlenen. En hij moet goederen die aanspoelen in bescherming nemen en bewaren. Als de eigenaar van de spullen niet kan worden achterhaald, worden de spullen verkocht. Van Wilgenburg: "Je vindt allerlei vreemde zaken op het strand, zelfs 1 keer 4 dode varkens."

In iedere kustgemeente is de burgemeester hoofdstrandvonder. Hij kan worden bijgestaan door 1 of meer hulpstrandvonders. De wet op de strandvonderij bepaalt dat de commissaris van de Koning de hulpstrandvonders beëdigt. Burgemeester Smit van Beverwijk: "Het strand is een gemeente op zich. Er gebeurt van alles."

woensdag 20 september 2017

Deltaplan tegen wateroverlast vraagt om extra investeringen

De waterschappen zijn blij met het dinsdag gepresenteerde Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie. Het klimaat verandert snel en acties tegen toenemende wateroverlast en droogte zijn hard nodig. In de miljoenennota zijn geen extra investeringen voor de uitvoering opgenomen. Waterschappen, gemeenten en provincies roepen een nieuw kabinet op hier tot 2025 jaarlijks 230 miljoen euro extra voor op te nemen in het regeerakkoord.

Hans Oosters, voorzitter van de Unie van Waterschappen: "De afgelopen weken hebben extreme buien in Nederland niet tot grote schade geleid. Dit komt omdat waterschappen investeren in waterbergingsgebieden, waterpleinen en andere maatregelen om water tijdelijk te kunnen opslaan. Dat het ook mis kan gaan werd in juni 2016 in Brabant en Limburg ervaren, waar wateroverlast en hagel honderden miljoenen euro‘s schade veroorzaakten. Willen we ook in de toekomst gesteld staan voor extremer weer, dan zijn extra maatregelen nodig. Ons land moet ingericht worden voor het weer van morgen. Voor de uitvoering van het Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie is tot 2025 bovenop het Deltafonds en de investeringen van gemeenten en waterschappen jaarlijks 230 miljoen euro nodig van de rijksoverheid.”

De Unie van Waterschappen is blij met de aandacht voor duurzame energie en circulaire economie in de Prinsjesdagstukken en de rol van decentrale overheden die het Rijk hierbij voorziet. In de gezamenlijke investeringsagenda 'Naar een duurzaam Nederland' hebben provincies, gemeenten en waterschappen al aangegeven hun investeringen inclusief inkoop – jaarlijks 28 miljard euro – te willen inzetten om de overgang naar een energieneutraal en klimaatbestendig Nederland te versnellen. De medeoverheden vragen het nieuwe kabinet om mee te investeren in nationale programma’s en om knelpunten in wet- en regelgeving weg te nemen. Ze pleiten ervoor dit op te nemen in het regeerakkoord van het nieuwe kabinet.

Een ander zorgpunt voor de waterschappen in de miljoenennota is het ontbreken van een goed financieringsvoorstel voor de generieke digitale infrastructuur (GDI). De GDI biedt bepaalde digitale basisvoorzieningen, zoals DigiD. Het Rijk wil een deel van de kosten doorbelasten naar gebruikers. De waterschappen vinden dit een slecht idee, omdat zij verwachten dat hierdoor minder (met name kleine) organisaties de voorzieningen gaan gebruiken. Terwijl het doel is met deze digitale infrastructuur inwoners en bedrijven beter van dienst te kunnen zijn.

Het delen van Nederlandse waterexpertise over de grens is een thema in de rijksbegroting waar extra budget voor wordt ingeruimd, startend met 13,6 miljoen euro extra in 2018. Onder de vlag van Dutch Water Authorities zetten de waterschappen onder meer hun kennis op het gebied van water governance hiervoor in.

dinsdag 19 september 2017

Meer geld voor waterveiligheid

In 2018 trekt het Rijk 526,7 miljoen euro voor de verbetering van waterveiligheid, 188,8 miljoen aan het beheer, onderhoud en vervanging en circa 22 miljoen voor de beschikbaarheid van zoetwater. Het totale budget van het Deltafonds is in 2018 circa 1,1 miljard. Na de versterking van de kust en de verbreding van de rivieren zodat die meer water kunnen afvoeren, is het van belang ons land minder kwetsbaar te maken voor extreme weersomstandigheden en de gevolgen van wateroverlast, droogte en hittestress.

Het nieuwe Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie (onderdeel van het Deltaprogramma 2018) schept hiervoor de voorwaarden voor de jaren na 2018. In de periode 2018-2031 is in het Deltafonds circa € 17 miljard beschikbaar, waarmee het jaarlijkse budget gemiddeld op circa 1,1 miljard euro uitkomt.

Het Deltaplan Ruimtelijke adaptatie bevat een planmatige aanpak op lokaal en regionaal niveau. Alle gemeenten gaan uiterlijk in 2019 in hun eigen regio een stresstest uitvoeren in samenwerking met de provincies, de waterschappen en het rijk. Dit om inzicht te krijgen in de kwetsbaarheden voor weersextremen, zodat zij vervolgens de juiste maatregelen kunnen te nemen. Ruimtelijke adaptatie moet een vanzelfsprekend onderdeel worden van alle fysieke ingrepen in ons land.

IJsselcongres: de gevolgen van klimaatverandering op het IJssellandschap

De IJssel is één van de mooiste rivieren van Nederland. Maar door klimaatverandering verandert het IJssellandschap. Tijdens het IJsselcongres (woensdagmiddag 20 september) gaan professionals uit de vakgebieden waterbeheer, landschapsontwerp en gebiedsontwikkeling hierover in gesprek met beleidsmakers en bewoners. Tauw levert als medeorganisator en sponsor een belangrijke inhoudelijke bijdrage aan het IJsselcongres.

Wat betekenen (klimaat)ontwikkelingen voor het IJssellandschap? En kunnen de wateropgave van de komende decennia en andere ruimtelijke ontwikkelingen in de IJsselvallei kwaliteit toevoegen en de identiteit van de regio nog verder versterken? Tijdens het IJsselcongres gaan alle betrokkenen, onder begeleiding van middagvoorzitter Annemieke Nijhof (CEO bij Tauw), hierover in gesprek en verkennen de kansen voor een integrale langetermijnaanpak.

Het IJsselcongres wordt om 12.00 uur afgetrapt met een lunch. Tussen 13.00 uur en 17.00 uur zijn er verschillende inhoudelijke bijdragen met verrassende invalshoeken. Het congres sluit af met een hapje en drankje. In deze uitnodiging vindt u de details van het programma.
In aanloop naar het congres heeft Tauw bewonersavonden georganiseerd, met als doel de gedeelde kernwaarden van het landschap te identificeren. Deze waarden zijn door Atelier Overijssel vertaald naar ruimtelijke principes. Op deze manier worden bewoners al in een beginstadium betrokken bij de nieuwe langetermijnstrategie en de ruimtelijke uitwerking van de duurzaamheidstransities.

Het IJsselcongres wordt georganiseerd op woensdag 20 september bij De Gasfabriek in Deventer, ter afsluiting van de IJsselbiënnale. Dit is een kunstroute langs de IJssel met 26 kunstwerken van internationale kunstenaars. Elke kunstenaar heeft op eigen wijze de invloed van klimaatverandering op ons rivierenlandschap verwerkt in zijn/haar kunstwerk.

Waterschappen inden 2,7 miljard aan heffingen in 2016

Waterschappen legden 2,7 miljard euro aan waterschapheffingen op in 2016, 60 miljoen euro (2,3 procent) meer dan in 2015. Ruim de helft van de opbrengsten is afkomstig uit de watersysteemheffing, de heffing die bestemd is voor bescherming tegen water en voor (kwalitatief) voldoende oppervlaktewater. Dit meldt het CBS op basis van de jaarrekeningen van waterschappen.

Eerder meldde het CBS al dat de waterschappen verwachtten in 2017 26 miljoen euro meer te innen dan in 2016. In dit bericht gaat het over de daadwerkelijke ontvangsten en balansen van de waterschappen in 2016.

Waterschappen hebben twee hoofdtaken, de zorg voor droge voeten (watersysteem) en afvalwaterzuivering. De kosten hiervoor dekken zij bijna geheel door belastingen te heffen. In 2016 legden waterschappen 1,4 miljard euro aan belastingaanslagen op voor de watersysteemtaken. Voor zuiveringstaken legden zij 1,3 miljard euro aan aanslagen op.

De opbrengsten voor de watersysteem- en zuiveringstaak zijn voor de 22 waterschappen in 2016 verschillend. Waterschappen die qua ligging veel invloeden hebben van de zee, binnenwateren of rivieren innen in de regel meer watersysteemheffing. Ook hebben sommige waterschappen nog (dijk)wegen in hun beheer waarvan de beheerkosten worden doorberekend in de heffing. Een voorbeeld hiervan is het hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier in Noord-Holland. Het hoogheemraadschap heeft de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in de watersystemen en -keringen, zoals de Markermeerdijk. In 2016 inde zij 51 miljoen euro meer voor de bescherming tegen het water dan voor de waterzuivering.

Niet alle waterschappen ontvingen meer inkomsten uit de watersysteemheffing. Zo legde hoogheemraadschap Delfland 136 miljoen euro op aan heffing voor de zuiveringstaak tegenover bijna 100 miljoen euro voor de bescherming tegen het water. De hoge heffing voor zuivering is onder andere te verklaren doordat in de Haagse regio enkele jaren geleden twee grote afvalwaterzuiveringsinstallaties zijn gebouwd die extern worden geëxploiteerd. De bouw- en de exploitatiekosten worden doorberekend in de heffing.
 

maandag 18 september 2017

VEH: Geen collectieve maar vrijwillige verzekering tegen overstroming

Vereniging Eigen Huis wijst een verplichte collectieve verzekering tegen overstromingsschade af, zoals dat vandaag is voorgesteld door het Verbond van Verzekeraars. Een verplichte verzekering draagt niet bij aan vergroting van het risicobewustzijn onder burgers, biedt slechts een kans op dekking van overstromingsschade en heeft geen draagvlak, ook niet bij de overheid. Ook is het voorstel nog niet financieel onderbouwd.

Slechts één verzekeraar biedt nu een overstromingsverzekering aan, die voor iedereen beschikbaar is. Vereniging Eigen Huis roept andere verzekeraars op om ook een dergelijke verzekering aan te bieden.

De vereniging vindt het een goede zaak dat het Verbond de discussie over het risico op overstromingen een impuls wil geven en het bewustzijn onder de Nederlandse bevolking wil vergroten. Mensen die in risicogebieden wonen moeten worden aangespoord om zelf preventieve maatregelen te nemen waardoor de schade bij een overstroming sterk kan worden gereduceerd. Veel mensen veronderstellen onterecht dat overstromingsschade al gedekt wordt door hun opstalverzekering, of dat de overheid wel zal inspringen. De Wet tegemoetkoming schade bij rampen (Wts) biedt hier echter maar weinig zekerheid.

Daarnaast roept Vereniging Eigen Huis verzekeringsadviseurs op om een overstromingsrisico actief onder de aandacht te brengen van klanten, zodat die een keuze kunnen maken om een verzekering af te sluiten en zo nodig aansporen om preventieve maatregelen nemen die overstromingsschade kunnen beperken.

Ongeveer de helft van de Nederlanders woont in gebieden die niet kunnen overstromen. Vereniging Eigen Huis vindt daarom dat huiseigenaren zelf moeten kunnen bepalen of ze hun woning tegen overstromingsschade willen verzekeren, of dat een dergelijke verzekering voor hen niet nodig is. Helaas biedt nog maar één verzekeraar een overstromingsverzekering aan.

In 2013 wees de Autoriteit Consument & Markt (ACM) al een verplichte verzekering tegen overstromingsschade af. Ook andere belangenorganisaties en politieke partijen gaven toen geen steun aan een dergelijke kartelverzekering. Volgens het vandaag gepubliceerde rapport ‘Hoofd boven water’ van het Verbond van Verzekeraars is er ook nu bij de overheid geen steun voor een dergelijke verplichting. Des te opmerkelijker is dat hetzelfde voorstel nu opnieuw wordt gepresenteerd.

vrijdag 15 september 2017

Koning Willem-Alexander opent nieuwe vaarroute door centrum Assen

De nieuwe vaarroute door het centrum van Assen, ook wel de Blauwe As genoemd, wordt op 15 september geopend door koning Willem-Alexander. Een enorm project waarvoor Tauw diverse werkzaamheden heeft uitgevoerd. 

De koning maakt een vaartocht over de Blauwe As en bezoekt het stationsgebied. Marco Out, burgemeester van Assen, is blij dat het gelukt is om de koning naar Assen te halen. “Er wordt voor ongeveer tweehonderd miljoen euro geïnvesteerd in Assen. Dat is van groot belang voor de toekomst. Het is een werkbezoek waarin we ook gaan proberen te laten zien wat het voor Assen betekent en wat voor bijzondere dingen er zijn toegepast."

Het project de Blauwe As startte in maart 2012. Door de vaarroute is het mogelijk een rondje Assen te varen via de Vaart, het Kanaal en het Havenkanaal naar het Noord-Willemskanaal, en dan verder te varen richting Groningen of Meppel. Assen verwacht dat de vaarrecreatie richting de binnenstad hiermee een flinke impuls krijgt. Op de route door het Kanaal komen de bootjes drie nieuwe verkeersbruggen, drie fietsbruggen en twee sluizen tegen. De Blauwe As kost 50 miljoen euro en wordt grotendeels gefinancierd met Rijksgeld.

Tauw is vanaf 2010 betrokken bij het project Blauwe As. In dit jaar heeft een groot aantal bodemonderzoeken plaatsgevonden langs het traject van de watergang. In de jaren ’60 zijn een drietal beweegbare bruggen verwijderd en zijn er gronddammen aangebracht. Voorafgaand aan de demping heeft men echter verzaakt de verontreinigde sliblaag te verwijderen. Tijdens de bodemonderzoeken is deze sliblaag in de drie dammen teruggevonden en bleek er sprake van ernstige bodemverontreiniging.

Tauw heeft voor deze drie gevallen een saneringsplan opgesteld en de milieukundige begeleiding (ter plaatse van de dam in de Industrieweg) verzorgd. Het evaluatieverslag van de saneringswerkzaamheden ligt momenteel bij het bevoegd gezag om goedgekeurd te worden. Tijdens de uitvoeringswerkzaamheden in de kades zijn we op diverse onverwachte verontreinigingen gestuit. Door snel te schakelen, zowel binnen Tauw als met het bevoegd gezag, heeft dit geen grote gevolgen gehad voor de voortgang van het project.

donderdag 14 september 2017

Regen, regen, en nog eens regen

Het einde van deze druilerige periode lijkt nog niet in zicht. Wat kunt u doen om de stad - en uw woning - boven water te houden?

Is de grond onverhard, zoals in tuinen en parken, dan gaat de regen de bodem in. Dat is een goede zaak: geen overbelaste riolen. Is de grond hard, dan komt de regen er niet doorheen. Het regenwater stroomt naar het laagste punt - hopelijk is dat de goot - en van de goot gaat het naar rioolput en rioolbuis. Is de regen té heftig, dan overstroomt de boel. Om schade en overlast te voorkomen, kunt u zelf ook een bijdrage leveren. Een aantal tips:

    Vervang stenen tegels in uw tuin door waterdoorlatende tegels, grind en groen. Regenwater wordt beter opgenomen en riolen worden zo minder belast.
    Maak van uw stoep een geveltuin of leg met de buren een postzegelpark aan. Vraag bij uw stadsdeel wat mogelijk is.
    Hebt u een balkon? Zet er grote plantenbakken op. Grote bakken houden meer water vast, en planten groeien beter in grote bakken dan in kleine.
    Zet een regenton in uw (gevel)tuin of op uw balkon. Het opgevangen water kunt u weer gebruiken voor uw planten.
    Leg een groen dak aan op uw huis of schuur. Dit zorgt voor verkoeling en het houdt regenwater tijdelijk vast zodat het water later kan verdampen.
    Laat klimplanten tegen uw gevel groeien. Vraag dan wel van tevoren toestemming bij uw verhuurder of VvE.

Subsidie aanvragen

Voor het aanleggen van een groen dak of een groene gevel, kunt u subsidie  krijgen. Zie: www.amsterdam.nl/subsidies
Meer tips?

Voor tips om uw woning of bedrijf beter bestand te maken tegen hevige regenval, kunt u terecht op het online Rainproof platform. Hier vindt u informatie, projecten en verhalen over regenbestendig handelen en denken in Amsterdam. En een maatregelen-toolbox om schade en wateroverlast te voorkomen.
Gemeente Amsterdam en regenbestendigheid

De gemeente Amsterdam en Waternet werken in het platform Amsterdam Rainproof samen aan het regenbestendig maken van de stad. Op vrijdag 8 september is er veel regen gevallen. Een goede dag om te testen hoe goed verschillende regenbestendige maatregelen werken. Lees het verslag.

woensdag 13 september 2017

Innovatief blauw-groen dak voorkomt wateroverlast

Bovenop gebouw 002 van Marineterrein Amsterdam is een blauw (waterhuishouding)-groen (beplanting) dak aangelegd. Het is het eerste slimme blauw-groene dak ter wereld. Op dit dak wordt de komende twee jaar uniek wetenschappelijk onderzoek gedaan naar het koelend effect van verdamping.

Behalve de stad koelen, kan het dak ook intense regenbuien opvangen en daarmee wateroverlast voorkomen. Nu het klimaat verandert, kunnen dit belangrijke maatregelen zijn om de stad leefbaar te houden. Op vrijdag 8 september wordt het dak geopend.

Het dak is aangelegd om de verdamping en daarmee het verkoelende effect van blauw-groene daken wetenschappelijk te onderzoeken en te verbeteren. Verkoeling is belangrijk voor een stad, omdat steen, asfalt en beton warmte vasthouden en uitstralen. Ook auto's, fabrieken en apparaten zorgen voor extra warmte. Het kan daardoor in de stad een paar graden warmer zijn dan erbuiten. Aanhoudende warmte zorgt bij veel mensen voor gezondheidsklachten.

De onderzoekers kijken of het mogelijk is om op het dak een groot aantal inheemse plantensoorten te laten groeien. In een drainage-laag wordt regenwater opgevangen, dat via een slim systeem teruggaat naar de wortels van de planten. Op deze manier verdampt de meerderheid van het regenwater en wordt overbelasting van het riool en wateroverlast in de straten voorkomen.

De onderzoekers houden de waterhuishouding en beplanting via sensoren in de gaten. De verdamping wordt direct gemeten met een weegsysteem dat is ingebouwd in het dak. Dit levert belangrijke informatie op, want de Amsterdamse daken kunnen veel nuttige functies vervullen voor de stad.

De gemeente Amsterdam heeft de rol van mediator gehad bij het tot stand brengen van dit innovatieve dak, project Smart Roof 2.0. Op het gebied van duurzaamheid en klimaatadaptatie zijn er maatregelen die meteen toepasbaar zijn, maar als we echt iets willen veranderen is samenwerking tussen verschillende partijen van belang.

dinsdag 12 september 2017

Expeditie naar Marker Wadden

De Marker Wadden zijn het weekeinde van 23 en 24 september 2017 geopend voor publiek. Iedereen kan kijken en voet aan wal zetten op dit nieuwste stukje Flevoland in het Markermeer.

Vanuit de haven van Lelystad vaart op 23 en 24 september 2017 elk uur een veerdienst naar het nieuwe eiland in aanleg. Ook met een eigen bootje kan het publiek dit weekend de bouwlocatie binnenvaren.

Om de Marker Wadden te bezoeken moet je je wel eerst aanmelden. Als men met eigen boot wil komen is aanmelden verplicht, dit kan via een mail naar expeditie@markerwadden.nl , o.v.v. datum, naam boot, aantal opvarenden en contactgegevens van de schipper.

De aanleg van de eilanden is in volle gang en doorgaans afgesloten als bouwlocatie. De aanleg gaat voortvarend de contouren van drie eilanden zijn al te zien vanuit de lucht. Het riet gaat langzaam groeien en vogels hebben de eilanden al massaal ontdekt.

maandag 11 september 2017

De Antarctische ijskap verloor 1,2 miljoen jaar geleden een derde van zijn massa

De Antarctische ijskap kan een derde van zijn massa verliezen tijdens warme interglaciale perioden. Een internationaal team van wetenschappers, geleid door het NIOZ Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee, heeft bewijs gevonden voor een zeespiegelhoogte die drie keer hoger is dan de huidige ijskapmodellen voorspellen voor een geologische tijdperk tussen twee ijstijden in, zo'n 1.2 miljoen jaar geleden.

Bas de Boer, onderzoeker aan de Universiteit Utrecht, ontwikkelde de nieuwe ijsmodellen die in het onderzoek gebruikt werden. De resultaten zijn op 28 augustus gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift 'Quaternary Science Review'.

Het reconstrueren van het geologische verleden helpt onderzoekers om de mate en de snelheid van de processen beter te begrijpen die reageren op smeltend ijs als gevolg van opwarming van de aarde.

Het was een stalactiet in een druipsteengrot die de onderzoekers leidde naar nieuwe informatie over variaties in de hoogte van de zeespiegel in het Midden-Pleistoceen. Deze Custonaci stalactiet werd gevonden in een kalkgrot in Noord-West-Sicilië in Italië en verschafte de onderzoekers bewijs voor vier grote overstromingen in dit geologische tijdvak. Tijdens de laatste overstroming heeft zich koraal afgezet op de stalactiet.

Druipsteengrotten aan zee zijn interessante plekken voor geologen. Aan de hand van de druipstenen kunnen zij een reconstructie maken van veranderingen in de zeespiegelhoogte in het verre verleden. Wanneer een stalactiet aan lucht wordt blootgesteld groeit hij als gevolg van kalkafzetting, maar wanneer hij voor langere tijd onderwater komt te staan door zeespiegelstijging lost hij weer op.

vrijdag 8 september 2017

Vechtdalbewoners zijn flink waterbewust

Ruim acht op de tien bewoners van het Vechtdal zijn zich bewust van de gevaren die hoogwater op de Vecht met zich meebrengen. Daarnaast onderkent 68 procent ook de risico’s van verdroging in het Vechtdal.

Dit blijkt uit het tweejaarlijks onderzoek dat het programma Ruimte voor de Vecht liet uitvoeren onder 4000 adressen in het Vechtdal. Het onderzoek richt zich op de wijze waarop de inwoners de Vecht en het Vechtdal beleven en waarderen.

De bewoners zijn blij met de Vecht: maar liefst driekwart acht de Vecht zeer belangrijk voor de woonkwaliteit van het Vechtdal.

Ruimte voor de Vecht is een initiatief van 13 partners in het Vechtdal, waaronder de provincie, gemeenten en verschillende maatschappelijke organisaties. Doelstelling is veiligheid van de Vecht in combinatie met ontwikkeling van natuur- en economische waarden.

donderdag 7 september 2017

Onderzoek WUR: Zeehonden zijn migranten

In de Waddenzee komen twee soorten zeehonden voor: de gewone zeehond en de grijze zeehond. Voor beide soorten wordt de populatie-ontwikkeling sterk bepaald door migratie. “Dat is op zich verwonderlijk,” zegt Sophie Brasseur van Wageningen UR op basis van haar onderzoek naar de populatie-ontwikkeling van zeehonden. Die migratie vindt volgens haar waarschijnlijk vooral plaats bij jonge dieren, die rond 20 dagen bij hun moeder zijn en daarom weinig van hun ouders kunnen leren.

Zowel gewone als grijze zeehonden kwamen 7000 jaar geleden al voor in de Waddenzee, zo blijkt uit opgravingen. De grijze zeehond verdween in de zestiende eeuw uit het gebied, vermoedelijk door de jacht. Dat de gewone zeehond hierdoor niet verdween kan volgens Brasseur worden veroorzaakt door het feit dat gewone zeehonden al enkele uren na hun geboorte (in de zomer) het water in gaan, en dat jonge grijze zeehonden meer dan een maand lang op het droge blijven liggen (in de winter), waardoor ze een makkelijke prooi voor jagers zijn.

Sinds eind jaren tachtig is er weer een kolonie grijze zeehonden in de Waddenzee. In minder dan 30 jaar groeide de populatie tot meer dan 4000 in 2017.

In het Duitse deel van de Waddenzee worden overigens meer jongen geboren dan in het Nederlandse en Deense deel. Uit de data die Brasseur met behulp van gezenderde zeehonden heeft verzameld blijkt dat er jaarlijks zwangere vrouwtjes vanuit Nederland naar het oosten trekken om daar te jongen, en dat in het najaar weer een trek terug plaatsvindt. De verklaring die Brasseur hiervoor geeft is het feit dat Duitsland zo’n 60 jaar geleden de jacht tijdens het voortplantingsseizoen heeft beperkt, waardoor de dieren daar veilig jongen konden krijgen.

Zowel in 1989 als in 2002 vond er een uitbraak plaats van het zeehondenvirus, waardoor de populatie gewone zeehonden tot minder dan de helft werd uitgedund. En juist in de periode tussen die twee uitbraken groeide de populatie het snelst. Dat duidt erop dat populaties zichzelf zeer goed kunnen herstellen.

woensdag 6 september 2017

Watertappunten in strijd tegen plasticvervuiling



De Universiteit Leiden opent in het najaar van 2017 meer dan dertig watertappunten in en bij de verschillende universiteitsgebouwen. Het eerste tappunt is inmiddels in gebruik.

Wie vandaag de dag Plexus binnenloopt, ziet hem ongetwijfeld snel staan in de wachtruimte: het nieuwe watertappunt. De fraai vormgegeven kraan is een van de meer dan dertig watertappunten die de Universiteit Leiden de komende maanden laat plaatsen. Bij de tappunten kunnen studenten en medewerkers hun herbruikbare flesjes vullen.

De tappunten zijn een initiatief van het Leiden University Green Office (LUGO), de studentenorganisatie die duurzaamheid stimuleert op de Universiteit Leiden. Zij vroegen de organisatie Join the Pipe om de kranen te plaatsen om op die manier het gebruik van plastic wegwerpflesjes te verminderen.

dinsdag 5 september 2017

'Praat mee over uw hoogwaterveiligheid'

Door de verandering van het klimaat zal Maastricht in de toekomst vaker te maken krijgen met extreem hoge waterstanden van de Maas. Om de toekomstige veiligheid van Maastricht en Eijsden te waarborgen zijn maatregelen nodig. Dit zal een samenspel zijn tussen rivierverruiming en dijkverhoging/versterking, met een scherp oog voor ruimtelijke kwaliteit en economische kansen.

De gemeenten Maastricht en Eijsden-Margraten werken daarom samen aan een ‘Ontwikkelingsvisie’. Deze visie wordt begin 2018 aan de beide gemeenteraden voorgelegd.

Op maandag 11 september en dinsdag 12 september 2017 is er een interactieve schets- en informatiebijeenkomst. Deze worden gehouden om van burgers en andere betrokkenen input te krijgen voor de op te stellen ontwikkelingsvisie van het Zuidelijk Maasdal.

maandag 4 september 2017

Start groot meetprogramma tussen Ameland en Terschelling

Op 29 augustus 2017 is tussen Ameland en Terschelling een meetprogramma gestart om de wisselwerking tussen wind, golven, zandverplaatsing en bodemleven in kaart te brengen.

Deze kennis is nodig om te bepalen hoe het Nederlandse Kustbeleid vanaf 2020 wordt ingericht, om ons land te beschermen tegen zeespiegelstijging.

Op de zeebodem in het Amelander Zeegat staan van 29 augustus tot en met 3 oktober 5 stalen frames met meetapparatuur. Meerdere onderzoeksschepen meten de bodemligging, stroming, de hoeveelheid zand en slib in het water en het bodemleven.

De informatie is input voor de onderzoeksprojecten Kustgenese 2.0 en SEAWAD. Kustgenese 2.0 is een project van het ministerie van Infrastructuur en Milieu. Dit project geeft antwoord op de vraag hoe we de Nederlandse kust ook in de toekomst op een duurzame, ecologisch verantwoorde manier met zand kunnen onderhouden en hoeveel zand daarvoor op welke plekken nodig is. SEAWAD is een gezamenlijk project van de universiteiten Delft, Utrecht en Twente.

vrijdag 1 september 2017

Tauw presenteert de Shoreliner op de Wereldhavendagen in Rotterdam

Tijdens de 40e editie van de Wereldhavendagen in de Rotterdamse haven is er aandacht voor de grote hoeveelheden plastics in de rivieren, zeeën en havens. Tauw presenteert in het Auditorium in de Rijnhaven en op de RDM campus de Shoreliner: een plasticvangsysteem dat de hoeveelheid (plastic) drijfvuil op een duurzame manier vermindert.

Het pilotproject bestaat uit een natuurvriendelijk plastic catchsysteem dat op natuurlijke wijze (plastic) drijfafval in het water bijeen drijft vlak voor het talud. Het systeem ligt in de Lekhaven van de Rotterdamse haven. Het drijfvuil belandt niet meer op het talud en drijft niet meer los in het water. Drijfvuil wordt via de geleider naar de opvangconstructie gestuwd. Deze wordt leeggehaald met een mechanische grijper, waarna recyclebaar materiaal gescheiden wordt voor hergebruik.