dinsdag 31 mei 2016

Prijs voor ecologisch dijkbeheer

De onderscheiding heet Pro Flora et Securitate. Een Flowerpowerdijk zorgt niet alleen voor een kleurrijke begroeiing, maar bevordert ook de veiligheid van de dijk; is de gedachte. Meer dan de helft van de waterkeringen wordt door Zuiderzeeland verpacht aan agrariërs. De heer Barkema springt er voor Waterschap Zuiderzeeland uit vanwege zijn zorg voor biodiversiteit. Hij spant zich bijvoorbeeld in om de bijenorchis weer terug te krijgen op zijn stuk dijk, nadat deze door werkzaamheden aan de dijk verdween.

Ben Barkema (in het midden) was ook een van de voorvechters van het behoud van het hevelhuisje. Het is mede aan zijn inspanningen te danken dat het waterschap besloten om hier een monument te plaatsen. Zo is de dijk een bijzondere plek. Heemraad Jan Nieuwenhuis en medewerkers van Zuiderzeeland waren bij de uitreiking door Peter Glas.

maandag 30 mei 2016

180.000 euro voor natuur en water in de buurt

Waterschap Brabantse Delta gaat samen met de waterschappen Aa en Maas en De Dommel samenwerken met de provincie Noord-Brabant en het Prins Bernhard Cultuurfonds op het gebied van buurtnatuur en buurtwater. De waterschappen haken aan bij het Buurtnatuur- en Buurtwaterfonds van de provincie Noord-Brabant; een fonds dat burgerinitiatieven rondom buurtgroen en waterbeheer ondersteunt.


Geveltuintjes, buurtmoestuinen, vijvers, eetbare schoolpleinen en insectenhotels verbeteren de biodiversiteit en de waterafvoer van een buurt. Deze burgerinitiatieven zorgen bovendien voor ontmoeting en samenwerking en daarmee verbinding tussen bewoners. Op deze manier draagt actieve betrokkenheid van burgers bij aan een groter ‘waterbewustzijn’.

De provincie Noord-Brabant en het Prins Bernhard Cultuurfonds zijn eind 2015 gestart met het ondersteunen van buurtnatuurprojecten. Nu haken de waterschappen aan bij het Buurtnatuur- en Buurtwaterfonds van de provincie Noord-Brabant. De waterschappen zien in het fonds een mogelijkheid om actieve participatie van burgers en ondernemers in het waterbeheer te stimuleren.Gezond water is immers van belang voor duurzaam wonen, werken en recreëren in Brabant. Samenwerken aan gezond water is een belangrijke doelstelling van de waterbeheerplannen voor de periode 2016-2021.
De waterschappen leggen gezamenlijk €60.000 in. De provincie en het Cultuurfonds stellen hetzelfde bedrag ter beschikking. Zo is er in totaal €180.000 beschikbaar voor groene burgerinitiatieven.

Natuurverenigingen, stichtingen en ZZP-ers kunnen subsidie aanvragen voor uiteenlopende, kleinschalige natuur- en waterprojecten, te realiseren samen met bewoners. Projecten die zorgen voor positieve effecten op het klimaat, het waterbewustzijn, educatie en een gezonde, duurzame leefomgeving.

vrijdag 27 mei 2016

Renovatie gemaal Hooge Nesse

Een dezer dagen begon Hollandse Delta met de renovatie van gemaal Hooge Nesse in Zwijndrecht. Het waterschap vervangt de pompen en de elektrische installatie. Begin 2017 is het werk klaar.

In het voorjaar van 2014 is een van de twee pompen uitgeschakeld door een brand. Het gemaal draait sindsdien grotendeels op de tweede pomp. Voor de kapotte pomp zijn tijdelijke pompen geplaatst. Deze pompen gebruikt het waterschap alleen bij het wegpompen van grote hoeveelheden water.

Na de brand heeft het waterschapsbestuur besloten om het herstel te combineren met een al eerder voorgenomen renovatie. Zo zal één van de elektromotoren en de aandrijving van de pompen worden vervangen. De capaciteit van het gemaal wordt daardoor groter. Voortaan zal het gemaal van elke hectare in het gebied 2 liter water per seconde kunnen verpompen. Dit was 1,5 liter. Ook de instroom en uitstroom van water wordt aangepast. Daarnaast plaatsen weeen nieuwe noodgenerator in het gemaal. Deze levert bij stroomuitval voldoende stroom voor de helft van de totale pompcapaciteit, net als voor de brand.

Eind 2016 moeten de pompen weer draaien. Tot die tijd is de water aan- en afvoer gewaarborgd. In totaal heeft Hollandse Delta 2,4 miljoen euro uitgetrokken voor de werkzaamheden.

donderdag 26 mei 2016

StaatvanOnsWater.nl: op koers voor besparing van 750 miljoen euro

Waterbeheerders en drinkwaterbedrijven hebben in 2015 ruim 7 miljard euro aan kosten gemaakt om Nederland te beschermen tegen overstromingen en te zorgen voor voldoende en schoon water. De partijen liggen daarbij op koers om in 2020 750 miljoen euro bespaard te hebben op de jaarlijkse kosten.

Dat staat in de ‘Staat van Ons Water 2015’, die minister Schultz van Haegen van Infrastructuur en Milieu vandaag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. De jaarlijkse voortgangsrapportage over de uitvoering van het waterbeleid wordt dit jaar op vernieuwende wijze gepresenteerd: via de website staatvanonswater.nl, met aansprekende infographics en voorbeeldprojecten, zijn de prestaties voor een breed publiek toegankelijk.

Minister Schultz is verheugd met zowel de inhoud als de nieuwe presentatie van de rapportage. “Alle partijen werken er hard aan om de kosten voor de burger laag te houden. Door die inspanningen stijgen de kosten minder sterk dan we in 2011 hadden verwacht. Daar ben ik blij om. Daarnaast hoop ik dat de nieuwe website helpt mensen bewuster te maken van de unieke ligging van ons land: om de veiligste delta ter wereld te blijven en altijd schoon water uit de kraan te krijgen, worden dagelijks bergen werk verzet.”

Naast informatie over belangrijke waterthema’s zoals de kwaliteit van ons zwemwater, drinkwater en overstromingsrisico’s, rapporteert de website over de uitvoering van het Nationaal Waterplan, het Bestuursakkoord Water en de Beleidsnota Drinkwater. Ook wordt verslag gedaan over de voortgang van de uitvoering van de Europese richtlijnen over waterkwaliteit, overstromingsrisico’s en de mariene strategie voor de Noordzee. Door het opnemen van verwijzingen naar andere websites krijgt de bezoeker makkelijk toegang tot achterliggende bronnen.

De Staat van Ons Water is onderdeel van het communicatieprogramma Ons Water en onswater.nl. Hiermee willen Rijk, waterschappen, provincies, gemeenten en drinkwaterbedrijven het waterbewustzijn onder Nederlanders vergroten. Aanleiding om naast een rapport voor de Tweede Kamer ook een website te maken was het advies van de OESO (2014) om transparanter te zijn in de verantwoording van het waterbeleid. Ook signaleerde de OESO in Nederland een groot gebrek aan waterbewustzijn.

Meer natuur voor de Tovensche Beek

De ecologische verbindingszone (evz) langs de Tovensche Beek is af. De beek is plaatselijk verondiept en smaller gemaakt, en langs de beek zijn poelen voor amfibieën aangelegd. Zo is het gebied aantrekkelijker voor diverse planten en dieren. Op zondag 29 mei wordt de evz officieel geopend. Dit gebeurt in samenwerking met Dorpsvereniging ‘t Leker uit Ledeacker. Iedereen is daarbij van harte welkom.

Natuurgebieden liggen vaak verspreid en worden door allerlei barrières (zoals wegen) doorsneden. Een ecologische verbindingszone (evz) is een natuurstrook die deze natuurgebieden weer met elkaar verbindt. Zo kunnen planten en dieren zich veilig verplaatsen en krijgen ze meer leefruimte. De evz langs de Tovensche Beek is ongeveer 4 kilometer lang en verbindt het Sint Anthonisbos met o.a. de ecologische zone langs de Lage Raam ten zuiden van Rijkevoort.  Nieuwe bloemrijke graslanden, struwelen, poelen voor amfibieën en de verondiepte beek moeten er voor zorgen dat dieren zich er thuis voelen. Waterschap Aa en Maas heeft de nieuwe evz aangelegd in samenwerking met de Provincie Noord-Brabant, de gemeente Sint Anthonis en diverse belangenorganisaties.

Op zondag 29 mei wordt de Tovensche Beek officieel geopend. Het programma start om 13.30 uur in ’t Dorpshuus van Ledeacker, aan de Stippent 2a. Na een kort woordje van verschillende partijen wordt iedereen uitgenodigd om naar buiten te gaan. Hier verrichten Johan van den Hout, gedeputeerde van de Provincie Noord-Brabant, Ingrid Voncken, wethouder van de gemeente Sint Anthonis, Ernest de Groot, lid Dagelijks Bestuur waterschap Aa en Maas en Twan Kempen, voorzitter Dorpsvereniging ’t Leker de officiële openingshandeling. Daarna is er gelegenheid om de beek in haar nieuwe staat te bewonderen. Werknemers van het waterschap en vrijwilligers van het IVN staan hierbij klaar om toelichting te geven. Iedereen is van harte welkom.

woensdag 25 mei 2016

Adviescommissie Water: waterkwaliteit moet beter

De kwaliteit van het oppervlakte- en grondwater in Nederland is niet op orde. Er is een aantal hardnekkige problemen zoals te veel meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen. Een ingebrekestelling door de Europese Commissie op dit terrein kan worden verwacht. Daarnaast is aandacht nodig voor opkomende problemen zoals resten van geneesmiddelen en microplastics in het water. De Adviescommissie Water (AcW) vindt dat Nederland de ambitie moet hebben om een mondiaal voorbeeld te zijn op watergebied, door te laten zien dat een goede waterkwaliteit in een dichtbevolkte delta met intensieve landbouw mogelijk is.

De AcW adviseert daarom aan minister Schultz van Haegen van Infrastructuur en Milieu om in een Nationaal Programma Waterkwaliteit vergaande afspraken te maken over doelen, maatregelen en verantwoordelijkheden. De minister van IenM moet de regie hebben over dat programma.

De commissie adviseert zo snel mogelijk te starten met de voorbereiding van de volgende generatie stroomgebiedbeheersplannen. Uitgangspunt van het huidige beleid is dat waterkwaliteitsmaatregelen niet ten koste van de landbouw mogen gaan en dat functies op dezelfde locatie kunnen blijven. De AcW adviseert dit uitgangspunt los te laten en de landbouw niet langer te ontzien ten koste van de waterkwaliteit. Ruimte is nodig voor een gebiedsgerichte aanpak. De waterschappen moeten maatregelen nemen om meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen in het water te verminderen. De commissie adviseert met deze maatregelen zo mogelijk aan te sluiten bij belangen van agrariërs, zoals het streven naar een vruchtbare bodem die meststoffen en water beter vasthoudt.

Om medicijnresten in het water te verminderen, moet worden ingezet op verbeterde zuivering van afvalwater door de waterschappen. Dat is nodig omdat geneesmiddelen veelal thuis worden gebruikt en dus wijd verspreid in huishoudelijk afvalwater voorkomen.
De AcW adviseert ten slotte een 'early warning and response' systeem op te zetten, zodat signalen over het voorkomen van (nieuwe) stoffen in het water en de effecten daarvan tijdig worden opgepikt.

dinsdag 24 mei 2016

Nederland kan verbod diepzeevissen laatste zetje geven

Nederland kan deze week als EU-voorzitter het beslissende zetje geven om het diepzeevissen met sleepnetten beneden een diepte van 800 meter te verbieden in Europese wateren. Volgens milieu- en natuurorganisaties, verenigd in de Deep Sea Conservation Coalition (DSCC), is het verbod van groot belang om het kwetsbare ecosysteem en de bijzondere vissoorten in de diepzee te beschermen.

De ministers van de lidstaten werden het vorig jaar eens over een verbod vanaf 800 meter, maar moeten daarover deze week in Brussel nog overeenstemming bereiken met het Europees Parlement en de Europese Commissie. Lukt dat niet voor eind juni, dan gaat het EU-voorzitterschap over naar Slowakije - dat geen zee en geen ministerie van visserij heeft - en verdwijnt het verbod voor lange tijd van de agenda, zo vreest de coalitie. Het liefst zouden de organisaties zelfs een verbod vanaf 600 meter zien, omdat vanaf die diepte ecosystemen erg kwetsbaar zijn.

,,Het is daar donker en koud, maar er gebeurt heel erg veel. Er zijn zelfs diepzeekoralen en er leven speciale haaien en andere vis- en diersoorten zoals het pas ontdekte witte diepzee-octopusje dat door wetenschappers Caspar - naar het witte spookje - is genoemd," vertelt haaienexpert en directeur Irene Kingma van de Nederlandse Elasmobranchen Vereniging, lid van de coalitie. ,,Omdat alles er heel langzaam gaat en dieren zich heel langzaam voortplanten duurt herstel op de diepzeebodem heel lang."
De coalitie vergelijkt vissen met sleepnetten op grote diepte met het kaalkappen van een tropisch regenwoud om een paar boomkikkers te vangen. Het is een van de meest destructieve manieren van vissen. Daarom wordt sinds begin deze eeuw internationaal gediscussieerd over afschaffing.

Het World Conservation Congres van de Verenigde Naties roept sinds 2004 op tot een moratorium op diepzeevissen met sleepnetten. Een van de grote tegenstanders in Europa hiervan is Spanje, verantwoordelijk voor 40 procent van de vangsten op grote diepten. ,,Terwijl het beneden de 600 meter helemaal niet meer rendabel is om te vissen. Waarom zou je zo'n hoge prijs betalen om bijvoorbeeld die paar zeeduivels te proberen te vangen," stelt Kingma.

maandag 23 mei 2016

Afsluitdijk open voor vis

Zaterdag 21 mei was Wereldvismigratiedag. Door de aanleg van dammen en dijken kunnen trekvissen niet van zout- naar zoetwater zwemmen. Dit is wel nodig om op te groeien en zich voort te planten.

Een slechte visstand heeft een negatieve invloed op het hele ecosysteem, want vis is een belangrijke schakel in de voedselketen. Tijdens de Wereldvismigratiedag, die tweejaarlijks plaatsvindt, is hiervoor aandacht gevraagd. Gedeputeerde Cees Loggen (Water) onthulde een Virtual Reality-attractie over de Vismigratierivier.

Wereldwijd vonden ruim 400 evenementen plaats. Onder het motto ‘De Afsluitdijk open voor vis’ organiseerden “De Nieuwe Afsluitdijk” (waar de provincie Noord-Holland partner van is), Rijkswaterstaat en de initiatiefnemers van de Vismigratierivier samen diverse activiteiten.

De Afsluitdijk werd omgedoopt tot Europees hoofdkwartier van de Wereldvismigratiedag en vormde daarmee de schakel tussen het hoofdkwartier in Washington DC en alle landen in Europa, waar ook evenementen plaatsvonden. Het programma in Kornwerderzand bij de Afsluitdijk stond in het teken van de Vismigratierivier. Van de vier kilometer lange rivier die hier wordt aangelegd, zijn de plannen gereed.
De Vismigratierivier bootst door zijn lengte, en de geleidelijke overgang tussen zout en zoet water, de natuurlijke situatie voor vissen na. Hierdoor kunnen de sterke én zwakke zwemmers onder de vissen 24/7, behalve bij extreem hoogwater, 365 dagen per jaar makkelijker heen en weer zwemmen.
Bij Kornwerderzand ligt veel meer vis te wachten voor de dijk dan in Den Oever. De Vismigratierivier biedt daarvoor de oplossing. De Vismigratierivier kan een antwoord zijn op de wereldwijde vismigratieproblematiek.

In het informatiecentrum op Kornwerderzand onthulden gedeputeerde Cees Loggen, de jeugdambassadrice van de Vismigratierivier Sophie Reitsma en gedeputeerde Klaas Kielstra van de provincie Friesland een Virtual Reality-attractie over de Vismigratierivier. Bezoekers kunnen een duikhelikoptertocht maken door de Vismigratierivier.

Cees Loggen, gedeputeerde provincie Noord-Holland: “De Vismigratierivier is een prachtig technologisch internationaal hoogstandje in een buitengewone complexe omgeving. Fantastisch voor het herstel van ecologie en biodiversiteit. Wat mij betreft een prachtig exportproduct.”


Aanpak wateroverlast en schoner water in Monster

Delfland en de gemeente Westland gaan in de wijk Kleine Geest in Monster gezamenlijk maatregelen nemen om de kans op wateroverlast te verkleinen. Een nieuwe duiker tussen het water van de Kleine Geest en de Vlotwatering moet zorgen voor een betere afvoer van overtollig water.

Bij hevige regenval in de wijk Kleine Geest in Monster hebben de bewoners te maken met wateroverlast. Het water kan niet snel genoeg worden afgevoerd. Een duiker is een buis die zorgt voor verbinding tussen sloten onder de grond. De nieuwe duiker verbindt de Kleine Geest met de Vlotwatering waardoor er extra water afgevoerd kan worden, en de overlast verminderd wordt. De werkzaamheden starten begin volgend jaar. Bewoners zijn blij dat er nu een oplossing komt om wateroverlast bij piekbuien aan te pakken. 

Tegelijkertijd met de aanleg van deze duiker wordt de waterkwaliteit in de vijver aan de Rubenslaan verbeterd. De doorstroming in de vijver is niet goed en er zit te weinig zuurstof in het water. Hierdoor ervaren de bewoners in de zomer stankoverlast. In de nieuwe duiker komt een pomp die moet zorgen voor de aanvoer van vers water in de vijver. Voor een goede doorstroming van het water wordt de vijver vaker gebaggerd. Door een vuilfuik op de riooloverstort aan te brengen komt minder vuil in de vijver terecht.

zaterdag 21 mei 2016

Voldoende water beschikbaar

Na het mooie weer van de afgelopen weken is het wateroverschot -dat ontstond door het natte voorjaar- afgenomen tot normale waarden, meldt Rijkswaterstaat. Op enkele zeer droogtegevoelige plaatsen in Noord-Brabant, die voor water afhankelijk zijn van neerslag, zijn uit voorzorg enkele onttrekkingsverboden uit oppervlaktewater van kracht. De wateraanvoer vanuit de grote rivieren is ruim voldoende.

Door de koudere en nattere start van het voorjaar kwam het groeiseizoen dit jaar iets later op gang. De watervraag neemt toe nu de gewassen groeien. De grote rivieren Rijn en Maas bieden momenteel ruim voldoende water. Ook het IJsselmeer en Markermeer zijn goed op peil en bieden voldoende mogelijkheden voor aanvoer van water naar omliggende gebieden.

De komende periode blijft de kans op watertekorten klein, omdat er voldoende water beschikbaar is.

vrijdag 20 mei 2016

Werkzaamheden Groenendijk Nieuwerkerk aan den IJssel

Op maandag 4 april 2016 zijn de onderhoudswerkzaamheden gestart aan de glooiing van de primaire waterkering Groenendijk in Nieuwerkerk aan den IJssel. De eerste fase van het werk is in 2015 al gerealiseerd.

Deze onderhoudswerkzaamheden zijn noodzakelijk omdat onder de bestaande zetsteen zand en klei zijn weggespoeld, met als mogelijk gevolg vermindering van stabiliteit. Om dit te herstellen, start men met het verwijderen van zetsteen uit de glooiing over een lengte van ca 350 meter, waarna de onderberm weer op hoogte wordt gebracht en de Groenendijk  in oorspronkelijke staat hersteld.

De werkzaamheden zullen omstreeks 1 september 2016 worden opgeleverd. Dan is de volledige waterkering weer op orde en afgewerkt met zetsteen. Het aanbrengen van deze zetsteen is overigens zeer ambachtelijk werk. Pas na jaren opleiding en training zijn steenzetters in staat om dijken op deze wijze te bekleden. Kijk op www.steenzetten.nl  en lees alles over het bijzondere vak van steenzetter.

donderdag 19 mei 2016

Nederland gaat cultureel erfgoed onder water beschermen

Nederland gaat cultureel erfgoed onder water beschermen door het internationale UNESCO-verdrag voor het behoud van erfgoed onder water te bekrachtigen. Minister Jet Bussemaker (OCW) en minister Bert Koenders (BZ) hebben vandaag bekend gemaakt dat ze de intentie hebben om toe te treden tot het verdrag. Deze conventie verbetert de bescherming van onderwatererfgoed wereldwijd door internationale samenwerking.

Minister Bussemaker: ‘Wrakken, historische landschappen en andere archeologische vindplaatsen zijn tijdcapsules, tastbare bewijzen van ons verleden. Ze leveren ons veel informatie op, die we niet altijd uit schriftelijke bronnen kunnen halen. Daarom willen we dit unieke onderwatererfgoed behouden, onderzoeken, maar vooral ook goed overdragen aan volgende generaties, zodat zij de verhalen kunnen vertellen en historische verbindingen kunnen leggen met het verleden.’

De urgentie om op internationaal niveau cultureel erfgoed onder water beter te beschermen is hoog. Door technologische ontwikkelingen kunnen de veelal eeuwenlang ongeschonden gebleven plekken onder water nu eenvoudiger bereikt worden. Dit biedt kansen om steeds meer te ontdekken, te leren en te genieten van wat er onder water te zien is, maar heeft ook tot gevolg dat bergers en schatgravers wrakken kunnen plunderen en vernielen.

Niet alleen schenden zij daarmee de locaties die een schat aan archeologische informatie bevatten, maar ook zeemansgraven worden daarmee bedreigd. De zeemansgraven die ouder zijn dan 100 jaar vallen binnen het bereik van het UNESCO-verdrag en met de bekrachtiging kan Nederland ook met betrekking tot dit cultureel erfgoed nadere stappen zetten om de bescherming te verbeteren. Als maritiem land bij uitstek onderschrijft Nederland het belang van wereldwijde bescherming van cultureel erfgoed onder water.

Wereldwijde bescherming

UNESCO heeft zes cultuurconventies, waarin wereldwijde afspraken over de beschermingen van erfgoed zijn vastgelegd. Nederland is al tot vijf van de zes conventies toegetreden, zoals tot de conventie over werelderfgoed en de conventie over immaterieel erfgoed. Door de conventie over onderwatererfgoed te bekrachtigen, neemt Nederland positie in om samen met de internationale gemeenschap het erfgoed onder water wereldwijd te beschermen. Het verdrag is in 2001 door Unesco opgesteld en op dit moment door 55 landen geratificeerd.

Onderzoek mogelijke explosieven Gekanaliseerde Hollandsche IJssel

Uit historisch onderzoek weet Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden dat op sommige plekken in de Gekanaliseerde Hollandse IJssel bommen en munitie terecht zijn gekomen tijdens de Tweede Wereldoorlog. Dit is bij normaal recreatief gebruik niet gevaarlijk, maar kan dat bij baggerwerkzaamheden wel zijn. Alle verdachte metalen objecten uit het historisch onderzoek zijn met een onderzoeksboot in kaart gebracht. Deze objecten moeten allemaal benaderd worden door gespecialiseerde duikers. In veel gevallen zullen de verdachte objecten onder andere gedumpte kluizen, verkeersborden, fietsen en andere metalen voorwerpen blijken te zijn. Als het toch om een niet gesprongen explosief gaat, wordt deze verwijderd en op een andere locatie onschadelijk gemaakt.

Tijdens de duikwerkzaamheden is de aanwezigheid van duikers onder water te zien aan een duikvlag. Eer wordt gebruik gemaakt van een werkschip. Gedurende de duikwerkzaamheden kan de scheepvaart veilig passeren en treedt er geen gevaar op voor de duikers. Er zijn geen wegafsluitingen noodzakelijk tijdens de duikwerkzaamheden.

De baggerwerkzaamheden beginnen naar verwachting in 2017 en nemen waarschijnlijk twee jaar in beslag.

woensdag 18 mei 2016

Nieuwe klimaatadaptatie tool GIDS brengt wateroverlast door golfoverslag in beeld

Om de hoogte van waterkeringen te beperken, accepteren waterkeringbeheerders in Nederland golfoverslag over hun waterkeringen. Dit is acceptabel omdat goed ontwikkelde bekleding voldoende weerstand biedt tegen ongewenste erosie. Recent onderzoek aan grasbekleding heeft aangetoond dat deze weerstand aanzienlijk groter is dan voorheen werd aangenomen. Dit inzicht heeft ertoe geleid dat het nieuwe ontwerpinstrumentarium overslagdebieten tot wel 10 l/s/m voorschrijft. Voor zogenaamde harde constructies zoals kademuren en coupures die we veelal in stedelijk gebied aantreffen, liggen de toegestane overslagdebieten nog hoger. Omdat golfoverslag ook bij niet-maatgevend hoogwater optreedt, zal er ook achter een veilige kering meer water terecht komen.

In stedelijk gebied langs de grote rivieren is het aan de waterkeringenbeheerder en stadsbestuur om een afweging te maken hoe hoog of juist hoe laag de waterkering mag zijn. Het vaak botsende belang tussen waterveiligheid enerzijds en ruimtelijke kwaliteit en belevingswaarde van bijvoorbeeld een stadsfront anderzijds, ligt hieraan ten grondslag. Inzicht in de gevolgen van golfoverslag helpt hierin een onderbouwde afweging te kunnen maken.

Tauw brengt met GIDS de waterverdeling als gevolg van golfoverslag in stedelijk gebied in beeld. Voor steden die direct achter een kering langs de rivier liggen, is het van belang een goede inschatting te kunnen maken van het maximaal toelaatbare overslagdebiet om zo de benodigde hoogte van de waterkering te kunnen bepalen. Met GIDS hebben wij een beslissingsondersteunende tool ontwikkeld waarmee we de afstroming van overslagwater naar het achterland inzichtelijk kunnen maken. Dit presenteren we in kaarten waarop de waterhoogtes en stroombanen in één oogopslag te zien zijn, zodat een goede inschatting kan worden gemaakt van de optredende wateroverlast bij het toestaan van bepaalde overslagdebieten over de kering. GIDS kan worden ingezet als eerste verkenning om in beeld te brengen waar knelpunten in de stad ontstaan. Het voordeel van GIDS is dat het te baseren is op bestaande hoogtekaarten, waardoor snel een analyse uit te voeren is. Bovendien zijn de kaarten een handig hulpmiddel voor de communicatie naar burgers en andere belanghebbenden.

GIDS is gebaseerd op het principe van Tauw’s succesvolle model WOLK (WaterOverlastLandschapsKaart). WOLK maakt de wateroverlast in de stad als gevolg van extreme neerslag inzichtelijk. GIDS geeft vergelijkbare beelden. Het model gebruikt de bepaalde overslagvolumes over het gekozen traject van de waterkering als input.

GIDS is voor het eerst toegepast voor de stad Zutphen om de overlast door golfoverslag vanuit de IJssel in kaart te brengen. Tauw heeft voor waterschap Rijn en IJssel en de gemeente Zutphen de gevolgen van golfoverslag bij verschillende overslagdebieten in beeld gebracht. De resultaten ondersteunen het waterschap bij het vaststellen van uitgangspunten voor de kerende hoogte van de dijken en kades rondom Zutphen.

dinsdag 17 mei 2016

Samenwerkingsovereenkomst voor een duurzame rioolwaterzuivering

Duurzame vergisting verlaagt de kosten, produceert meer energie en levert waardevolle grondstoffen op. Daarom start dit jaar de proef op de rioolwaterzuivering Bath. Deze innovatie heeft zich in een proefopstelling al bewezen. Nu zoeken de betrokken partijen naar het hoogst haalbare resultaat. De initiatiefnemers van het project Duurzame Vergisting, Colsen (Adviesburo voor Milieutechniek b.v.), STOWA (kenniscentrum) en waterschap Brabantse Delta ondertekenen samenwerkingsovereenkomst ‘Duurzame Vergisting’. Het doel van de samenwerking tussen de initiatiefnemers heeft betrekking op het onderzoek naar stikstofterugwinning, kennis vergaren en innovatie.

Op de zuivering Bath ontwikkelt het waterschap samen met Colsen en STOWA een innovatieve werkwijze die nog nergens in Nederland wordt toegepast. Een primeur dus! Door de temperatuur in de gistingstank te verhogen van 35 naar 55 graden Celsius komt er meer biogas vrij. Dit biogas dient als energiebron voor elektriciteitsproductie. Meer biogas betekent ook 50% meer elektriciteit productie. De warmte die hierbij ontstaat, gebruiken we weer om de gistingstank op temperatuur te houden. Tevens daalt de hoeveelheid restslib maar liefst met 25%. Als klap op de vuurpijl kan met deze werkwijze ook stikstof en fosfaat teruggewonnen worden . Het is nu rendabel om die stoffen terug te gaan winnen uit het slib en als meststof te verkopen.

vrijdag 13 mei 2016

Wat zwemt er door de schutsluis?

In de maand mei wordt bij de schutsluis in Leidschendam op vijf avonden gevist door een beroepsvisser. Deze visser doet dit in opdracht van de provincie en de hoogheemraadschappen van Delfland en Rijnland. Doel is om in kaart te brengen welke vissen er van de sluis gebruik maken voor hun trek naar paaigebieden voor voortplanting.

De grens tussen de werkgebieden van Delfland en Rijnland ligt bij de schutsluis. Vissen die heen en weer willen, kunnen er alleen door als de sluis opengaat voor schepen. Misschien is dat helemaal niet erg, maar misschien zijn er soorten zijn die daardoor alleen of overwegend voorkomen in het water van een van beide waterschappen. En dat zou dan weer wel jammer zijn. Een gevarieerde visstand is namelijk goed voor de kwaliteit van het water. Daarom wordt in mei onderzoek gedaan naar wat er zoal door de sluis zwemt.

donderdag 12 mei 2016

Waterschappen en Provincie werken samen aan water en klimaat Limburg

De Limburgse waterschappen  Roer en Overmaas en Peel en Maasvallei en Provincie Limburg hebben vandaag een samenwerkingscontract gesloten over financiering van projecten voor meer waterveiligheid, een betere waterkwaliteit en natuurontwikkeling in Limburg. Deze projecten dragen de komende jaren intensief bij aan het klimaatproof maken van Limburg.

Limburg kampt nu al met de gevolgen van klimaatverandering: zachtere winters, vaker hevige regenbuien in de zomer en langere perioden van droogte. Dit leidt tot problemen op het gebied van droogte, waterkwaliteit, veiligheid en leefbaarheid in steden. Waterschapsvoorzitter Roer en Overmaas Jan Schrijen: “Waterbeheer vergt een lange adem. Daarom is het belangrijk dat we nu voor 6 jaar afspraken maken met de Provincie over financiering. Deze langjarige afspraken bieden duidelijkheid en flexibiliteit in de planning van projecten die bijdragen aan voldoende water en goede waterkwaliteit. Denk aan het opnieuw inrichten van beken, zodat die meer water kunnen vasthouden en de waterkwaliteit verbetert.”

Door de gezamenlijke financiering kunnen de waterschappen deze projecten sneller en efficiënter oppakken. “Water is van economisch belang voor Limburg. Denk aan de bescherming van het onroerend goed, met een economische waarde van circa 118 miljard euro. Of de landbouwproductie, goed voor een export van 5 miljard euro. Gezamenlijk waterbeheer is een zeer belangrijke schakel in de verdere economische ontwikkeling van Limburg”, aldus bestuurslid Waterschap Peel en Maasvallei Har Frenken.

De beide waterschappen investeren tot en met 2021 80 miljoen euro. De provincie levert hierin een bijdrage van 20 miljoen euro. Gedeputeerde Daan Prevoo: “Dat geld is nodig, omdat water van vitaal belang is voor Limburg, maar ons ook voor grote problemen stelt als we nu niet in actie komen. Klimaatverandering heeft een enorme impact op waterveiligheid én de beschikbaarheid van water. En daarmee op  wonen, werken en recreëren voor de ruim 1,1 miljoen Limburgers en de talloze bezoekers van onze provincie.”

woensdag 11 mei 2016

Calamiteitenplan Wateroverlast voor Hardinxveld-Giessendam

De regio Hardinxveld-Giessendam heeft de afgelopen jaren meerdere malen te maken gehad met een enorme hoeveelheid regen, wat tot grote overlast en schade heeft geleid. Daarom is Tauw bezig om voor de gemeente een Calamiteitenplan Wateroverlast op te stellen.

Om toekomstige wateroverlast tegen te gaan, heeft de gemeente samen met waterschap Rivierenland een ambitieus maatregelenpakket opgesteld. In dit kader wordt de komende twee jaar een groot aantal verbetermaatregelen aan het watersysteem uitgevoerd. Echter, hoe grondig deze maatregelen ook zijn, er blijft altijd kans op wateroverlast bestaan.

Daarom heeft de gemeente besloten dat er op korte termijn een Calamiteitenplan Wateroverlast moet worden opgesteld dat een breed draagvlak moet krijgen. Een complexe klus doordat er veel personen vanuit meerdere organisaties bij betrokken zijn.


Inmiddels heeft de eerste werksessie onder 15 betrokkenen plaatsgevonden. Naar verwachting wordt het plan voor de zomer opgeleverd.

dinsdag 10 mei 2016

Minister Schultz lanceert Internationale Deltacoalitie

Minister Schultz van Haegen van Infrastructuur en Milieu heeft vandaag het officiële startschot gegeven voor de Internationale Deltacoalitie. De regeringen van Nederland, Bangladesh, Colombia, Egypte, Frankrijk, Myanmar, Indonesië, Japan, Mozambique, de Filippijnen, Zuid-Korea en Vietnam slaan de handen ineen om waterrampen te voorkomen en stedelijke delta’s weerbaar te maken tegen klimaatverandering.

De Deltacoalitie werd gelanceerd tijdens de klimaatconferentie Adaptation Futures in Rotterdam, de eerste grote adaptatieconferentie sinds het Klimaatakkoord van Parijs en de grootste ooit gehouden op dit thema. Zo’n 1700 mensen uit meer dan 100 landen zijn in Rotterdam bijeen om werk te maken van de noodzakelijke wereldwijde aanpassing aan klimaatverandering.

Als EU-voorzitter is Nederland 10, 11 en 12 mei gastheer van de conferentie. Schultz benadrukte in haar openingsspeech het belang van klimaatadaptatie. “We zullen ons moeten aanpassen aan een veranderende wereld, ook al slagen we erin de CO2-uitstoot tot een minimum terug te dringen. We moeten niet alleen reageren op veranderingen, we moeten de toekomst een stap vóór zijn. Het gaat erom rampen te voorkomen. Dat spaart niet alleen mensenlevens, het is ook een logische economische investering. Elke euro die we in preventie steken, levert 7 euro op.”

Schultz is verheugd dat de Deltacoalitie vanaf vandaag een feit is. “In korte tijd hebben we 12 landen uit 4 continenten op één lijn gekregen. Dit is een historische gebeurtenis. Voor het eerst is er een coalitie op landenniveau, waarin deltalanden kennis, ervaring en ideeën uitwisselen en direct verbinden aan internationale afspraken en nationale uitvoering. Al deze landen zijn zich bewust van de enorme risico’s die het leven in een delta met zich meebrengt en zijn vastberaden dit onderwerp overal bovenaan de agenda te krijgen.”

Het laatste voorwerk werd 9 mei gedaan tijdens de conferentie Sustainable Urban Deltas, georganiseerd door de Internationale Architectuur Biennale Rotterdam en het Rijk. Stedelijke delta’s staan in de frontlinie in de strijd tegen klimaatverandering. Juist daar zijn de gevolgen van waterverontreiniging, overstromingen, verzilting en beperkte beschikbaarheid van zoet water en sanitatie groot. Terwijl juist in de stedelijke delta’s het geld wordt verdiend, het land het meest vruchtbaar is en steeds meer mensen wonen. In 2050 zullen ongeveer 650 miljoen mensen in stedelijke delta’s wonen.

Minder medicijnresten in water door gebruik alternatief

Om minder schadelijke medicijnresten in rivieren, kanalen en sloten te krijgen, starten huisartsen en apothekers in Meppel samen met waterschap Drents Overijsselse Delta een opmerkelijke initiatief: vanaf 1 mei wordt het geneesmiddel diclofenac waar mogelijk vervangen door naproxen als milieuvriendelijker alternatief.

Op deze manier wordt bij het voorschrijven van geneesmiddelen rekening gehouden met de effecten ervan op het milieu. Van diclofenac is bekend dat het op rioolwaterzuiveringen slecht uit het rioolwater wordt verwijderd.

Onbedoeld komen deze medicijnresten zo in het buitenwater terecht en hebben ze negatieve effecten op het waterleven. Zo is uit studies gebleken dat weefselbeschadiging aan lever, nieren en kieuwen van vissen kan ontstaan.

De verwachting is dat het vervangen van diclofenac door naproxen leidt tot een verbetering van de waterkwaliteit. Huisartsen en apothekers starten met deze aanpak aan de bron om verspreiding van resten van geneesmiddelen in het milieu tegen te gaan. Daarnaast willen de initiatiefnemers bewustwording creëren bij zowel voorschrijvers als gebruikers van medicijnen.

De door de Meppeler huisartsen en apothekers voorgeschreven hoeveelheden medicijnen wordt bijgehouden. Aan het eind van het jaar moet bij succes een significante afname van de hoeveelheid voorgeschreven diclofenac zichtbaar zijn.

maandag 9 mei 2016

Landschapsarchitect zorgt dat veilige dijk bij Marken past

Als je werkt aan de dijk op Marken, helpt het als je zelf iets hebt met dijken. Wat dat betreft is landschapsarchitect Durk de Vries voor het project Marken: pilot meerlaagsveiligheid de juiste man op de juiste plaats. ‘De mooiste plek is voor mij het grensgebied tussen land en water.’

Tijdens de inloopavond op 18 mei kunt u 3 alternatieven van de dijk bekijken. De Vries, die werkt bij ingenieurs- en architectenbureau Sweco (voorheen Grontmij), is nauw betrokken bij de totstandkoming van die alternatieven: ‘Het is de taak van mijn collega’s en mij om techniek en esthetiek samen te brengen’, legt hij uit. ‘In het geval van Marken betekent dat: zorgen voor een dijk die Marken tegen overstromingen beschermt én goed in het landschap past. Voor dat laatste aspect ben ik verantwoordelijk.’

Het project op Marken is volgens De Vries ook bijzonder vanwege de relatie van de bewoners met het water om hun eiland: ‘Neem bijvoorbeeld de Rozewerf, een van de meest gefotografeerde plekken. Het uitzicht op het water is daar een essentieel onderdeel van het landschap. De bewoners willen dat uitzicht graag behouden. Mijn technische collega’s berekenen hoe we de dijk zo veilig mogelijk kunnen maken. Ik bekijk hoe het zó kan dat we recht doen aan de historische en culturele waarde van het eiland en aan de wensen van bewoners. We wisselen ideeën uit om samen tot een ontwerp te komen.’ 

vrijdag 6 mei 2016

Waterschap versterkt dijktrajecten Schouwen

Het waterschap Scheldestromen is van plan om vanaf augustus drie dijktrajecten op Schouwen-Duiveland te versterken. De werkzaamheden kunnen gedeeltelijk in het najaar worden uitgevoerd omdat ze voornamelijk aan de binnenzijde van de dijk plaatsvinden. De te verbeteren trajecten zijn Boerderij de Ruyter/Flaauwershaven (lengte 600 meter), Zierikzee/Bruinisse (lengte 600 meter) en Burghsluis-Schelphoek (lengte 1.200 meter). Om het werk uit te kunnen voeren wordt op 26 mei a.s. aan de algemene vergadering een kredietaanvraag gedaan van ruim 3 miljoen euro.

De drie trajecten zijn tijdens de periodieke toetsing die het waterschap in 2010 uitvoerde afgekeurd. De reden hiervoor ligt in binnenwaartse stabiliteitsproblemen van de dijklichamen en het verschijnsel piping. Piping is kwelwater dat onder de dijk doorkomt en dat uitspoelen van grond/zanddeeltjes veroorzaakt. Een vorm van kwel met negatieve bijeffecten. Het traject tussen Zierikzee en Bruinisse wordt uitgevoerd in aanvulling op het herstel van de steenbekleding, dat eerder is uitgevoerd.

De oplossing voor dit probleem is het aanbrengen van filterdoek (geotextiel) aan de binnenkant van de dijk, onderlangs de slootbedding. Ook wordt deze bekleding verzwaard met breuksteen, evenals het boventalud van de dijktrajecten. Het geotextiel voorkomt dat er nog zand- of kleideeltjes uitspoelen. Het optreden van kwel wordt niet voorkomen.

Bij het traject Boerderij de Ruyter wordt de dijk aan de landzijde breder gemaakt en komt de kruin van de dijk verder naar achter te liggen, zodat de stabiliteit van het dijklichaam gewaarborgd is. Bij de uitvoering van de werkzaamheden wordt geanticipeerd op de nieuwe veiligheidsnorm die op 1 januari 2017 van kracht wordt.

De drie Schouwse kustversterkingsprojecten worden uitgevoerd onder de vlag van de Projectorganisatie Waterveiligheid. Dit is een samenwerkingsverband tussen Rijkswaterstaat en het waterschap dat tot doel heeft om kennis te de delen en kosten te besparen door bij de uitvoering van kustveiligheidsprojecten gebruik te maken van elkaars kennis en expertise. De projecten worden uitgevoerd en gesubsidieerd in het kader van het Hoogwaterbeschermingsprogramma.

donderdag 5 mei 2016

Kraanwater tijdens alle nationale bevrijdingsfestivals

Op donderdag 5 mei tijdens Bevrijdingsdag schenken alle landelijke bevrijdingsfestivals kraanwater. De drinkwaterbedrijven plaatsen watertappunten waar bezoekers onbeperkt kraanwater kunnen tappen.

De bevrijdingsfestivals zijn blij met de samenwerking met de drinkwaterbedrijven: ‘Ons Nederlandse kraanwater behoort tot het beste ter wereld en daar mogen we trots op zijn. Het is van topkwaliteit, lekker en gezond. Het is dus logisch dat we dit als festival beschikbaar maken voor onze bezoekers. Daarnaast is kraanwater duurzaam en mede daarom bieden we het aan’ aldus Groninger festivaldirecteur Diederik Van der Meide. Meer dan 1 miljoen mensen zullen naar verwachting op 5 mei de bevrijdingsfestivals bezoeken.



Voor één muntje koopje in het Stadspark van Groningen een speciaal ‘Kraanwater graag’ flesjes op de drafbaan (Main Stage) en bij Local Heroes. Bezoekers kunnen de flesjes de hele dag onbeperkt bijvullen bij één van onze watertappunten op het festivalterrein. Bevrijdingsfestival Groningen ontvangt de helft van de opbrengst van de flesjes om hiermee kosten te dekken en de festivals verder te verduurzamen. De andere helft gaat naar stichting Water for Life, die zich sterk maakt voor schoon water en sanitaire voorzieningen in landen waar dat geen vanzelfsprekendheden zijn.



Kraanwater op de bevrijdingsfestivals is onderdeel van de meerjarige bewustwordingscampagne ‘Kraanwater Graag’, waarmee de drinkwaterbedrijven iedereen bewust willen maken van de waarde van ons kraanwater. Deze campagne heeft als doel Nederlanders te stimuleren er vaker voor te kiezen. Dan moeten ze natuurlijk wel die keuze hebben. Ook volgend jaar is de intentie dat de drinkwaterbedrijven en bevrijdingsfestivals samenwerken.

De festivals vinden op 14 plekken door het hele land plaats. Er kan kraanwater worden getapt in Almere, Amsterdam, Assen, Den Bosch, Den Haag, Groningen, Haarlem, Leeuwarden, Roermond, Rotterdam, Utrecht, Vlissingen, Wageningen en Zwolle.

woensdag 4 mei 2016

Deltacommissaris bespreekt opties voor dijkversterking op Marken

Dinsdag 19 april heeft deltacommissaris Wim Kuijken het eiland Marken bezocht. Hij heeft met de Eilandraad en bewoners gesproken over de voorgestelde oplossingen voor het versterken van de dijk op Marken.

Het bezoek van april is een vervolg op een eerder overleg dat in december 2015 plaatsvond. Toen heeft de deltacommissaris geluisterd naar de zorgen van de bewoners over de dijkversterking. Hierbij zijn afspraken gemaakt over de verdere samenwerking tussen Rijkswaterstaat en de bewoners. Het bezoek stond vooral in het teken van de afronding van de Verkenning waarin verschillende oplossingen zijn onderzocht om de dijk op Marken te versterken.

 De Eilandraad en de bewoners van Marken zijn de afgelopen maanden nauw betrokken geweest bij het onderzoeken van de alternatieven. Rijkswaterstaat heeft de vragen die zij in december hebben gesteld naar tevredenheid beantwoord en de Eilandraad heeft mee kunnen denken over de verschillende alternatieven om de dijk op Marken te versterken. Er is met technische experts gesproken over de uitvoeringswijze van de voorgestelde oplossingen. Daarnaast heeft een aantal bewoners een kijkje achter de schermen genomen bij het ingenieursbureau waarbij zij inzicht hebben gekregen in het ontwerpproces van de dijkversterking.   

De alternatieven bieden een goede basis om tot optimalisatie van een voorkeursalternatief te komen. Tijdens het bezoek van de deltacommissaris op 19 april is met de bewoners gesproken over mogelijke optimalisaties van de alternatieven. Bewoners hebben aangegeven een voorkeur te hebben voor een buitenwaartse dijkversterking met een stevige basis. Liefst samen met maatregelen ter verbetering van de waterhuishouding op het eiland. De doelstelling is om te komen tot een voorkeursalternatief dat draagvlak heeft, technisch uitvoerbaar is, past binnen het budget en aansluit bij de ruimtelijke kwaliteit van Marken.
De alternatieven worden op 22 juni besproken met de regionale bestuurders van de gemeente Waterland, Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier, Provincie Noord-Holland en de Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland. Zij adviseren de minister van Infrastructuur en Milieu, die naar verwachting medio 2016 het voorkeursalternatief vaststelt. 

dinsdag 3 mei 2016

Drinkt u water uit de beek?

De Drentsche Aa is een belangrijke bron voor drinkwater. Dat deze beek zo schoon is dat we er drinkwater van maken is uniek! Dat willen we met elkaar in stand houden.

​Maar ook het Drentsche Aa gebied zelf is uniek; een nationaal park én nationaal landschap! Kortom, genoeg redenen om de Drentsche Aa eens centraal te stellen in een eigen televisieserie: De Week van de Drentsche Aa.

De serie is van 2 t/m 6 mei dagelijks te zien op RTV Drenthe, om 17.20 uur. Kijk en ontdek de geheimen van de Drentsche Aa.

Aflevering één

Wist u dat de hele stad Groningen water drinkt dat gemaakt is van het water uit de Drentsche Aa? Hoe kan het dat dat Drentsche Aa water zo geweldig goed is van kwaliteit? En hoe zorgen we er voor dat dat ook zo blijft?

Aflevering twee

De provincie, waterschap, waterbedrijf, boeren en bedrijven werken samen om de kwaliteit van het Drentsche Aa water zo goed mogelijk te houden, maar wat kan je zelf doen? Wij geven tips hoe je je tuin onkruidvrij kunt houden, zonder te hoeven spuiten.

Aflevering drie

De boeren in het Drentsche Aa gebied hebben de afgelopen jaren enorm veel gedaan om milieuvriendelijker te gaan werken en daarmee het grondwater én het water van de Drentsche Aa schoner te maken. In deze aflevering zien we op welke slimme manieren ze dat doen.

Aflevering vier

In deze aflevering hebben we het over onkruid. We gaan we op pad met een ecologische hovenier die bedrijfsterreinen op een duurzame manier onderhoud en we laten zien dat je met onkruid de meest verrukkelijke gerechten kunt maken.

Aflevering vijf

In deze aflevering besteden we aandacht aan de natuur in het Drentsche Aa gebied. We kijken wat er in en rond het water allemaal leeft en gaan pannenkoeken bakken

Tauw onderzoekt 82 kilometer waterbodem van de Waal

De Waal is de belangrijkste scheepvaartverbinding tussen Rotterdam en Duitsland. Sommige delen van de waal worden wekelijks geploegd of gebaggerd om de intensieve scheepvaart mogelijk te maken. In 2015 onderzocht Tauw de waterbodem van de Waal, van Lobith tot Zaltbommel, ter facilitering van dit voortdurende onderhoud.

Een bijzonder onderzoek vanwege de omvang en de looptijd van het project en het type waterbodem. Binnen enkele weken werd namelijk 82 kilometer waterbodem onderzocht. Deze bevatte veel grind (tot wel 75%) en daarom waren specifieke NEN-normen (NEN 5719) van toepassing op het onderzoek.

Het slib in de Waal heeft een slechtere milieuhygiënische kwaliteit dan het grind. Omdat bij regulier onderzoek het grind voorafgaand aan de analyse verwijderd wordt uit het grondmonster, wordt de kwaliteit van het monster vervolgens (onterecht) slecht beoordeeld. Mogelijk wordt hierdoor veel schoon grind als afval gestort. Tauw hanteerde daarom een methode om een verdisconteerd gehalte te kunnen bepalen. De milieu-analyse van het monster vond plaats in de bodemfractie kleiner dan twee millimeter.

Het resultaat had echter betrekking op het gehele monster. Dus inclusief het aandeel grind. Dit aandeel grind werd in het laboratorium bepaald. Een notitie over deze methode, opgesteld door Tauw, stelt Rijkswaterstaat in staat om bij toekomstige onderzoeken in de Waal of andere gebieden waar veel grind aanwezig is, een adequate uitvraag op te stellen.

Sialtech bv voerde de monstername van de waterbodem uit bij de meest onderhoudsgevoelige gebieden. Dit werd gebaseerd op het actuele diepteprofiel van de rivier. Het onderzoek is echter representatief voor het gehele gebied binnen de normaallijnen: van de uiteinde van de kribben aan de noordzijde tot de kribben aan de zuidzijde. Het onderzoek maakt milieuhygiënisch verantwoord onderhoud aan de Waal voor de komende twee jaar weer mogelijk. 



maandag 2 mei 2016

Beheerplan bijzonder natuurgebied Botshol

Het moerasgebied Botshol in de gemeente De Ronde Venen is met zijn bijzondere plant- en diersoorten één van de parels van de natuurgebieden in Utrecht. Het gebied geniet dan ook internationale bescherming onder de Habitatrichtlijn. Gedeputeerde Staten van de provincie Utrecht hebben nu het ontwerp beheerplan vastgesteld en vrijgegeven voor inspraak. In dit beheerplan staat welke maatregelen worden genomen om de bijzondere natuurwaarden van Botshol te beschermen en welke activiteiten er de komende zes jaar in en rond het gebied mogen plaatsvinden.

Nadat het Rijk (ministerie van EZ) de instandhoudingsdoelen had vastgesteld, is de provincie Utrecht gestart met het beheerplanproces, inclusief het oplossen van het stikstofprobleem. De provincie Utrecht heeft het ontwerp beheerplan opgesteld in samenwerking met het Waterschap AGV, Natuurmonumenten en diverse andere partijen. Het ontwerp beheerplan ligt vanaf woensdag 20 april 2016 zes weken ter inzage bij de provincie Utrecht en het gemeentehuis van De Ronde Venen in Mijdrecht  en is ook te raadplegen via internet. Belanghebbenden kunnen schriftelijk of mondeling een inspraakreactie (zienswijze) geven op het ontwerp beheerplan Botshol

In een dichtbevolkt land als Nederland is het belangrijk een evenwicht te vinden tussen veerkrachtige natuur en gezonde economie. Het Rijk en provincies geven ruimte aan ondernemers, omdat ze belangrijk zijn voor onze economie. Tegelijkertijd moeten economische activiteiten passen binnen de draagkracht van de natuur.

In de Natura 2000-gebieden bestaat een overschot aan stikstof (ammoniak en stikstofoxiden). Dit is schadelijk voor de natuur. Het belemmert ook vergunningverlening voor economische activiteiten. Daarom heeft het Rijk het initiatief genomen deze stikstofproblemen aan te pakken. In de landelijke Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) werken overheden en maatschappelijke partners samen om de stikstofuitstoot te verminderen en daarmee ook economische ontwikkelingen mogelijk te maken. Op 1 juli 2015 is het PAS-programma gestart.