donderdag 31 maart 2016

Waterschappen lanceren digitale energiekaart

Op 21 maart heeft Stefan Kuks, vicevoorzitter van de Unie van Waterschappen, de digitale energiekaart gelanceerd. Op deze kaart zijn ruim 220 duurzame energieprojecten van de waterschappen te zien.

De waterschappen worden elke dag geconfronteerd met de gevolgen van klimaatverandering. Dijken en watersystemen moeten worden versterkt om Nederland veilig en leefbaar te houden. De waterschappen gaan echter ook voorop in de strijd tegen klimaatverandering door een ambitieus, duurzaam energiebeleid te voeren.

In navolging van de afspraken van het Klimaatakkoord Parijs (temperatuur mag niet meer dan 1,5 graad stijgen), zetten de waterschappen alle zeilen bij en streven ernaar om als eerste overheid energieneutraal te worden. Dit betekent net zoveel duurzame energie opwekken als nodig is om de bevolking van bijvoorbeeld een stad als Rotterdam van elektriciteit te voorzien. Naast energieopwekking wordt volop ingezet op energiebesparing.

Op de Waterschapsdag werd in dit kader de Green Deal Energie door de waterschappen, STOWA en het Rijk ondertekend. De waterschappen gaan nog meer werk maken van het opwekken van duurzame energie, zoals biogas, windenergie, zonne-energie en waterkracht.

Om te laten zien dat de waterschappen hier al volop mee aan de slag zijn, presenteert de Unie van Waterschappen de Energiekaart. Op de kaart zijn alle gerealiseerde en in aanbouw zijnde projecten van de waterschappen te zien op het gebied van duurzame energieopwekking en energiebesparing.

woensdag 30 maart 2016

Minister Schultz tekent voor waterzuiveringsproject Vietnam

Minister Schultz van Haegen van Infrastructuur en Milieu heeft vandaag in Vietnam een overeenkomst getekend voor de bouw van een rioolwaterzuiveringsinstallatie die het afvalwater van 174.000 mensen gaat zuiveren. Ook tekenen Vietnam en Nederland nieuwe samenwerkingsovereenkomsten om steden klimaatbestendig te maken en Vietnamese waterprofessionals te trainen.

Nederland en Vietnam hebben sinds 2010 een strategische samenwerking op dit gebied. Vietnam is een koploper in de vertaling van de Nederlandse delta-aanpak naar het buitenland. Nederland adviseert Vietnam onder meer met een duurzame lange termijn aanpak voor de Mekong Delta Delta en Ho Chi Minh Stad. De Mekong Delta is een van de delta’s in de wereld die het meest wordt bedreigd door klimaatverandering. Er wonen 17 miljoen mensen. Ook Ho Chi Minh Stad heeft te maken met de effecten van klimaatverandering zoals hevige neerslag, droogte  en overstromingen. In de deltastad wonen circa 8 miljoen mensen.

Schultz: “De samenwerking tussen Nederland en Vietnam is een voorbeeld voor de wereld. Vooral het Mekong Delta Plan trekt veel aandacht, zowel uit deltalanden als Bangladesh en Myanmar als vanuit internationale partners zoals de Wereldbank. Het is nu zaak de plannen daadwerkelijk uit te voeren, de schop in de grond te krijgen en het werk gedaan te krijgen.”

De minister bezoekt op 30 en 31 maart de steden Hanoi en Ho Chi Minh Stad. Zij sprak in Hanoi met vicepremier Phuc, de ministers Quang van Natuurlijke Grondstoffen en Milieu en Phat van Landbouw en Landelijke Ontwikkeling. Onderwerp van de gesprekken is de voortgang in de samenwerking op het gebied van watermanagement en klimaatadaptatie.

Schultz sprak daarnaast met de volkcomités van 3 provincies over de voortgang van 3 andere projecten in Vietnam op het gebied van watervoorziening en –zuivering. Met deze drie projecten is een Nederlandse gift gemoeid van totaal 25 miljoen euro. Met viceminister Thang van Landbouw en Landelijke Ontwikkeling, verantwoordelijk voor waterveiligheid, sprak ze over de problemen met kusterosie. De Nederlandse methode van zandsuppleties kan hier soelaas bieden. Ook had Schultz gesprekken met de vertegenwoordiging van het Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties (UNDP) in Vietnam, de Wereldbank en de Asian Development Bank.  De Wereldbank heeft al een project van 300 miljoen dollar in ontwikkeling dat een direct uitvloeisel is van het Mekong Delta Plan dat Vietnam en Nederland gezamenlijk hebben geschreven.

Op 31 maart spreekt Schultz met het nieuwe volkscomité van Ho Chi Minh Stad, in gezelschap van vertegenwoordigers van de gemeente Rotterdam, de Unie van Waterschappen, Vitens Evides Internationaal en Grontmij. Al deze partijen werken samen met Ho Chi Minh Stad aan oplossingen voor duurzaam waterbeheer. Vanwege de historische droogte in het zuiden van Vietnam spreekt de minister over de manier waarop Nederland omgaat met droogte en zoutintrusie, onder meer over de spaarbekkens in de Biesbosch. De gemeente Rotterdam presenteert de resultaten van de samenwerking tussen beide deltasteden op het gebied van klimaatadaptatie.

Rutger Smit nieuwe jeugdbestuurder Noorderzijlvest

Rutger Smit (14) uit Delfzijl is de nieuwe jeugdbestuurder van het waterschap Noorderzijlvest. Hij versterkt namens Noorderzijlvest het nationale jeugdbestuur van de waterschappen. Voor jongeren in het noorden en westen van Groningen en de kop van Drenthe is hij het gezicht van het waterschap. Met Rutgers ideeën over waterbeheer nu en in de toekomst en hoe jongeren daarbij te betrekken, gaat het waterschap aan de slag.

Rutger is 14 jaar en zit in het derde jaar van het VWO op het Eemsdeltacollege. Hij woont in Delfzijl op loopafstand van de dijk. Rutger heeft zin in de uitdaging jongeren te betrekken bij het waterschapswerk!

dinsdag 29 maart 2016

Waterkwaliteit Vlaanderen vereist een brede kijk

Peter Goethals, professor waterecologie aan de Universiteit Gent, zag de waterkwaliteit in Vlaanderen vooruitgaan, maar vindt dat er nog een lange weg te gaan is. Hij bestudeert de ecologische impact van vervuiling en fysieke veranderingen van waterlopen, maar onderstreept het belang van een brede kijk op de waterproblematiek. Een draagvlak is essentieel voor een geslaagd waterbeleid en daarvoor is sensibilisering en inzicht in sociale en economische principes nodig.

"Er is de laatste decennia enorme verbetering geboekt. 25 jaar terug waren veel waterlopen in Vlaanderen zodanig vervuild dat er geen vissen of insecten in konden overleven. Dankzij waterzuivering zijn steeds minder rivieren in slechte toestand. Water met uitstekende kwaliteit is echter nog steeds schaars. Europese wetgeving vereiste een goede ecologische kwaliteit tegen 2015, maar omdat we die kwaliteitsvereiste bijna nergens behaalden bestaat het beeld van Vlaanderen als slechte leerling op het vlak van waterbeheer."

vrijdag 25 maart 2016

Wandelen voor Water van Amref

In de week van Wereldwaterdag (22 maart 2016) doen vierduizend leerlingen uit heel Nederland mee aan Wandelen voor Water, een jaarlijks terugkerend evenement. Tauw heeft voorafgaand aan het evenement op verschillende scholen gastlessen gegeven over het nut van schoon drinkwater om de leerlingen te enthousiasmeren voor deze wandeling.

Leerlingen uit groep 7 en 8 wandelen zes kilometer met een rugzak met 6 liter water. Voor veel leeftijdsgenootjes in ontwikkelingslanden is dat dagelijkse kost. Door Wandelen voor Water ervaren leerlingen in Nederland hoe inspannend dat is. Voor deze prestatie laten ze zich sponsoren door familie, buren en andere bekenden. Het geld dat ze met elkaar inzamelen wordt gedoneerd aan het water- en sanitatieprogramma ‘Schoon water: een zaak voor iedereen!’ van Amref Flying Doctors. Tauw sponsort dit programma.

Negen Tauw-collega’s hebben de afgelopen weken gastlessen verzorgd. Tijdens deze lessen werd op een laagdrempelige manier de aandacht gevestigd op (drink)water in de sloppenwijken van Ethiopië. De leerlingen verbaasden zich niet alleen over het gebrek aan water, maar ook over de kwaliteit ervan. Ze hadden niet verwacht dat hun leeftijdgenootjes zulk vies water drinken. ‘Drinken ze dát water echt op?’, was een veelgehoorde opmerking.

Ter contrast werd er ook gekeken naar (drink)water in Nederland, en dan vooral het verschil tussen vroeger en nu. ´Wow, gebruiken we 120 liter water, per dag per persoon? Dat is veel!’, aldus één van de verbaasde leerlingen.

In 2016 is Amref het vijfjarige gezondheidsprogramma ‘Schoon water: een zaak voor iedereen!’ gestart. In de stedelijke gebieden Addis Abeba, Afar en Oromia (Ethiopië) leidt een gebrek aan drinkwater, slechte riolering en afval (wonen in een sloppenwijk) tot onhygiënische situaties. Gezondheidsproblemen zijn vaak het gevolg.

De lokale overheid heeft te weinig budget en te weinig kennis om de problemen aan te pakken. Daarnaast wordt het beleid vaak niet effectief uitgevoerd. Met de steun van Tauw gaat Amref Flying Doctors aan de slag om deze problemen aan te pakken. Meer dan 140.000 mensen in sloppenwijken en andere arme gebieden zullen uiteindelijk profiteren van dit project.

Tauw heeft in juni 2014 een overeenkomst voor drie jaar getekend met Amref Flying Doctors. Hiermee verbinden we ons aan watergerelateerde programma's van Amref. ‘Samenwerken met Water’ is namelijk niet alleen een gedachtegoed dat we binnen Nederland toepassen, we gaan er ook de grens mee over.

donderdag 24 maart 2016

Gebruik van leidingwater afgenomen

Het gebruik van leidingwater is afgenomen, ondanks dat de Nederlandse bevolking is gegroeid. In 2008 was het leidingwaterverbruik nog 1 095 miljoen m3; in 2012 was dat teruggelopen tot 1 070 miljoen m3. Dat meldt CBS op basis een onderzoek waarin voor het eerst alle waterstromen binnen de Nederlandse economie in kaart zijn gebracht.

Driekwart van het leidingwater wordt gebruikt door huishoudens. Gebruikten de in 2008 nog  788 miljoen m3 leidingwater, in 2012 was dat teruggelopen tot 783 miljoen m3. Dit is ongeveer 47 m3 per inwoner per jaar. Binnen bedrijven en instanties nam het gebruik van leidingwater met 17 miljoen af tot 289 miljoen m3.

Het afgenomen gebruik van leidingwater komt vooral door waterbesparende maatregelingen in de afgelopen decennia bij zowel huishoudens als bedrijven. Voorbeelden hiervan zijn waterbesparende douchekoppen en toiletten, maar ook wasmachines en vaatwassers die steeds zuiniger zijn met water. Bij bedrijven zijn daarnaast waterbesparende maatregelen genomen in het productieproces: er wordt zuiniger omgesprongen met leidingwater of het water wordt intern vaker herbruikt.

Van de verschillende bedrijfstakken gebruikt de veehouderij het meeste leidingwater, vooral als drinkwater voor dieren. De bedrijfstak sport en recreatie gebruikt ook relatief veel leidingwater voor bijvoorbeeld het besproeien van sportvelden en het vullen van zwembaden.


Het leidingwatergebruik van bedrijfstakken afgezet tegen de bijdrage aan de Nederlandse economie biedt inzicht in de zogenoemde waterintensiteit. Als dit wordt uitgedrukt in de bijdrage aan het bruto binnenlands product (bbp) dan springen producenten van olie en vetten en de veehouderij eruit. De gemiddelde bedrijfstak verbruikte in 2012 circa 0,5 m3 leidingwater voor elke duizend euro toegevoegde waarde. Bij de producenten van olie en vetten was dit 23 m3 en bij de veehouderij 16 m3.



De 1 000 miljoen m3 grondwater die in 2012 aan het milieu werd onttrokken, gaat deels direct naar bedrijven, zoals de zuivel-, en de drankenindustrie. Het meeste gaat echter naar de waterleidingbedrijven die het grondwater samen met zoet oppervlaktewater bewerken en er leidingwater van maken.

Na gebruik komt het overgrote deel van het leidingwater als afvalwater via het riool terecht bij de rioolwaterzuiveringen. Van de 783 miljoen m3 leidingwater die de Nederlandse consument verbruikte, komt 92 procent hier terecht.

De rioolwaterzuiveringsbedrijven zuiveren dit afvalwater en lozen het weer in het oppervlaktewater, meestal een rivier. Het grond- en oppervlaktewater is daarmee terug in het milieu. De overige 8 procent komt als gevolg van waterverlies bij huishoudens, onder meer door verdamping, terug in het milieu.

Een minder zichtbare, maar qua hoeveelheid veel grotere stroom water dan leidingwater betreft oppervlakte- en zeewater dat rechtstreeks door industrieën wordt gebruikt, hoofdzakelijk voor hun productieproces. Elektriciteitscentrales, raffinaderijen en de (petro-)chemie spelen hierbij een belangrijke rol: zij gebruiken jaarlijks bijna 12,6 miljard m3 water. Praktisch de totale hoeveelheid wordt ingezet voor koeling binnen het productieproces. Een belangrijk deel van het zoete water komt na gebruik voor koeling weer terug in het binnenlandse watersysteem en kan nogmaals worden gebruikt. Gebruikt zeewater wordt weer teruggeleid naar zee.

woensdag 23 maart 2016

Amsterdam verbiedt vervuilende tweetakt motoren voor plezierboten

Amsterdam verbiedt tweetakt motoren voor plezierboten. Per 1 januari 2017 moeten alle Amsterdamse botenbezitters over zijn naar een schonere motor voor hun boot. Wie dan nog een tweetakt motor heeft riskeert een boete. Een tweetakt motor is een motor waarin een mengsel van olie en benzine wordt verbrand.

Amsterdam stelt het verbod in met als lange termijn doel een betere luchtkwaliteit. Uit TNO-onderzoek blijkt dat andere motoren een veel lagere uitstoot van luchtverontreinigende stoffen hebben dan de zwaar vervuilende tweetaktmotoren. Dit geldt met name voor fijnstof, koolstofmonoxide en koolwaterstof.

Wethouder Udo Kock (Waterbeheer): ‘We streven naar een betere luchtkwaliteit en gezondheid voor alle Amsterdammers, daarom gaan we de zwaar vervuilende tweetakt motoren op het water verbieden.’

Waternet gaat actief handhaven op het verbod. Inschatting is dat het gaat om 1.000 tot 1.500 boten die nog een tweetakt motor hebben. Booteigenaren zullen in mei en december per brief geïnformeerd worden.

dinsdag 22 maart 2016

Waterschappen en het Rijk ondertekenen Green Deal Energie

Waterschappen zetten nog meer in op duurzame energieopwekking zoals biogas, windenergie, zonne-energie en waterkracht. Ze streven ernaar binnen afzienbare tijd energieneutral te worden. Dat staat in de Green Deal Energie die de waterschappen en de Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer (STOWA) vandaag met het Rijk hebben getekend.

Als geen ander ondervinden de waterschappen in hun dagelijks werk de gevolgen van de klimaatverandering. Zij nemen maatregelen om ons land te beschermen tegen het water, maar gaan ook voorop in de strijd tegen klimaatverandering. In navolging van de afspraken van het Klimaatakkoord Parijs (temperatuur mag niet meer dan 1,5 graad stijgen), zetten de waterschappen alle zeilen bij en streven ernaar om als eerste overheid energieneutraal te gaan worden. Dit betekent net zoveel duurzame energie opwekken als nodig is om de bevolking van bijvoorbeeld een stad als Rotterdam van elektriciteit te voorzien. Naast energieopwekking wordt volop ingezet op energiebesparing.

Doel van de Green Deal Energie is om de opwekking van duurzame energie te versnellen en de uitstoot van CO2 terug te dringen. Hiervoor kunnen de waterschappen vele middelen inzetten, zoals rioolwaterzuiveringsinstallaties, poldergemalen, biomassa, terreinen en oppervlaktewater.

In een eerdere Green Deal Energie (2011) spraken de waterschappen al met het Rijk af meer biogas te produceren door rioolwaterzuiveringsinstallaties om te bouwen naar zogenaamde Energiefabrieken. Deze nieuwe Green Deal stimuleert daarnaast ook toepassing van andere vormen van duurzame energieopwekking, zoals windenergie, zonne-energie en waterkracht. Ook kunnen terreinen waar mogelijk ter beschikking worden gesteld aan bijvoorbeeld burgercoöperaties.

De nieuwe Green Deal Energie is een volgende stap in de uitvoering van het SER Energieakkoord waarin is afgesproken dat de waterschappen in 2020 voor 40% in het eigen energieverbruik zullen voorzien. In de periode daarna willen de waterschappen zo snel mogelijk energieneutraal worden. De ondertekening door Melanie Schultz van Haegen (minister van Infrastructuur en Milieu), Meindert Smallenbroek (ministerie van Economi-sche Zaken) Luc Kohsiek (STOWA) en Hans Oosters (Unie van Waterschappen) vond plaats tijdens de jaarlijkse Waterschapsdag in Den Haag.

Aan de Green Deal Energie is een onderzoekstraject gekoppeld van de STOWA en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). De komende jaren wordt gezamenlijk meer dan 800.000 euro extra geïnvesteerd in innovaties en onderzoek naar energieproductie en energiebesparing in het waterbeheer. Zo wordt er o.a. gekeken naar de mogelijkheid om meer energie te besparen bij de poldergemalen van de waterschappen.

De waterschappen laten op een digitale Energiekaart zien dat zij al volop aan de slag zijn met de voornemens uit de Green Deal Energie. Op energiekaart.uvw.nl is de kaart van de Nederlandse waterschappen te zien met daarop ruim 220 duurzame energieprojecten.

Wandelen voor schoon drinkwater in Kenia, Oeganda en Tanzania

Voor Nederlandse kinderen is schoon drinkwater uit de kraan vanzelfsprekend, maar helaas is dit nog niet zo voor kinderen in ontwikkelingslanden. Zij moeten kilometers lopen voor een paar liter vervuild water, iedere dag. Om schoon drinkwater ook voor hen toegankelijk te maken, halen Nederlandse basisschoolleerlingen geld op tijdens de sponsorloop Wandelen voor Water.

Meer dan 14.000 leerlingen, afkomstig van basisscholen door het hele land, wandelen tijdens deze sponsorloop 6 kilometer met 6 liter water in hun rugzak. Goed nieuws: het bedrag dat zij hiermee ophalen, wordt dit jaar door Aqua for All met 80% verhoogd! Met deze fantastische bijdrage kan Simavi samen met lokale partnerorganisaties werken aan drinkwaterprojecten in kwetsbare gebieden in Kenia, Oeganda en Tanzania.

Daarnaast worden er hygiënetrainingen gegeven aan basisschoolkinderen in deze gemeenschappen. Hierdoor worden ze minder vaak ziek en kunnen ze naar school blijven gaan, in plaats van dat ze ziek thuis moeten blijven. Daarnaast geven zij op hun beurt hun kennis weer door aan hun families, waardoor uiteindelijk de hele gemeenschap een gezondere basis heeft.

Met deze projecten voorzien we van 2016 tot en met 2018 19.380 kinderen en 26.470 bewoners van de gemeenschappen van toiletten, handenwasvoorzieningen, schoon drinkwater en hygiënetrainingen.

Om te zorgen dat Simavi deze projecten kan uitvoeren, lopen op woensdag 23 maart 180 basisschoolleerlingen uit Dordrecht en Zwijndrecht mee tijdens Wandelen voor Water. De 4 deelnemende scholen zijn School Muhring en De Fontein uit Dordrecht en KBS De Toermalijn en PCBS De Kim uit Zwijndrecht. Hiermee helpen zij hun leeftijdsgenootjes in gemeenschappen in Kenia, Oeganda en Tanzania aan een gezonde basis en een betere toekomst.

Om 09.00 uur verzamelen de kinderen zich bij Duurzaamheidscentrum Weizigt, waar de wandeling samen mee georganiseerd wordt. Wandelen voor Water in Dordrecht wordt mede mogelijk gemaakt met steun van de waterpartners van Duurzaamheidscentrum Weizigt: Evides Waterbedrijf, Waterschap Hollandse Delta, Waterschap Rivierenland en Oasen.
Meer informatie hierover vindt u op www.simavi.nl/wandelenvoorwater

In Den Haag lopen 6 scholen mee; de Zuidwalschool, De Horizon, 't Palet, Het Lichtbaken, Lyceé Français van Gogh en BS de Kronenburgh. De wandeling start om 9 uur bij het Museon in Den Haag en zal eindigen bij de watertoren van Dunea in Scheveningen. Deze wandeling wordt georganiseerd i.s.m. het Museon en drinkwaterbedrijf en natuurbeheer Dunea. Fruitmasters sponsort ook dit jaar weer de appels voor alle leerlingen.

Tijdens WereldWaterdag sturen we 100 flessen het land in met een belangrijke boodschap: Niemand kan zonder water! Tijdens Wandelen voor Water wordt er ook zo'n fles uitgereikt om vervolgens zo snel mogelijk door te geven aan een ander. Hoe vaker elke fles wordt doorgegeven, hoe meer mensen we kunnen helpen bij hoognodige waterprojecten. Meer informatie over deze bijzondere Flestafette vindt u op www.simavi.nl

Een gebrek aan schoon drinkwater, toiletten en goede hygiëne zorgt ervoor dat ernstige ziektes, zoals diarree, zich snel verspreiden. Hierdoor kunnen kinderen niet meer naar school en kunnen ze zich niet ontwikkelen. In het ergste geval overlijden zij zelfs aan de gevolgen van vervuild drinkwater. Met de opbrengst van Wandelen voor Water dringt Simavi het aantal door vervuild water veroorzaakte ziektes, zoals diarree, onder schoolkinderen in Kenia, Oeganda en Tanzania terug. Dit doen we door het verbeteren van de toegang tot schoon drinkwater en sanitaire voorzieningen op scholen. Ook leren de schoolkinderen meer over het voorkomen van ziektes en het belang daarbij van schoon drinkwater en goede hygiëne, zoals handenwassen. Want een gezonde basis is de eerste stap uit de armoedespiraal.

Naast het inzamelen van sponsorgeld bestaat het programma van Wandelen voor Water ook uit kennisoverdracht. Nederlandse schoolkinderen krijgen voorafgaand aan de sponsorloop gastlessen om hen een beter besef te geven over de situatie waarin veel van hun leeftijdsgenoten zich bevinden. Zo leren zij dat drinkwater en goede hygiëne belangrijke voorwaarden zijn voor een gezonde basis.

Wandelen voor Water is een landelijk initiatief, georganiseerd door Aqua for All. Simavi verzorgt elk jaar een groot aantal sponsorlopen rond Wereld Waterdag, op 22 maart. .

maandag 21 maart 2016

Zuidlaardermeer moet aantrekkelijker worden voor toeristen

De provincie Groningen stelt bijna 217.000 euro beschikbaar om toeristische en recreatieve voorzieningen aan te leggen op en rondom het Zuidlaardermeer. Dit moet ervoor zorgen dat het aantal toeristen in dit gebied toeneemt. Dat is goed voor de economie en de werkgelegenheid in deze omgeving. In totaal gaat het project bijna 370.000 euro kosten. Ook de gemeenten Hoogezand-Sappemeer, Haren en Tynaarlo leveren een bijdrage. De werkzaamheden worden uitgevoerd onder regie van het Recreatieschap Drenthe.

In de afgelopen jaren is er voor het Zuidlaardermeer een ontwikkelingsplan opgesteld om de recreatieve mogelijkheden rond het meer te verbeteren en de natuur en het landschap te versterken. Ondernemers rond het meer hebben samen met het Groninger Landschap, het Recreatieschap Drenthe en overheden een lijst met maatregelen opgesteld om de fiets-, wandel- en vaarroutes te verbeteren. Het is de bedoeling dat een deel daarvan binnenkort wordt uitgevoerd. Zo wordt het Noordlaardervaartje gebaggerd, worden er op verschillende plaatsen steigers aangelegd en komt er een activiteitenterrein bij het strand Meerwijck.

De maatregelen voor het Zuidlaardermeer passen goed in de Toerismevisie (PDF PDF-bestand, 5 MB) van de provincie om de vaarrecreatie te bevorderen in combinatie met natuur, landschap en cultuur. Ook sluiten ze goed aan bij eerdere grote investeringen in deze regio op het gebied van vaarrecreatie, zoals de projecten 'Van Turfvaart naar Toervaart' en het baggeren van het Zuidlaardermeer. Gedeputeerde Patrick Brouns is blij met de investering: "We doen in Groningen veel voor het vaartoerisme. We willen ervoor zorgen dat vaarrecreanten onze provincie steeds beter weten te vinden en aan wal gaan om de mooie plekken in Groningen te bekijken. Daarbij hopen we dat toeristen langer blijven en ergens een drankje nemen of een hapje eten. Dat is goed voor de lokale economie. "  

Het Zuidlaardermeer is een Natura 2000-gebied. Dat betekent dat de recreatieve maatregelen aan het meer moeten voldoen aan de eisen die verbonden zijn aan een Natura 2000-gebied. Zo moeten de plannen getoetst worden aan de flora- en faunawet en de natuurbeschermingswet.

vrijdag 18 maart 2016

Europees Parlement akkoord met uniforme eisen binnenvaart

De technische eisen voor binnenvaartschepen worden binnenkort voor heel Europa gelijk. Daarmee komt voor binnenvaartschippers in de EU een einde aan de rechtsongelijkheid als gevolg van afwijkende technische standaarden op de Rijn.

De Raad heeft onder Nederlands EU Voorzitterschap op 17 maart een informeel akkoord met het Europees Parlement bereikt over de herziening van de richtlijn inzake technische voorschriften voor binnenvaartschepen. De herziene richtlijn maakt het mogelijk dat voortaan direct wordt verwezen naar technische standaarden ontwikkeld door het zogenaamde CESNI Comité, dat op 3 juni 2015 onder de auspiciën van de Centrale Rijnvaart Commissie (CCR) is opgericht. Binnenvaartschepen die een communautair binnenvaartcertificaat willen verkrijgen en op de binnenwateren van de Unie willen varen, moeten aan deze technische eisen voldoen.
 
De technische standaarden van CESNI zullen niet enkel worden overgenomen door de EU, maar ook van toepassing worden verklaard op de Rijn, en zo leiden tot harmonisatie van technische voorschriften voor binnenvaartschepen in Europa. Op dit moment is het nog zo dat de EU en de CCR ieder eigen technische reglementen hebben die inhoudelijk nagenoeg identiek zijn maar op onderdelen van elkaar afwijken, hetgeen leidt tot rechtsonzekerheid voor de binnenvaartsector.

CESNI heeft een eerste versie van de technische standaard op 26 november 2015 vastgesteld. De standaard bevat bepalingen omtrent het bouwen van schepen en apparatuur, maar stelt ook regels aan vaartuigen die gebruik maken van vloeibaar aardgas (LNG). Deze regels voor het gebruik van LNG bestonden eerder nog niet en zullen het gebruik van deze alternatieve brandstof bij de binnenvaart naar verwachting faciliteren.

De herziene technische richtlijn is onderdeel van een breder pakket (NAIADES II) dat verschillende maatregelen bevat om het gebruik van de binnenvaart in Europa te promoten. Het Nederlandse EU Voorzitterschap zal het bereikte akkoord 23 maart ter instemming aan de Raad (COREPER) voorleggen.

Onderhoud baggeren vijver Tubbergen

Vanaf 14 maart wordt vijver tussen de Uelserweg en de Binnenveldsweg in Tubbergen gebaggerd. Aannemer Gerwers uit Tilligte voert de werkzaamheden uit. Met het baggeren wordt de vijver weer op diepte gebracht en de bodem schoongemaakt. Hierdoor remt de algengroei, verbetert de waterkwaliteit en stroomt het water beter door. Het waterschap doet dit eens per 10 jaar of eerder indien dat op bepaalde plekken nodig is.

In totaal wordt er 300m3 bagger verwijderd en met vrachtwagens vervoerd naar een depot. Tijdens de werkzaamheden kan er overlast zijn van materieel op straat, het voetpad of in het park. De werkzaamheden duren tot en met 25 maart. Er wordt zo veel mogelijk geprobeerd de overlast te beperken.

donderdag 17 maart 2016

Friesland zit vol met jonge paling

Friese beroepsvissers en vrijwilligers van de Friese sportvisserij zijn vandaag gestart met de herbevolking van de Friese wateren. In een dag is Friesland 3,5 miljoen jonge palinkjes rijker.

Dit uitzonderlijk hoge aantal is mogelijk doordat de aankomst van jonge paling aan de Europese kusten is dit jaar historische waarden bereikt. In de afgelopen 5 jaar neemt het aantal jonge palingen dat zich aandient aan de kusten toe.

De jonge, nog volledig transparante palinkjes - zogenaamde glasalen - zijn afkomstig uit Frankrijk uit een gebied waar ze geen toekomst hadden. Daar zijn de jonge palingen met de grootst mogelijke zorg opgevangen volgens de nieuwe internationale Sustainable Eel Standard. Het uitzetten van jonge paling is een Europese maatregel om de palingstand te doen toenemen. Vooraanstaand wetenschapper Dr. W. Dekker zei vorige maand op een internationale conferentie over paling, dat uitzetten het herstel van de palingstand bevordert, als het in maximale aantallen gebeurt.

Voorzitter van Stichting DUPAN Alex Koelewijn is blij dat aan vandaag in Friesland aan die maximale aantallen wordt voldaan: "We zetten vandaag de hoeveelheid paling uit die het Friese water van nature dragen kan. Meer paling kan hier volgens de wetenschap niet opgroeien."

Er volgen dit jaar nog meer gebieden die herbevolkt worden met jonge palingen. Deze gebieden zijn speciaal geselecteerd door de overheid. Palingen komen naar Nederland om te groeien en wanneer deze glasaaltjes tot volwassen palingen (zogenaamde schieralen) zijn uitgegroeid, keren ze terug naar de Atlantische Oceaan om in de Sargassozee voor nageslacht te zorgen.

Deze uitzet wordt mede mogelijk gemaakt door het ministerie van EZ in het kader van het Nederlandse Operationeel Programma 'Perspectief voor een duurzame visserij'. Het project wordt medegefinancierd uit het Europees Visserijfonds en het Paling Fonds en wordt gecoördineerd door Stichting DUPAN. In deze stichting werken palingkwekers, palingvissers en palinghandelaren samen om het herstel van de palingstand in Nederland te bevorderen. Tot september krijgen door deze samenwerking nog vele miljoenen jonge palingen in de Nederlandse natuur een plekje.

Noordelijke waterschappen ontvangen 6,9 miljoen euro voor pilots dijkverbetering

De Noordelijke waterschappen kunnen starten met de uitvoering van verschillende pilots om te komen tot snellere, goedkopere en toch gedegen dijkversterking. Het landelijke Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP) heeft het plan van aanpak de POV-Waddenzeedijken positief beoordeeld en € 6,9 miljoen euro beschikbaar gesteld.

Volgens de norm moet een groot deel van de Waddenzeedijk (dijkring 6) worden verbeterd. Vanuit het HWBP hebben de waterschappen de opdracht om dat sneller én goedkoper te doen. Omdat er in het Waddengebied vele ontwikkelingen spelen, lag het voor de hand om eerst een aantal zaken te onderzoeken en vast te stellen en daarna op projectniveau een verkenning te starten. Dit doen de waterschappen Hunze en Aa’s, Noorderzijlvest en Wetterskip Fryslân onder de Projectoverstijgende Verkenning Waddenzeedijken (POV-W).

Met regionale en lokale stakeholders is gekeken naar verbeteringsideeën om zo tot gedragen resultaten te komen. Dit is verwerkt in het Plan van Aanpak. Hierin komen verschillende pilots naar voren die we de komende jaren uit gaan voeren. Denk dan aan Brede Groene Dijk, Rijke Dijk of Dubbele Dijk, onderzoeken naar steen- en grasbekleding en dergelijke. Pilots die ons en de rest van Nederland informatie geven over diverse dijkverbeteringsmogelijkheden. Kijk voor een overzicht van de pilots op www.pov-waddenzeedijken.nl

Het Plan van Aanpak is goedgekeurd door het HWBP, het programmabureau van het ministerie. Tijdens een bijeenkomst met de algemeen bestuursleden van de drie Noordelijke waterschappen, kwam Richard Jorissen, directeur HWBP, persoonlijk de beschikking overhandigen. Bestuurder Bé de Winter: “Ons programmateam heeft keihard gewerkt aan een gedegen plan, dit is met deze beschikking beloond door het HWBP. We zijn erg blij dat we nu aan de slag kunnen, om samen te werken aan de waterveiligheid.”

De waterschappen Hunze en Aa’s, Noorderzijlvest en Wetterskip Fryslân voeren de POV-Waddenzeedijken uit onder de paraplu van het Hoogwaterbeschermingsprogramma. In dit programma werken Rijk en waterschappen samen om Nederland te beschermen tegen overstromingen, nu en in de toekomst.

Overstromingskaart: Wat doe jij als het misgaat in Utrecht?

Door klimaatverandering heeft Nederland steeds vaker te maken met hevige neerslag. Rivieren moeten meer water afvoeren en de zeespiegel stijgt. Hoewel we goed beschermd zijn tegen overstromingen, kan het ook in Utrecht misgaan. Wat dat betekent is te zien op de regionale overstromingskaart.

Op de regionale overstromingskaart is te zien welke gebieden getroffen kunnen worden door een overstroming. De kaart geeft daarnaast informatie over hoe je jezelf in veiligheid kunt brengen bij een dreigende overstroming en welke voorbereidingen je kunt treffen. Meer informatie is te vinden op de website en de app www.overstroomik.nl.

De regionale overstromingskaart is een uitgave van Veiligheidsregio Utrecht in samenwerking met Rijkswaterstaat, provincie Utrecht, Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden, Waterschap Amstel, Gooi en Vecht, Waterschap Vallei en Veluwe en Waterschap Rivierenland.

woensdag 16 maart 2016

Vismigratierivier Afsluitdijk stap verder

Wat het College van Gedeputeerde Staten (GS) van Fryslân betreft kan de Vismigratierivier Afsluitdijk er komen. GS gaf op 8 maart jl. haar goedkeuring aan het Provinciaal Inpassingsplan van de Vismigratierivier. Daarnaast zijn ook de vergunning voor de Natuurbeschermingswet (Nb-wet) en de ontheffing voor de Flora- en Faunawet verleend.

Om de Vismigratierivier Afsluitdijk mogelijk te maken, is een nieuw bestemmingsplan voor het gebied nodig. In dit geval een Provinciaal Inpassingsplan (PIP). Het PIP lag in juni en juli 2015 samen met de Nb-wetvergunning ter visie, gevolgd door de ontheffing voor de Flora- en Faunawet in november. In een reactienota wordt antwoord gegeven op de ontvangen zienswijzen. De reactienota maakt deel uit van de besluitvorming van Provinciale Staten over het PIP. Er zijn in totaal negen zienswijzen binnengekomen. Deze leidden niet tot aanpassingen in de drie documenten.
Johannes Kramer, gedeputeerde natuur en landelijk gebied: “Dit bringt ús wer in stapke tichterby de realisaasje van de fiskmigraasjerivier. In rivier dy’t in oplossing biedt foar de ekologyske tûkelteammen dy’t de Ofslútdyk foar de fisken foarmet. Mar ék in protte ekonomysk foardiel opleveret foar it toerisme en de wurkgelegenheid.”

Op de toekomstige plek van de Vismigratierivier wordt nu nog beroepsmatig gevist. Voor een goede werking van de Vismigratierivier is verplaatsing of beëindiging van deze activiteiten nodig. Vissers die actief zijn binnen dit gebied komen in aanmerking voor een eenmalige subsidie. De provincie Fryslân gaat hierover op korte termijn met de betreffende vissers in gesprek.

Uiterlijk 26 mei aanstaande besluiten Provinciale Staten over het PIP. Na positieve besluitvorming van PS wordt het PIP, samen met de Nb-wetvergunning en de ontheffing Flora en Fauna wet gepubliceerd en kunnen belanghebbenden die eerder een zienswijze indienden nog in beroep gaan. Naar verwachting starten eind 2016 de voorbereidingen voor de aanbesteding. Het project volgt daarbij de planning van Rijkswaterstaat die bezig is met de grootschalige versterking van de Afsluitdijk. De Vismigratierivier moet uiterlijk 2023 klaar zijn. Meer informatie: www.vismigratiervier.nl.

dinsdag 15 maart 2016

Uitzet miljoenen palingen

De uitzet van deze uitzonderlijk grote hoeveelheden jonge palingen (glasaal) in Friesland is mogelijk geworden door de sterk gestegen, natuurlijke aankomst van jonge palingen (glasaal) aan de Europese kusten. Vanaf 2010 laat de aankomst van jonge palingen aan de Europese kusten een duidelijke stijging zien. Slechte weersomstandigheden in 2015 brachten minder jonge palingen aan de kusten, maar in het seizoen 2015 - 2016 zijn de glasalen weer in enorme aantallen aangetroffen. Verwacht wordt dat er in 2016 2 tot 3 maal zoveel jonge palingen uitgezet gaan worden in vergelijk met vorig jaar.

De start van de uitzet van de jonge palingen is op donderdag 17 maart, om 09:30 uur, in Reduzum (Roordahuizum). De paling wordt uitgezet door Friese beroepsvissers en vrijwilligers van de Friese sportvisserij. Er wordt 1.000 kilo glasaal uitgezet in Friesland (en deels in Zoutkamp, Groningen). Dat zijn ongeveer 3 miljoen jonge palingen.

Naast de Friese wateren worden dit voorjaar ook jonge palingen uitgezet in Zeeland. De aantallen zijn dusdanig groot dat in alle uitzetgebieden de maximale hoeveelheden voor herbevolking worden bereikt. Deze gebieden zijn speciaal geselecteerd door de overheid. Daarmee wordt beantwoord aan recente wetenschappelijke inzichten, dat herbevolking werkt, als het in zeer grote aantallen gebeurt. Wanneer de glasalen tot volwassen palingen (zogenaamde schieralen) zijn uitgegroeid, kunnen ze vrijuit naar de Atlantische Oceaan zwemmen om in de Sargasso Zee voor nageslacht te zorgen.

De 3 miljoen glasaaltjes zijn afkomstig uit Frankrijk en gevist volgens de internationale, gecertificeerde Sustainable Eel Standard. In Reduzum wordt de glasaal uitgeladen, gewogen, gecontroleerd op kwaliteit en vervolgens gedistribueerd onder xx beroepsvissers, die de paling vervolgens op verschillende locaties uitzetten.

Het project wordt mede gefinancierd door het Paling Fonds en wordt gecoördineerd door Stichting DUPAN. In deze stichting werken palingkwekers, palingvissers en palinghandelaren samen om het herstel van de palingstand in Nederland te bevorderen.

DUPAN beheert het Duurzaam Paling Fonds(r). Naast het herbevolken van Nederlandse wateren met jonge paling, investeert de stichting vanuit dit fonds in het over de dijk helpen van paling en gericht wetenschappelijk onderzoek. Van maart tot en met juni zijn diverse uitzetprojecten van glas- en pootaal gepland.

maandag 14 maart 2016

Jongeren bedenken oplossing water- en energieverspilling

Wat doen we aan het hoge verbruik van (drink)water in raffinaderijen? En hoe kunnen raffinaderijen zorgen voor minder afvalwater naar zee? Waar kunnen zij restwarmte uit het raffinageproces voor gebruiken? Dit was de uitdaging voor de deelnemers van de Nationale Sci-tech Challenge die gisteren plaatsvond in de Science Tower van het Erasmus Centre for Entrepreneurship in Rotterdam.

Zo'n veertig leerlingen van zeven verschillende Nederlandse scholen zochten een passende en realistische oplossing voor het vraagstuk. Wat is de meest efficiënte manier om gebruik te maken van restwarmte en overtollig energie? De oplossing is niet alleen belangrijk voor de raffinaderij. Ook de omwonenden van de raffinaderij moeten er baat bij hebben. De oplossing moet gedurende het hele jaar toepasbaar zijn. Deskundigen van ExxonMobil schoten de leerlingen te hulp waar nodig. Zij beantwoordden vragen en adviseerden de jongeren over hun ideeën.

Vijf leerlingen van het Willem van Oranje College uit Waalwijk kwamen dankzij hun doorzettingsvermogen en goede samenwerking tot een uitstekende oplossing en werden daarmee de winnaars van de nationale Sci-tech Challenge. Max van Alphen, Bram Biemans, Wessel van Boxtel, Robbert Mouthaan en Bart Smits bedachten een milieuvriendelijkere raffinaderij door middel van een zelfvoorzienend systeem waarin water wordt hergebruikt en kosten gereduceerd. De stoom die in het huidige proces verloren gaat, wordt in het idee van de leerlingen gebruikt om energie op te wekken en olie te verwarmen. Daarna koelt de stoom af waardoor het weer water wordt. Het ongebruikte water wordt verkocht en kan op lange termijn zelfs winst opleveren.

Het winnende team wist zich hiermee automatisch te kwalificeren voor de online voorronde voor de Europese Finale op 14 en 15 maart. Tijdens de online voorronde moeten alle winnende teams opnieuw tot de meest creatieve oplossing komen voor een nieuwe internationale Challenge. De drie beste teams uit Europa mogen dan op 25 mei in Brussel uitvechten wie de uiteindelijke winnaar wordt tijdens de Grand Finale bij het Europees Parlement.

Op de tweede plaats eindigden de leerlingen van het Hoeksch Lyceum uit Oud-Beijerland. Leerlingen van het Ichthus college uit Veenendaal eindigden als derde. Alle andere teams hebben ook hun beste beentje voor gezet. Zij gingen dan ook naar huis met een certificaat en een aandenken.

De volgende scholen namen deel aan de Nationale Challenge: Willem van Oranje College in Waalwijk, Hoeksch Lyceum in Oud-Beijerland, Da Vinci college Leiden, Bredero college Breda, CSG Calvijn College in Rotterdam, Helinium College in Hellevoetsluis en Ichthus college in Veenendaal.

vrijdag 11 maart 2016

Feestelijke opening Nijmeegs stadseiland en rivierpark in de Waal

Na drie jaar graven en bouwen aan de dijkverlegging is het zover: Nijmegen heeft een rivierpark met een stadseiland in de Waal. Op 28 maart (Tweede Paasdag) kunnen Nijmegenaren en andere belangstellenden uitgebreid kennis maken met dit nieuwe hart van de stad. Het eiland Veur Lent, de Spiegelwaal en de kade Lentse Warande bieden die dag diverse activiteiten zoals rondleidingen, paaseieren zoeken, fitness en watersporten. Op een festivalmarkt onder de Waalbrug is informatie, vermaak en smaakvolle horeca te vinden. ’s Avonds zet een filmische watershow de Spiegelwaal vol in het licht.

Met deze ‘housewarming’ wordt het projectgebied van ‘Ruimte voor de Waal’ terug gegeven aan de inwoners van Nijmegen en Lent. Eind maart draagt aannemerscombinatie i-Lent het beheer van het gebied over aan de gemeente Nijmegen, Rijkswaterstaat en het waterschap Rivierenland. Met het graven van een nevengeul voor de Waal en het verleggen van de dijk is een langgerekt eiland ontstaan tussen de oude Nijmeegse binnenstad en het nieuwe stadsdeel Waalsprong. Het nieuwe rivierpark biedt diverse mogelijkheden voor natuur en cultuur, recreatie en (water)sport. Op 28 maart is daarvan een voorproefje te beleven.

Van 12.00 tot 17.00 uur is er een gevarieerd programma voor jong en oud. Onder de Verlengde Waalbrug biedt een festivalmarkt naast leuke attracties ook informatie over het project ‘Ruimte voor de Waal’ en over het dagprogramma. Er is ook een preview van andere evenementen op de Nijmeegse kalender van 2016, zoals de Giro d’Italia en de 100e Vierdaagse. De openingsdag wordt ’s avonds op de Spiegelwaal afgesloten met een spetterende show, speciaal geproduceerd voor Nijmegen door de beroemde Franse lichtkunstenaars van Les Orpailleurs de Lumière. Iedereen is van harte welkom het spektakel vanaf 20.30 uur op de Lentse kade te komen beleven.

Het project ‘Ruimte voor de Waal’ maakt deel uit van het landelijke programma ‘Ruimte voor de Rivier, dat als doel heeft het Nederlandse rivierengebied beter te beschermen tegen hoogwater. Nijmegen heeft zich sterk gemaakt om met deze rivieringreep ook de stedelijke kwaliteit van het gebied te vergroten. Dat heeft een uniek rivierpark met een eiland in de Waal opgeleverd. De inrichting daarvan vindt de komende jaren plaats. Er komt woningbouw op een deel van het eiland, evenals een klein evenemententerrein en enkele horecalocaties. Een aantal verenigingen zoekt samen met de gemeente en Rijkswaterstaat naar mogelijkheden voor watersport. Ook zal komende tijd al ruimte worden gegeven aan tijdelijke initiatieven voor onder andere kunst en recreatie.

donderdag 10 maart 2016

Scheepvaartzaken bij rechtbank Rotterdam

De rechtbank Rotterdam krijgt straks de exclusieve bevoegdheid om recht te spreken in scheepvaartzaken. Dit staat in een wetsvoorstel van minister Van der Steur van Veiligheid en Justitie waarmee de ministerraad heeft ingestemd. De maatregel draagt bij aan de kwaliteit van de rechtspraak en geeft uitvoering aan een in gerechtelijke kringen en ook daar buiten al langer bestaande wens. 

Bij scheepvaartzaken - die ook wel “natte zaken” worden genoemd - gaat het onder meer om het vervoer van goederen over zee of over de binnenwateren, de exploitatie van een zee- of binnenschip en aanvaringen.

De rechtbank Rotterdam beschikt over juridische en inhoudelijke deskundigheid op het terrein van de scheepvaart en geniet een goede reputatie op dit gebied. Zo wordt in handelscontracten, gesloten tussen Nederlandse partijen, de Rotterdamse rechtbank vanwege haar expertise regelmatig als forum opgenomen. Het betreft een zeer specialistisch rechtsgebied.

Daarnaast vormt de aanwezigheid van reders, stuwadoors, cargadoors, scheepsbouwers en gespecialiseerde advocatenkantoren een argument ten gunste van concentratie bij de rechtbank Rotterdam. De verwachting is dat behandeling door gespecialiseerde rechters zal bijdragen aan de efficiency van de procesgang.

De ministerraad heeft ermee ingestemd het wetsvoorstel voor advies aan de Raad van State te zenden. De tekst van het wetsvoorstel en van het advies van de Raad van State worden openbaar bij indiening bij de Tweede Kamer.

woensdag 9 maart 2016

Eerste bruginspectie met drone in Alkmaar

Een drone inzetten voor de inspectie van bruggen? De provincie Noord-Holland nam de proef op de som. Op 8 maart 2016 deed de provincie voor het eerst een bruginspectie met een drone bij de Nollenbrug in Alkmaar/Heerhugowaard.

Bruggen worden regelmatig geïnspecteerd om te kijken of er schade is. Dit wordt normaal gesproken uitgevoerd door inspecteurs met behulp van vaartuigen, hoogwerkers, ladders of steigers.
Gedeputeerde Elisabeth Post: “Dit levert vaak hinder op voor de (vaar)weggebruikers, omdat de rijbaan of vaarweg moet worden afgezet. Met dit experiment onderzoekt de provincie of bruginspectie met een drone een slim alternatief is voor traditionele inspectiemethoden.”

Uit de proef moet blijken of drones dezelfde, kwalitatief goede schadebeelden kunnen vastleggen als een inspecteur. Er wordt bekeken of het sneller gaat waardoor de inspecties minder verkeershinder veroorzaken. Ook wordt er getoetst of de drones plekken onder bruggen kunnen bereiken, die normaal gesproken niet of nauwelijks toegankelijk zijn. De resultaten van het experiment worden eind april 2016 verwacht.

dinsdag 8 maart 2016

Eén op de drie Amsterdammers zwemt in stadswater

Eén op de drie Amsterdammers (37 procent) zwemt in open water in de stad, en één op de twintig Amsterdammers (5 procent) zwemt in de grachten. Dat blijkt uit onderzoek dat onderzoeksbureau OIS (Onderzoek, Informatie en Statistiek) heeft uitgevoerd in opdracht van wethouder Udo Kock (Waterbeheer). Het bureau deed onderzoek naar waterrecreatie van Amsterdammers. Dit omdat Amsterdam nieuwe zwemplekken o.a. in de Amstel creëert.

Het meest wordt gezwommen in het Nieuwe Meer en bij stadsstrand IJburg (beide 10 procent). Ook wordt er gezwommen in de Amstel en op andere plekken langs het IJ (beide 8 procent). Vies water is de voornaamste reden om ergens niet te gaan zwemmen.
Amsterdam werkt aan meer waterrecreatie- en zwemplekken in de stad, onder andere langs en in de Amstel en bij de Sloterplas.

Wethouder Udo Kock (Waterbeheer):’Amsterdammers houden van het water in hun stad. Zwemmen en andere vormen van waterrecreatie worden steeds populairder. Zonder de veiligheid uit het oog te verliezen gaan we ervoor zorgen dat er op meer plekken gezwommen kan worden in stadswater, zoals in de Amstel.’

Er zijn nu negen officiële zwemplekken in Amsterdam en er wordt op meer dan 40 niet-officiële plekken in het stadswater gezwommen. Het Amsterdamse grachtenwater wordt steeds schoner maar is geen officieel zwemwater, en zwemmen in de grachten kan gezondheidsklachten tot gevolg hebben. Net als zwemmen op andere niet-officiële zwemplekken in de stad, in de stadsrivieren, meren en plassen.

De waterkwaliteit is nog nooit zo goed geweest en is de afgelopen jaren verbeterd o.a. door verplaatsing van rioolwaterzuivering naar het Westelijk Havengebied en aansluiting van woonboten op riolering.

Drie op de tien Amsterdammers hebben ideeën als het gaat om verbetering van de waterrecreatie in de stad. Meer mogelijkheden om te zwemmen, betere stadsstranden en schoner water worden daarbij vaak genoemd.

maandag 7 maart 2016

Waterschap Rivierenland start volledige renovatie van gemaal De Vlinder in Deil

In opdracht van het waterschap is aannemer De Kuiper Noordeloos B.V. gestart met de volledige renovatie en capaciteitsuitbreiding van het gemaal De Vlinder, gelegen aan de Molenweg/Appeldijk in Deil. Tevens wordt een nieuwe persleiding aangelegd en een 10 meter diep kwelscherm geplaatst. De werkzaamheden duren tot medio oktober 2016.

Het gemaal verpompt het water van de Linge naar het achterland. De betonnen constructie stamt nog uit de jaren ’60. Volledige betrouwbaarheid kon niet meer worden gegarandeerd. De capaciteit van het gemaal wordt vergroot door het toepassen van twee nieuwe elektrische pompen. Dit is noodzakelijk gezien de belangrijke functie van het gemaal tijdens nachtvorstbestrijding.

De locatie van het gemaal is onderdeel van verschillende wandel- en fietsroutes. Tijdens de Rode Kruis Bloesemtocht worden aanpassingen gedaan om de toegankelijkheid van de Lingedijk op de Appeldijk mogelijk te maken. Direct grenzend aan het gemaal ligt de molen de Vlinder, een rijksmonument. Bezoekers bereiken de molen vanaf de Molenweg via een speciaal aangelegde ‘trap’ en houten brug. In het bestek is opgenomen dat recreanten en bewoners geen hinder mogen ondervinden tijdens de werkzaamheden.

vrijdag 4 maart 2016

Aanbrengen slib zijtak Twentekanaal grotendeels gereed

De werkzaamheden op de zijtak van het Twentekanaal verlopen voorspoedig. Op het gehele traject vanaf Bornerbroek tot en met Windmolenbroek is een extra laag slib aangebracht. Alleen aan het begin, ter hoogte van recreatieplas Het Grasbroek, ontbreekt deze extra laag nog. We hebben voor dat traject nog niet de benodigde hoeveelheid kwalitatieve slib.

De afgelopen maanden waren erg nat. Daarom konden we geen zorgvuldige metingen doen en niet beoordelen of het grondwaterpeil voldoende zakt. Door de vele regen laten alle peilbuizen een stijging zien van het grondwater. De peilbuizen dichtbij het kanaal laten echter vanaf eind november 2015 een minder grote stijging zien. Dit zou goed kunnen duiden op een positief effect van het aanbrengen van de extra laag slib.

donderdag 3 maart 2016

Tracébesluit vastgesteld Nieuwe Sluis Terneuzen

Minister Schultz van Haegen van Infrastructuur en Milieu heeft het Tracébesluit vastgesteld voor de Nieuwe Sluis in Terneuzen. Met de bouw van de Nieuwe Sluis verbetert de toegang naar de havens van Terneuzen en Gent. De capaciteit van het sluizencomplex wordt aanzienlijk groter, waardoor de wachttijden verbeteren. Het gaat om een cruciale schakel op de toekomstige as Rotterdam-Parijs, via de Seine-Scheldeverbinding.

De Nieuwe Sluis bij Terneuzen is een Nederlands-Vlaams project, uitgevoerd door de Vlaams-Nederlandse Scheldecommissie. In februari vorig jaar tekenden minister Schultz en haar Vlaamse collega minister Weyts van Mobiliteit en Openbare Werken het Verdrag voor de aanleg van de nieuwe sluis met daarin politieke, juridische en financiële afspraken.  Het Verdrag is inmiddels door beide parlementen goedgekeurd en gaat in op 1 maart 2016.

Ben Weyts, de Vlaamse minister van Mobiliteit en Openbare Werken, deelt het enthousiasme van minister Schultz: “Vlaanderen en Nederland werken samen aan een Nieuwe Sluis die schepen tot 120.000 ton vrije doorvaart geeft naar de Haven van Gent. Terneuzen staat voor een metamorfose: de Nieuwe Sluis wordt 2,5 meter dieper, 15 meter breder en 137 meter langer. Een ambitieus investeringsproject met veel lef en nog meer toekomst.”

Het kanaal Gent-Terneuzen is een belangrijke schakel in de scheepvaartverbinding tussen Nederland, België en Frankrijk. De Nieuwe Sluis wordt gerealiseerd binnen het huidige sluizencomplex van Terneuzen. In het Tracébesluit staat een gedetailleerde uitwerking van de gekozen ligging van de sluis. Het Tracébesluit ligt tussen 15 maart en 25 april ter inzage. De aanbesteding vindt plaats als de minister het uitvoeringsbesluit heeft genomen.

Nederland levert volgens het Verdrag een vaste bijdrage van 188 miljoen euro voor de realisatie. Vlaanderen betaalt de rest van de werkelijke kosten. De totale kosten voor aanleg en 30 jaar beheer en onderhoud worden geraamd op 1,14 miljard euro. Voor het project is 48 miljoen euro Europese subsidie (Connecting Europe Facility) toegezegd.

woensdag 2 maart 2016

Duurzame glastuinbouw stap dichterbij dankzij Fries samenwerkingsproject

Samen met Easymeasure en Waterwaves test het Centre of Expertise Water Technology (CEW) momenteel een niet eerder toegepaste technologie om restwater uit de glastuinbouw te zuiveren van gewasbeschermingsmiddelen. Met de ingebruikname van een proefinstallatie in het Waterapplicatiecentrum (WAC) in Leeuwarden ging het project ‘Zuivering Spuiwater Glastuinbouw Berlikum’ op 18 februari van start. Vandaag, op 29 februari, worden de eerste tests uitgevoerd. Het betreft hier een samenwerking tussen LTO Glaskracht Nederland, LTO Noord, de gemeente Menameradiel, Wetterskip Fryslân, Easymeasure BV, Water Waves BV en het CEW. De provincie Fryslân ondersteunt dit project in het kader van de paragraaf innovatieprojecten uit de subsidieregeling economie, recreatie en toerisme Fryslân.

De aanleiding voor het project is de zuiveringsplicht voor restwaterstromen uit de glastuinbouw per 1-1-2018. Deze is vastgelegd in het hoofdlijnenakkoord dat onlangs werd afgesloten door de glastuinbouwsector en andere partijen. De zuiveringsplicht houdt in dat tuinders de gewasbeschermingsmiddelen voor 95% uit het restwater moeten verwijderen. Met de conventionele technieken betekent dit voor individuele tuinders een grote investering. 

Het doel van het spuiwaterproject is om de zuiveringskosten voor individuele tuinders te beperken met behulp van innovatieve technologie en door te streven naar een collectieve voorziening. Zo levert het project een bijdrage aan een gezonde en duurzame ontwikkeling van de glastuinbouw in Berlikum en daar buiten. LTO Noord en LTO Glaskracht Nederland zijn daarom mede initiatiefnemers van dit project, waarvoor landelijk al belangstelling is getoond. De technologie die gebruikt wordt is gebaseerd op een nieuwe variant van de Fentonreactie, waarbij gewasbeschermingsmiddelen worden afgebroken onder invloed van een oxidatiemiddel (waterstofperoxide) en ijzerdeeltjes in het water. De ambitie van de projectgroep is om door middel van het nieuwe concept de kosten voor verwijdering van gewasbeschermingsmiddelen met 50% te reduceren.

Het Centre of Expertise Water Technology (CEW) in Leeuwarden voert als praktijkgerichte onderzoeksinstelling samen met Easymeasure en Waterwaves de testen uit. De gemeente Menameradiel en Wetterskip Fryslân zijn bij het project betrokken omdat het restwater van de glastuinbouw via het gemeentelijk riool in de afvalwaterzuiveringsinstallatie (rwzi) van Wetterskip Fryslân terecht komt.

Wanneer alles volgens planning verloopt, wordt er medio 2016 een grote proefinstallatie geplaatst bij een van de glastuinders in Berlikum. Bij een goede werking zal de voorgestelde techniek door Water Waves gebouwd en vermarkt gaan worden.

dinsdag 1 maart 2016

Waarom waterdieren stikken in warm water

De vraag waarom waterdieren sterven als de watertemperatuur stijgt, leek tot nu toe een onoplosbaar kip-ei-probleem. Gaan ze dood omdat ze te weinig zuurstof kunnen opnemen, of nemen ze te weinig zuurstof op omdat ze om andere redenen doodgaan? Ecologen van de Radboud Universiteit en Cardiff University hebben nu antwoord: warm water jaagt de zuurstofbehoefte zo sterk aan, dat de dieren sterven aan ademnood.

Onze aarde – en dus ook het aanwezige water – wordt steeds warmer. Dat heeft gevolgen voor de groei van waterplanten en de afbraak van organisch materiaal, maar het leidt ook tot ademnood bij waterdieren. Dat bleek uit recent onderzoek naar de effecten van watertemperatuur en het zuurstofgehalte op de groei en overleving van dieren.

‘Helaas bestond dat eerder onderzoek ofwel alleen uit experimenten in het lab waarbij extreme temperaturen worden gehanteerd, ofwel uit globale veldstudies’, aldus Wilco Verberk, aquatisch ecoloog aan de Radboud Universiteit. In de huidige studie met het team in Cardiff koppelde hij labexperimenten aan unieke datasets van English Environmental Agency en Natural Resources Wales met meer dan 200.000 gekoppelde metingen aan watertemperatuur, zuurstofgehalte én het voorkomen van de dieren zelf.


Uit studies kwam duidelijk naar voren dat de maximale temperatuur waarin dieren in het lab overleven wel 3 tot 5 graden lager ligt in water dat heel weinig zuurstof bevat. In het veld werden in water dat weinig zuurstof bevat al sterke effecten gevonden van een stijgende watertemperatuur van 2 graden.

Een slechte zuurstofhuishouding versterkt dus de negatieve effecten van opwarmend water en deze effecten lijken minstens zo sterk, zo niet sterker, in het veld als in het lab. Verberk: ‘Warm water verhoogt de zuurstofbehoefte in waterdieren. Tegelijkertijd is ademhalen onder water lastig door de lage oplosbaarheid van zuurstof, wat het moeilijk maakt om aan de zuurstofbehoefte te voldoen. Deze data laten zien dat dit mechanisme ook al optreedt bij een vrij milde opwarming, waarschijnlijk omdat ze dan al problemen krijgen om voldoende zuurstof op te nemen voor de groei of de reproductie.’

Het onderzoeksteam met Verberk onderzocht twee soorten eendagsvliegen die algemeen voorkomen in Noordwest Europa en in ons land in Limburg en in schone beken op de Veluwe: de groene eendagsvlieg of Ephemera danica en de haft Serratella ignita. Dergelijke waterinsecten spelen een belangrijke rol in het voedselweb van waterecosystemen. ‘Ik verwacht dat mijn resultaten ook geldig zijn voor andere diersoorten die met kieuwen zuurstof uit het water halen. Zij ondervinden immers allemaal hetzelfde probleem.’