woensdag 9 september 2015

'Schaliegaswinning risico's voor drinkwater'

Er zijn risico's van schaliegaswinning voor de drinkwatervoorziening. Dat blijkt uit onderzoek van KWR dat vandaag door Vewin is aangeboden aan Tweede Kamerleden. Vewin, de vereniging van waterbedrijven in Nederland, maakt zich zorgen over deze risico's. Drinkwater moet aan zeer hoge kwaliteitseisen voldoen en verontreinigingen kunnen grondwater langdurig onbruikbaar maken. Bij de bescherming van grondwater moet het voorzorgprincipe daarom leidend zijn.

Bij winning van schaliegas is er sprake van zeer grote aantallen boringen met veel transport van chemicaliën en afvalwater. De kans, dat er dan iets mis gaat is daardoor groot. Een eenmaal opgetreden verontreiniging kan grote effecten hebben. De grondwaterbronnen kunnen namelijk lange tijd niet meer geschikt zijn om daar drinkwater uit te bereiden. Drinkwaterbedrijven willen die risico's niet lopen. Dit betekent dat in ieder geval geen schaliegaswinning moet plaatsvinden in gebieden voor de drinkwatervoorziening zoals grondwaterbeschermingsgebieden, intrekgebieden, boringvrije zones en strategische reserves. Wet- en regelgeving (Mijnbouwwet en Structuurvisie Ondergrond) moet daarvoor worden aangepast. In overige, niet uitgesloten gebieden, moet altijd de kwaliteit van het grondwater, zowel diep als ondiep, gemonitord worden.

KWR heeft onderzoek gedaan naar faalkansen, effecten, risico's en de manier van monitoring bij het boren naar schaliegas. In de VS wordt geschat dat het aantal schaliegasputten met gaslekkage op termijn kan oplopen tot 40% in delen van Pennsylvania. Er is ook gekeken hoe vaak in de Verenigde Staten vermorsingen en lekkages voorkomen. In maximaal 4% van de gevallen blijkt boorvloeistof, olie of vervuild water te worden gemorst. Bij blowouts (ongecontroleerd vrijkomen van gassen en/of vloeistoffen) kunnen zelfs miljoenen liters vervuild water in het grondwater terecht komen. Ook in de boorputten kan het volgens KWR misgaan wanneer de cementering van de buiswand niet goed is. De vervuiling bij boorputten blijkt zich in ongeveer 2% van de gevallen voor te doen. Hoewel de percentages relatief laag zijn, zijn de gevolgen voor de drinkwaterlevering mogelijk groot.

Het onderzoek leidt tot de conclusie dat met monitoring beter gekeken moet worden of er verontreiniging van het grondwater optreedt. De huidige manier van monitoren van grondwater bij booractiviteiten, is nog onvoldoende. De monitoring richt zich namelijk op verontreinigingen die ontstaan aan het maaiveld zoals vermorsingen. Er moet ook in het diepere, voor de drinkwatervoorziening relevante grondwater gekeken worden of er geen lekkages vanuit de boorputten zijn opgetreden. Ook na sluiting van de putten is monitoring noodzakelijk. Met een nulmeting moet bovendien de situatie vóór de schaliegaswinning worden vastgelegd. Dit is nodig om te kunnen bepalen of er door schaliegaswinning verontreinigingen zijn opgetreden. Daarom wil Vewin dat de eisen voor monitoring in de Mijnbouwwet vastgelegd worden.

Waddenfonds investeert in verziltingprojecten

Door het stijgen van de zeespiegel in de Waddenzee en door bodemdaling krijgt de landbouw in het Waddengebied steeds meer te maken met grondwater dat zout is. Het Waddenfonds ondersteunt twee projecten die de landbouw helpen om de verziltingproblemen het hoofd te bieden.

Het Dagelijks Bestuur van het Waddenfonds investeert € 918.925,-- in Spaarwater II. In het kader van dit project wordt samen met agrariërs onderzocht hoe slimmer omgegaan kan worden met zoet water. Door zoet water ondergronds op te slaan en door handig gebruik te maken van drainagesystemen wordt gezorgd voor een betere benutting van het kostbare zoete water in gebieden waar het grondwater zouter wordt. Ook worden irrigatietechnieken getest, die moeten leiden tot een zuinig gebruik van zoet water, met name in de aardappelteelt.

Het onderzoek van Spaarwater II vindt plaats op zes verschillende locaties in de provincies Groningen, Friesland en Noord-Holland. Plaatselijk worden akkerbouwers nauw bij het onderzoek betrokken. Op die manier leren ze de ontwikkelde technieken tegen verzilting toe te passen op het eigen bedrijf. De effecten van de maatregelen zullen niet alleen op bedrijfsniveau maar ook op regionale schaal worden beoordeeld. Spaarwater II gaat eveneens onderzoeken of met ondergrondse opslag van zoet water bepaalde ziekten zoals bruinrot kunnen worden bestreden.

Het Waddenfonds kent ook € 354.841,-- toe aan het project Zilte Aardappelketen in de Waddenregio. Dit project richt zich juist op het benutten van het zouter worden van het grondwater. Eerder is al aangetoond dat bepaalde aardappelrassen prima kunnen groeien onder zilte omstandigheden. Voor het Waddengebied wordt nu specifiek een verdere ontwikkeling van de teelt van zilte aardappelen onderzocht. ,,Landbouw is voor de Waddenregio een belangrijke economische sector’’, aldus voorzitter Klaas Kielstra van het Waddenfonds. ,,Ik ben dan ook erg tevreden dat wij de landbouw kunnen helpen bij het zoeken naar oplossingen voor de verziltingproblemen waar de landbouw steeds vaker mee te maken krijgt.’’

Zilte Aardappelketen in de Waddenregio beoogt eveneens de export van de ontwikkelde teelttechnieken te vergroten. Daarbij worden vooral de exportmogelijkheden onderzocht naar gebieden in de wereld die ook te maken hebben met verziltingproblemen. In Pakistan zijn de eerste proeven inmiddels gestart.

dinsdag 8 september 2015

Overstromingen in Amsterdam-Zuid na gesprongen waterleiding

Door een gesprongen waterleiding aan de Van der Boechorststraat in Amsterdam-Zuid, zijn daar dinsdagochtend verschillende straten helemaal ondergelopen. Delen van het nabij gelegen VU-ziekenhuis staan onder water. Het ziekenhuis heeft daarom in  sommige delen de stroom afgesloten om kortsluiting te voorkomen. Zeker 22 patiënten van de intensive care worden geëvacueerd. Via Twitter laat het ziekenhuis weten dat alle acute afdelingen, inclusief de polikliniek, gesloten zijn.

Minister ondertekent akkoord zoetwatervoorziening

Minister Schultz van Haegen (Infrastructuur en Milieu) heeft op maandag 7 september haar handtekening gezet onder een overeenkomst met regio Oost om samen de beschikbaarheid van zoetwater voor de lange termijn veilig te stellen. In regio Oost kan de schop nu de grond in voor het uitvoeren van maatregelen en projecten uit het werkprogramma Zoetwatervoorziening hoge zandgronden.

In de regio’s Oost en Zuid Nederland liggen de hoge zandgronden. Hier is slechts een beperkte aanvoer van water mogelijk. Dit deel van Nederland is dus met name afhankelijk van regenwater. Nu al kennen we perioden met ernstige droogte. De klimaatverandering maakt het zuinig omgaan met water en zoveel mogelijk water vasthouden alleen maar groter. Daarom zet Oost-Nederland in op onder andere zuinig watergebruik, voorraadvorming in de bodem, aanpassing van bedrijfsvoering in de landbouw en natter maken van natuurgebieden.

In de regio Oost ondertekenden 112 partijen eerder zelf al de bestuursovereenkomst Zoetwatervoorziening Oost-Nederland. Dit zijn onder meer 4 provincies (Overijssel, Gelderland, Utrecht en Drenthe), de 5 betrokken waterschappen, bijna 80 gemeenten, terreinbeheerders, verenigingen voor particuliere grondeigenaren, natuur- en milieufederaties en de landbouw en tuinbouworganisatie. Ook drinkwaterbedrijf Vitens en Waterleidingsmaatschappij Drenthe ondertekenden de bestuursovereenkomst. “Het draagvlak om de plannen uit te voeren is dan ook zeer groot,” vertelt Gedeputeerde Bert Boerman van provincie Overijssel en tevens voorzitter van het Regionaal Bestuurlijk Overleg (RBO) Rijn-Oost, dat zich bezig houdt met het project zoetwatervoorziening Oost-Nederland. “Alle partijen steunen de plannen en willen in dit programma investeren. Door deze gezamenlijke aanpak kunnen we ons watersysteem klimaatbestendig inrichten en zorgen voor een goede balans tussen het voorkomen van wateroverlast en behouden van voldoende water in droge perioden.”

“Zoetwater is van levensbelang voor de economie en leefbaarheid van ons land. 17 procent van ons bruto nationaal product wordt verdiend met zoetwater. Water is van ons allemaal en ik ben dan ook blij met de voortvarende wijze waarop bestuurders, bedrijfsleven en andere partijen in de regio’s met ons samenwerken. Ik bespeur bij iedereen veel energie om de plannen uit te voeren”, aldus minister Schultz.

De bestuursovereenkomst met regio Oost is één van de zes overeenkomsten die de minister met de zoetwaterregio’s sluit. Na het vorig jaar gepresenteerde Deltaprogramma kunnen de regio’s nu daadwerkelijk aan de slag met de uitvoering van de verschillende zoetwatermaatregelen.

Het totaal aan investeringen voor de maatregelen uit het Deltaplan Zoetwater bedraagt 365 miljoen euro voor de periode 2016 tot 2021. Hiervan komt 150 miljoen euro uit het Deltafonds. De regio Oost investeert de komende zes jaar 114 miljoen euro in zoetwatermaatregelen. Hiervan dragen de regionale partners een bedrag van 87 miljoen euro zelf bij.

maandag 7 september 2015

Vervuiling door zware metalen leidde 415 miljoen jaar geleden tot misvormingen en massaal uitsterven in de oceanen

Tijdens een reeks oeroude biologische crisissen stierf tot 85 procent van de ongewervelde zeedieren uit. Uit onderzoek van misvormd fossiel plankton blijkt dat de oorzaak daarvan, ten minste gedeeltelijk, te vinden is in vervuiling door zware metalen.

Het Ordovicium en het Siluur (ca. 485 tot 420 miljoen jaar geleden) waren cruciale momenten in de evolutie van het leven op Aarde. In opeenvolgende korte periodes stierf uiteindelijk tot 85% van de mariene ongewervelde dieren uit, maar de oorzaak voor die sterfte bleef lange tijd ongekend.

Een internationaal team, geleid door Thijs Vandenbroucke (gastprofessor aan de UGent en onderzoeker bij het Franse CNRS) en Poul Emsbo (US Geological Survey), zocht naar de oorzaak van de misvormingen die systematisch voorkomen bij fossiel plankton dat dateert uit de aanvangsfases van die herhaalde periodes van massale sterfte.

In een artikel in het tijdschrift Nature Communications wijzen de wetenschappers op een sterk verhoogde concentratie aan zware metalen, zoals ijzer, lood en arsenicum, in fossiel materiaal van misvormd marien plankton uit het laat Siluur (415 miljoen jaar geleden). Van dit soort metalen staat vandaag vast dat ze heel toxisch kunnen zijn, en misvormingen in mariene organismes kunnen veroorzaken. De onderzoekers leidden daaruit af dat vervuiling door zware metalen de oorzaak was van de misvormingen in het oeroude plankton, en dus waarschijnlijk ook aan de basis lag van de uitstervingsfase die op ongeveer het zelfde moment aanving.

Dat dergelijke misvormde planktonfossielen uit de aanvangsfases van de periodes waarin ongewervelden uitstierven, herhaaldelijk en quasi systematisch gevonden worden, leidt tot de intrigerende mogelijkheid dat vervuiling door metalen en hun verspreiding doorheen zuurstofarme watermassa’s kan hebben bijgedragen tot vele, indien niet tot elk van deze catastrofale sterfteperiodes in de Paleozoïsche oceanen.

vrijdag 4 september 2015

Universiteit Gent brouwt bier met afvalwater

De faculteit Bio-ingenieurwetenschappen van de UGent brouwde het speciale bier ter gelegenheid van het eerste wereldwijde congres over hergebruik van grondstoffen uit waterige stromen, dat op 1 september doorgaat in Gent in aanwezigheid van provinciegouverneur Jan Briers. Geïnspireerd door de focus van het congres gebruikten de onderzoekers niet zoals gewoonlijk leidingwater, maar werd afvalwater van de brouwerij gezuiverd en gebruikt als brouwwater. Het resultaat is een lekker blond bier van hoge gisting.

Bier brouwen ter gelegenheid van een congres is niet nieuw voor de organisatoren, maar bier brouwen met afvalwater is dat wel. “Zo gaven we vorig jaar reeds een fles zelfontworpen bier aan de deelnemers van een congres over de wiskundige modellering van waterzuivering. Omdat het congres dit keer specifiek over hergebruik van grondstoffen uit waterige stromen gaat, wilden we een stap verder gaan”, zegt professor Ingmar Nopens, voorzitter van Centre Environmental Science and Technology van de faculteit Bio-ingenieurswetenschappen.

'Als uitgangspunt gebruikten we afvalwater van de nieuwe Gentse stadsbrouwerij De Wilde Brouwers', legt Nopens uit. 'Dat hebben we opgezuiverd met behulp van membranen, een volwaardige technologie in de watersector die onder meer gebruikt wordt om zeewater te ontzouten tot drinkbaar water in streken met een nijpende waterschaarste, zoals het Middellandse Zeegebied, Californië, Australië en het Midden-Oosten. Het water had nadien nog enkele aanpassingen nodig, zoals het terug oplossen van een aantal mineralen, maar was vervolgens onmiddellijk bruikbaar als brouwwater. Conform de wetgeving werd de kwaliteit onderzocht en goedgekeurd door een geaccrediteerd drinkwaterlabo. De rest van het brouwproces houdt voor ons Belgen geen geheimen meer in, los dan van het recept, dat een geheim blijft tussen ons en De Wilde Brouwers.'

Het doel van dit specifieke bier is tweeledig. Enerzijds willen de makers aantonen dat veel technologieën voor hergebruik van grondstoffen al volwaardig en beschikbaar zijn. Er zijn geen futuristische of magische apparaten voor nodig, een slim gebruik van bestaande technieken is veelal voldoende. Het toepassen van hergebruik hier vereist vooral een mentaliteitswijziging bij de industrie, die slimmer moet gaan nadenken over de processen en materialen. Grondstofrecuperatie vergt uiteraard een inspanning en economische afweging op lange termijn. Maar in veel gevallen, zoals bijvoorbeeld water, zal de druk op de beschikbaarheid gestaag toenemen in de komende jaren. Hergebruik is hierbij een van de mogelijke pistes die we kunnen bewandelen.

Anderzijds willen ze de menselijke perceptie op de proef stellen. Hoe staan mensen tegenover producten die vervaardigd zijn uit gerecupereerde grondstoffen? 'Dit is een belangrijke sociale factor die vaak vergeten wordt wanneer we aan hergebruik van grondstoffen denken en die het welslagen ervan sterk zal bepalen”, zegt Nopens. “Het feit dat dit bier op het congres geschonken wordt, aan wetenschappers die het proces van opzuivering goed kennen, maakt het des te interessanter. We willen hierbij de slogan van de Universiteit Gent alle eer aandoen: Durf Denken! We willen mensen aanzetten na te denken over dit soort zaken in een bredere context.'

Belangrijke redenen voor hergebruik zijn eenvoudig te bedenken. Iedereen weet dat de fossiele brandstoffen deze eeuw uitgeput zullen raken, ook al handelen we er nog niet naar. Daarom zullen op het congres duurzame initiatieven gepresenteerd worden om de energie uit afvalwater terug te winnen, zowel rechtstreeks (restwarmte uit sanitair water) als onrechtstreeks (biogas-productie). Maar er zijn ook andere en soms meer nijpende tekorten aanwezig. Zo zullen binnen 60 à 70 jaar onze fosformijnen uitgeput zijn, terwijl dit een belangrijk mineraal is in bijvoorbeeld meststof en een tekort dus tot voedselschaarste kan leiden. En dat terwijl fosfor gewoon in ons afvalwater terecht komt na consumptie.

Een ander voorbeeld is water. Nopens: 'Weinig mensen beseffen het, maar Vlaanderen is een risicogebied voor waterschaarste. In Wulpen bij Koksijde staat echter een waterzuivering die net doet wat wij imiteerden; rioolwater wordt er klassiek gezuiverd, daarna met membranen gefilterd en sijpelt vervolgens in de duinen om er de voorraad grondwater aan te vullen. Datzelfde grondwater wordt later opgepompt en verder gezuiverd tot drinkwater. Dit was destijds een wereldprimeur, hoewel we er als Vlaming vaak te bescheiden over zijn.'

Het sewer to brewer-bier is dus eigenlijk geen onlogische stap, al moeten sommigen wellicht wennen aan het idee. 'Maar anderzijds kan dit in de toekomst wel de keiharde realiteit worden als we niet nu gaan nadenken over onze waterconsumptie en de duurzaamheid van onze huidige watervoorziening', stelt Nopens. 'Met het gerecycleerde bier willen we dit debat stimuleren en komt dit hopelijk ook op de politieke agenda. Want het is vijf voor twaalf, hoewel weinigen dat lijken te beseffen. Laat ons dus ons hoofd niet dieper in het zand steken als het grondwaterpeil zakt, maar bovengronds draagvlak creëren voor een open debat en een duurzame strategie uitwerken voor de volgende generatie.'

donderdag 3 september 2015

Eindelijk weer terug in het hok na meer dan 50 jaar

Vanaf 1902 tot ongeveer in de jaren vijftig stond het groen-wit geverfde eendenhuis op de kop van de kinderboerderij De Hofstede in Assen, nog net niet in het water. Eenden verbleven er en broedden er hun eieren uit. Er zijn nog foto` s van en de wat oudere mensen onder ons zullen dit karakteristieke miniatuurverblijf beslist nog herkennen. Vanaf de jaren vijftig, misschien begin 1960 verloor het zijn functie en kwam het achter en onder de rododendronsstruiken te liggen. Om weg te rotten.

Het was Koen Turksma, medewerker van de kinderboerderij een doorn in het oog. "Iets dat meer dan honderd jaar oud is, gooi je toch niet weg?" Tussen de bedrijven door verving hij de bodem, het onderste houtwerk en gaf het een nieuw dakje. Maar het bovenste hout aan de zijkanten is nog origineel en ook zit er goed hout van toen, nog in het dak. Ook verwerkte Koen de bruikbare nog door de smid gesmede (lange) spijkers. En zie daar, nu pronken maar! Vanaf vorige week donderdag kunnen de eerste eenden, op dezelfde plek als in 1902, weer kennis met hun zoekgewaande eendenhok maken.

woensdag 2 september 2015

Wetterskip Fryslân versterkt IJsselmeerdijk tussen Cornwerd en Makkum

Wetterskip Fryslân is eind augustus gestart met het aanbrengen van 5.000 ton breuksteen op de IJsselmeerdijk tussen Cornwerd en Makkum. De werkzaamheden zijn nodig, omdat de huidige laag breuksteen niet meer sterk genoeg is. Om verzakkingen in de toekomst te voorkomen, wordt onderaan de dijk een extra laag breuksteen aangebracht. Zo blijft de dijk sterk genoeg om het achterland te beschermen tegen hoogwater. Eind september is het werk klaar.

Vorig jaar versterkte het waterschap al het stuk IJsselmeerdijk bij Cornwerd met breuksteen. Dit jaar wordt het traject van Cornwerd tot de bebouwde kom van Makkum voorzien van een nieuwe laag. De grasstrandjes binnen de bebouwde kom van Makkum blijven ongewijzigd. De werkzaamheden worden uitgevoerd door aannemer KWS Infra.

De breukstenen worden met vrachtwagens aangevoerd vanuit Harlingen. Ter hoogte van de dijkopgang bij de Sotterumerdijk richt de aannemer een tijdelijk depot in. Vanuit dit depot worden de materialen via de dijkopgang over rijplaten naar de plaats van bestemming gebracht.

Om de veiligheid te waarborgen, geldt er tijdens de werkzaamheden op de nabijgelegen rijbaan een snelheidsbeperking. Omwonenden kunnen geluidshinder ondervinden van het transportverkeer.

dinsdag 1 september 2015

Voormalig gemaal met dienstwoning in verkoop

Delfland zet het voormalige gemaal met bijbehorende dienstwoning aan de Molenwetering in Rijswijk te koop. Beide objecten zijn gelegen op een perceel ter grootte van 1.073 m2 Het voormalige gemaal wordt verkocht door middel van een openbare inschrijving.

Men is op zoek naar een koper die naast een goede prijs ook een goed plan indient voor de toekomstige ontwikkeling en gebruik van het object. Dit plan moet bijdragen aan de ontwikkeling van het recreatiegebied ‘Zwethzone’, genoemd naar het water de Zweth. Het perceel ligt langs dit water, dat loopt van Rijswijk tot aan de Wollebrand in Naaldwijk.

Het gemaal is in 2011 overbodig geworden door de oplevering van een nieuw gemaal met een grotere capaciteit, verderop aan de Molenwetering. Het gebouw waarin de pomp staat is een afgeknotte molen. Deze voormalige molen is in 1721 gebouwd. In 1931 werd de molen omgebouwd tot molenstomp voor huisvesting van een diesel aangedreven gemaal. In 1984 is de dieselmotor vervangen door een elektromotor.