vrijdag 29 juni 2012

Waterschap hervat baggerwerk in Borculo

Het baggerwerk in Borculo van de Zompenloods tot aan de Berkel en de verwerking van de bagger in geotubes nabij de wijk Hambroek wordt weer hervat. De werkzaamheden in Borculo waren opgeschort, omdat het beschermde bittervoorntje er is aangetroffen. Vanaf maandag 2 juli begint het werk weer. Ook het depot in Neede wordt opgeruimd. Alle werkzaamheden zullen volgens planning in september zijn afgerond.
Eind mei werd het beschermde visje bittervoorn in de Binnen Berkel ontdekt. Het waterschap is hier erg blij mee want dit betekent dat het water schoon is. Het 5 tot 6 cm kleine visje legt in de periode mei-juni haar eitjes in zoetwatermossels die tegen de kade groeien. Daardoor is het werk
tijdelijk stil gelegd. De versteviging van de buitenkant van de kade was toen al klaar. Direct gevaar voor afschuiving van de kade is er dus niet meer. Voor een afdoende oplossing moet echter ook de waterzijde van de kade nog aangepakt worden.


donderdag 28 juni 2012

Berekening wijst op significante stijging zeespiegel in komende eeuwen

Opwarming van het klimaat zorgt de komende eeuwen voor een significante stijging van de zeespiegel. Zelfs bij een succesvol klimaatbeleid met een opwarming van minder dan 2 graden Celsius stijgt de zeespiegel deze eeuw 75 tot 80 centimeter ten opzichte van 2000. Rond 2300 is een verdere stijging tussen de 1,5 en 4,0 meter te verwachten, met als meest waarschijnlijke stijging 2,7 meter. Dat schrijven internationale klimaatonderzoekers, waaronder van Wageningen University, in het wetenschappelijk tijdschrift Nature Climate Change van 24 juni. Zij doen die uitspraken op basis van zeer uitvoerige berekeningen van de zeespiegelstijging in de afgelopen duizend jaar en beleidsscenario’s rond de uitstoot van broeikasgassen in de komende eeuwen.
Met een gericht klimaatbeleid kan de uitstoot van CO2 verder worden teruggebracht en daarmee de opwarming op max.  1,5 graad Celsius uitkomen. In die omstandigheden valt volgens de onderzoekers de meest waarschijnlijke stijging in 2300 lager uit, maar die is dan naar schatting nog altijd ruwweg 1,5 meter. Als de klimaatopwarming in de komende eeuwen uitkomt op 3 graden, dan is een stijging tussen 2 en 5 meter te verwachten, met een meest waarschijnlijke stijging van 3,5 meter.
De onderzoekers stellen dat hun berekeningen daarmee aantonen dat klimaatopwarming, en de stijging van de zeespiegel, te beperken is door het op grote schaal terugdringen van de uitstoot van CO2 en op termijn actieve verwijdering van CO2 uit de atmosfeer. Dat kan mogelijk met behulp van het gebruik van duurzame energie, in combinatie met afvang en opslag van CO2.
'Het stijgen van de zeespiegel is een moeilijk te kwantificeren maar niettemin belangrijk risico van klimaatverandering', aldus Michiel Schaeffer van Wageningen University en het Duitse instituut Climate Analytics, hoofdauteur van deze studie. 'Vanwege de lange periode die de ijs- en watermassa’s nodig hebben om te reageren op de opwarming van de aarde, bepaalt onze huidige CO2 uitstoot het niveau van de zeespiegel voor de komende eeuwen.'
De gevolgen van stijging van de zeespiegel in de komende eeuwen kan verstrekkende gevolgen hebben voor kustgebieden. Laaggelegen gebieden als Bangladesh en eilanden in de Stille Oceaan worden ernstig bedreigd. En overstromingsrisico’s in steden als New York nemen toe, van eens per eeuw nu naar eens per drie jaar. De onderzoekers tekenen daarbij aan dat kustgemeenschappen minder tijd hebben om aanpassingsmaatregelen te treffen als de zeespiegelstijging zich sneller voltrekt. Alleen in de laagste emissiescenario’s neemt de snelheid van mondiale zeespiegelstijging sterk af, terwijl bij een limiet van 2 graden Celsius de jaarlijkse stijging tegen 2300 nog steeds het dubbele bedraagt van wat de afgelopen jaren gemeten wordt via satellieten, aldus de onderzoekers.e
Hoewel deze recente studie uitkomt op een lagere stijging van het zeeniveau in 2100 dan de Nederlandse Delta Commissie in 2008 berekende, zijn er niettemin overeenkomsten. De Delta Commissie gebruikte destijds scenario’s van het IPCC (het Intergovernmental Panel on Climate Change) zonder succesvol klimaatbeleid en ging daarbij uit van een klimaatopwarming tot 6 graden Celsius. De commissie kon daarom een veel hogere zeespiegelstijging als risico niet uitsluiten. Uit de nieuwe studie kan de conclusie worden getrokken dat zelfs met het bereiken van de klimaatdoelstelling, zoals die in Kopenhagen en Cancun is afgesproken, de snelheid van zeeniveaustijging deze eeuw die van de 20ste eeuw zal overtreffen en dat op termijn slechts een klimaatdoelstelling van 1.5 graden Celsius en minder de zeeniveaustijging wereldwijd beperkt.

woensdag 27 juni 2012

'Kwaliteit drinkwater in gevaar'

sitestat

dinsdag 26 juni 2012

Campagne rond schoon drinkwater



Het FMCG concern richt samen met Population Services International (PSI) het non-profit-programma Waterworks op. Het doel achter Waterworks (geregistreerd handelsmerk), is schoon drinkwater te realiseren voor gemeenschappen die in nood verkeren. In samenwerking met Facebook is een applicatie ontwikkeld, die donateurs direct verbindt met mensen die de hulp nodig hebben.

Kopie van Blauwalgen in waterplas Kaatsheuvel

In het water van een waterplas op de hoek van de Liechtensteinstraat en de Portugalstraat in Kaatsheuvel zijn blauwalgen aangetroffen. Blauwalgen scheiden giftige stoffen af. Mensen en dieren kunnen jeuk krijgen bij contact met het water of buikkrampen wanneer zij het water binnenkrijgen.
Waterschap Brabantse Delta raadt contact met het water sterk af. Met name hondenbezitters wordt afgeraden hun honden uit de vijver te laten drinken of erin te laten zwemmen. De gemeente Loon op Zand plaatst borden bij de waterplas om omwonenden en voorbijgangers te waarschuwen.
Wanneer de temperatuur daalt, verdwijnen de blauwalgen na een tijd en wordt het water weer helder. Blauwalgen ontstaan doordat de temperatuur van het water stijgt en er veel voedingsstoffen in het water zitten. Dit wordt nog versterkt doordat de vijver niet in verbinding staat met sloten die vers water aanvoeren. Dit zorgt ervoor dat er geen doorspoeling plaatsvindt en er dus sprake is van nagenoeg stilstaand water. Hierdoor komt er weinig zuurstof in het water en hebben blauwalgen de kans zich te ontwikkelen.
Het waterschap controleert het water regelmatig op de aanwezigheid van blauwalgen. Zodra de blauwalgen verdwenen zijn, haalt de gemeente de borden weer weg.

vrijdag 22 juni 2012

Modern waterbeheer groeit naar volgende fase

CenterOne, Seneca en QNH bundelen hun krachten in een nieuw, uniek samenwerkingsverband: WaterPro. WaterPro biedt Rijkswaterstaat, Het Waterschapshuis én de waterschappen een procesgericht informatiesysteem voor vergunningverlening en handhaving. Van web-intake tot publicatie, samengebracht in één geïntegreerde, bewezen oplossing.
De klanten van WaterPro staan voor een dubbele uitdaging: de dienstverlening klantgericht digitaliseren én processen stroomlijnen. Daarbij moeten ze voldoen aan de richtlijnen van het Waterbeleid voor de 21e eeuw en de Kaderrichtlijn Water. In de praktijk lopen veel organisaties tegen dezelfde of soortgelijke vraagstukken op. Door deze nieuwe samenwerking wordt WaterPro, een bestaande softwareoplossing van CenterOne voor vergunningverlening en handhaving, gekoppeld aan de ‘herbruikbare bouwstenen’ van Seneca en QNH. Zo is WaterPro meer dan een product.
WaterPro is voor – en in nauwe samenwerking mét – waterschappen ontwikkeld. Als product draait WaterPro al jaren tot grote tevredenheid van gebruikers én beheerders. WaterPro is gebaseerd op open standaarden: losse modules die eenvoudig te koppelen zijn. De software is web-based en platformonafhankelijk. Zo richt WaterPro zich op het ondersteunen van kennis en procedures bij de uitvoering van modern waterbeheer.

donderdag 21 juni 2012

Ramspolbrug: stremmingen voor scheepvaart

Rijkswaterstaat voert van dinsdag 26 juni tot en met donderdag 28 juni tussen 06.00 uur en 21.00 uur werkzaamheden uit aan de nieuwe Ramspolbrug. Hierdoor is het Ramsdiep tijdens deze periode volledig gestremd voor al het scheepvaartverkeer. De stremming is nodig voor het plaatsen van de liggers van de nieuwe brug. Er is geen hinder voor het wegverkeer.
Het scheepvaartverkeer kan gebruik maken van de wachtvoorzieningen. Voor de richting van het Ketelmeer naar Zwarte Meer geldt dat de scheepvaart moet wachten vóór de balgstuw. Tijdens de stremmingsperiode wordt de brug bediend tussen 21.00 en 22.30 uur en is doorvaart mogelijk.
Door de grote omvang van de liggers worden ze over het water getransporteerd. Grote kranen leggen ze één voor één op hun plek. Per ligger duurt dat ongeveer anderhalf uur.
Rijkswaterstaat werkt aan de nieuwe Ramspolbrug van de N50. Deze brug is hoger en breder dan de oude brug. Hiermee bereiken we een veiligere verkeerssituatie en een betere doorstroming van het scheepvaart- en wegverkeer. De nieuwe Ramspolbrug wordt een in de wereld unieke energieneutrale brug, die een groot deel van zijn eigen energie opwekt. De nieuwe Ramspolbrug wordt begin 2013 in gebruik genomen.

dinsdag 19 juni 2012

Zwolse regio beter beschermd tegen hoogwater

Een dijkverlegging in Westenholte en een uiterwaardvergraving bij de Scheller en Oldeneler buitenwaarden moeten Zwolle en het achterland veilig en droog houden. Staatssecretaris Joop Atsma (Infrastructuur en Milieu) heeft op 18 juni het startschot gegeven voor het project Ruimte voor de Rivier Zwolle. Een onderdeel hiervan is het 300 meter landinwaarts verleggen van ruim twee kilometer IJsseldijk waardoor de IJssel meer ruimte krijgt. “Dankzij deze innovatieve maatregelen daalt bij hoogwater het niveau van de IJssel bij Zwolle zo’n 14 centimeter. Hierdoor houden de inwoners en bedrijven in de Zwolse regio droge voeten”,  aldus Atsma. De maatregelen maken deel uit van het rijksprogramma Ruimte voor de Rivier. 
Om Nederland voldoende veilig, leefbaar én aantrekkelijk te houden geeft het rijk rivieren meer ruimte. In het rijksprogramma Ruimte voor de Rivier zijn meer dan 30 maatregelen opgenomen waarmee riviergebieden zowel veiliger bij hoogwater als aantrekkelijker voor natuur en recreatie worden gemaakt. Op dit moment is 80 procent van de projecten in uitvoering en zijn er reeds twee projecten opgeleverd: Zuiderklip (Noord-Brabant) en Hondsbroeksche Pleij (Gelderland).
 Atsma: “Er wonen vier miljoen Nederlanders  in de buurt van rivieren. Om hen tegen het toenemende overstromingsgevaar te beschermen moet de waterstand omlaag. Dat lukt niet met alleen het verhogen van huidige dijken. Daarvoor zijn ook innovatieve maatregelen zoals hier nodig.” 
Rijkswaterstaat voert samen met waterschappen, gemeenten en provincies op meer dan 30 plekken langs Rijn, IJssel, Waal, Nederrijn en Lek maatregelen uit. In totaal is ruim 2,3 miljard euro beschikbaar om te zorgen dat het Nederlandse rivierengebied uiterlijk in 2015 beter beschermd is tegen hoogwater.
Bij hoogwater op de IJssel – veroorzaakt door hoogwateraanvoer vanuit de Rijn/Duitsland - bestaat overstromingsgevaar voor Zwolle en het achterland. Mede door de dijkverlegging bij Westenholte en de uiterwaardvergraving bij de Scheller en Oldeneler buitenwaarden daalt het niveau van de IJssel bij hoogwater aanzienlijk: 14 centimeter bij Westenholte en 8 centimeter bij Schelle.
De maatregelen worden uitgevoerd door het Waterschap Groot Salland  in samenwerking met de provincie Overijssel, gemeente Zwolle, Rijkswaterstaat Oost-Nederland en de ministeries van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en Infrastructuur en Milieu. De plannen zijn tot stand gekomen in samenspraak met belanghebbenden die ook bij de uitvoering zullen worden betrokken.

Zeegrassen overleven dankzij ondergrondse samenwerking

Het was tot dusver een raadsel hoe zeegrassen ondanks dodelijke concentraties sulfide in de zeebodem als enige vaatplanten kunnen leven in zee. In een gezamenlijke studie van de Rijksuniversiteit Groningen, Radboud Universiteit Nijmegen en het Koninklijk Nederlands Instituut voor Zeeonderzoek concluderen onderzoekers nu dat zeegrassen een ondergrondse samenwerking hebben met kleine schelpdiertjes en bacteriën die het sulfide onschadelijk maakt. De resultaten verschijnen deze week in het vooraanstaande wetenschappelijke tijdschrift Science.
Uit eerdere studies aan fossielen bleek dat de schelpdieren en bacteriën al sinds de evolutie van zeegrassen in het Krijt in zeegrasbedden voorkomen. De onderzoekers denken daarom dat de samenwerking zo'n 100 miljoen jaar geleden ontstond, toen zeegrassen vanaf het land de zee veroverden. Sindsdien zijn zeegrassen van groot belang voor de biodiversiteit in alle wereldzeeën. De planten groeien in brak tot zout water en komen over de hele wereld voor in ondiepe kustwateren.
Zeegrassen zijn zogenaamde ‘biobouwers', organismen die hun omgeving sterk kunnen veranderen. Dichte zeegrasvelden verminderen bijvoorbeeld de stroming en golfslag. Zwevend slib zakt dan naar de bodem waardoor het water helderder wordt. Deze omgevingsveranderingen zijn gunstig voor de vissen, schildpadden, dolfijnen en vogels die in zeegrasvelden leven en jagen. Maar het heldere water is ook belangrijk voor het zeegras zelf, omdat het zo meer licht krijgt en dus beter kan groeien.
In de bodem heeft het uitgezakte slib echter een negatief effect op de planten. Het bestaat namelijk vooral uit dood materiaal dat afkomstig is van planten en dieren. Dit wordt in de bodem afgebroken door bacteriën. Omdat zeebodems weinig zuurstof bevatten wordt dit gedaan door bacteriën die sulfaat uit het zeewater gebruiken in plaats van zuurstof. De bacteriën produceren daardoor echter sulfide, een stof die giftig is voor de meeste planten en dieren, waaronder zeegras.
Het was tot nu toe onduidelijk hoe zeegrassen in staat zijn om goed te groeien terwijl er tussen de wortels van de planten zo veel van dit giftige sulfide vrijkomt. In Science beschrijven de onderzoekers dat tussen de wortels van zeegrassen vaak in grote aantallen kleine schelpdieren van de familie Lucinidae voorkomen. Het was al bekend dat deze diertjes in hun kieuwen speciale bacteriën ‘kweken' waarvan ze leven. Voor deze bacteriën is sulfide niet giftig; ze gebruiken het juist om te groeien.
In een laboratorium experiment lieten de onderzoekers zeegrassen groeien in kweekpotten met en zonder de bijzondere schelpdieren. Ook lieten ze schelpdieren groeien in potten zonder zeegras. Uit de resultaten blijkt dat de schelpdieren en hun bacteriën veel beter tussen de zeegraswortels gedijen dan in kaal zand, omdat de zeegrassen via hun wortels de schelpdieren van zuurstof voorzien. Maar ook werd vrijwel alle sulfide door de hulp-bacteriën van de schelpdiertjes ‘opgegeten', waardoor de zeegrasplanten op hun beurt ook veel beter groeiden in potten met schelpdiertjes. ‘Een bijzondere samenwerking,' zeggen de onderzoekers.
Hoewel zeegrassen belangrijk zijn voor de biodiversiteit, is het areaal zeegrasvelden door menselijke vervuiling en andere verstoringen de laatste decennia wereldwijd sterk afgenomen. Op veel plaatsen wordt nu geprobeerd om zeegrassen te beschermen en verdwenen zeegrasvelden te herstellen.
'Uit onze ontdekking blijkt dat we voor het behoud en herstel van zeegrasvelden niet alleen naar de planten moeten kijken, maar ook naar de samenwerkingen die ze aangaan met andere organismen', zegt Tjisse van der Heide van de Rijksuniversiteit Groningen. ‘Tot nu toe is steeds geprobeerd om alleen de zeegrasplanten te transplanteren, maar vaak had dit maar weinig succes. In de toekomst kunnen we de kans op succes mogelijk aanzienlijk vergroten door complete ‘zeegrassystemen' te transplanteren, dus de planten inclusief de sulfide-etende bodemorganismen. Vooral in de tropen kan dit erg belangrijk zijn.'

Dodelijk drinkwater in Gaza

Drinkwater in Gaza is verontreinigd met kunstmest en menselijk afval, waardoor het levensgevaarlijk is om te drinken. Dit schokkende nieuws blijkt uit een vandaag gepresenteerd rapport "Gaza's Children: Falling Behind" van Save the Children en de organisatie Medical Aid for Palestinians.
Ook het water dat uit particuliere bronnen wordt verkocht, is vaak besmet en onveilig om te drinken. In het gebied (1,5 keer zo groot als Amsterdam) dat sinds 2007 wordt geblokkeerd, wonen meer dan 1,6 miljoen mensen, onder wie meer dan 800.000 kinderen. Save the Children maakt zich ernstige zorgen over de gezondheid van deze mensen en is bang voor de uitbraak van besmettelijke ziektes.
Marinke Ros van Save the Children Nederland: "Onschuldige kinderen leven al vijf jaar in onmenselijke omstandigheden. Ze worden gedwongen om vies en gevaarlijk water te drinken. De kans op diarree of een besmettelijke ziekte is zeer groot en levensgevaarlijk. Diarree is in Nederland goed te behandelen, maar de medische zorg in Gaza is helaas niet zo goed als in Nederland, waardoor er onnodig kinderen sterven."
Sinds de blokkade is het aantal kinderen onder de 3 jaar dat last heeft van uitdrogingsverschijnselen door diarree verdubbeld. Ook zwangere vrouwen lopen gezondheidsrisico door hoge nitraatconcentratie door uitwerpselen en kunstmest. In Gaza is het grootste deel van de riolering verwoest door de bombardementen of gebrek aan onderhoud. Mensen wonen pal naast de open riolering. In de eerste twee maanden van dit jaar zijn al drie kinderen verdronken in het open riool.
Ros: "Kinderen in Gaza kunnen niet dromen van een betere toekomst, maar zitten gevangen in mensonterende omstandigheden. De internationale gemeenschap moet een einde maken aan de blokkade. De kinderen in Gaza hebben acuut betere sanitaire voorzieningen en veilig drinkwater nodig."

zondag 17 juni 2012

Prinses Beatrixsluis: omleidingsroute voor schippers tijdens stremming

Rijkswaterstaat voert van 23 tot en met 29 juni werkzaamheden uit aan een deur van de Prinses Beatrixsluis. Er wordt een sluisdeur vervangen. Recreatieschippers worden omgeleid via het Merwedekanaal om aan lange wachttijden bij de Prinses Beatrixsluis te ontkomen. Schippers kunnen op de hoogte blijven van de actuele wachttijden via een SMS-dienst en een Twitter-pagina van Rijkswaterstaat.

Tijdens de werkzaamheden is de westelijke sluiskolk gestremd. Naar verwachting geeft dit extra wachttijden bij de oostelijke sluiskolk van Prinses Beatrixsluis, bij eerdere stremmingen liepen deze soms op tot zeven uur. Daarom wordt de recreatievaart omgeleid via het Merwedekanaal (Koninginnen­sluis en Zuidersluis). Beroepsscheepvaart van beperkte afmetingen krijgt het advies om ook om te varen via het Merwedekanaal. Deze route is behalve sneller, ook veiliger voor schepen met beperkte afmetingen. Op werkdagen is de route open tussen 06.00 en 22.00 uur, op zaterdag van 07.00 tot 22.00 uur en op zondag 10.00 tot 19.00 uur. Schippers dienen zich op het Merwedekanaal te houden aan de maximum vaarsnelheid van 4,5 km/uur.

donderdag 14 juni 2012

DHV rondt studie ‘waterbergende kassen’ af

Het Westland, het grootste aaneengesloten glastuinbouwgebied van Europa, kampt al jaren met een te groot wateroverlastrisico. Advies- en ingenieursbureau DHV voerde daarom in opdracht van de gemeente Westland en het Hoogheemraadschap van Delfland een verkennende studie uit naar het bergen van water óp de kassen. De conclusies uit het onderzoek worden getoetst in een praktijkproef, die na de zomer zal starten.

In stedelijk gebied bestaat de grond gemiddeld uit 50 procent verhard oppervlak, maar in het Westland loopt dat op tot wel 85 procent. Regenwater stroomt daardoor snel af naar het oppervlaktewater, waardoor het risico op wateroverlast stukken groter is. Hans van Leeuwen, projectmanager bij DHV: ‘De kans dat wateroverlast optreedt, is hier en daar nog eens in de tien jaar, terwijl de normen voorschrijven dat die kans eens in de vijftig jaar moet zijn.’

DHV ontwikkelde, in samenwerking met TNO, een ‘waterbergend warenhuis’. Bestaande goten op de kassen worden door beperkte afsluiting gebruikt om tijdelijk water te bergen. De effecten zijn doorgerekend in de Oude Lierpolder in het Westland. Van Leeuwen: ‘Als het concept in alle kassen in deze polder wordt toegepast, wat over 15 tot 20 jaar zou kunnen, dan leidt dat tot 7 centimeter minder peilstijging bij extreme neerslag. Dat is gelijk aan een open waterberging van 10.000 kubieke meter. Zou je die waterberging in deze polder moeten bouwen, dan kost dat 2,2 hectare schaarse en dure grond, oftewel drie UEFA-voetbalvelden. Met waterbergende kassen blijft dus meer grond beschikbaar voor de glastuinbouw en wordt tegelijkertijd flink bespaard op de kosten voor het verminderen van het wateroverlastrisico.’

DHV heeft tijdens het onderzoek ook verkend hoeveel draagvlak er voor waterbergende kasdaken bestaat onder spelers in de glastuinbouw. Van Leeuwen: ‘De sector staat in beginsel positief tegenover het idee, maar wil wel weten wat de consequenties zijn voor bijvoorbeeld de belasting van het glas, gevolgen voor de verzekering en de vervuiling van het glasdek.’ TNO heeft gekeken naar de draagkracht van de fundering, nok, goot en de waterdiepte die het glasdek kan dragen. Daaruit blijkt dat het water in de goot ruim 20 centimeter kan zijn.

In een praktijkproef wordt het idee verder uitgewerkt en getoetst. Daarin wordt ook gekeken wat de consequenties zijn voor bijvoorbeeld de lichtinval. De praktijkproef vindt plaats bij de Demokwekerij in Honselersdijk, start in september en is naar verwachting een jaar later afgerond.

woensdag 6 juni 2012

IJzergehalte in water beïnvloedt competitie tussen vissen

De scheiding tussen twee stekelbaarssoorten in de beken rond de Maas is het gevolg van de hoeveelheid ijzer in water. Dat concludeert NWO-onderzoeker Wilco Verberk. Terwijl de ene stekelbaarssoort in het onderzoek prima kan leven met het zuurstoftekort dat het gevolg is van veel ijzer in het water, migreert de andere soort liever naar ijzerarme wateren. Met dit onderzoek is voor het eerst vastgesteld dat competitie tussen vissoorten gekoppeld is aan de mate waarin koudbloedige waterdieren omgaan met zuurstoftekort.
Verberk onderzocht de verdeling van de tiendoornige stekelbaars en de driedoornige stekelbaars in de beken rond de Maas in het noorden van Limburg. Hij maakte gebruik van metingen uit de periode 1967-2004. Een dergelijke lange periode van meten is uniek in dit soort onderzoek. Tijdens de onderzoeksperiode, in de jaren zeventig van de vorige eeuw, werden de beken aangetakt op de Maas. Door deze voeding met maaswater nam de invloed van ijzerrijke kwel in de beken af.
IJzer slaat neer op de kieuwen van vissen. Daardoor krijgen vissen ademhalingsproblemen. De twee stekelbaarssoorten verschillen in hoe goed ze zuurstofarme condities kunnen verdragen: de tiendoornige stekelbaars is hiertegen veel beter bestand. De tiendoornige stekelbaars bleek oppermachtig in het studiegebied waar veel ijzerrijke kwel optreedt. De scheiding tussen beide soorten was nagenoeg absoluut en viel samen met het optreden van ijzerrijke kwel. Na de aanvoer van maaswater is de driedoornige stekelbaars sterk uitgebreid in het bolwerk van de tiendoornige stekelbaars. Er zijn inmiddels plannen om een aantal beken weer los te koppelen van de Maas. Verberk verwacht dat de tiendoornige stekelbaars en andere soorten hierop positief zullen reageren. 

vrijdag 1 juni 2012

Riviergedrag in de Amazone van Azië: de Kapuas op Borneo

De Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen heeft een Nederlands-Indonesisch samenwerkingsproject over de hydrologie en geomorfologie van het Kapuas riviersysteem op Kalimantan van Ton Hoitink van Wageningen University, onderdeel van Wageningen UR, goedgekeurd. De complexiteit van dit gebied maakt bestudering ervan tot een grote wetenschappelijke uitdaging.

De Kapuas op Borneo is het grootste Indonesische riviersysteem, en met zijn 1143 kilometer ’s werelds langste eilandrivier. Borneo wordt wel de Amazone van Azië genoemd en was een favoriet studieobject van onder andere Charles Darwin. Hij noemde het 'one great wild untidy luxuriant hothouse made by nature for herself'. De rivier kenmerkt zich door een complexe geomorfologie en een netwerk van waterwegen en hydrologische verbindingen met omringende veenmoerassen en wetlands. “Dat maakt het tot een bij uitstek interessant wetenschappelijk studiegebied,” zegt Ton Hoitink. “We kunnen hier nieuwe methoden van monitoring en modellering ontwikkelen, sedimenttransport en riviermorfologie bestuderen, en de hydrologische interacties tussen de rivier, de wetlands en de veengebieden beter leren begrijpen. We weten nog relatief weinig van tropische rivieren, die een heel ander meandergedrag vertonen dan de rivieren die we kennen in de gematigde zone. Een blik op Google Earth laat zien dat de Kapuas vreemde patronen vertoont, waarbij delen met scherpe bochten worden afgewisseld door lange rechte trajecten. We denken dat er meer hydrologische kennis nodig is om de geomorfologie te verklaren.”

Behalve een wetenschappelijke motivatie heeft het project ook een maatschappelijke relevantie. In het gebied worden veel palmolieplantages aangelegd, met een toenemende verhuizing van mensen naar het stroomgebied van de Kapuas als gevolg. Ton Hoitink: “Met ons project kunnen we in zijn algemeenheid de basis van een wetenschappelijk verantwoord waterbeheer en riviermanagement verstevigen. Daarmee kunnen we straks hopelijk de schade door verdroging van veenbossen en wetlands verminderen, evenals die van overstroming en verzilting in de benedenstroomse laaglanden.

Daarbij gaat het om de planning van olieplantages en andere landbouwkundige activiteiten in relatie tot een duurzame waterbeschikbaarheid. Onze modellen kunnen behulpzaam zijn bij landgebruiksplanning, de aanleg van cultuurtechnische werken en de ontwikkeling van ecotoerisme. Ook de drinkwatervoorziening in het gebied is daarbij belangrijk.”